Antwerpen-Vezelay-Antwerpen - VERSLAG.
Door de vele regen werd deze poging zeer zwaar. Toch bleven die dagen voor altijd in ons geheugen gebeiteld, want het was een prachtig avontuur op mooie Franse wegen.
1. Landen - Signy- lAbbaye 167 km - 18 mei 1983
Felle tegenwind, wolkbreuk voorbij Dinant, lange en steile klim naar Les Masures, maar de landelijke wegen brengen het ware genot voor de fietsers.
Roger en Wilfried hadden enige moeilijkheid om logement te vinden.
2. Signy lAbbaye - Oigny sur Marne 105 km
Onze brede lichamen strijden tegen de felle wind die in onze oren fluit en dat werkt negatief in op onze zenuwen. Wegvergissing, we reden naar Chaumont-Porcien in plaats van naar Chateau-Porcien . Dat betekende 10 km meer. Gelukkig waren we nadien meer aandachtig zodat we te Wassigny wel links naar Hauteville namen. Grote drukte te in de stad Reims, waar we geen boerenkinkels mogen zijn die bier boven champagne verkiezen.
In Caisse dEpargne lEcureuil lopen de Spaarkas bedienden binnen voor een stempel.
Niemand kent Varsovie , een wijk die we moeten zoeken om ons parkoersblad trouw te volgen. Mais
. cest en Pologne, is het leuke antwoord dat we krijgen
.
De zon brengt de oplossing. Zij toont ons waar het Zuid Oosten ligt.
We aten slechts koekjes die middag en daarom krijgt vooral Hoskens, die met te groot verzet toert, een zware klop van de hamer tijdens de beklimming naar Luddes. Weldra begrijpen we wat Montagnes de Reims wil zeggen.
Twee verschrikkelijke stortbuien verplichten ons te schuilen. De wegen zijn vol modder en water. We hebben lege magen, slappe benen, en het is koud. Er liggen grote plassen, de vrachtwagens kletsen ons nat. We steken de brug van Marne over, we stoppen te Oigny aan de spoorweg, even voor Avizé . We zijn doornat en gelukkig op de droge kamer, terwijl het buiten giet en de goederentreinen (misschien volgeladen met champagne flessen) onze nachtelijke rust bemoeilijken.
3. Oigny-sur-Marne - Chablis 173 km
Doorheen de wijnakkers van blanc des blancs op lange rechte stukken vliegen wij vooruit tot Fère Champenoise, waar er wegwerken zijn en we vrezen de mogelijke bandbreuk.
Te Coursemain krijgt Wilfried iets aan de hand, en nog drie volle dagen zal hij dat blijven voelen. Omdat hij al rijdend steentjes van zijn buitenband wilde wrijven is zijn hand tegen de kader geslingerd geworden, zodat hij een felle hobbel op de bovenkant van zijn hand krijgt. Ergens aan een waterbak kan hij de pijn verminderen met koud water. Vele wegomleidingen negerend om toch op de voorgeschreven route te blijven rijden zij naar Méry sur Seine, ondanks een waarschuwende plaat Innondations.
De rivier Aube is buiten haar oevers getreden. Eerst zien beide kameraden wat plassen en slijk. Zij rijden doorheen een gebied van natte weiden en weldra ook staat er 10 cm water op de weg. Maar plots 200 m verder is er geen weg meer, wel een brede snelstromende rivier. Hun leuze is steeds vooruit ! .
Wilfried, wiens vader eens de felste zwemmer was tussen Maas en Schelde , neemt zijn fiets met bagage op de schouder en stapt de 50 m door het water dat weldra tot boven zijn knie komt. Vermits hij een lange vent is van 1m91 kan men begrijpen dat het water van de Aube, aangedikt door de regens, daar 60 cm hoog boven de weg komt.
Roger kan niet zwemmen ; hij is een korte dikke jongen met gespierde beentjes en daarom roept hij Laten we terug gaan
!
Neen, Hoskens
, dit is een historisch moment uit onze loopbaan van wielertoerist
kom toch mee
en avant
ik red U wel voor dat gij verdrinkt !
Met de moed der grote flandriens, met het vuile ijskoude water dat zijn fluitje doet krimpen, schuift deze Attenhovenaar ook naar de overkant terwijl zijn fiets-radio muziek speelt.
Zij steken hun voeten in lekkere sokken , en dan verder tot deze grote wielerdag afgesloten wordt te Chablis, in Hotel Relais de lEtoile , zeker een goede plaats om aan te bevelen.
De kamers zijn er oud, maar de antieke rijke hotelsfeer ( in 1931 logeerde de koning van Spanje daar ) en de uitmuntende tafel maken alles goed. Er is een grote keuze van Chablis wijnen , en die vermaarde flessen staan op de kaart tussen 95 FF en 150 FF.
4. Chablis - Vezelay 52 km
Wanneer we onze ogen openen is het al aan het regenen , zonder ophouden, zodat wij pas om 10u vertrekken, terwijl het nog steeds druppelt. De waterstralen geselen onze gezichten, en we fietsen keihard verder onder een zwaar wolkendek. De bomen langs de sprookjesachtige loop van de Cure zijn dakgoten die de fijne regens verzamelen om ze door spuigaten over onze lijven te gieten wanneer we voorbij fietsen. De laatste klim tot aan het pleintje voor de Basiliek van Maria Magdalena is zoals opstaan uit een badkuip. We zijn aangekomen op de startplaats van de Tweede en van de Derde de Kruistocht naar Jeruzalem.
