Tulcea Niet te best
geslapen, dikwijls wakker geweest. En de naald is terug gevonden. Ik vertrouwde
het niet erg om in bed te stappen, na een grondige inspectie heb ik de naald
tussen de lakens uit gehaald. Het is redelijk mistig maar droog en niet koud.
Normaal zou de garage van het hotel pas open gaan om negen uur. Eerder is er
niemand aan de receptie. Dit was echter veel te laat voor de Oostenrijkse
fietser. Hij had de manager van het hotel aangesproken, deze heeft er
voor gezorgd dat er iemand om half acht de garage zou komen openen. Daar heb ik
natuurlijk van mee geprofiteerd. Klokslag halfacht stond ik beneden voor een
gesloten deur van de garage. Enkele minuten later was de Oostenrijker er ook.
Volgens mij een redelijke ongeduldige man. Hij kwakte zijn bagage op de vloer,
vraagde aan mij om even op zijn bagage te letten en verdween. Hij ging de
persoon zoeken die de poort moest openen. In een tik en een wip was hij terug
met die persoon. Ik zette mijn bagage buiten voordat ik Guz ging halen. De man
met de sleutel had geen tijd om te wachten tot ik alles fatsoenlijk had
ingeladen. Ook de Oostenrijker moest buiten zijn fiets optuigen. Hij was
redelijk snel klaar, een ontbijt nam hij niet. Ik steek mijn rugzak in de
topkoffer, gesp mijn tank tas op de tank en rij naar de gelegenheid waar ik
kan ontbijten. Het is een tweehonderd meter voorbij het hotel. Ik geef de bon
van het hotel die me recht geeft op een ontbijt. Binnen een paar minuten had ik
thee, een grote omelet, en natuurlijk de gesneden komkommer en tomaten, zonder
deze groenten gaat het hier niet. Al bij al zag het er smakelijk uit. Ik nam
een hap van de omelet en viel bijna van mijn stoel. Jongens was dat kreng zout,
maar echt niet doen he. Ik probeer de omelet een beetje te mengen met de
groenten maar een echt succes was het niet. De helft is blijven staan. Voor ik
vertrek rook ik nog een sigaartje, er is tijd genoeg. Vandaag een ritje van 235
km. Ik zet de helmcamera op mijn helm, en het draadloos systeem van Garmin. Dit
is een blokje dat op de helm geschoven wordt en er voor zorgt dat ik Garmien
kan horen. Normaal zit dit blokje in mijn tank tas, ik neem het elke dag mee
naar de kamer om de batterij op te laden. Niet te vinden. Zal het deze keer
waarschijnlijk bij de laptop hebben gestoken. Zijkoffer open waar de laptop
altijd in zit, en lap, niets laptop. De laptop heeft al die tijd buiten aan de
poort van het hotel gestaan. Open en bloot op straat, het zal toch niet waar
zijn he? Neen, hij stond er nog, wat een ongelooflijk opluchting. Eerlijke
Bulgaren.
Aangezien
Silistra tegen de grens met Roemenië ligt waren we rond acht uur aan de
grensovergang Bulgarije-Roemenië. Een paar dagen geleden was het juist anders
om, alleen toen was de overgang met een ferry. Normaal gezien verwacht je dan
ook geen problemen. Amai, dat liep wel even anders af. Als ik aan de beurt ben
wordt mijn paspoort gevraagd en het inschrijvingsbewijs van Guz. Dit is de
eerste keer dat ze dat vragen op deze reis. Klakmans gaat met de documenten een
kotje in en blijft nog al redelijk lang weg. Ondertussen staan er een zestal
autos achter mij te wachten. Opeens wordt ik aan het loket geroepen, of ik
mijn rijbewijs kon laten zien. Voor mij geen probleem, voor de ondertussen twee
klakmannen wel. Ik heb onlangs mijn rijbewijs moeten laten verlengen. Het
rijbewijs voor diabeten is maar drie jaar geldig. De nieuwe rijbewijzen zijn
een soort geplastificeerde kaartjes ter grote van een bankkaart. Dat vonden de
klakmannen maar niets, nog nooit gezien. Ondertussen is de rij wachtenden
achter Guz tamelijk lang geworden. Ik word dan ook gesommeerd om Guz aan de
kant te zetten. Guz aan de kant gezet en terug naar het kantoor. Geloof het of
niet, er stonden twee klakmannen met een loep dat rare kaartje te bekijken. Ze
keken me ongelovig aan en mompelden iets van dit klopt niet. De tweede klakmans
vraagt triomfantelijk waarom er op mijn paspoort Nederland staat en op mijn
rijbewijs België. Dit allemaal in brabbel Engels van een jewelste. Ik leg hem uit dat
ik in Nederland ben geboren maar al vijftig jaar in België woon. Of ik dit even wil
bewijzen vraagt klakmans. Natuurlijk heb ik mijn Belgische verblijfsvergunning
bij, maar rampzalig genoeg is dit ook weer zon rot kaartje. De klakmannen
konden er niet meer mee lachen, ondertussen is het kwart voor negen. Met een
grapje kan ik hier misschien blijven slapen probeer ik het er wat
gemoedelijker aan toe te laten gaan. Niet goed dus, You have a big problem was
het antwoord. Ho, ho zo niet he mannen. Ik haal uit de tank tas de
telefoonnummers van de Nederlandse en Belgische ambassade in Bulgarije en vraag
hen één van de ambassades te bellen. Dit zagen ze echter niet zitten. Ik neem
mijn gsm en ga zelf dan maar bellen. Dit hadden ze liever niet. Na nog wat
discussie en gemekker lieten ze me gaan. Het is dan kwart over negen. Welkom
aan een grensovergang in 2013.
