Ik ben Journée Wilfried , en gebruik soms ook wel de schuilnaam PAPOUM.
Ik ben een man en woon in LANDEN (België) en mijn beroep is gepensioneerde , slapen, goed eten en drinken..
Ik ben geboren op 04/06/1944 en ben nu dus 80 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wielersport en tafeltennis, geschiedenis, reisverhalen, chansons, humor..
C'est plein d'Uylenspiegel Et de ses cousins Et d'arrière-cousins De Breughel l'Ancien
Le plat pays qui est le mien.
Tous les chemins qui mènent à Rome Portent les amours des amants déçus et les mensonges des anges déchus.
Pelgrim
Wat zich gaande voltrekt in de ziel van de pelgrim is niet een toenemend verlangen naar het bereiken van zijn reisdoel, niet het vinden van het heilige aan het einde van zijn bedevaart, maar zijn overgave aan de ruimte, aan de kiezels op zijn pad, zijn besef van niet-weten, zijn afdalen in de leegte.
Zijn benen worden zijn vrienden, de regen zijn lijden, zijn angst wordt gericht naar de honden langs de weg, het vele legt hij af en hij rust in het Ene. Al trekkend komt hij nergens, voortgaande bereikt hij niets, maar zijn vreugde neemt toe om een bloem en een krekel, om een groet en een onderdak.
Zijn reisdoel en zijn thuis vloeien samen aan de horizon, hemel en aarde vinden elkaar op het kruispunt van zijn hart. Het heilige verdicht zich in de dieren en de dingen. Zijn aankomst ligt verborgen in de wijsheid van het Zijn.
Catharina Visser
De Weg.
In de verte gaat een pelgrim, eenzaam over het pad. Met een blik voorwaarts, eindeloos turen naar het pad. Het pad dat hem leidt, de wind die hem begeleidt. Samen èèn met de natuur, de geur,het geluid en omgeving. Daar toont de schepping hem, nederig dat het pad van zand zo hard als steen is. Soms ook warm,koud en nat. De pelgrim stapt over het harde pad, met als enige vriend zijn schaduw. Samen op hun weg.
When we got to the sea at the end of the world We sat down on the beach at sunset We knew why we had done it To know our lives less important than just one grain of sand.
En camino de Santiago Sur le chemin de St Jacques Iba una alma peregrina Allait une âme pérégrine Una noca tan obscura Une nuit si obscure Que ni una estrella lucia ; Que ne brillait aucune étoile ;
Le patron de toutes les filles C'est le saint Jacques des Bourdons; Le patron de tous les garçons C'est le saint Jacques des Coquilles. Nous pouvons tous les deux nous donner un bouquet, Coquilles et bourdons exigent que l'on troque; Cet échange affermit l'amitié réciproque, Et cela vaut mieux qu'un œillet.
Dat een pelgrim bij terugkomst niet wordt herkend door de mensen thuis, is een geliefd thema in middeleeuwse pelgrimsverhalen. Waarschijnlijk wil de legende daarmee aanduiden, dat de pelgrim door zijn bedevaart een ander mens is geworden; hij is op Christus gaan lijken. Dat wordt uitgedrukt door de omstandigheid dat de mensen van vroeger de teruggekeerde pelgrim niet meer herkennen: hij beantwoordt niet meer aan het oude beeld, dat zijn nog hebben; de pelgrim is een nieuwe mens geworden.
Betrouw geen pelgrim met een baard Die met een schooikroes geld vergaart Al beed'lend langs de wegen sjokt En met een deerne samenhokt.
Priez pour nous à Compostelle - Barret et Gurgand - 1977.
Par milliers, par millions, le besace à l'épaule et le bourdon au poing, ils quittaient les cités, les chateaux, les villages, et prenaient le chemin de Compostelle. Gens de toutes sortes et tous pays, ils partaient, le coeur brulant, faire leur salut au bout des terres d'Occident, là où la mer un jour avait livré de corps de l'apotre Jacques.
Ik had het eerst niet in de gaten, en opeens zàg ik het spoor dat jij voor mij hebt nagelaten.
Mon père .
Assis dans un vieux fauteuil Recouvert d'un plaid usé, Il rêve de son passé, En attendant le sommeil.
La fumée d'un cigare Flottant au-dessus de lui, D'une auréole, pare, Sa tête grise, de nuit.
Vêtu d'un pantalon gris, Chemise de flanelle Sous le tablier bleu sali. Sa casquette est belle.
Il sait déjà que demain, Sera le grand jour pour lui. Mais il ne regrette rien, Et partira seul sans bruit .
***
La mort .
Le jour où tu viendras, A l'aube d'un matin, Me tendre les bras Me chercher par la main, Entre comme moi Par le fond du jardin.
Tu essuyeras tes pieds Sur le grand paillasson, Pour ne pas marquer Tes pas dans le salon, Et n'oublie pas d'ôter Ton noir capuchon.
La table sera mise Et le vin bien chambré, Quand tu sera assise Nous pourrons le goûter, Avant que je ne suive Ton ombre décharnée .
Mais si tu préfères Par surprise me faucher, Au début de l'hiver Ou au soir d'un été, Pousse la barrière Elle n'est jamais fermée.
Avant de m'emporter, De rendre ma valise, Laisse-moi griffonner Une dernière poésie Où je ferai chanter La beauté de la vie.
Ce n'est pas ce matin Que je quitterai le port, Puisque de mes mains J'ai caressé si fort Ses lèvres de satin Que je t'oublie, la mort.
+++
SEUL SUR LE CHEMIN .
J'ai traversé des villes, J'ai longé des cours d'eau J'ai rencontré des îles J'ai cotoyé le beau !
Tout au long du voyage Rien ne m'a retenu Même pas un signe de croix Tracé d'une main tremblante.
Le vent, la mer, la pluie M'ont façonné le coeur. Je suis leur propre image, Immuable douleur.
Je fais signe aux oiseaux, Seuls amis de ce monde, Qui m'entraînent dans une ronde A m'en crever la peau.
J'ai traversé des coeurs, J'ai rencontré des bras, J'ai caressé des fleurs, J'en ai ceuilli pour toi.
TENNIS DE TABLE MESATENISTA PING PANG QIU TISCHTENNIS TABLE TENNIS
photos courtesy ITTF
乒乓球 Stolni tenis Tenis Stolowy
ITTF TABLE TENNIS Classement mondial 26 - 08 - 2012 World Ranking Weltrangliste Ranking Mundial Värlen Rangordning Classifica Mondiale MESSIEURS : 1. ZHANG Jike - CHN 2. MA Long - CHN 3. XU Xin - CHN 4. WANG Hao - CHN 5. MIZUTANI Jun - JPN 6. MA Lin - CHN 7. BOLL Timo - GER 8. CHUANG Chih-Yuan - TPE 9. OVTCHAROV Dim - GER 10. WANG Liqin - CHN 11. JOO Se Hyuk - KOR 12. OH Sang Eun - KOR
-- DAMES : 1. DING Ning - CHN 2. LI Xiaoxia - CHN 3. LIU Shiwen - CHN 4. GUO Yan - CHN 5. ISHIKAWA Kasu - JPN 6. FUKUHARA Ai - JPN 7. FENG Tianwei - SIN 8. KIM Kyung - KOR 9. GUO Yue - CHN 10. WANG Yuegu - SIN 11. WU Yang - CHN 12. TIE Yana - HKG
De noodklok belt slechts éénmaal Komt weldra de ultieme speeltijd Ademen voor de laatste maal Gelukkig geen haat noch nijd Toch af en toe een flater Een zorg is dit voor later Lopen van os naar ezel Toch af en toe een flater Niet knikkers tellen, wel het spel Lopen van os naar ezel Dagelijks goed aan de kost Niet knikkers tellen, wel het spel Verwachtingen zelden ingelost Dagelijks goed aan de kost De beste blijft mijn moeder Verwachtingen zelden ingelost Water is het kostelijkste voeder De beste blijft mijn moeder Om bestwil een toontje lager zingen Water is het kostelijkste voeder Op zoek naar de diepte der dingen Om bestwil een toontje lager zingen Komt het varksken met de lange snuit Op zoek naar de diepte der dingen Nu is dit pantoumeke bijna uit Komt het varksken met de lange snuit Ademen voor de laatste maal Nu is dit pantoumeke bijna uit De noodklok belt slechts éénmaal.
Tibertyn. ***
Kleine mensenhand strooit op winterse dag kruimels voor de mus.
Schelpen op het strand die worden door de branding voor ons kind gebracht.
Molens in de wind draaien, draaien, en draaien in het vlakke land.
Kerstman in de straat borstelt met grote bezem sneeuw weg van de stoep.
De dode takken breken af bij felle wind van de avondstorm.
Kreten in de nacht van kikkers in de vijver lokken de reiger.
Hulpeloos jong lam verloren tussen struiken waar de wolf vertoeft.
De werkzame bij zoekt in de roze bloesems lekker naar honing.
The country with the biggest population in the world, the People's Republic of China, regards this sport as the most important.”
De pelgrim.
Hij is op de weg alleen al weet hij nog niet waarheen maar ergens stond geschreven dat hij die richting moest gaan en aarzelt hij soms even langs de eindeloze baan terwijl hij in zijn hart voelt dat velen eerder gingen mijmerend over dingen terwijl een windje afkoelt .
Verder dan Rome loopt de weg.
Ervaringen van een pelgrim.
27-02-2011
Even kennis maken met Romain Gary.
Op weg naar Rome verbeeldingsvol proza brengend op de tijdloze heirbanen van deze blog is het niet uitzonderlijk van een Roman tegen te komen, maar als de man Romain Gary heet dan is het de moeite om het even beter te bekijken.In het grote circus van de Franse letterkunde was Romain Gary ( 1914/1980 ) een piloot, schrijver, vertaler, filmregisseur, diplomaat, literair meesteroplichter, in tijden toen Charles De Gaulle, Gilbert Bécaud en Brigitte Bardot, zo belangrijk waren. Geboren te Vilnius - toen nog in Polen of was het elders - tijdens oorlog en revolutie, was Roman de zoon van een artieste. Zijn natuurlijke vader was onbekend en de man die zijn moeder huwde droeg de familienaam Kacev, hetgeen zorgde voor officiële papieren. Maar die echtgenoot liet vlug zijn kroost in de steek. In de woelige tijden van de burgeroorlog emigreert mama zoals velen uit Oost-Europa, en in 1925 runt zij te Nice een bed & breakfast. terwijl haar jongen in de Franse taal naar school gaat te Aix-en-Provence. Deze taal zal hij tijdens zijn leven zeer goed hanteren, terwijl hij zich eveneens uitdrukt in het Russisch, Yiddisch, Duits, Pools, en Engels.
Vanaf 1933 studeert Roman Kacev rechten te Parijs, waar hij omwille van het antisemitisme zijn naam wijzigt in Romain Gary en hijdoor naturalisatie Fransman wordt. Meer op café dan op de schoolbanken, haalt de levensgenieter toch zijn universitair diploma, en neemt hij in 1938 dienst als officier-piloot bij de Franse Luchtmacht, hetgeen een bijzondere wending zal geven aan zijn leven. In 1940 vliegt hij over naar Engeland waar hij zich aan de zijde van Generaal De Gaulle schaart. In Noord-Afrika, Europa, Egypte, Syrië, overleeft hij vele gevaarlijke opdrachten. Le Compagnon de la Libération, décoré de la Croix de Guerre, de oorlogsheld, Romain Gary wordt vanaf 1945 aangeduid door le Quai d'Orsay voor belangrijke jobs in de diplomatie, in Bulgarije, Zwitserland, Bolivië, en hij wordt weldra benoemd tot secretaris van de Franse delegatie bij de UNO te New-York. Nadien krijgt hij de hoge post van consul-generaal van Frankrijk te Los Angeles.
