Mijn meer dan 50 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik meedelen en zelf nog bijleren. Doch de wereld is groter dan de tuin. Daar is eveneens veel te zien en te beleven.
18-12-2019
Ferienstrasse 13-14-15 dec.
Ferienstrasse 13-14-15 dec.
Met Verhoeven
We bezochten de streek voorbij Kassel, het grensgebied van Hessen en Thüringen. Alhoewel vooraan in de bus zittend op plaats 2 met op plaats 1 Luc, is buiten haast niets te zien met de regendruppels op de aangedampte ruiten. Luc is ingenieur, ongehuwd en op 73 jarige leeftijd nog aan het werk. Ik ben een luisterend oor voor zijn ervaringen.
Alsfeld is het eerste stadje dat we bezoeken. Een boom vol maretakken (Mistel) trekt de aandacht. Dan is er een weelde van vakwerkhuizen. Het Rathuis (gemeentehuis) van 1512 spant de kroon. Verder het Märchenhuis. We zijn in de sprookjesstreek van de gebroeders Grimm (Jacob 1785-1865 en Wilhelm 1786-1858) die het langst in Kassel leefden. Wegens werkzaamheden is de Kerstmarkt naar een iets verder gelegen plein verhuisd.
Daarop is het niet ver meer rijden naar Rotenburg aan de Fulda en het Posthotel waar we 2 nachten zullen verblijven. Gidse Annie van Look neemt ons mee naar de kerstmarkt in het oude stadsgedeelte over de Fulda. Weer veel vakwerkhuizen. Na een ganse dag rijden in de regen en soms in de sneeuw is het stilaan uitgeregend met enkel nog een beetje weinig derende motregen. Om 19u uitgebreid avondmaal in buffetvorm met mijn lievelingsbier in Duitsland een 50 cl Hefe Weissen.
14 dec. In tegenstelling tot gisteren is het mooi weer. Ik geniet van het zeer heuvelende landschap, kronkelend op en neer. We rijden naar Bad Sooden-Allendorf. Zout en pekel bepalen sinds eeuwen de geschiedenis van de stad. Direct komen we al aan het indrukwekkende gradeerwerk, een houtconstructie van 140 m lang en 12 m hoog van 1638. Nu een openluchtmuseum. De opgepomte pekel van 12% zout druppelt langs de wanden, dicht bezet met korte sleedoorn takjes (Schwarzdorn) naar omlaag en verdicht tot 25 %. Je ziet al strepen zoutafzetting. In de omgeving heb je de jodiumdampen. Rondomrond is er een wandelgang of je kan je bedje spreiden op de ligweiden in het park. Verder in het stadje is het weer genieten van de vakwerkhuizen.
In de namiddag staat het Grenslandmuseum Schifflergrund op het programma. Tot de onverwachte val van de muur, 9 nov. 1989 was er de scherpe scheiding tussen oost en west. In 1952 begon men de grens tussen West-Duitsland en de DDR af te sluiten met hekken, bewakingsposten en alarminstallaties. Langs de grens werd een vijf kilometer brede verboden zone ingericht, die men alleen mocht betreden met speciale toestemming, die vooral aan lokale bewoners werd verleend. Aan de grenszijde werd dit gebied afgesloten met een 500 meter brede bufferzone, gevolgd door een tien meter brede zwaarbewaakte strook met afsluiting direct op de grens. Een gedeelte van de grensafsluiting is er nog te zien, wachttoren incluis. Verder gebouwen met vooral fotomateriaal. Buiten is er een verzameling van militaire voertuigen en helicopters. Foto’s maken het verschil tussen nu en toen treffend zichtbaar. Dan gaat het naar de grotere stad Eschwege. We parkeren naast de brede rivier de Werra. Verderop zal die, na het samenvloeien met de Fulda, de Weser stroom worden die voorbij Bremen in de Noordzee vloeit.
Zo. 15/12.
Het is weer mooi weer. Een kleine 60 km rijden naar Calden met zijn rococokasteel Schloss Wilhelmsthal voltooid in 1767 als lustslot en buitenverblijf met park. Geleid bezoek. Vooral veel veel familieportretten. Buiten vielen de hoge linden met maretakken op. Die stonden vroeger in een bos en moesten daardoor zo hoog opschieten. Een groepje dichterbij het kasteel was zelfs getopt uit vrees dat ze bij een mogelijke storm tot op het gebouw zouden vallen.