Het voorval
is direct vergeten. Het landschap is prachtig en het wegdek perfect. We snorren
langs de Donau door eindeloze velden met druiven. Mooie vergezichten, jammer
voor de fotos hing er redelijk wat nevel over de Donau. Om er door te rijden
gaf het wel iets mysteriues.
Een
schildpad heeft het einde van de oversteek gehaald, zijn laatste meter blijf ik
op de baan staan, zou echt wel zonde zijn moesten ze hem/haar nu nog in de soep
rijden.
Het delta
gebied begint te naderen. De Donau krijgt steeds meer vertakkingen, we rijden
voorbij enorme rietvelden. Hier overheerst de stilte, boven het gekwaak van
de talrijke kikkers en eenden klinkt de roep van een koekoek, en dat is het.
Eer we echter definitief in de delta zitten leidt de weg ons terug naar het
binnenland. Het wegdek is zo goed dat ik al rijdend een paar fotos kan nemen.
Ook hier is er weer de overgang naar enorm onoverzichtelijk landbouwgebied. We
rijden over kilometers lange kaars rechte weg met aan beide kanten alleen maar
landbouw. Ik betrap me er op dat ik begin te zijlen, hiervoor had ik Kris
gewaarschuwd toen hij uit Boedapest vertrok. Je rijdt met de motor en kijkt nog
wel maar eigenlijk registreer je de beelden niet meer. Je begint eigenlijk te
staren en ongemerkt van je lijn af te wijken. Met een schok realiseer je dat je
danig uit aan het wijken bent. Het is dan hoogtijd om even te stoppen. Ondanks
dat ik nog maar 50 kilometer moest rijden ben ik toch maar even gestopt. Iets
eten en een sigaartje roken helpt al heel wat. Te drinken was er niets, wegens
geen water meer. Normaal koop ik altijd een paar flessen water in een
benzinestation. We hebben nu echter 150 kilometer gereden en nog niets van
benzinestation tegen gekomen. Tijdens deze stop komt er in de verte weer een
van de vele paardjes met wagen. Het is een geroep en getier in het karretje. Ik
pak mijn verrekijker en zie dat het paard flink wordt afgebeuld. De voerman
brult zich de longen uit het lijf, naast hem zit een manneke van hooguit een
jaar of tien die constant met een lange stok flinke meppen geeft op de rug van
het paard. Als de dierenbeulen wat dichter bij komen wordt de stok schijnheilig
in de kar gelegd.
Eenmaal uit
het landbouwgebied zijn de herders er ook weer. Meer en meer komen er grote
stilstaande plassen in het landschap. Een koppel ooievaren is er aan het foerageren.
Eindelijk
kom ik op kilometer 220 km bij een benzinestation zelfs een redelijk groot. Ik
vraag of ik met een credit card kan betalen maar die vlieger gaat niet. Prospot
kilomét zegt de uitbater, daar heb ik niet heel veel aan. Voor Guz is er geen
probleem, die heeft nog bijna een kwart tank benzine. Ik begin nu toch wel
ferme dorst te krijgen. Het eerste bord duikt op waarop de richting naar Tulcea
wordt aangegeven. Het is nog een 30 tal kilometer mooie wegen. In Tulcea kan ik
eindelijk tanken en water inslaan. Guz heeft 345 km gereden met 19 liter
benzine. Lang niet slecht. Door het centrum van het stadje rijden we naar het
hotel. Het hotel is omringd door water. We gaan een bruggetje over en staan bij
de receptie. Het is nu klokslag half drie. Rap een douche gepakt en op
verkenning. Grote boten varen de Donau op en af. Er liggen talrijke bootjes en
boten waarmee tochten gedaan worden door de Donaudelta. De tochten variëren
van 1 uur tot 8 uren per tocht(incl. lunch op een eiland in een vissersdorpje.) Van uit mijn kamer heb ik zicht op de fontein.
Ik heb voor
morgen een excursie gereserveerd van 6 uren incl. lunch. Vertrek om halfelf.
Morgen dus
een verslag over het bezoek aan de Donaudelta, als ik hier niet opgevreten wordt door de muggen. Ben benieuwd of ik veel zwaluwen
tegen zal komen. J
|