Romain Gary debuteert als schrijver in 1945. Hij munt uit door verzorgde stijl en door veel bittere humor. Hij schrijft minstens 37 boeken, die hij ook vertaalt en hij huwt met de Engelse schrijfster Lesley Blanch. Ondanks zijn werk als ambtenaar, zijn reizen en zijn verschijningen in het uitgangsleven, schrijft hij iedere dag gedurende vier uren. Hij noemt dit ' son évaluation quotidienne'. Hollywood biedt hem kansen in de film, zijn proza komt op het witte doek. In 1962 zorgt Romain Gary voor het scenario van The Longest Day , de unieke periode in 1944 die hij zelf had meegemaakt in Normandië. De bekende speelfilm Lady L met Sophia Loren, Paul Newman, David Niven, is ook volgens zijn scenario. Maar als criticus, scenarioschrijver, filmmaker, verdient hij niets.Wel ontmoet hij zo de mooiste vrouwen. Als diplomaat (1946-1961) heeft hij wel de middelen om een goed leven te lijden. Als beroemdheid en schrijver weet hij vanaf 1962 niet meer wat hij verdient, en in de seventies valt hij op door zich bijvoorbeeld in zeer speciale outfits te kleden.
Overal waar hij komt laat Romain Gary niemand onverschillig, zeker ook de dames niet. Maar er komt kritiek op hem, want een winnaar van de Goncourt Prijs zou volgens de critici zijn talent niet mogen verkwisten. Zijn liefdesaffaire met de jonge actrice Jean Seberg wordt dagelijks in de boulevardkranten uiteengesmeerd. Hij trouwt met haar in 1962. Roman Kacev, altijd nog op zoek naar zijn roots, niet verlegen om zich te verplaatsen met valse pasports of identiteiten, de schrijver die tijdens het werken aan een nieuw verhaal als het ware in het vel van zijn hoofdpersonage kruipt, brengt nu boeken in de winkels die geschreven zijn door René Deville, Fosco Sinibaldi, en vooral Emile Ajar. Hij voedert de persjongens met lokaas. Weldra bijten die in de door hem gebakken wafels. Zij schrijven dat er een nieuwe generatie is die veel beter het Frankrijk van na 1968 begrijpt. Penneridders die te veel in de USA verblijven, zoals Romain Gary zijn voorbijgestreeft en uit de mode. Maar die nieuwe Emile Ajar is ongetwijfeld de beste van de 'nouvelle vague' uit de boekenwereld. Wat moest gebeuren, is dan ook gebeurd, zulk een jong talent als Emile Ajar kreeg de Prix Goncourt.
De Académie Goncourt kende haar prijs in 1975 toe aan Ajar zonder eigenlijk te weten wie achter die schrijver zat. Een tijd lang beweerde Paul Pavlowitch (een zoon van Gary's neef), dat hij Emile Ajar was maar het bleef mysterieus rondom zijn schrijverschap. Tot aan het moment van Gary's overlijden in 1980 bleef de spookschrijver Ajar een vraagteken.Vermits Romain Gary ook al in 1956 met Les Racines du Ciel de prijs had gewonnen werd hij de enige schrijver die dat kon waar maken, met een geweldige goocheltruck weliswaar. Aan de Prix Goncourt, wellicht de belangrijkste litteraire prijs in Frankrijk, is amper een geldprijs van 10,00 verbonden (om met de metro terug naar huis te geraken), maar ieder jaar sedert 1903 hangt er een commercieel succes aan vast, de verkoop van honderduizenden exemplaren en ook vette baten voor de vertaalrechten.
Jean SEBERG (1938/1979) Toen de grootmeester van de Amerikaanse film Otto Preminger besloten had om het leven van Jeanne d'Arc te verfilmen liet hij aan 18.000 jonge vrouwen testen afleggen om de geschikte actricete vinden die deze moeilijke rol zou kunnen vertolken. Twee starlets bleven tenslotte over : Barbara Streisand en Jean Seberg. Het was deze laatste, een studentin uit Iowa die werd gekozen. Met haar androgyne verschijning, haar onschuldige maar toch erotische uitstraling, werd deze Jean Seberg in korte tijd een superster te Hollywood en te Parijs. Bonjour Tristesse, Jeanne d'Arc, A Bout de Souffle, Paint your Wagon, en Airport, zijn slechts vijf van de meer dan dertig films waarin zij was te zien. Ook al werd zij als Patricia Mancini in A Bout de Souffle een ikoon van de cinema aan de zijde van Jean-Paul Belmondo, toch is zij de vrouw van de flamboyante diplomaat Romain Gary. Maar de Amerikaanse is vooral graag verliefd en dat is zij zowel in fictieve affaires op het witte doek, als in het dagelijkse leven, en de lezeressen van de vrouwenbladen, magazine's over film, en de boulevardkranten, willen alles over haar weten. Haar grote liefde met Romain Gary duurt tot in 1970.
De slanke Seberg is op korte tijd schatrijk geworden. Volgens de toen heersende mode waaraan ook Maryline Monroe, Jane Fonda, e.a. zich begaven laat de Hollywoodster zich graag zien in de politieke middens die de gang van zaken in de Westerse democratiën contesteert. Zij verdedigt liberale gedachten en toont haar sympathie voor de Black Panther Party van MalcolmX. Een blanke filmster die optrekt met revolutionnaire zwarten, die deze verstopt in haar woningen en die ook geld geeft voor hun strijd, de gelijkheid van blanken en zwarten in de USA, dat kwam in het nieuws, dan werden de persjongens gieren. Jean Seberg staat weldra op de zwarte lijst van de F.B.I. en J.Edgar Hoover laat haar dag en nacht in het oog houden, en pesten met 'dirty tricks'. De filmster beweert dat zij als baas van eigen buik ook mag slapen met wie zij goesting heeft, zwarten, en latino's inbegrepen. Dat is toch immoreel vindt het blanke deftige America dat haar wegspuwt. Jean Seberg vlucht naar Parijs. Zij is zwanger, en de roddelbladen strooien rond dat de baby een negertje zal worden. Zij wint een proces tegen Newsweek dat leugens over haar had gepubliceerd. Maar deze toch wel bijzondere vrouw die te sterk meeleefde met zij die werden achtervolgd, voor zij die opkwamen voor het milieu en voor de mensenrechten, begon stilaan de situaties te onderschatten. Zij verloor haar kindje dat vroegtijdig op de wereld kwam. Zo gleed zij van depressie tot depressie, werd verslaaft aan alcohol en aan medicamenten, en soms leed zij echt aan obsessies en achtervolgingswaanzin. Tijdens een nieuwe crisis werd zij plots vermist. Pas 11 dagen later, op 30 augustus 1979, werd zij dood teruggevonden in haar auto op een parking waar zijzelf zeker niet kon naartoe gereden zijn. Er was grote twijfel of het geen moord was, want die frele vrouw had 8-promille in het bloed op het moment van haar dood. Zo iets is onmogelijk. Het graf van Jean Seberg bevindt zich in de Cimetière Montparnasse te Parijs.
TIRED OF BEING NOTHING BUT MYSELF. Op 2 december 1980 pleegde Romain Gary zelfmoord met een kogel door zijn mond naar de hersenen. De man die van zijn moeder en van vele vrouwen had gehouden, die had gevochten tegen het racisme, voor de rechten van de mens, en voor het behoud van het milieu, de man die joodse synagogen niet belangrijk had gevonden en katholieke kerken ook niet, de man die wel een vriend was van Charles De Gaulle, maar die niet aan politiek deed, vluchtte op het einde van dat jaar voor zichzelf. De man die voor oude waarden was ' pour la mère patrie ' meldde dat zijn daad niets te maken had met Jean Seberg, van wie hij na hun scheiding een vriend was gebleven. Deze romantische en tragische figuur, die uitbundig en vol passies had geleefd, zakte soms helemaal wanhopig weg. De laatste woorden die hij schreef waren : ' Je me suis bien amusé, au revoir et merci ... ' . Dertig jaren na zijn dood blijft deze veelkleurige schrijver velen intrigeren , en dat zal in de toekomst niet verminderen.
"La vérité, c'est qu'il y a des moments dans l'histoire, des moments comme celui que nous vivons, où tout ce qui empêche l'homme de désespérer, tout ce qui lui permet de continuer à vivre, a besoin d'une cachette, d'un refuge. Ce refuge, parfois, c'est seulement une chanson, un poème, une musique, un livre."Education européenne - Romain Gary .
Maandag 25 - Zwolle. Gezellig ontbijt - praatje met een andere blonde met blauwe ogen. Ik maak nog een rondje, maar dan vind ik dat mijn fiets moet gekuist worden. Ik doe dit met vuil ondergoed dat ik daarna deponeer in een vuilbak. Met kattenvet voor mijn benen smeer ik terug mijn ketting. Ik fiets tot Kampen aan de Yssel waar ik stop aan het postkantoor en Dronten waar ik tijdens een regenwolk ga schuilen aan de bankautomaten van de Amro. Ik bereik Flevoland, de zoute vlakte die werd afgenomen van de zee. Op de lange rechtlijnige stukken van het vuile fietspad liggen veel takjes en bladeren. Lelystad. Aan een supermarkt stop ik om yoghurt en fruitsap te kopen. Nogmaals zie ik een automaat dat niet dient om volle flessen uit te halen, doch om leeggoed in te stoppen met teruggave van munten. Ik zie het station en de haven, alsook de vele moderne wijken, pleintjes, fietspaden, parken, kanaaltjes. Overal zijn er nog werken bezig. Deze stad bestaat nog maar officieel als gemeente sedert januari 1980. Op het VVV kantoor krijg ik een fantastisch goede service. Ik moet om 16u45 in de Donaustraat zijn waar ik mag logeren voor 35 guldens. Ik spring alzo weer op mijn fiets en kom in een nieuwe wijk met bizarre woningen en straten die de namen dragen van Europese stromen. Ik fiets door de Rhone, de Schelde, de Maas, de Taag, tot waar Guus op mij wacht. Hij is een magere man van 1m95 , gekleed in rood en zwart, een soort artiest of Oosters filosoof. Hij runt een vegetarisch restaurant dat op deze dag is gesloten, maar dan heeft hij precies veel werk met inkopen en voorbereidingen. Hij zal ook de nacht doorbrengen bij een vriendin om samen transcendente meditatie te beoefenen. Daarom krijg ik de sleutel van zijn huisje en voor de rest zullen wij mekaar niet meer storen. Hij toont me in zijn tuin het kot met kruiwagens waar mijn fiets kan staan en geeft me een adres waar ik voeding kan gaan halen hetgeen niet zo evident is in zijn woonwijk, en hij duidt mij de plaats aan waar ik zijn sleutel zal moeten achterlaten .
Ik verken mijn huisje en slaap een beetje op het bed dat voor de gasten is voorzien. Twee uren later neem ik een douche, doe ik mijn was , en vermits er veel muggen zijn houd ik een minutenlange jacht op deze beestjes. Dan vertrek ik in de avond. Ik vind een telefoon om naar Sonja te bellen want die weet graag waar ik ben en volgt me op een landkaart aan de muur. Bij een Chinees bestel ik maïssoep en omelet met crab voor 27,50 gulden.