Vandaar is het 9km rijden naar Kassel. Als we halt houden op de busparking bij het Natuurkundig museum is er nog nauwelijks plaats. Voordien wees niets er op dat we zo dicht tegen het centrum komen. Het is slechts een klein eind stappen naar de drukke kerstmarkt. Iets verder ligt de Neue Gallerie met moderne kunst vanaf 1800 en een verdieping gewijd aan de Documenta van Kassel, kunsthappening die om de vier-vijf jaar doorgaat. In 1992 was Jan Hoet er de hoofdcurator.
Het terugrijden gaat vlot. Blijkbaar lag er de twee voorbije jaren in Kassel sneeuw. Wellicht was Bekim toen al de ervaren chauffeur.
Zeer tevreden dat ik dit heb kunnen meemaken.
FOTO’S
Alsfeld
1. Maretakken
2. Vakwerkhuizen
3. Rathaus van 1538
4. Märchenhaus
5. Idem
6. Achteraan de Walpurgiskerk
Rotenburg
7. Vakwerk
8. Aan de Fulda
9. Bornschisser Door in hun bron te kakken kon men uiteindelijk de rovers uit de kasteelruïnne verdrijven.
Op 1 dec. reed ik nog eens naar het verre Kemmel. Vroeger had ik al eens een Dubbele Flip geplant, doch achteraf bleek het een Beurré de Naghin.
De Dubbele flip, Beurré de Merode, is een Belgische peer van Van Mons, 1800, rijp eind sept. en te eten voor volle rijpheid. Het was vroeger een veel verspreide peer in de Kempen.
Bart Dequidt van Kemmel – de beste boomkweker van Vlaanderen? –kweekt onder andere op Pyrodwarf .
Deze perenonderstam werd ontwikkeld in Geisenheim, Duitsland rond 1980 en kwam in de handel in 1998.
Pyrodwarf is een ietsje sterker dan kwee A. Voor sommige rassen heeft die een tussenstam nodig. Op Pyrodwarf integendeel kan je rechtstreeks alle rassen enten. De onderstam is zeer winterhard, in tegenstelling met bv kwee C, die wel zeer goed is wat productiviteit betreft. De beworteling is zeer goed, zodat geen steun nodig is. Geeft ook geen wortelopslag.
Rassen op pyrodwarf beginnen te dragen vanaf het derde jaar. Rassen met iets grotere vruchten worden aanbevolen.
In Kemmel woont ook een klasgenoot vanop het college te Torhout Jan Hardeman. Jarenlang heeft hij aan streekontwikkeling gedaan met Huize Malegrijs. Zijn echtgenote Marieke Demeester heeft een reeks getuigenissen uit de Grooten Oorlog bij elkaar gebracht. Een tweede druk werd vermeerderd met verhalen van mijn vader Jules Willaeys. Onlangs kreeg ik het boek weer in handen en las het in een trek uit.
Ik verwijs naar de blog http://blog.seniorennet.be/fruit2 van 29-3-2016. Je kan ook bij zoeken invullen grooten oorlog. Dat boek is nog voorradig. Er is tevens een vertaling in het Frans verschenen.
Het was eveneens een gelegenheid om mijn 9j jongere broer Raphael te Beselare te bezoeken voor een lange babbel.
In het passeren te Zevergem (De Pinte) was het tevens de gelegenheid om bij Frédéric Lerouge eindelijk mijn notenolie op te halen. Noten worden weer meer aangeplant. Het is wel uitkijken naar een laatbloeiend ras en geschikt voor notenolie. Van Frédéric vernam ik dat van sommige bomen maar helf zeveel olie te persen is.
Met VOC Antwerpen en Vrienden van het Begijnhof Turnhout 3/12/2019
Op de heenrit kregen we van Paul Koop, voorzitter VOC Antwerpen weer heel veel uitleg.
Te Utrecht maakten we eers t een zonovergoten wandeling langs een vroegere vest en kwamen meteen aan een rij historische huisjes van de 16de eeuw voor oudere mannen. We wandelden tot de Dom. We passeerden een gereformeerde kerk. Valt niet direct op als kerk. Net als de toren van Antwerpen is die van de dom voor ’t ogebblik helemaal ingepakt voor restauratiewerken.
Gezellige middaglunch.
Vandaar was het maar een klein eind wandelen naar het Museum Catharijne Convent.