Wij logeren in Relais du Morvan . We zijn daar kort na de middags en dat is goed, want bijna zijn alle hotels bezet te Vezelay, want we zijn op zaterdag voor Pinksteren.
Druipnatte koude fietstocht , maar we zijn blij en wij vieren onze aankomst.
Journée kruipt onder de douche, maar die is nogal heet, zelfs verschroeiend voor koude voeten. De reactie is rode uitslag want zijn huid verdraagt het niet.
Wat is het heerlijk tafelen in Le Relais du Morvan . De kamer met twee grote bedden kost 75 FF, een menu 40 FF - en een fles vin du patron 18 FF .
Bezoek aan de indrukwekkende kerk, wandeling , relax, aankoop van een fantasie landkaart Les Chemins de St- Jacques de Compostelle , welverdiend na 3 ½ dag afzien.
Er is een speciale gebeurtenis, een rally voor oldtimers, die daar wat animatie brengt.
5. Circuit du Morvan 85 km
Het Syndicat dInitiative gelegen naast het hotel bezorgt ons informatie over de streek, vooral een brochure met toeristische routes. Hieruit kiezen wij nummer 6. Het is mooi weer op deze hoogdag van Pinksteren. Tijdens ons ontbijt verschijnen kleine groepjes wielertoeristen te Vezelay, die een brevet randonneur 600km non-stop rijden, vertrokken te Clermont-Ferrand. De volgende dag worden daar ook kerels verwacht die 1000 km rijden in drie dagen. Zo vertrekken we dan voor een tocht doorheen de Morvan. Niets is mooier voor een wielertoerist dan te kunnen rijden helling op en helling af, in natuurpracht en langs historische plaatsen, het neusje van de zalm kan daar in het diepe Frankrijk worden gevonden op een zonnige zondag , een prachtrit. We doen dit met fietsen ontdaan van zware bagage. Onze conditie is prima en met lichte tred beleven wij grote fietsgenoegens. Op het einde van de rit verliezen we mekaar, doch op onze hotelkamer zijn we weer samen.
Nog een detail : we tafelden goed in een auberge te St-Aignan, en in de bezochte abdij , waar geen bier wordt gebrouwen, vonden we wel wat kaas.
6. Vezelay - Montier- en -Der 190 km (terug naar huis )
Op mooi parkoers leveren wij een goede prestatie, met pak en zak op onze goede fietsen.
We ontdekken een fout op ons parkoersblad, waarop Praslin moet staan en niet Preslin.
Dat zullen we dan maar aan KAWS melden. Ook wat betreft St-Pierre dat moet worden Mesnil St-Père . Bovendien is route forestière geen simpele bosweg, want Route Forestière is een bewegwijzerde toeristische route. Brienne is een leuke plaats om al te stoppen, maar we bollen nog wat vlot verder tot Montier-en-Der bij Gerard de vriendelijke baas van Auberge de Puisie. We ontmoetten er Hollanders die voor het jeugdweekblad Kuifje werken, en voeren die avond een lang gesprek.
7. Montier-en-Der - Vouziers 155 km
Een ongelukkige dag, regen, nattigheid, regen, nattigheid.
Een wiel van Journée geeft problemen. Ook op deze dag zien wij het voordeel en nut van een flinke warme maaltijd en van een lange middagpauze in een restaurant- routier. Wij peppen ons op met de gedachte dat zij die hier in 1914-1918 oorlog voerden in bloed, modder en water, het toch nog slechter hadden dan wij in de Argonne. Nat bereiken we Varennes, daarna snel rechtdoor naar Vouziers om zeker een droog hotel te vinden en een fietsenmaker.
Wij logeren in Hotel des Deux Ponts, door ons gekend van een vorige tocht. De bazin kent ons nog, wij dronken al veel pilsjes bij haar. Vijf hotelkamers worden daar verhuurd in de eerste vijf minuten dat wij daar arriveerden, gelukkig is er plaats genoeg. Hoskens heeft moeten vaststellen dat hij op amper 100 m voor de meet nog een platte band kreeg.
8. Vouziers - Landen 200 km
Weer de hele dag regen. We vervloeken die situatie. Al onze kleren zijn nu nat.
We smeren onze blote benen goed in, met verwarmende zalf en marmottenvet, en onder ons regenjasje dragen we zo weinig mogelijk kledij. We stoppen zo weinig mogelijk, rijden rechtdoor naar Sedan. Journée heeft een nieuw achterwiel gekocht voor 1400 BF, want zijn velg en spaken waren niet meer te herstellen. De grenspost Fleigneux blijkt een verlaten gebouw te zijn, waar nog slechts af en toe wat controle gebeurt door de douanes. Te Vresse vinden we daarom ons controlestempeltje. In ons natte vaderland wordt de regen nog kouder. Het is warempel hagel op een heuveltop. Al onze papieren en wegkaarten zijn nu natte vodjes geworden, we zijn trouwens te moe om naar wegwijzers te kijken, en bijna razend en nat doch gelukkig met de wind in t voordeel zwalpen wij kilometers en kilometers verder.
Eén grote gedachte is onze doping : op ons wachten te Jodoigne in HetWitte Paard enkele schuimende potten witbier van Hoegaerden.
Bij valavond belanden wij terug in onze heimat, doch om absoluut 200 km te scoren op ons tellertje , rijden wij nog even een bijkomend rondje om. Nog altijd valt de regen .
Weldra, staan we voor onze eigen huisdeur. Vermits we geen sleutel hebben, moeten we nog wat wachten alvorens binnen te mogen, en even nog steken we onze tong uit om te proeven hoe hemels zoet die regendruppels toch wel zijn.
|