Dinsdag - 25 - Lelystad .
Mijn dure fiets sliep in het huis en niet in dat kot in de tuin. Met alle middelen maak ik me een uitgebreide breakfast. Met de waterverwarmer van Guus maak ik me een grote hoeveelheid thee met veel suiker waarmee ik mijn drie drinkbussen vul. Ik kuis alles op en verlaat die woning. Nu komt de zee in 't zicht ! Uit een winkel die zich ' De Gezonde Voedingszaak ' noemt, komen prachtige maar dure bananen in mijn etenszakje. Ik laat mijn oude traingsbroek achter sedert de start van deze rit in gebruik tijdens regen en wind. De slingerende fietspaden rondheen Lelystad brengen me tot aan de Batavia. Een buitengewoon groots opgevat plan zorgt voor de reconstructie van een replica van het beroemde galjoen Batavia waarmee de Hollandse zeevaarders van de Verenigde Oost-Indische Compagnie de oceanen en verre eilanden veroverden, om met rijk terug te komen. Het entreegeld bedraagt individueel 15 gld maar in het zog van een groep bezoekers met gids loop ik ongewild gratis mee binnen. Gezeten naast de Batavia schrijf ik een half dozijn zichtkaarten naar vrienden en collega's in België.
Met wind in de zeilen op de Houtribdijk volg ik weldra tussen Markermeer en Ysselmeer de N302 naar Enkhuizen. Aan Check Point Charlie stop ik tussen lucht en water voor vis met frietjes en twee pintjes. In het prachtige haventje Enkhuizen aan de overkant wacht me echter grijsheid en regen. In het droge museumcafé tijdens koffie met taart schrijf ik nog kaartjes naar adressen die ik bijna was vergeten, en zo zijn dan mijn postzegels opgebruikt.
Via Andijk kom ik fietsend op een hoge dijk te Medemblik. De vele historische gevels en de St-Bonifaciuskerk uit 1404 tonen hoe rijk deze marktplaats in het verleden was. Na twee mislukte pogingen opent Pension Singelzicht voor mij haar deur, na 68 km afgelegde weg. Nacht en ontbijt kost er 35 gld. Het bad is in mooie blauwe steentjes. Ondanks blijvende motregens ga ik wandelen. Voor het eerst zie ik een agentschap van de VSB-bank sedert kort een partner bij verenigd Fortis. Ik ga wat eten en probeer gebakken mosselen met brood. Het bier is er zo slecht dat ik een bruisende watertje vraag om door te spoelen. Wat later in een kroeg kan ik niets dan goed zeggen van Heineken, want het vocht uit drie pintjes glijdt zachtjes door mijn keel. Midden in de nacht word ik wakker. De oude hond van Pension Singelzicht kwam aan mijn deur krabben. Hij mag van mij aan de voeten op m'n bed slapen. Hij mag ook terug weg want ik laat voor hem mijn kamerdeur open staan.
Woensdag 26 - Medemblik . Om 8u30 precies word ik pas wakker. Dit was ook het afgesproken uur voor het ontbijt dat reeds op me wacht. Alle tijd echter omdat het buiten al onwedert met regen, donder, en bliksem. Praten met de vrouw des huizes kan nu, over de keuze die ik zal moeten maken : Texel of Terschelling ? Ik fiets door de Wieringermeer polder, doorheen een bos, op de natte recreatieweg van de kuststrook, tot Den Oever waar het etenstijd is : bruinebonensoep met boterham en kaas. Ik neem de tijd want het regent weer. Plots sta ik op, spring op mijn fiets, en ook al is het apocalyptisch met felle slagregens en winden, ik waag me toch op de Afsluitdijk. Met een snelheid van 32 km/u vlieg ik vooruit. Af en toe stop ik om dromend naar de grootsheid van het oneindig waterlandschap te zien en als een wielerheld bereik ik fier Kornwederzand op het einde van een fietstocht die ik nooit zal vergeten. Omdat ik helemaal nat ben en de regenval is gestopt, parkeer ik me in een autobushalte. Ik droog mijn lijf af met een propere handdoek en ik verander van kledij. Op heerlijke droge kousen fiets ik nadien verder naar Harlingen. Dit gebeurt langs de zijdijk vanaf Zurich en het is alsof ik 'n flieger uit vroegere dagen ben op een reusachtige velodroom, terwijl het de wind is die van mij een kampioen maakt.
Te Harlingen vul ik mijn geldbeugel terug met biljetten uit een automaat. Ik drink druivensap maar dat geeft me dadelijk het zuur op de maag, en dus gooi ik de helft weg. Het fietsen in de koude regen heeft me honger gegeven zodat ik van zodra mogelijk warme worstenbroodjes ga eten, maar dat duurt toch zo lang eer die gebakken zijn en me worden opgediend. Zo kom ik te laat om nog op die dag met de boot naar Terschelling te varen. Ik zal dus moeten te Harlingen deze rit afsluiten. Op de VVV zoekt men voor mij een kamer voor twee dagen in Pension Havenzicht. Dat kost mij 90,00 piek vermeerderd met 2,50 voor de telefoonkosten . Voor mijn fiets zal het op de tiende dag een volledige rustdag worden. Douche. Telefoon naar Sonja. Tijdens mijn verkenning van Harlingen koop ik me sigaartjes, toevallig bij de eigenaar van Pension Havenzicht van wie de familie reeds lang de befaamste tabakswinkel van deze havenstad runt.Als pelgrim kom ik uiteraard terecht in de straat van Sint Jacob. Bij Veldeman, een grote viswinkel met restaurant, wil ik wel wat guldens gaan uitgeven. Weer zo'n lekker blond Hollands wijf brengt me aan mijn tafeltje en presenteert me de volle kaart. Ik bestel de admiraalschotel, de dagspecialiteit uit hun viswinkel, voor 26,50 gld ,met daarbij nog ijskreem, biertjes en extra-fooi voor 15,5 gld. Ik betaal met mijn Golden Eurocard om te bewijzen in dit schone restaurant, dat ook ik ondanks mijn sportieve kledij van goeden huize ben, zoals het keurige klienteel aan de vele andere tafels.
Donderdag 27 - Harlingen - Terschelling . Tijdens het ontbijt blader ik in de Dominicus reisgids, praat ik met twee vrouwen op weg naar Vlieland, en met de bazin van Pension Havenzicht. Zij wijst me hoe ik de snelboot naar Terschelling kan nemen. Om 9u30 ben ik reeds in de haven en betaal ik voor een ticket van de Ferry Friesland. De overtocht duurt twee uren. Het regent echter en dat bederft weerom mijn plezier. Op het eiland gekomen regent het nog meer. In een koffiehuis met winkel moet ik schuilen en koop ik een rode wollen muts, want ik heb een koude kop en weinig haren beschermen mijn hersens. Met het slurpen van hete erwtensoep met spekjes vul ik de tijd en mijn maag. Daarna bezoek ik de Vuurtoren Brandaris en Het Behouden Huis. De vondsten van de jutters en de door duikers opgeviste schatten uit gezonken schepen, werden daar verzameld. Maar vooral het Epos van Willem Barentz, de man die naar China wou varen via de Noordpool wordt er duidelijk uitgelegd, de Overwintering op Nova Zembla. Na de regen vertrek ik voor een schone wandeling, want plots is de zon teruggekomen. Zij schittert op een unieke manier over wolken, land, en zee. Ik zie het goddelijke licht dat de grote Hollandse schilders nodig hadden voor hun inspiratie. Ik rust uit in DE WALVIS, en terwijl ik geniet van een Terschelling Koffie, het Friese broertje van Irish Coffee, aanschouwen mijn ogen de prachtige schittering van de zee. Als volgent punt op mijn programma komt het Museum Zee Aquarium, toch ook een aanrader die de bezoekers alles leert over de Wadden, de vogels, de duinen, en de vissen. Door gebrek aan tijd en vermoeide benen kan van echt wadlopen geen sprake meer zijn. Een andere boot, de eigenlijke snelboot waarvoor ik 7,50 gld extra had betaald vertrekt met mij om 16u45 en vaart terug naar Harlingen in amper 45 minuten. Heerlijke tijd op zee, goede lucht, zon, oneindigheid van verten en wolken, en het toppunt wordt ook nog het zien van wilde zeehonden op een zandbank. Terug op vaste grond loop ik nog wat rond in Harlingen. In een ander visrestaurant dan gisteren, meer een eethuis voor de gewone man, met de naam Bij Wally schuifel ik naar binnen voor het avondeten. Ik bestel ook daar De Schotel van de Admiraal, de grootste portie voor de felle eters. Dit werd een zware dag met veel inspanning voor voeten en benen, en er kwam veel te veel vochtige lucht in mijn longen.
Vrijdag 28 - Harlingen.
Terug wielrijder ! Ik maak een praatje met een lieve blonde dame die het ontbijt serveert en de kamers in orde brengt. Onverwachts maakt zij me discreet duidelijk dat zij voor 50 gulden ook wel privédiensten verzorgt op het bed. Ik ben geen zeeman, maar wel een fietsende pelgrim. In mijn koersbroek volg ik met blote benen op deze zonnige herfstdag de Waddenzeeroute. Ik kom in de St-Jacobiparochie. Dit land aan de zee is het paradijs voor de jutters en de wadlopers. Vele schapen zorgen in de polders en op de heide echter voor veel stronten. Vermits ik in een verlaten gebied kom, besluit ik van mijn stuurtas te vullen met cola, pepsi, en snickers. De wind waait op de fietspaden en op de dijken in mijn voordeel. Gedurende een tijd pedaleer ik in het gezelschap van een man die me wel uitvraagt doch die zelf slechts kan zeggen dat ik de Bijbel zou moeten lezen tijdens deze periode van mijn leven wanneer ik van jong naar oud aan het kantelen ben. Ik bereik Lauwersoog. Na wat geknoei op een militair domein en om de goede weg te vinden, begrijp ik eindelijk dat in het Noorden van Friesland alle wegen niet meer naar Rome leiden, maar - en dat is toch zeer logisch - alle wegen lopen in het Noorden naar Groningen. Ik moet lang rijden op een fietspad dat werd verhard met zeeschelpen. Omdat Groningen toch zo een belangrijke stad blijkt te zijn wil ik er in een boog rond rijden. Het malen van kilometers blijft maar verder gaan. Om 17u00 en aan Km 100, vind ik dat ik mag afblazen, want de zon verliest reeds haar klaarte.
Te Winsum is de VVV gesloten. Ik vraag aan mensen op straat of er nergens mogelijkheid is om een kamer te huren voor de nacht. Geen antwoord. Ik stap een winkel binnen, geef 5 guldens, en vraag aan de winkelierster of zij telefonisch voor mij een kamer kan vinden. Zo geraak ik toch spoedig bij oma en opa Groeneveld naast het kanaal. Op korte afstand kan ik bij een Italiaan Pizza du Chef eten vergezeld van een fles Valpolicella, en ook naar België telefoneren. Op één gulden na zijn mijn 50 gulden, die ik ook al zou kunnen onkuis gebruikt hebben rond 9 u00, dan toch goed opgebruikt om 19u00. De avond wordt verder gezellig doorgebracht tot 23u00 in de living van die oude mensen.