Eerst kregen we een uiteenzetting door Justin Kroesen, Nederlander, conservator van de ‘kirkekunstsamling’ (collectie kerkelijke kunst) van de Universitetsmuseet te Bergen (Noorwegen), de initiatiefnemer.
Voor het eerst in de geschiedenis zijn in een tentoonstelling unieke kunstschatten van de Middeleeuwen tussen 1100 en 1350 uit Noorwegen en Spaans Catalonië samengebracht.
Dankzij de afgelegen ligging hebben deze topstukken de tand des tijds doorstaan. Bij ons ging zo goed als alles door oorlogen, beeldenstormen, goedsdiensttwisten en de Franse inval verloren.
De grote gelijkenissen tussen de stukken uit 3000 km uit elkaar gelegen streken komt door dezelfde godsdienst (eenduidig geregeld vanuit Rome) 19en dezelfde kerkelijke taal, het latijn.
Je krijgt een brochuurtje mee met uitleg bij elk stuk; zeer handig met groot lettertype.
Het zijn allemaal altaarstukken.
Eerst de frontalen van voor een altaar. Hier geschilderde.
Boven het altaar hing een baldakijn. Er hangt één exemplaar uit Catalonië.
Verder zijn het allemaal stukken behorende tot een altaar zelf: missalen, crucifixen, doch vooal beelden.
In een laatste zaal creëert men een beeld van de 3 elementen en wordt men overweldigd door de zang ‘Misere mei, Deus’.
Het deed mij herinneren aan de tijd in het St Rembertuscollege van het St. Jozefinstituut te Torhout met ook een normaalschool voor onderwijzers en al of niet tevens een kosteropleiding. Ik hoorde bij de weinigen die genoten van de sonore zangen van vespers en lof op zondagnamiddag.
Bij het terugrijden wijst Paul erop dat de Nederlanders niets te verbergen hebben. Overal inkijk in de huizen. Ze besparen een kapitaal aan gordijnen en overgordijnen. Hebben wij dan zoveel te verbergen?
FOTO’S
1. Paul Koop geeft uitleg bij de huisjes.
2. Dan is het de beurt aan Jef Van Den Bergh, voorzitter van ‘De Vrienden van het Begijnhof Turnhout’
3. De rij huisjes. Let op de barokke poort van het huis van de toezichter
4. Buntenhof
5. De groep op de vest
6. Op de vest.
7. De wandelaar
8. Voor een kerk uit de reformatie. Op het eerste zicht zie je niet dat het een kerk is.
10. De oude gracht. Door werken aan de Rijn verlaagde de waterstand drastisch. Mooi meegenomen zou men in Nederland zeggen. In de wanden kon men kelders uitgraven voor oppslag van goederen.
Merksplas 1-12-2019 op ‘De kleine Boerderij’ bij Merksplas Kolonie. Ze hebben er ook een te bezoeken plantentuin.
Er is een eerste uiteenzetting door Annick Hollebeke over ‘Eetbare Bloemen in de Tuin’. Voor mij al een lang bekend thema. Het meeste kwam mij bekend voor. Mijn echtgenote Aleide Lagrou was er een pionier in en onze kinderen waren bedreven in het plukken van eetbare bloemen.
Voeding was toen nog een randthema in Velt.
Zij heeft wel tweemaal een ‘Schriftelijke Voedingdcursus’ geschreven, telkens voor 500 inschrijvingen.
Velt heeft nu een bewonderenswaardige Zadenwerkgroep rond Hugo Dhooghe van Brasschaat.
Hij had er een stand bij het zadenruilgroep gedeelte.
Lieven David van Rillaar verzorgde een Workshop ‘Zaden schonen’.
FOTO’S
1. Zadenwerkgroep
2. Eetbare bloemen
3. Annick Hollebeke
4. Hugo D’Hooghe
5. Idem
6. Idem
7. Idem
8. Lieven David
9. Idem
De geïnteresseerden kunnen alvast zaterdag 15 febr. 2020 noteren. Dan is er al de 5de zadendag 'Reclaim the Seeds' in de Steinerschool te lier, waar het 5 jaar terug begon.
Laatst proefde ik mijn Topaz appel en was verrukt over de smaak.
In het bio-circuit is dit resistent ras tamelijk bekend, doch in de liefhebberswereld lijkt mij dit onvoldoende het geval. De ziekteresistentie is bij mij nog ok, want ik heb gehoord dat de resistentie in Duitsland al zou doorbroken zijn?
Topaz is een Tjechische appel van het Veredelingsstation Strazovice te Praag uit een kruising van Rubin x Vanda (1984).
