31/05/2015 We zijn weer vertrokken, deze keer na een toch wel zeer matig ontbijt. Zodra we Cosenza uit zijn wat geen enkel probleem was dankzij de deskundige begeleiding van mijn allerliefste Garmien rijden we het Nationale park van Pollino in. De stilte is heerlijk en kilometers aan een stuk kom ik geen levende ziel tegen. Prachtig bochtenwerk maar jammer genoeg een miserabel wegdek. Op sommige stukken is het gewoonweg de naam wegdek niet waardig. Putten van 20 cm diep en verschrikkelijke sporen in de bochten zijn schering en inslag. Het is opletten geblazen, ik kan toch niet voorkomen dat de Tri regelmatig flinke tikken krijgt. We doen het kalm aan genieten met volle teugen van de vele mooie vergezichten. Er hangt en heerlijke geur in de bergen van de volop bloeiende gele brem. We hebben geen zon, wat jammer is voor de foto’s maar toch en temperatuur van 22 graden. Boven de duizend meter houden we nog altijd een temperatuur van 17 graden. Mooie temperaturen om een dagje motor te rijden.
Valt er zo al eens iets te beleven als je een hele dag op die motor zit zullen er zich afvragen. Ik zou denken van wel. Een kleine greep uit de dagelijkse beslommeringen; Katten die plotseling op het laatste nippertje de baan oversteken, blaffende, grommende bijtende half verwilderde honden die uit de berm komen gesprongen, een dikke insect die zich te pletter vliegt tegen mijn neus plus de verschrikkelijke stukken wegdek. Maar een meneertje dat met zijn Fiat Panda spant toch wel de kroon vandaag. Waarschijnlijk voorbij zijn favoriete restaurantje gereden en aangezien er hier toch geen kat rijdt zal hij gedacht hebben wist hij niet beter dan achteruit door een blinde bocht te komen. De Kees snort de bocht in en ziet die onnozelaar op zijn gemakje achteruit komen tuffen. Al goed dat ik aan matige snelheid aan het bollen was zodat ik hem nog tamelijk gemakkelijk kon ontwijken.
Na 180 km en ongeveer twee duizend bochten hebben we het park gehad. Zeker de moeite al zijn er af en lange stukken die we door bossen rijden zodat er van vergezichten niet veel te zien is.
We draaien een op een mooie verbindingsweg met fantastisch asfalt en heerlijke bochten. Op deze weg kan ik het niet laten om de paarden los te laten. De Tri heeft er ook duidelijk zin in en een tiental minuten knallen we er lustig op los. We kunnen wat rijwind gebruiken want ondertussen is het een graadje of zevenentwintig.
We zijn in een heel andere streek terecht gekomen, de bergen zijn anders van kleur en er is veel minder begroeiing. Er wordt hier ook veel meer fruit geteeld, voornamelijk kersen, olijven en pruimen. Over olijven gesproken, er staan hier zeker zoveel olijfbomen als dat er in Frankrijk druivenstokken staan.
Om 14u45 komen we in het werkelijk prachtige Matera aan.
Morgen gaan we dit stadje van kop tot teen verkennen.















|