Geschreven in het Gastenboek bij de Groeneveld's. Zij verstonden geen Frans, maar vonden het mooi dat er wat van die vreemde taal in hun boek kwam te staan. ' Pélerin sans foi, vagabond trop riche, supportant mal le poids de mes cinquante années, cherchant un ailleurs par les mille vents du Sud-Ouest, suivant mille canaux, digues, ponts, et fietspaden, après dix jours de route ma bicyclette s'est arrêtée ici en la modeste cité de Winsum où une épiciére gentille m'a indiqué la maison des Groeneveld. Le ciel était lourd mais un grand soleil illuminait la demeure de ces gens. La qualité de leur hospitalité est rare. Merci opa et oma Groeneveld. C'était bien bon chez vous. Demain et bien plus tard, je penserai encore à vous.' - W. Journée - Landen ( Belg ) - 0032 11 883709 .
Zaterdag 29 - Winsum . Om 8u00 daal ik naar beneden om post te vatten op 't toilet van de familie Groeneveld. Nu ontdek ik pas dat er schilderijen hangen met wielrenners uit vroegere tijden. Mooi. Het bed was hard. Er was geen douche en ook geen bad. Voor 30 gulden mag niet veel worden verwacht. Door de fles rode wijn die ik had gerdronken bij die pizzaboer had ik weinig eetlust.Toch moet een wielrenner deze maaltijd als ernstig beschouwen om 'de man met de hamer' nergens te ontmoeten.
Pech reeds voor de start. Mijn achterste band staat plat en ik ontdek hoe vuil mijn fiets is door de schapen, de nattigheid, het zout en het zand. Op straat geef ik mijn fiets een flinke beurt met emmers water en een borstel. Op dat moment komt opa Groeneveld weinig vriendelijk zeggen dat ik me wat moet haasten omdat mijn gastfamilie om 9u20 wordt afgehaald om naar een braderie te gaan. Ik ruim mijn kamer op, plaats mijn fietstassen op de stoep , en begin aan de herstelling. Wat te zenuwachtig omdat de oude Fries me bijna wegjoeg nadat ik hem mijn guldens gaf, ook al was ik een propere gast geweest, ben ik onhandig en de buitenband geraakt moeilijk terug op de velg. Om 9u15 neem ik afscheid van de oma en ik neem richting Groningen. Maar om 9u30 reeds sta ik terug stil omdat mijn achterste band opnieuw plat is. Nu stel ik vast dat er een scheur is in mijn buitenband want die is als het ware ontploft. Gelukkig ben ik niet meer op het platteland of aan de zee. Vrijwel direct vind ik een fietsenwinkel en een kantoor van de Amrobank. Omdat het de laatste zaterdag van de maand is, moet ik wel één uur aanschuiven om mijn eurocheck van 200 gld te innen. Ondertussen babbel ik met een postman die ook een fervente fietser is en wordt mijn fiets hersteld door een specialist. Hij plaatst een Vredestein Gran Ruta op mijn achterste velg. Een flesje olie, een doosje Simson plakkertjes, een binnenband, een leuke sticker voor mijn dochter, en de werktijd van de hersteller, voor een totaal van 81,00 gld, lossen al mijn problemen op. Het is alsof de wegen naar Groningen in stervorm liggen want ik zie het centrum van die stad maar niet komen omdat ik altijd op fietspaden rijd in schuine richtingen. Met mijn nieuw geld uit de Amro ga ik inkopen doen om 's zondags geen honger te moeten lijden. Ik sla yoghurt drinks, chocolade, nootjes, en snickers in. Ik verander van schoenen en sokken wegens koude voeten heb, en ook zet ik mijn zadel terug wat hoger. De nattigheid blijft aanhouden en ik bol daarom flink door naar het Oosten. Na een zigzag route in landelijk Friesland arriveer ik te Delfzijl. Ik vrees aan de kust concurrentie van de weekend toeristen en ga zo vlug mogelijk aan het spoorwegstation de VVV opzoeken . Gesloten. Ik droog me daar goed af en pas mijn kledij aan, want meer dan 48 km zal ik op deze zaterdag niet fietsen. In een boekenwinkel krijg ik goede info. Weldra vind ik zo een mooie kamer in het prachtige Ems Hotel aan de zee. Drie sterren en 110,00 gld. Dat mag wel zoveel kosten om een zondagochtend uit te slapen. Bad. Kleurentelevisie. Diner met kaarslicht maar zonder enige geliefde. Wel eenzaam slikkend tijdens het leegmaken van glazen goed Witte Raaf Bier. Ik ben aan de Bocht van Watum en logeer in een grote paalwoning. Regenwolkjes blijven maar alles besproeien, maken kikkers, eendjes en vissen gelukkig, en vullen de kanalen en de riolen. Ik geniet van warmte en van luxe.
Zondag 30 - Delfzijl. De meeuwen tateren er maar op los. Weinig gasten in het Emshotel. Alles is er grijs behalve dan de witte vogels. Lekker ontbijt. Omdat ik veel moet betalen, steel ik wat terug door suiker en thee te pikken voor mijn drinkbussen, en ook een broodje met konfituur voor later op de dag. Ik rijd door de polders. Even stop ik aan een kerkhof waar de sfeer van Allerheiligen reeds voelbaar is. Het regent heel fijne druppeltjes. Lange rechte stukken weg, helemaal vlak en eentonig. De Dollard zee is niet ver. Over een sluis op het kanaal geraak ik Duitsland binnen. Daar is het nog natter en kouder. Te Ditzumverlaat op zondagmiddag ben ik fier op mijn eigen wanneer ik besef dat mijn Duits nog altijd goed genoeg is om mij verstaanbaar te maken. Schuilend onder de ingang van de Sparkasse praat ik met voorbijgangers. Is er hier ergens een Zimmer Frei ? Plots is er een vrouw met een lichte motorfiets die werkelijk een barmhartige Samaritane is. Zij nodigt me uit bij naar thuis om toch wat beter te schuilen en warme thee te drinken, hopend dat ik later op de dag tot Emden kan geraken waar er in het Novotel kamers genoeg zijn. Zij telefoneert zelfs naar dat hotel om zeker te zijn. Deze Frau Kuper van de Bundenhammer te Dollart en haar echtgenoot, een amateur-chiropracticus, zorgen voor koekjes en thee, en ik ben de entertainer met een goede babbel gedurende een paar uren.
Bij mijn vertrek, wanneer de regen voorbij is, krijg ik een goede Duitse wegenkaart mee. Via Jemgun en Bingum steek ik de Ems over en zo bereik ik de stad Leer in Ostfriesland. Ik begeef me naar een zeer groot gebouw van de Hervormde Kerk waar de Jeugdherberg zich bevindt. Alle deuren zijn er open, doch er is geen kat, geen muis, geen kind, geen boer,geen godsdienstleraar, ... niemand, behalve dan die ene vreemde pelgrim op zijn fiets. In de grote ingangshal maak ik mijn fiets goed vast aan de verwarming, zodat hij droogt want dat is wel nodig. Ik verken te voet even Leer , ontdek de geweldige fietsenhandel Oltman, en in de Texas Bar stap ik binnen om een half haantje met brood te eten en Union Bier te drinken. Met de Duitse munten die ik daarna heb, kan ik in een cabine naar huis telefoneren.
Terug in de jeugdherberg is er nog altijd niemand. Het is daar zo groot als een klooster. De signalisatie toont mij wel waar de slaapkamers zijn. Ik zorg zelf dat ik boven ben ingekwartierd en dat mijn fiets veilig staat. Ik neem een douche en ga wat op een bed liggen om te rusten en om warm onder dekens te blijven. Een uurtje later word ik wakker door lawaai. Ik maak kennis met de herbergmutti die zeer onvriendelijk is. Zij is bezig met twee meisjes uit te kafferen die ook willen slapen in de jeugdherberg, hetgeen hen geweigerd wordt om welke reden ook. Is deze jeugdherberg nu open of gesloten ? Er staat hier geen borje ' Geschlossen '. Ik dreig haar over te schrijven wegens afwezigheid op haar job. Ik ben reeds overal in de wereld geweest in jeugdherbergen maar dit heb ik nog nooit gezien ! Dan bekent zij dat zij eigenlijk maar een vervangster is die waakt op honden, katten, en kinderen. en dat zij niet weet hoe zij gasten moet boeken. We boeken dus niet, wij slapen hier naamloos. Gij blijft dus maar naar uw televisie kijken en chips eten, en wij zullen onze plan wel trekken ! Einde discussie, en vrede op aarde voor de mensen van goede wil. Oef, echt zo 'n bazig wijf, gangmaakster van de parochie, zoals mijn tante Maria. ! De twee rugzaktoeristen uit Munchen beschouwen mij als een ridder van de Ronde Tafel, en zij zullen op het zaaltje naast mij slapen op dezelfde gang. We beloven van samen te spannen als er nog problemen volgen.
Omdat ik door mij op te winden zeker nog niet kan slapen ga ik terug naar het Stadsmitte van Leer in Nedersaksen. Ik ontdek het Kulturcafé Taraxacum ( de paardenbloem- le pissenlit) zopas ingericht als Frans Café met als naam 'La bonne Baguette '. Ik eet er ' Crêpes aux oignons '. Op alle muren zijn foto's van Parijs, van Jacques Prévert et ses chansons. Ik probeer Frans te spreken met de dienster, maar deze begrijpt me niet. Het is de eigenaar van de tent die zorgde voor de Franse stijl maar niemand die daar werkt is ooit in Frankrijk geweest. Voilà ce qui est très drôle !.
Wanneer de bladeren van de bomen zijn gevallenen dood op de grond liggen ... Wanneer de heimwee naar gelukkiger dagen ons hart droevig maakt .
Op het einde van deze natte ellendige zondag gebeurt er een mirakel. Ergens ver in een niemandsland aan Ems en Leda worden voor mij alléén de mooiste Franse chansons gespeeld en ik drink een fles Bourgogne Passetoutgrain. Dààr kan alleen mijn vriend Saint Jacques le Majeur voor hebben gezorgd.
Eenzame kille nacht in de leegte van die grote jeugdherberg van Leer .
Songtekst:Jacques Prévert.
Les feuilles mortes. O je voudrai tant que tu te souviennes Des jours heureux où nous étions amis En ce temps là la vie était plus belle Et le soleil plus brûlant qu'aujourd'hui Les feuilles mortes se ramassent à la pelle Tu vois je n'ai pas oublié Les feuilles mortes se ramassent à la pelle Les souvenirs et les regrets aussi Et le vent du nord les emporte, Dans la nuit froide de l'oubli Tu vois, je n'ai pas oublié La chanson que tu me chantais C'est une chanson, Qui nous ressemble Toi tu m'aimais Et je t'aimais Et nous vivions Tous deux ensemble Toi qui m'aimais Moi qui t'aimais Mais la vie sépare Ceux qui s'aiment Tout doucement Sans faire de bruit Et la mer efface sur le sable Les pas des amants désunis C'est une chanson, Qui nous ressemble Toi tu m'aimais Et je t'aimais Et nous vivions Tous deux ensemble Toi qui m'aimais Moi qui t'aimais Mais la vie sépare Ceux qui s'aiment Tout doucement Sans faire de bruit Et la mer efface sur le sable Les pas des amants désunis.