Het ras kwam in 2000 in de handel en in 2002 was er de Rode Topaz, een mutatie. Ik heb horen zeggen dat die iets minder van smaak zou zijn? Rood is anders in.
Ik heb nog een ander Tjechisch ras Otava, eveneens met een uitstekende smaak die min of meer behouden blijft tot april. De vrucht rimpelt nagenoeg niet. Dit is een gele appel. Nog een andere Tjech staat op mijn verlanglijstje: Bohemia, eveneens een gele appel. Op de stand van Tjechië op de Europom te Luxemburg was de Bohemia voor hen de lekkerste. Dit jaar te Alden Biezen hadden ze die echter niet bij.
Vertrek aan de Bourla. Daar richtte hij het pand op voor de tapijthandel. We wandelen tot de vrijdagmarkt, ook een van zijn verwezenlijkingen. Aan het vleeshuis is nog een glimp te zien van de Spaanse vesten waaraan hij mee bouwde. We wandelen tot de stadswaag, eveneens van hem. Tenslotte komen we uit bij het Mas. Daar liet hij vlieten graven en creëerde de nieuwstad op het eilandje. Rond wat nu het pomphuis en Brouwershuis is met eigen watertoevoer gaf hij het ontstaan aan 16 brouwerijen.
Hij was de eerste ondernemer om alle materialen voor zijn bouwprojecten zelf te produceren: turfwinningen in het Nederlandse Veenendaal (Utrecht), kleiwinningen en steenbakkerijen te Hemiksem, bosbouw in Buggenhout en kalkovens in Namen. Dit alles om zelf over brandstof, baksteen, constructiehout en mortel te beschikken, zonder afhankelijk te zijn van leveranciers. Niemand kon goedkoper bouwen dan hij.
In zijn korte leven heeft hij zeer veel betekend voor Antwerpen.
Katty kon er boeiend over vertellen. Een uitstekende gids.
We waren blij te kunnen uitrusten en lekker te eten in het nabijgelegen restaurant De Mon.
Vorige zaterdag 16/11 was het feest. Jonathan, de jongste van de 14 kleinkinderen werd meerderjarig. Dit jaar zijn 2 nichtjes hem voorgegaan. Sarah in het verre Vancouver en Isis in Poederlee.
‘s Namiddags speelde Jonathan viool in het Vlaams Symphonie Orkest in de opera Carmen in het St Michielscollege te Brasschaat. Formidabel genoten van deze uitvoering.
Ik kreeg de ent in 1990 van Piet Nelen van Kapellen, in 2018 op 90 jarige leeftijd overleden, destijds medestichter van Velt Stabroek.
Hij was geboren te Essen en daar was destijds een boomkwekerij Nelen. Ik ken zijn verwantschap niet.
Ik entte die op een MM 106 onderstam. Het bleek een zeer krachtige groeier. De groeikracht van een hoogstam. Ik heb de top van de halfstam minstens een tweetal meter ingekort en het is nog een behoorlijke halfstam. Hij staat op een achterste perceel en dat was ik wat uit het oog verloren.
Er hingen nog enkele vruchten aan de boom, doch eronder lag het vol, meestal met vruchten boven de middelmaat, niet meer met het beste uitzicht. (wat schurft en regenvlekkenziekte). Ik verzamelde een kruiwagen vol (12/11) en er valt nog wat te rapen.
Het proeven viel meer mee dan ik verwachtte. Nog vaster vruchtvlees, voldoende knappend en sappig, gemiddelde smaak. Het blijkt een productief ras, zeker in dit mindere draagjaar, na het zeer productieve 2018. Ik weet niet of de boom ook vorig jaar productief was.
Voor de rest weet ik niet of er van dit regionaal ras nog veel bomen te vinden zijn?
Piet legde ook de boomgaard aan van De Heuvels van Velt Stabroek op zeer schrale zandgrond. Men heeft er heelwat vervangen. Hoe zit het nu?
De Colapuy heb ik leren kennen in de Verger Conservatoire te Villeneuve d”Ascq (Lille) in 1987 op de eerste Open deur daar. Wellicht was het toen al nov. Twee rassen vielen op, de gele Cabarette (President Van Dievoet) en de rode Colapuy. Van de President Van Dievoet (Cabarette in Frankrijk) heb ik veel meer plezier: lekkere, lange bewaarappel en eveneens minder ziektegevoelig. De Colapuy daarentegen heeft slechts om de twee jaar vruchten. Een perfect buurtjaargevoelig ras.
