Milaan - Sanremo
zaterdag 18 maart 2006

Als twee honden vechten om ...
Milaan-Sanremo luidde dit jaar al voor de 97ste keer het begin van de lente in. 190 renners gingen omstreeks half tien van start voor een tocht van maar liefst 294km. Van La Primavera wordt verwacht dat het een festival voor de spurters wordt en ook dit jaar lagen de verwachtingen hoog. Al weken werd er gespeculeerd over het duel tussen Petacchi en wereldkampioen Boonen. Vorig jaar won de Italiaan en kwam Boonen er niet echt aan te pas, deze editie zou dat wel anders zijn. Dat verwachtte men ten minste.
Na iets minder dan 30km wedstrijd ontstond een kopgroep van 8 renners met daarbij de Belg Staf Scheirlinckx (Cofidis). Zijn medevluchters waren Ludovic Auger (La Française des Jeux), Kjell Carlström (Liquigas), Daniele Contrini (LPR), Unai Etxebarria (Euskaltel), Giampaolo Cheula (Team Barloworld), Mirko Allegrini en Sergei Matvejev (Panaria). Hun maximale voorsprong bedroeg iets meer dan 11 minuten, maar dan beslisten Milram en QuickStep om het tempo de hoogte in te jagen.
Op de Capo Berta lieten Allegrini en Etxebarria hun medevluchters even achter, maar zij konden terugkomen. Enkel Scheirlinckx en Matvejev zagen de koplopers nooit meer terug. De zes werden enkele kilometers later bijgehaald door het peloton in de aanloop naar de Cipressa.
Bij de aanvang van de Cipressa hadden de renners nog zo'n 20km voor de boeg. Stefano Garzelli (Liquigas) opende de strijd. Hij kreeg even de steun van Peter Wrolich (Gerolsteiner), maar die moest even later alweer lossen. Zijn ploegmaat Moletta nam nadien de leiding over van Garzelli. Ook hij kon niet op kop blijven. QuickStep was vooraan in het peloton nadrukkelijk aanwezig. Pozzato kwam vaak in beeld, maar het was voornamelijk Bettini die de groep op sleeptouw nam. Boonen volgde gemakkelijk en ook Petacchi kon het tempo goed volgen. Van de spurters was het enkel Robbie McEwen die moest lossen op de Cipressa en even later ook op de Poggio. De Australiër kampt met een gebroken rib. In de afdaling van de Cipressa raakte een groepje van vier man weg: Moerenhout (Phonak), Schleck (CSC), Trenti (QuickStep) en Reynes (Caisse d'Epargne - Illes Balears)
En op 10km van de aankomst was het dan de beurt aan de beklimming van de Poggio. De Luxemburgse kampioen Frank Schleck demarreerde als eerste. Ballan (Lampre), Pozzato (QuickStep) en Astarloa (Team Barloworld) haalden Schleck in. Hij verzeilde even in de achtergrond, maar kon terugkeren samen met Sanchez (Euskaltel) en Nocentini (Acqua e Sapone). Bij het inzetten van de afdaling naar de Via Roma hadden de koplopers nog een mooie voorsprong op het peloton. De vraag was of de sprintersploegen nog genoeg kracht in huis hadden om de vluchters bij de kraag te vatten.
In de laaste kilometer raapte Pozzato al zijn macht bijeen en zette alles op alles. En het lukte hem. De Italiaan bleef net zijn landgenoot Petacchi voor. Paolini werd derde voor Boonen, die bij het overschrijden van de finish eveneens het vreugdegebaar maakte. De overwinning is toch in het QuickStep-kamp gebleven zal hij gedacht hebben.

Top 10 |
01.F.Pozzato 294km in 6h30'42" |
02.A.Petacchi z.t. |
03.L.Paolini |
04.T.Boonen |
05.D.Napolitano |
06.O.Freire |
07.S.Garzelli |
08.A.Ballan |
09.M.Elmiger |
10.M.Carrara |
GiGiVéLo
|