1994. Inleiding. Ik was vijftig jaren oud geworden en had mijn midlife crisis gekend. Op mijn werk in de openbare kredietinstelling ASLK-CGER was een omwenteling aan de gang die toen de naam Fortis in onze straten liet komen. Een sociaal plan voorzag het afvloeien van werknemers bij de aloude Spaarkas die sedert 1865 bestond en die een huwelijk aanging met haar vroegere aartsvijand De Generale Bankmaatschappij. De nieuwe managers van Fortis besloten van met het Flexi Plan 200 bedienden uit de administratie naar meer commerciële posten te brengen. Ik werd aanvaard in die groep, veranderde van taalrol, en kreeg een stoel aan een snelloket te Sint-Truiden. Even vroeger had ik ook reeds mijn aanvraag ingediend om het statuut van 'Disponibiliteit 52+ ' te bekomen. Dit betekende dat ik nog maar 20 maanden zou werken alvorens vervroegd op pensioen te mogen gaan op 52-jarige leeftijd. Sedert mijn fietstocht naar Schotland in 1987, was ik bijna helemaal stil gevallen als toerist. In 1990 had ik mij een randonneursfiets op maat laten bouwen bij Vlerick te De Pinte, en ik kocht ook een iglotent, een dure slaapzak en fietstassen. Maar door ziekte en onzekerheid stond mijn prachtige trekkersfiets gedurende vijf zomers in mijn kelder zonder dat ik het kon aandurven een internationale fietstocht te ondernemen. In october 1994 had ik nog vele verlofdagen. Ik vroeg dus een hele maand vrijaf, en ik bekwam dit op mijn bankkantoor waar iedereen reeds veel verlofdagen had opgebrand en alle werkposten in october bezet waren.
Jonagold Cox Orange Ambiorix
Dinsdag 18 . LANDEN. Start met de kilometerteller op 3070 . Vertrek om 10u00. Ik volg Vlaanderen Fietsroute, Haspengouwroute. Na 20 km stop ik om mijn remmen beter af te regelen. Na 30 km rustig nabij een tumulus is het tijd om te picknikken. Op weg naar Heks bewonder ik hoe de Jonagold pluk overal flink bezig is. Bommershoven. De onverharde weg die ik volgde loopt dood in een wei, maar wat verder zie ik de staatsbaan. Ik rijd door het gras, maar moet wel mijn fiets over de prikkeldraad heffen met het risico van mijn dure nog nieuwe zakken te scheuren. Eerste dwaasheid ! Het is zonnig, maar een koude tegenwind waait. Onze oudste stad Tongeren, van Ambiorix en van Konings, de ene koning van de Eburonen en de andere koning van de mosselen met friet. Langs de Jekervallei tot Glons, en dan de lange klim van Houtain St-Siméon. Km 68. Visé. Voor een slecht gertrainde is het niet slecht, maar in de helling was ik niet in staat van een verzet te vinden dat mij paste.Ik ga te voet tijdens het verlaten van de Maasvallei. Daarna fiets ik ontspannen door 's Gravenvoeren en Sint-Martens-Voeren. Reeds om 16 u20 bereik ik de Jeugdherberg De Veurs, na 78 km te hebben gefietst. Tijdens het wachten op de opening van de deuren, eet ik appels, vers van de boom en afgepoeld aan een waterkraan. SNOEP VERSTANDIG EET EEN APPEL . Om 17u 00 kan ik me inschrijven. Met mijn nog niet in dat jaar gebruikte lidkaart is er een bonnetje dat mij gratis nacht en ontbijt geeft. Na douche kan ik al avondeten. Veel boterhammen. Koffie, suiker, melk, is onbeperkt. Ik maak een babbeltje met wandelaars uit Westende, een militair op definitief verlof. Tijdens een wandeling door het dorp telefoneer ik aan echtgenote Sonja. In de Centre Culturel et Sportif drink ik ' Blanches de Hougaerde dans un verre givré '.Terug in de jeugherberg speur ik nog wat rond en zo kom ik te weten dat er een pot is vol met condooms, gratis ter beschikking voor jongeren met onrustige hormonen, dat er ook een 'Kartoffelvakantie ' bestaat, dat alle vuile schoenen moeten buiten blijven, dat er een afdak is voor fietsen, en dat de bazin nog maar pas een kindje heeft gekregen, want er staat een houten ooievaar naast haar deur.
Woensdag 19. Sint-Martens-Voeren. Deze fietstocht moet bewijzen of ik tijdens mijn komende jaren van mijn vervroegde pensionering goed zal kunnen genieten van mijn vrijheid en mijn nog goede gezondheid. Ontbijt aan lange tafel, met op deze weekdag 12 + 6 = 18 gasten in deze Vlaamse Jeugdherberg. Ik fiets terug naar Moelingen, en dan naar de grens. Het is goed weer. Ik volg een fietsroute langs Rijckholt en Gronsveld, door bos, over hellingen, en soms onverhard tot Oost-Maastricht, richting Amby. Stop in resto Mac Donald nabij het voetbalstadion van MVV. Elsloo. Kasteel. Op een bank nabij vijver doe ik een dutje. Wat een heerlijk landlopersbestaan ! Stein. Ik volg het Julianakanaal en zie vele blauwe reigers.Vissers, wandelaars, fietsers. Urmond. Sittard. Aan de kruispunten kunnen fietsers groen vragen door op een knopje te drukken. Ik zoek naar de jeugdherberg van Sittard, doch Het Molenrad werd zopas omgebouwd tot tehuis voor gehandicapten. Dus moet ik naar het ANWB kantoor waar ik een kamer huur voor 85 guldens in Hotel Oranje. Het is een compacte nette kamer met TV en ik geniet van een heerlijke douche.Mijn tocht van vandaag was 66 km lang. De avond in Theaterstad SITTARD vervolgt met koffie in de Sirkel. Op het grote plein stap ik het Chinese Restaurant binnen. Drie biertjes en eten in een korf kosten me 27,5 guldens. Aan de Postbank staat een bedelaar en die krijgt van mij 5 gulden want ik vind dit een avond om gelukkig te zijn. Wandeling met een boogje naar het hotel, waar ik nog geniet van een ijsje en een biertje. TV . Braaf in 't bed .
1765 - De Schutterij Sint Martinus van Sint-Martens-Voeren . 1641 Kevelaer
Donderdag 20 - Sittard. TV - Douche - Ontbijt - Kaarten geschreven aan familie en vrienden. Susteren - Echt- Montfort- Linne . Ik geniet van de grootsheid van de velden. Gelreroute. Roermond. Stop voor een frietje en een cola. Daarna volg ik ANWB route voor fietsers naar Arnhem. Mijn pedaalarm kraakt en komt los. Ik herstel zelf. Voor zo'n bagatel durf ik geen fietsenhandel binnen stappen. Overal worden fietsen met veel glitter verkocht, maar waar is eigenlijk nog zo'n goede oude hersteller ? Swalmen- Reuver-Tegelen. Ik geniet van koffie en gebak. Ik koop één liter limonade in een recycleerbare plastieken fles met 1 gulden statiegeld. Te Venlo kom ik tussenwerken gereden, veel buldozers en een moeilijke omleiding. In het ANWB kantoor van Venlo koop ik een goede kaart om gemakkelijker Kevelaer te bereiken langs kleine wegen en aan de andere kant van de grens. Rust op een bank, en opknabbelen van een appelsien, daarna fietspad naar Straelen. Oei, mijn pedaalarm komt teug los. Ik wil beter herstellen, maar mijn sleutel is te klein, met een mesje en andere kant van sleutel gaat het beter. Eindelijk voel ik nu dat de wind in mijn rug blaast. Met groot verzet en hard duwen kraakt de pedaalarm niet meer ! De zon begint te dalen, zodat ik ondanks vermoeide benen toch sneller begin te rijden . Om 18u00 bereik ik de jeugdherberg van Kevelaer waar slechts één man zal overnachten en dat ben ik. Pittig detail : hier probeerde ik in 1987 een kamer te bekomen voor vier personen en een hond, mijn hele familie, maar dat lukte ons niet wegens overbevolking. Tussen de vele jongeren had mijn hondje vlug vrienden. Doch, weldra paniek , in onze verwarring om een kamer te vinden, vergaten wij even onze Bibi. We waren reeds verder gereden zonder te denken dat ook hij met ons meereisde. Op minder dan één uur was onze hond al de grootste vedette van die jeugdherberg geworden, en ook hij was ons eigenlijk vergeten omdat hij zoveel aandacht kreeg van talrijke jongens en meisjes die nog nooit zo'n braaf en lief beestje hadden ontmoet ! Goed gewassen en in andere kledij maak ik een wandeling. In een Oud-Duits Restaurant neem ik een tafeltje. Voor visschotel, Wienerschnitsel, 3 glazen bier, betaal ik 42,00 DM. In de donker en terwijl akelig sirenes loeien stap ik terug naar mijn logement. Afgelegde weg op de fiets : 92 km.
Vrijdag 21 - Kevelaer. Na mijn individuele Fruhstuck om 8u00 vertrek ik reeds, en ik pik ook nog één Brötchen mit Käse mee, ' one for the road ...' . Voor de start probeer ik mijn pedaalstang stevig te fixeren, maar omdat het resultaat me niet bevalt beslis ik om te zoeken naar een professional die zorgt voor de oplossing . Ja, hoor, in deze stad vind ik een grote zaak van Koga Miyata met een vrouwelijke manager die me vriendelijk ontvangt; In het atelier wordt gewerkt aan drie punten : de remmen, de versnellingen, en de pedaalstang. Een wandeling door Kevelaer, plaats van religie en godsdienstige kunst, kan me niet boeien. Ik zie prachtige houten beelden. eens koop ik nog wel de apostel Jacob als pelgrim , of dan enkele figuren voor Kerstmis. Even praat ik met iemand in Joola training, een Tischtennisser uit Wolfsburg. Stop te Weeze. Cola en koek. Ik telefoneer naar huis voor 2,30 DM en schrijf zichtkaarten. Alles loopt goed met mijn fiets, alhoewel de remmen zeer dicht tegen de velgen komen. Ik meende dat zij er tegen schuurden want ik geraakte slecht vooruit. Tegenwind, bergop, slechte forme, waren echter de redenen die mijn snelheid aan het beperken waren. Op deze dag zou ik 76 km afleggen. Velospellen rond mijn benen zorgen dat mijn broek netjes blijft, maar zij sluiten ook mijn bloedsomloop af. Mijn voeten vallen in slaap. Nabij Hasselt in Niederrhein gooi ik daarom die fietsspellen weg. Ik maak een omweg naar Xanten, zeker de moeite waard , want Xanten ligt op de weg naar Rome. Het weer is lekker goed, en ik neem al mijn tijd om de Alte Römerstadt te bezichtigen. Tweeduizend jaren geleden kwam de Rijn hierlangs maar hij wijzigde zijn loop. Ten tijde van keizer Augustus was Xanten een fort aan de grens van het Romeinse Rijk. Twee legioenen ( 10.000 soldaten) verbleven hier. Zij maakten vele kinderen met de plaatselijke vrouwen. Tot de inval van de Franken in 450 na Christus duurde hun invloed en hun cultuur, waarvan nu nog vele zichtbare sporen overblijven. Mijn dochter Martine kwam op schoolreis ook Xanten bezoeken. Een valse portier en bewaker van de fietsstalling vraagt me 2,00 DM. Ik zeg eerst dat ik hem niets anders wil geven dan een pak slaag, en dat zal ik ook vlug doen. Hij druipt af. Vijf minuten later rijd ik terug langs hem voorbij. Ik stop en geef de man 4,00 DM, zeggend ' Es ist so eine schöne Tag, gehen Sie ein Bierchen trinken auf meine Gesundheid ...! ' . Ik maak een ritje naar het Niebelungen Ferienbad, een grote zwemvijver voor zomerse dagen. Praatje met fietsers, daarna koffie en gebak voor 9,30 DM. Verder naar Bedburg-Hau waar ik terecht kan in een Fremdenzimmer. Wat verder in dit bosrijk gebied is er een grote kliniek die horizontaal werd uitgebouwd . Wandeling, bad, avondeten, lektuur.
