21/05/14 Naar Viseu de Sus
Na een goede nachtrust en geheel nuchter kondigt de dag zich mooi aan met een heldere hemel. Om kwart voor zeven zitten we aan het sobere ontbijt. De bagage zit dan al in de motors. Om halfacht nemen we afscheid van ons vriendelijk gastgezin. Een gastgezin dat naar Roemeense normen 10 € per nacht te veel vraagt voor een kamer. Het avondeten was eerlijk gezegd ook sober voor de prijs die we er voor betaald hebben. De eigenaar kent zeer goed de prijzen in België, hij heeft er vier jaar gewerkt. 10 euro is voor een buitenlander niets zal hij denken en hij verhuurt dan ook zijn kamers voor 26 € per nacht via Booking.com. De gemiddelde kamerprijs van de hotels/pensions op het platteland is 18 € per nacht. Maar eerlijk is eerlijk hij is de slimste.
De eerste zestig kilometer moeten we over een drukke verbindingsweg. En of we dat geweten hebben. Diverse wegpiraten halen in op de meest gevaarlijke plaatsen. Met piepende banden snijden ze de weg af om op het laatste moment in te voegen. Armin krijgt de schrik van zijn leven als ik voor een dergelijke gek vol in de remmen moet, hij zou er mijn voorwiel uitgereden hebben. Ik besluit dan ook om iets agressiever te gaan rijden en me aan de snelheden van het verkeer aan te passen. We hebben tot nu toe heel de reis braaf de opgelegde snelheden gereden en hebben tot nu toe weinig problemen ondervonden. Maar als je dat op deze weg doet wordt je vierkant in de kant gereden. We rijden maar op twee wielen maar hebben power overhoop.
Als we eindelijk verlost zijn van deze weg komen we op mijn geliefde binnenwegen. We rijden door stadjes en dorpjes in het graafschap Covasna, het valt op dat er in deze streek veel minder armoede zichtbaar is. Mooie nette afgewerkte huizen. In plaats van mistroostige grijze blokken flatgebouwen van de voorbije dagen zien we hier appartementen in frisse kleuren het doet allemaal wat opgewekter aan. De paardenspannen zijn ook uit het straatbeeld verdwenen en het is buitengewoon aangenaam rijden hier zeker met een temperatuur van 24 graden.
We rijden door mooi heuvelend landschap tot we aan de eerste beklimming van de dag beginnen. Goed asfalt weinig verkeer en vloeiende bochten. We komen op 1.260 m hoogte en hebben een mooi uitzicht over de Karpaten. De heldere hemel maakt dat we prachtige foto’s kunnen maken. Proficiat voor de planner van de ritten ze vallen reuze mee. Laat ik dat toch zelf gedaan hebben zeker. . De rest van de dag rijden we eigenlijk over het dak van de Karpaten. Prachtige vergezichten en schitterende wegen. De hoogte waarop we rijden varieert tussen zeshonderd meter en twaalfhonderd meter. De weiden waar grazende kudden schapen op lopen moeten zeker niet onder doen voor de Alpenweiden ook niet wat begroeiing betreft. De temperatuur varieert samen met de hoogteverschillen tussen 19 en 24 graden. Het is ook deze dag genieten met de grote G.
De laatste 90 km is echter de hel. Een erbarmelijk slecht wegdek. Putten van twintig cm diep is absoluut geen zeldzaamheid, de Trophy’s krijgen het verschrikkelijk te verduren. Tot overmaat van ramp moeten we nog over een col van 1.415 m. Bloed zweet en tranen kost het om in de haarspeldbochten de putten, gaten, steenslag en zand te vermijden. Na deze helse 90 km komen we bij een benzinestation met een koffie een beetje terug op adel. Nog 15 km en we zijn in Viseu de Sus waar een prachtige kamer op ons wacht. We zitten nog altijd op een hoogte van 500 m.
Morgen rijden we langs de grens van Oekraïne om in Hongarije te overnachten. We hebben niets meer gehoord of gelezen over de toestand in Oekraïne en zijn dan ook benieuwd of er iets van spanningen te merken is in het grensgebied.









|