Alle begin is moeilijk zegt het spreekwoord, maar op tijd stoppen blijkbaar nog lastiger. Meestal gaat het dan om sporters die er per se nog een jaartje willen bij doen, ondanks dat de tekenen van verval al onmiskenbaar aan de prestaties knabbelen: eens bejubelde voetballers raken geen bal meer en wielrenners kunnen niet meer volgen bij wat men ietwat denigrerend kermiskoersen noemt.
Ze geraken niet meer aan contracten tenzij aan minimumvoorwaarden en de tijd dat ze bovenaan de affiche garant stonden voor een volkstoeloop is vervangen door een berichtje achteraan de sportpagina's.
Sommigen, de verstandigste, houden de eer aan zichzelf en zoeken nieuwe horizonten, van ploegbegeleider tot materiaalman die de kegeltjes mag uitzetten bij zijn vroegere werkgever.
Dat geldt evenzeer in het muziekwereldje, enkele krasse knarren zullen het geheel terecht nog wel een tijdje uitzingen. Anderen daarentegen, zoals de Rolling Stones zijn verworden tot een pijnlijke parodie van zichzelf.
Daaraan moest ik denken toen ik op Youtube – de hemel en zijn goden weze geprezen voor dit formidabele beeld- en klankarchief – het afscheidstournee van Mark Knopfler tegenkwam opgenomen in Barcelona eind april van dit jaar. Vermoedelijk verschijnt daar nog wel een DVD van, kwestie van het pensioentje wat aan te vullen, vandaar dat de opname begint - en tussendoor ook nog wel, opgevrolijkt wordt met sfeerbeelden langs de overbekende monumenten van wat uitgegroeid is tot de hipste stad – veel tot spijt van de locals – van Europa.
Deze uitgesponnen introductie is deels een maskerade voor de ontgoocheling die blijven hangen is na het evenement.
Het eerste uur kabbelt en kabbelt als een bergriviertje dat maar niet tot bij de eerste stroomversnelling geraakt, al hebben we intussen bijna de hele gitaarverzameling (Gibson, Strats, National, Danelectro, PRS et j'en passe) van Knopfler de revue zien passeren. Niet dat dat voor veel animo zorgt: “I love you Barcelona” en “I am an old grandpa” met een hand op de schijnbaar versleten heupgewrichten draagt daar ook niet veel toe bij.
We zijn intussen een minuut en luttele seconden in het tweede uur aanbeland en zowaar verschijnt een minzame glimlach bij ondergetekende: “Done With Bonaparte” dat eventjes de illusie opwekt dat het toch nog goedkomt. Geen kwaad woord over de elfkoppige begeleidingsgroep waarbij ik mij zit af te vragen of die doedelzak, bouzouki, dwarsfluit en andere folktoestanden thuishoren bij het afscheidsconcert van wat ooit het belangrijkste onderdeel van rocklegende Dire Straits was.
Kijk, als ik filmmuziek wil horen ga ik wel naar de cinema en voor smooth jazz-achtige dingen kun je nog altijd, mits de juiste opdrachtregel, bij YT terecht.
Was er dan helemaal niets goeds aan? Toch wel, Mark's gitaarspel heeft nog maar weinig of niets van de vroegere brille ingeboet, alleen zit ik mij af te vragen of het echt nodig was drie verschillende gitaren en evenveel uitgesponnen solo's in hetzelfde nummer (Telegraph Road) uit de kast te halen.
Zelfs Money for Nothing - met een intro van de onverslijtbare Guy Fletcher (keyboards) als vocal stand-in voor Sting – beroert nauwelijks. Verder viel mij de fysieke gelijkenis op van bassist Glenn Worf met Dire Straits' John Illsley die tegenwoordig omgeturnd is tot pubeigenaar en kunstschilder van gitaren en blote madammen waar hij schijnbaar enig succes mee boekt.
Om het goed te maken bij de die hard MK-fans dit stukje uit "Real Live Roadrunning" uitgebracht in 2006 met Emmylou Harris - waarvoor MN sinds 1975 (of was het '76, de Gruyèrekaas van mijn geheugen allicht) en haar concert met de formidabele Hotband in de Roma - een speciale boon voor heeft.
Zowat alle muzikanten uit die tournee zitten ook nog op de reeks afscheidsconcerten (Fletcher - Worf - Richard Bennett, MK's eerste luitenant) waarbij opvalt dat MK zowaar een whammy bar (= tremolo) en een pick (=plectrum) hanteert wat hij anders vrijwel nooit deed.