Xanten, Saintes,Geel, Salibury, Stoere Romeinen, behalve als Ambiorix aankwam overal kwamen mijn fiets en ik.
Zaterdag 22 _ Bedburg-Hau . Aan Frau Schuska betaal ik met een eurocheck van 36,50 DM. De Via Romana volgend naar Kleve stop ik nog even om vuil ondergoed te dumpen in een container die reeds vol was met patattenschillen. Wandeling te Kleve. Te Kranenburg zie ik een forelkwekerij met veel circlatie van water in buizen en goten, opgehangen aan altijd groenen Tannenbaumen. Terug in Nederland, te Groesbeek kom ik aan het Tivolipark. Ik geniet van de prachtige herfstkleuren in dit bosrijk en heuvelachtig gebied. Stop aan de Canadese begraafplaats. Het is goed weer, ik heb gezweet, en ik verander daar van kledij. In het visitors book schrijf ik mijn gevoelens op bij het zien van de graven van de gesneuvelde soldiers. Ik bereik Mook en volg het fietspad aan de Maas-Waal , daarna volgt Malden en Nijmegen. Er is veel drukte. Temperatuur 16°C. 16u00. Op deze zaterdag zal mijn rit 91 km bedragen.
Ik moet nog 16 km tot Arnhem fietsen en doch ga eerst voor de regenbui schuilen aan Supermarkt Jan Linden waar ik yoghurt drink tot wanneer de lucht weer droog wordt. Het is nu zuurstofrijk en op het fietspad Maastricht-Arnhem kan ik een flinke vaart aanhouden. Te Elst lokt een hotelletje mij, maar ik meen dat het nog te vroeg is. Zo waag ik me dan in de lange doortocht van Arnhem. Tweemaal is er geen plaats meer , in Hotel Blanc en in de Old Dutch. Ook nabij het station mislukt het tweemaal. Ik koop een telefoonkaart en telefoneer naar huis. Door de natte avond rijd ik nog 10 km verder . Ik val bijna op gevallen herfstbladeren, verlies me op kerkhoven voor joden en katolieken. Mijn geduld wordt beloond want in Alseveer Youth Hotel zal ik de nacht mogen doorbrengen. Eten, slapen, ontbijt, veilige plaats voor mijn fiets, kost me in totaal slechts 40,75 guldens. Ik maak kennis met Piet Schütz en zijn zoon Turi, ook fietsers. Ik geniet van bier en van thee aan de bar, tot 23u00, maar ik zal slecht slapen .
Zondag 23 - Alseveer. Ik heb nuttige informatie over de jeugdherbergen in Nederland, en ik mijn zadel wat hoger geplaatst omdat ik met droge schoenen met een dikkere zool wil verder rijden. Fietsend langs een militair vliegveld, op fietspad door bos en hei kom ik doorheen het Park Hoge Veluwe . Als ik in Rheden ben en niet in Loenen, besef ik dat ik verloren ben gereden, maar het is daar aan de Yssel zeer leuk, en daarom maak ik er halte om te telefoneren, en ik kan echt niet weerstaan aan aanbod van Italiaans ijsdiner dat me daar lokt. Langs het Appeldoorns Kanaal verder, schaf ik mijn bezoek aan Zutphen af. Appeldoorn in de regen inspireert mij ook niet en zo bereik ik weldra op deze rustige zondagnamiddag Deventer. Ik vind het daar zeer mooi.
Bij een Turk eet ik mijn buikje vol met een Kebbab van 16 guldens.
Op Sint-Valentijnsdag van een jaar dat nu al zolang voorbij is dat de kinderen die door de liefde toen werden verwekt bijna grootmoeder of grootvader zijn, toen ik mij reeds een tijdje aan het afvragen was of ik mijn palet maar niet definitief moest opbergen, nam ik op die bewuste zaterdagochtend toch maar de tram om te gaan deelnemen aan het Premier Tournoi de Tennis de Table du Cercle Sportif du Personnel de la Radio et Télévision Belge. Het was toch te slecht weer om te gaan fietsen of te gaan wandelen, en voor een pas gescheiden vrouw zonder kinderen waren er op die dag toch maar weinig andere mogelijkheden.
Ik voelde me die week niet bijzonder fit, maar toch had ik aanvaard om de kleuren van de Spaarkas, mijn werkgever, te verdedigen op dit sportief gebeuren voorbehouden aan personeelsleden van een aantal bedrijven, banken, parastatale instellingen, ministeries, pensioenkassen. De Sportkring van de ASLK was ook uitgenodigd geworden en had beloofd van het gevraagde aantal van vier spelers of speelsters af te vaardigen, en die moesten dan spelen netjes volgens sterkte en kleur verdeeld over vier reeksen.
In mijn jeugd had ik in het tennis en in het tafeltennis enige reputatie opgebouwd, en ook zelfs in het zwemmen en in cross-country, maar dat gebeurde dan wel in mijn thuisbasis te Walshoutem, in de steden Borgworm, Hannuit en Hoei, en zelfs te Luik, maar in de hoofdstad Brussel was ik totaal onbekend in het milieu van het pingpongballetje. Met mijn klassement Interbanques 3 bevond ik me, zoals ingeschreven door mijn Cercle Sportif de la Caisse d'Epargne, op tabel III met tafeltennissers die niet sterker dan D2 waren.
Met hoogte- en dieptepunten spartelde ik, met telkens verlies van een set, door mijn eerste matchen tegen gespierde kerels in korte broek die wel hard op de bal sloegen maar veel te veel misten, zelfs tijdens hun opslag. Na drie overwinningen dronk ik een grote tas gesuikerde koffie, met een stukje taart, terwijl de mannen toen reeds pinten bier dronken. Ik had ook een kommetje rijstpap meegebracht met veel bruine suiker en dat heeft me goed gesmaakt. Na de pauze vanaf 14u00 versloeg ik iedereen, ik had geen enkele moeite meer om ook nog mijn vier andere concurrenten af te straffen. Ik moet wel verklappen dat ik voor het begin van de namiddagmatchen goed naar de toiletten kon gaan en dat ik dan ook helemaal van kledij ben veranderd, zelfs met verse sokken, onderbroekje en bustehouder heb ik me toen herkleed in de zeer propere damestoiletten van de Belgische Televisie, waar ook zo vaak onze beroemde omroepsters zich ontspannen. Dit tafeltennistornooi werd immers georganiseerd in een zaal die eigenlijk op andere dagen ook wordt gebruikt voor de opnames van televisieuitzendingen, zij het dan met anderen meubelen dan die pingpongtafels.
Deze kerels heb ik toen alle zeven geklopt tijdens de schiftingen.
Als eerste van het bovenste gedeelte van Tabel III zou ik aldus om 20u30 de finale moeten spelen tegen André Noël van de Bank van Brussel die de beste van het onderste gedeelte van dezelfde tabel was geworden. Noël had een match meer dan ik moeten spelen en leed ook eerder op die dag reeds een nederlaag, zonder gevolg voor de uiteindelijke rangschikking van de andere poule. Ik moest wel enkele uren geduldig wachten, en ook nog enkele keren arbitreren, en zo vorderde de grote studioklok langzaam maar zeker naar het 'moment suprême' de start van de finale van de reeks D-Open.
DE FINALE : De partij begon voor mij slecht. De BBL-er had groene noppenrubbers op zijn palet waarmee hij zowel kon aanvallen als passief en afwachtend spelen. Ik moest tegen mijn goesting het balletje gaan oprapen en het was al snel (1- 7) . Ik nam een slokje uit mijn glas spa-citroen, en ik dacht : ' Het zal wel niets worden ... ' . Regelmatig veegde ik mijn gezicht af met de handdoek waarop het embleem van de ASLK stond afgebeeld, want als ik niet zou winnen zou ik dan toch voor wat publiciteit zorgen voor mijn werkgever. Ik vloekte tegen mijn eigen en zei aan mezelf : ' Oude wringster, gij speelt hier de finale, vergeet dat niet ... ! Dus, Frieda meisje, meer tactiek en kalm blijven ... en smashen kunt gij niet, gij zijt te lomp ! Laat je toch niet belachelijk maken, ... allé, hup, hup, ...! (3-10). ' Sukkel ! Nog een misser ! - (6-14)- Waarom toch, na zolang ... kunt gij nog altijd niet pingpongen ... ? (9-16) ! Het gaat hier gedaan zijn met ballen rapen ...! Ik moet alles kort spelen aan zijn rechterkant, zonder te couperen, lage balletjes ... ! Zo gaat het verder, en tijdens iedere balwisseling laat ik zowel mijn tong als mijn tanden zien. Ik vertraag opzettelijk, en de score glijdt amper nog vooruit. De scheidsrechter, een oudere heer van de RTB, is niet meer zo gelukkig als toen hij pintjes dronk aan het buffet. Hij toont nu eens zijn linkerwang en dan eens zijn rechterwang op het eentonige ritme, van ping, pong, en pang. Triest heen en weer gaat het balletje, en steeds naar diezelfde zijkant achter het net volgens de ijzeren wil van de kleine Frieda met zwart krulhaar. (10-18).
Mijn twee vorige ballen had ik hopeloos slecht verspeeld, en dat doet me nu echt fel blazen. Duidelijk toon ik aan mijn tegenstrever tekenen dat ik me er al neerleg om deze match te verliezen. Het balletje van 38 mm diameter is net door mijn vijand heel ver de zaal in gesmasht, een misser, hoog boven hoofden, lampen, en tafels. Toch een puntje voor mij, eindelijk ! Ik neem nog eens mijn handdoek en met mijn rood geworden kop denk ik even na , voor zover dit in de ring nog mogelijk is. Plots zie ik een lichtje. Het was mij opgevallen tijdens enige balwisselingen dat ik het ronde ding goed onder mijn controle kon houden, zodat mijn betere toekomst tijdens dit spel ook toch zou kunnen liggen in kapbewegingen met een draaiende pols in mijn backhand. Op dat kritieke moment van mijn finale beslis ik plots van volledig mijn spel te veranderen. Van zacht schuiven met mijn rechtse schakel ik over naar mijn kappende backhand. Er gebeurt een wonder vermits de BBL-man driemaal zijn retourbal in het net legt. Hij vloekt en geeft dan nog een domme opslag weg die afketst op de boord van zijn tafelkant.
Zo komen wij , ik en mijn supporters, weldra aan 17-18 en André Noël wordt zenuwachtig en raakt de bal met zijn wijsvinger. Na een slokje aan mijn spa-citroen, kijk ik eens in zijn ogen waarin ik verwarring zie opkomen. In een ware euforie durf ik nu zelfs ook smashen, en met succes ! Ik voel me echt high ! In mijn hersens weerklinkt de verschrikkelijke ' Banzaï ' kreet van Kimura. Met de klasse die enkel op de grote dagen van mijn leven haar neusje soms liet zien, los ik nog een paar loeiers . Geweldig ! De punten zijn allemaal voor mij. Als de zegevierende Zatopek loop ik door en kom ik over de meet, de 21-lijn van het einde van deze eerste set . ( 21-18 ) - . Dat was er op en er over ....! Bravo Frieda !
Voor de vijftiende keer op deze zaterdag heb ik zo'n set gewonnen. Ik sta er nu goed voor. Dit is aan het gebeuren in de finale, en hoe verschrikkelijk sterk was ik toch op het laatste, in de sprint ! Frieda'ke, Frieda'ke toch, er groeit hier een schone kans om nog weer een keer een tornooitje te winnen. Er staat daar zelfs een schone beker en een doos met een prijs in natura. Wat zou dat zijn ?
