Heb ik al eens laten verstaan dat ik gek ben op de sound van die fabelachtige jammerplanken uit de jaren vijftig?
Allicht wel, of tenminste is dat toch tussen de regels door te lezen. Cochran's Gretch, Holly en Ritchie's Strats, de Danelectro's, Scotty's Gibson, whatever. Plus de talloze ten onrechte veel minder bekende goden die in de pionierstijd het mooie weer maakten.
Ik zocht me destijds de pleuris (en nooit gevonden) naar een nummer dat naar ik meende toegeschreven werd aan country-icoon Buck Owens (Tiger by the Tail) ervan uitgaande dat "Buckaroo" sloeg op z'n begeleidingsband.
Nu heb ik me nog niet de moeite getroost wat verdere opzoekingswerkzaamheden te verrichten (te warm, te zwaar getafeld, een drupje te veel Pouilly Fumé, afijn any excuse will do) om te achterhalen wie dat geweldig stukje gepingel op z'n naam mocht schrijven.
Haast onvermijdelijk overgeschakeld naar de troost der onwetenden (Joetjoeb) alwaar een filmpje opdook met vier proper gewassen heren in identieke kostuumpjes en dassen uit de Trois Suisses-catalogus (of het Amerikaanse equivalent) van dat seizoen.
Alstublieft: Don Rich, allicht een geduchte concurrent voor een mede-Telecaster adept James Burton.