De vruchten op de foto zijn veel te weinig gekleurd. Hoe is zoveel schaduw mogelijk? Het ras staat bij mij op MM106 en is wellicht de zwakste groeier van allemaal. Alle vruchten zijn wel dieprood gekleurd. De smaak vind ik maar matig: vast, vrij zuur en minder sappig. Er zijn er tientallen betere. Een ras dat bij mij danig meevalt is bv de resistente Ecolette, voor de helft Elstar. Op mijn blog fruit2 kwam die meermalen aan bod. Vul bij zoeken in Ecolette .
Elk voorjaar verheug ik mij over de gouden bloemplekken van de kornoeljes in mijn tuin. In de struiken hoor ik het bekoorlijk gezoem van de vele bijen van de bijenstand hier van Dennis en bezoekersbijen tijdens de welgekomen eerste vluchten voor stuifmeel en nectar in de warmende voorjaarszon.
Blijkbaar kunnen de fijne bloempjes tegen de nachtvorsten die in maart-april meermaals voorkomen. Er zijn geen jaren zonder bessen. Dit in tegenstelling met de wat ontgoochelende kiwibessen. Als er tijdens het uitlopen van de bladeren april-begin mei een lichte nachtvorst is, moet je geen enkele vrucht verwachten dat jaar. De mooie Kempen hebben ook nadelen.
Onlangs kon ik vasstellen dat er bijenbonden zijn die de waarde van de kornoeljebessen voor de bijen nog niet kennen. Ook bij het planten-aanbod van Natuurpunt ontbreekt de Cornus mas nog vaak.
Graag geef ik mijn ervaringen door.
Mijn eerste kornoelje kocht ik van imker De Blieck uit het Waasland op de enige tuinbeurs die we met Velt landelijk (op initiatief van voorzitter Jan Heyman, onlangs op 92 j overleden) organiseerden bij Lima te St.- Martens-Latem in het voorjaar 1974. Het is een boom die al vruchten geeft eind juli. De kleinere vruchten zijn er voor de vogels. Een tweede exemplaar bekwam ik van Jerome Van Assche van Dilbeek, bijenman, moerbei- en notenteler. Staat een eind verder in de tuin en begon pas na vele jaren te dragen. Rijpe kornoeljebessen vallen af. Deze bessen zijn lekker van smaak. Je eet er zo een handsvol van. Niets van een wrange smaak. De vruchten van een derde exemplaar komen een maand later en de bessen zijn nog lekkerder!
Het Oostenrijks cultuurras Jolico heb ik in Meckenheim in het najaar van 2003 aangeschaft. Begon al vrij vlug te dragen. De rijpe bessen vallen af, doch moeten nog verder narijpen. Meestal zijn ze iets te wrang om er meerdere te eten. In 2018 echter, met de warme droge zomer, waren ze verwonderlijk veel zoeter. Dit jaar zijn ze niet zo zoet als vorig jaar, maar best te genieten. Twee waarnemingen dit jaar, één: een geweldige dracht bij Jolico en dit komt door het stuifmeel van de Schönbrunner Gourmet Dirnl, ook een Oostenrijkse cultivar, er naast geplant in mei 2015, eerste vruchten in 2017. Dit jaar was de vruchtzetting gewoon goed, niet zo overvloedig als bij Jolico. De smaak van de Schönbrunner gourmet is goed, maar kan niet tippen aan mijn twee wilde. Het rijpen begon een week voor Jolico, begin september. Waarneming twee. Nu eind oktober hangen nog veel bessen aan de Jolico, al of minder rijp. (Foto’s van27/10). De zwart-rode vruchten die nog aan de struik hangen en die al wat zachter aanvoelen zijn best direct te genieten. Het is de eerste maal dat ik bessen nog zolang heb weten hangen. Dit komt wellicht door de geweldige dracht.
Beschrijving van de kornoeljes door Dimitri Jacobs van de speciale kwekerij Zoetewei te Putte-Mechelen.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Jolico'
Oostenrijkse selectie die ook als sierstruik wordt aangeplant. Beschreven als één van de laatst rijpende soorten, maar rijpt bij ons al in augustus. Druppelvormige kersen (7g) met zure smaak. Geeft als jonge plant al snel vruchten. Heeft kruisbestuiving nodig voor goede vruchtzetting.