Mijn tegenstrever, de op het eerste zicht toch vriendelijke André Noël, zit nu op een stoel te schuimbekken, en hij is fel kwaad op zichzelf omdat hij ondanks voorsprong niet kon afwerken tegen die madame met haar roodbruin ouderwets paletje. Al direct na de eerste bewegingen over de tafel komt hij op het begin van de tweede set met grof geschut. (1-6) - Ik moet alles doen om mijn concentratie en mijn fighting spirit terug in de gepaste slagorde op te stellen, terug vertrouwen leggend in die kapeffecten die tijdens de eerste set goed meevielen. Mijn beste wapens hebben immers die vorm en dat wordt bevestigd - ( 4-6) - Ik neem geen risico's. Ik vertraag, houd het balletje laag, en aan de rechterkant van de man die mijn 'pong' moet verteren. De score vordert geleidelijk en wreed langzaam : (8-10)- (12-12) - (14-14) . Ik vecht tegen de andere kant, tegen de vijand, doch ook nog meer tegen mezelf. Ik moet mijn concentratie maximaal laten renderen en mijn zenuwen baas blijven. Ik moet zoeken naar de harmonie tussen kalmte en agressiviteit, de beste cocktail om in dit balspel te zegevieren, om na de inspanning feest te kunnen vieren.
De BBL-er geeft me de indruk van wat te puffen. Is hij moe aan het worden ? Hij speelt ook reeds zijn negende match, en op zijn gespierde beentjes heeft hij reeds veel afstand afgelegd achter die duivelse pingpongtafel met dat domme net van vijf duimen hoog. Plots komt een C-speler van een andere tennistafel onze speelruimte ingesprongen. Ondertussen is het al 21u00 voorbij en wordt ook nog een andere finale gespeeld, niet erg ver van ons. Die speler roept ' ... Deux balles ...! De balwisseling tussen Frieda Genné en André Noël duurt nog geen eeuw, maar toch reeds lang genoeg en het is spijtig dat dit nu op zo'n dwaze manier wordt onderbroken. Ik stop onze pingpongbal met mijn vrije hand, en met mijn voet schop ik het andere Flick-balletje terug uit onze speelruimte in de richting van die storende onderbreker. Het wordt een bijkomende rustpauze, een incident dat voor de drie belanghebbende toch welkom is, want zowel de speler, als de speelster, als de puntenteller, beginnen na deze lange sportdag moe te worden.
Het is Valentijnsdag. Maar ik heb geen man, geen vent, geen minnaar. Ik ben een gelukkige en vrije vrouw die pingpong speelt. Ik ben niet eenzaam want iedere kenner, alle aanwezigen hopen op mijn overwinning, behalve dan misschien die enkele homosexuelen die gluren naar het kontje van Noël, en dan die sportliefhebbers aan de druk bevolkte bar die alleen houden van Jupiler en Bellevue. Een stem diep in mij treft me op dit cruciale moment. Mijn engelbewaarder, die mijn coach in alles is, huilt dat ik niet meer mag verdedigen en afwachten, want ik moet zonder pardon toeslaan .... ! Vooruit nog zeven punten ... ! Ik luk een leuke smash . - ( 15-15) - Zie je wel dat ik het kan ! Van onder mijn middenrif sleur ik mijn derde adem uit. Een nieuwe vloed van energie spoelt over mijn vrouwenlijf. Ik pomp en pomp mezelf moed in, als ware ik moederlijk bezig met de bevalling van mijn baby. Patat, patat, ... wow, .. nu lukt de BBL-er toch wel twee smashes. - ( 15-17) ! Zo iets is niet goed, en snoert me de keel ! - (16-18) !
Plots komt opnieuw die grote lomperik van een C-speler van de Pensioenkas in zijn zwart Fred Perry bloesje met een sprong in onze richting en hij roept opnieuw ' ... Deux balles ...! ' De scheidsrechter roept ' Stop ! ' en dat is voor mij heel erg omdat precies op dat moment mijn vis-à-vis de bal slecht had terug geslagen, in het net. Ik verlies zonder twijfel dat punt, of beter gezegd Noël wordt niet gestraft voor de duidelijke fout die hij aan het maken was. Ik laat een harde schreeuw, zoals een gewond hert, en ik word razend als een bedrogen Romeinse wolvin. Ik bedreig zelfs alle daar aanwezige kerels ! Rotzakken, die denken dat ik een persoon van het zwakke geslacht ben, een secretaresse van 1m 55 van de Sociale Dienst van de ASLK ! Althans zo doe ik, want deze uitingen zijn slechts Commedia dell'Arte ! Op zulke momenten door enig voorval gestoord worden, betekent immers ongetwijfeld ineenstorting en ondergang, of sportieve zelfmoord. Ik speel theater in de studio van onze Nationale Televisie. Is het een tragedie, of wordt het een burlesk blijspel ? Ik ga naar mijn handdoek en droog mijn natte kop nog maar eens goed af om te kalmeren. Noël weet nu echt niet wat er zal gaan gebeuren. Ik drink spa-citroen, maar zal ik van dat groene broebelende vocht naar iemand spuwen ? De scheidsrechter beseft op dat ogenblik dat hij misschien wel een gele of zelfs een rode kaart zou moeten hebben, en hij heeft enkel een potloodje en een fiche met onze beide namen om de score te noteren. Ik kan terug op adem komen en mijn tegenstrever is ondertussen de draad van zijn match kwijt. But than the show must go on ! ... en na dit incident plaatsen wij ons terug achter de boordlijn van de tafel. Ik kijk heel, heel triestig naar de scheidsrechter, doch die heeft geen hart voor alleenstaande vrouwen die op een Valentijndag een finale spelen in die voor haar weinig romantische avond. Hij zegt : ' A nouveau ( 16-18 ) ! '
Ik heb helemaal niets gezegd of gevraagd aan Noël. Hij mag voor mij lucht wezen. Tussen ons staat een standardmeubel van vijf voet breed en negen voet lang, precies netjes in twee delen verdeeld door een netje. De kalmte is weergekomen. Iedereen in de zaal weet nu dat er een intense kamp bezig is tussen de staatsbank ASLK en de privébank BBL. Zoals zijn familienaam het laat zien is André Noël een pingponger die in februari zo vrijgevig is als de Kerstman van december. Hij laat lichtjes het balletje naar het net rollen en zo verkwist hij met opzet het volgend punt. Hij roept met een lach ... ' Cadeau ...! ' - ( 17- 18) . U had dit punt al gemaakt ... . Dat vond ik ook !
'Wat een sjieke type toch, die André ... ' ben ik op dat ogenblik aan het denken. Maar 'zoef 'scheurt het ... alvorens ik terug in de game ben en weer mijn tactisch vernuft, balgevoel, en techniek, op toeren heb. Wanneer de loodjes heel zwaar wegen op het einde van een finale kamp, na elf uren pingpong in een rumoerig lokaal, kan die kerel van de BBL in zijn te kort broekje nog een onweerstaanbare liftbal uit zijn plankje toveren. - (17-19) - ! Opgepast die Kerstman zonder baard is wel een gentleman, maar hij wil nog altijd graag winnen ! Alles kan nog !
Het volgend punt is absoluut verschrikkelijk belangrijk. In de Pingpang Qiu kan met een plotse bliksem gewonnen of verloren worden ! Set, match, en de buit, ... de ereprijs en de roem, ... zijn pas binnen na het scoren van het ultieme pingpongpunt. Ik adem diep. Ik besef nu 100% dat ik aan de opslag ben. Het was lang geleden dat ik die vuile doch reglementaire opslag duizend malen had uitgevoerd op training . Een balletje vol venijn volgt tweemaal in het midden achter het net. (18-19) ! (19-19) ! Niemand kan geloven dat Noël zulk een belachelijk botsend balletje niet kan over het net terug brengen. Plots ketst het onbetrouwbaar balletje van mijn palet. Het gaat omhoog, veel te hoog, maar komt toch nog gelukkig op de goede kant bij Noël terecht. Die ziet dat het moment gekomen is voor zijn zwaarste mokerslag. Hij slaat de bal echter op het net dat met al haar veerkracht het celluloïd de ruimte in katapulteert. Trilling, stuiptrekking, waarmee zal toch het volgende punt worden gescoord ? Zo fladdert de score in mijn voordeel naar - ( 20-19) - ! Verdorie ! Ik kan nu winnen !. Dit is al een matchbal !
' Alleluia ! ... Hier komt de bruid ... Maar, pas nog eventjes op, want .... ! Laat hem nu maar komen. Het kan maar een kwestie meer zijn van ogenblikken, seconden, hoogstens nog één minuut. Ik moet die nachtmerrie van een bal rechts en laag houden Ik moet ooo ... p ... letten, oei, ... bijna nog een misser ! Ik gluurde naar den André van de BBL en ik hoopte dat de elastiek van zijn groen broekje plots zou breken , en dat iedereen in die pinpongzaal zijn valentijnte zou zien. Maar neen, dit was iets veel erstiger. Wij waren in een Spaanse arena aan het kampen. Hij was de stier, en ik was de toreadora met de fijne degen die diende om te doden. Ik dacht dat ik al zolang aan het strijden was, misschien was deze kamp al eeuwen oud , en vermits er niets nieuw onder de zon is, zijn wij David en Goliath, een HoratIër en een Curatiërs, zijn onze paletten goedendags, geuzensabels, bajonetten, bokshandschoenen. Ik bleef op ritme en in concentratie, en mijn benenspel was nog steeds van betere kwaliteit. Plots gaat de arm van mijn vijand van dit uur met een beweging van onder naar boven voor de moeilijke zweepslag die gevreesd wordt door alle verdedigers. Mijn reactie is uitmuntend, met gesloten bat weerkaats ik het schichtige balletje terug. Het veert zelfs weg naar een moeilijke hoek aan de overkant. De speler van de BBL, in een verwarde beweging, ergens links van de tafel, weet het balletje nog even terug te zenden, en kan één enkele keer nog zijn bankroet wat uitstel bezorgen. Alles hangt nu af van de baan die het witte projectiel zal willen volgen in het beperkt luchtruim rond en boven die pingpongtafel. Baan is geen geschikt woord hier. Ik verkies trajectoire want in die mengeling steekt er wat van tragedie. De bal doorklieft dus de lucht in die studio van de RTB. Wordt het 3m16 dan zal een doffe ' pong' worden gehoord en dan is de bal nog goed aan het botsen. Wordt het echter 3m 24 , dan is heel de gigantische strijd die we hebben beschreven voor goed beslecht. Het zou hopeloos 3m78 worden, en dus mag ik mijn armen in de hoogte steken ! ( 21-19 ) . ! Einde wedstrijd ! Bravo ! Deze geweldige match diende tot de meerdere glorie van de sport, van de fairplay , van de natie.
Met André Noël, die toen dacht dat hij een vrouwtje als ik gemakkelijk zou kunnen kloppen.