'Schönbrunner gourmet'
Ras dat grote helderrode, peervormige vruchten geeft met een zoete smaak. Een gezonde en robuuste plant met een hoge sier- en moestuinwaarde. Een zeer interessante cultivar ontwikkeld in Wenen. Rijpt laat af (september).
De drie volgende rassen plantte ik in aug 2017. Vorig jaar met de hittegolf was er weinig groei. Dit jaar 2019 vertonen ze een flinke scheut. Verwonderlijk was wel dat twee van de drie al enkele bloemen hadden.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Jantarnyj'
Gele bessen. Iets kleiner van formaat (4g), maar uitzonderlijke friszure smaak. Rijpt in augustus en de vruchten vallen niet zo snel af bij rijpheid. Redelijk hoge opbrengst. Voor vers gebruik, vruchten bewaren goed. Aanrader.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Pioneer'
Grote peervormige bessen (8g). Donkerrood, sappig, zoet en aromatisch. Rijpt in augustus en de vruchten vallen niet meteen af bij rijpheid. Kornoeljes zijn als vruchtplant hier nog relatief onbekend. Wordt in Oost-Europa geprezen om het lekkere fruit. Bij ons meestal slechts bekend als sierplant omwille van de gele bloesen in de winter of vroege voorjaar
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Panchavero'
Grootvruchtige selectie genoemd naar de Bulgaarse regio Panchavero. Helderrode en zeer dikke, tot 2,5 cm lange kornoeljekersen met een zure smaak als kersen. Eén van de soorten met de grootste vruchten (10g) in onze collectie. Rijpt al goed af aan de struik vanaf half augustus, waardoor deze recht van de plant al goed in de smaak valt.
Op mijn beide blogs werd meerdere keren over de Cornus mas, kornoeljebes geschreven. Je kan er o.a. de bloeiwijze zien.
Vul telkens bij zoeken in : Cornus mas.
Ik hoop dat de kornoeljebes niet langer een nobele onbekende zal blijven! Beslist planten in de voedselbossen.
De internationale fruittentoonstelling 18-20/10/2019
Op zondag een ganse dag regen!
Vele bekenden teruggezien.
Jean Pierre Billen, de beslagen reisleider van de NBS stond aan de receptie. Een gelegenheid om hem een eerste NBS-reis naar Duitsland en Nederland te suggereren, na 3 keer Frankrijk en 6 maal Engeland.
Johan Baecke met zijn leifruit stond in zaal 1. Een plezier om hem bezig te horen. De determineerstand had veel aantrek.
De Friezen Nynke Zijlstra en Frits Doornenbal stonden met een mooie stand in zaal 3.
Op de stand van de Tjechen lagen mooie appels en bijzonder:Je kon ze proeven. Van bij henkomen o.a. de Topaz en Otava. Ze behoren tot mijn lievelingsappels. De laatste behoudt zijn zeer goede smaak tot april (en zonder rimpelen) !
Van Jef Peeters heb ik een Galloway Pippin gekregen. Een gelegenheid nu om de vruchten te leren kennen; eerst op de stand van Engeland RHS Wisley en dan bij de Oostenrijkers. Een van hen had 3 bomen staan: een herfstappel. Twee boeken erbij gehaald: de ene: herfstappel; de tweede winterappel. Joan Morgan in The new Book of Apples: plukken laat sept., okt.; eten nov. – febr. (keuken en dessert).
Spijtig dat de tweejaarlijkse expo van Villeneuve D’Ascq dit jaar samenviel met de Europom.
Europom volgend jaar Zweden?, 2021 Engeland RHS Wisley
FOTO’S
Ingangspoort. Verderop een met maretakken overladen populier.
Tjechische appel Nabella
“ “ Benet
Ger Vansantvoort op de stand van Johan Baecke.
Bloody Ploughman. Een mevrouw was de vrucht aan het schilderen.
Op de wijkschool De Reiger te Ichtegem bestond voor de 1ste Wereldoorlog een Spellewerkersklas. Mijn moeder had teveel zwetende handen vertelde ze mij.
Wegens een ongeval hadden we meer dan de dubbele tijd nodig om Aalst te bereiken. Gelukkig was er Frances, getogen in Aalst, die in de bus ons veel wist te vertellen.
Er was nog net tijd om naar de Grote markt te wandelen met het Belfort, De Borse en de kerk; een rijke kerk met tal van altaarkapellen.
Het rijke kantwerk werd gemaakt door de armsten en gedragen door de rijksten.