Bijkomende uitleg : Oorspronkelijk bestond dit verhaal als HET EDELE PINGPONGSPEL . Wilfried Journée, een echte tafeltennisser, won toen in werkelijkheid te Brussel de reeks D van een pingpongtornooi bij de URBRASCO & INTERBANKEN op Valentijnsdag in de lokalen van de Televisie. Drie maanden later beschreef hij dit in een stukje dat bestemd was voor een prozawedstrijd van Het Open Venster , zesmaandelijks tijdschrift van de Kring voor Kunst en Kennis van het personeel van de ASLK-Bank. Wilfried won toen een prijs en zijn edel pingpongspel kwam flink in de belangstelling. Vierentwintig jaren later besluit hij van zijn prozastuk te herschrijven onder een andere vorm. De schrijver ex-pingponger situeert zijn match nu twintig jaren vroeger in 1967 en de winnaar van de match is niet meer Wilfried zelf , doch een imaginair dametje dat zeer goed kan pingpongen want zij vloert alle mannelijke tegenstrevers. Wilfried Journée werd veranderd in Frieda Genné en de verliezende speler van de BBL is nu van een in mekaar geknutselde identiteit : André Noël , zijnde de voornaam van een persoon en de familenaam van een andere persoon die de schrijver in 2011 regelmatig ontmoet. De zwartwit foto's werden geplukt op het internet , gewoon om te illustreren . Waarom ? Wel, met zo iets kan een senior zich nog eens goed amuseren op zijn blog ! Het moet niet altijd de waarheid en niets dan de waarheid wezen zoals op het Tribunaal !
Dit stond natuurlijk niet in een dagblad in ons land . Het moet dan ook een vertaling zijn uit De Sportvriend van het Japanse Kobe-shi zijn , tenzij het natuurlijk pure fictie is, en met iemand die zoals Papoum op zijn oude dag zweeft tussen de virtuele wereld, de droomwereld, het verleden en de vochtige werkelijkheid van een koude februaridag, is dit zeer mogelijk.
De legendarische takkyù samouraï uitgeschakeld in de kwartfinale !
De score was 11-5, 8-11, 11-8, 12- 14, 9-11, 11-2, 13-11. Hiermee won de amper zestienjarige Koki Niwa in de vijfde ronde van de hoofdtabel van de Open Japanse Kampioenschappen tegen de ruim vijfentwintig jaar oudere Yujin Supotsu, na een heroïsche tafeltennismatch van negentig minuten. De verliezer gaf aan de winnaar en aan de scheidsrechters een handdruk, het bewijs dat hij het resultaat aanvaardde, en dat de strijd zich met de grootste fairplay had voltrokken. Op weg naar de kleedkamers bleef hij nog even staan, omringd door een horde reporters, fotografen, en enkele cameramen, en toen na een groet aan het publiek meldde hij met duidelijk verstaanbare stem dat hij precies op dat ogenblik de beslissing nam om te stoppen met zijn sport, na vijfendertig jaren intense trainingen en competities.
Kijken naar Yujin was een streling geweest voor de ogen van alle kenners. Deze prachtige atleet was een kunstenaar in wat hij deed. Hij was de perfectie zelf in het mannelijk verdedigend tafeltennis. Hij was een model in zijn sport. Nooit had hij puntjes gestolen, nooit had hij een fout tegen de sportreglementen begaan. In en buiten de sportarena was hij een gentleman. Nooit had hij één druppel saké gedronken en nooit één yen aan geisha's gespendeerd.Veertien maal was hij individueel kampioen van zijn land. Gekoppeld aan Hiroshi Matshumita won hij zesmaal de titel in Heren Dubbelspel, en gekoppeld aan vijf verschillende speelsters won hij ook vijfmaal het Gemengd Dubbelspel. Toen hij nog in de jeugdafdelingen speelde won hij ontelbare titels met zijn tweelingbroer Koji, maar deze overleed als negentienjarige in een ongeval toen hij te snel reed met een motorfiets. Naast zijn leven van sportman, werd Mister Yu ook een belangrijk zakenman. Op zijn veertigste vierde hij de opening van zijn veertigste sportwinkel in Japan. Om deze reden werd hij ook maar weinig gezien buiten zijn land, want hij had het veel te druk als zakenman. Toch was hij steeds blijven zijn konditie en techniek onderhouden door daaraan dagelijks vier uren te besteden onder de begeleiding van sparringpartners en medewerkers die hij bezoldigde en inschakelde in zijn bedrijven.
Yujin Supotsu stopt, maar door zijn voorbeeld die hij aan anderen doorgaf op gebied van liefde, inzet, uithoudingsvermogen, in zijn sport zal hij nooit worden vergeten. Sayonara Yujin !
Bewonder de prachtige stijl van deze grote tafeltennisser uit de stad Kobe.
Une page d'histoire - Le tennis de table d'il y a 40 ans.
1970- 1971 - Les principales équipes et les classements des joueurs.
MACCABI ANTWERPEN
A1 - Norbert Van de Walle, A4 - Alex Rosmarin , A9 - Louis Heremans, A.as- Etienne De Weerdt
LE LOGIS BRUXELLES A2 - Frans Bekaert, B°- Paul Van Elewijck, B2- Romain Schalley,B2- Jacques Henri, B4- Jean-Paul Marquass, B6- Roger Nys, B6- Guy Haesaert.
ROYAL PANTHEON BRUXELLES A3- José Baudry, B°- Roland Petré, B2- Gaby Gayer, B2- Robert Ponte, B2- Roger Wilmet, B4- Sinclair Van Gelder, B6- Tristan Schwilden - DameA7- Mavis Van Gelder
ROYAL STANDARD CLUB DE LIEGE A5 - Frans Lanckman, A6- Daniel Sanctoario, A12- Marcel Lambiotte, A.as-Bruno Gilon, A.as- Pierre Juliens, B2- Christian Gilon, B4- Jean-Pierre Heinen, B6- André Damman,
GOUDEN PALET GISTEL A7-Walter Dugardin,
CERCLE SPORTIF FLEUR BLEUE BRUXELLES A8- Maurice Cornil, B° Alain Cussac, B2- Stan Vandermaelen, B6- Tibor Ujhazy, Dame B0 - Mireille Van den Driessche,
SALAMANDER MECHELEN A10- Emiel Van Krieken, A14- Roger Wuyts, B2- Gaston Balaes,B2- Robert Opdebeeck, Dame A6- Magda Verlinden
TENNIS DE TABLE DE ANS A11- Gaston Detaille, A12- Joseph Saccone, A.as/dameA1- Josiane Detaille, B° Jacky Rahier, B° Jean-Paul Saive,B2- Joseph Raeymackers, B6- Pierre Mingelbier, B6- Hadelin Verreydt,
CERCLE TENNIS DE TABLE ALPA BRUXELLES A15- Freddy Hofmans, A.as-Alexandar Filipovic, A.as - Jean Godts, B° Pierre Bertrand, B° Guy Delabarre, B° Dirk Roels, B° Guy Derkinderen, Dame A3- Mary Detournay, Dame A4- Claudine Collignon, Dame A8- Andrée Crevecoeur, Dame Api- Micheline Stas.
CERCLE DE TENNIS DE TABLE DE HERVE A.as - Dany Jacob, B° André Smets, B° Georges Henrard, B°- Alphonse Rensonnet, B2- Tran Quang Nhuong,
Norby était célèbre en Belgique et aux Etats-Unis.
Quand on partait de bon matin Quand on partait sur les chemins A bicyclette Nous étions quelques bons copains Y avait Fernand y avait Firmin Y avait Francis et Sébastien Et puis Paulette
On était tous amoureux d'elle On se sentait pousser des ailes A bicyclette Sur les petits chemins de terre On a souvent vécu l'enfer Pour ne pas mettre pied à terre Devant Paulette Faut dire qu'elle y mettait du cœur C'était la fille du facteur A bicyclette Et depuis qu'elle avait huit ans Elle avait fait en le suivant Tous les chemins environnants A bicyclette
NATHALIE.
La place Rouge était vide Devant moi marchait Nathalie Il avait un joli nom, mon guide Nathalie... La place Rouge était blanche La neige faisait un tapis Et je suivais par ce froid dimanche Nathalie... Elle parlait en phrases sobres De la révolution d'octobre Je pensais déjà Qu'après le tombeau de Lénine On irait au café Pouchkine Boire un chocolat... La place Rouge était vide Je lui pris son bras, elle a souri Il avait des cheveux blonds, mon guide Nathalie... Nathalie Dans sa chambre à l'université Une bande d'étudiants L'attendait impatiemment On a ri, on a beaucoup parlé Ils voulaient tout savoir, Nathalie traduisait Moscou, les plaines d'Ukraine Et les Champs-Élysées On a tout mélangé et on a chanté Et puis ils ont débouché En riant à l'avance Du champagne de France Et on a dansé... La, la la... Et quand la chambre fut vide Tous les amis étaient partis Je suis resté seul avec mon guide Nathalie... Plus question de phrases sobres Ni de révolution d'octobre On n'en était plus là Fini le tombeau de Lénine Le chocolat de chez Pouchkine C'était loin déjà... Que ma vie me semble vide Mais je sais qu'un jour à Paris C'est moi qui lui servirai de guide Nathalie... Nathalie
Marianne de ma jeunesse Ton manoir se dressait Sur la pauvre richesses De mon rêve enchanté
Les sapins sous le vent Sifflent un air étrange Où les voix se mélangent De nains et de géants
Marianne de ma jeunesse Tu as ressuscité Des démons des princesses Qui dans moi sommeillaient
Car ton nom fait partie Marianne de ma jeunesse Du dérisoire livre Où tout enfant voudrait vivre
Marianne de ma jeunesse Nos deux ombres enfuies Se donnèrent promesse Par-delà leurs joies et leur vie
Marianne de ma jeunesse J'ai serré sur mon cœur Presque avec maladresse Ton mouchoir de pluie et de pleurs
Il avait poussé par hasard Dans notre cour sans le savoir Comme un aveugle dans le noir Mon arbre Il était si petit Que c'était mon ami Car j'étais tout petit Comme lui J'attendais de lui le printemps Avec deux ou trois fleurs d'argent Un peu de vert, un peu de blanc Mon arbre Et ma vie s'accrochait A cet arbre léger Qui grandissait Comme je grandissais
Chanson de GILBERT BECAUD
Quand tu n'es pas là Tous les oiseaux du monde Quand tu n'es pas là S'arrètent de chanter Et se mettent à pleurer Larmes de pluie au ciel d'été Quand tu n'es pas là Le silence qui gronde Me donne si froid Qu'un jour ensolleillé Me fait presque pleurer Larmes d'ennui malgré l'été La ville fait de grâces La lune des grimaces Qui me laissent sans joie Les cantiques d'églises Malgré tout ce qu'ils disent Me font perdre la foi Quand tu n'es pas là Tous les oiseaux du monde La nuit sur mon toit Viennent se rassembler Et pour me consoler Chantent tout bas ' Elle reviendra ' Quand tu reviendras De l'autre bout du monde Quand tu reviendras Les oiseaux dans le ciel Pourront battre des ailes Chanter de joie Lorsque tu reviendras !
Le Pianiste de Varsovie Gilbert Bécaud
Je ne sais pas pourquoi Cette mélodie me fait penser à Chopin Je l`aime bien, Chopin Je jouais bien Chopin Chez moi à Varsovie Où j`ai grandi à l`ombre A l`ombre de la gloire de Chopin Je ne sais pas pourquoi Cette mélodie me fait penser à Varsovie Une place peuplée de pigeons Une vieille demeure avec pignon Un escalier en colimaçon Et tout en haut mon professeur Plus de sentiment Plus de mouvement Plus d`envolée Bien bien plus léger Joue mon garçon avec ton coeur Me disait-il pendant des heures Premier concert devant le noir Je suis seul avec mon piano Et ça finit par des bravos Des bravos, j`en cueille par millions A tous les coins de l`horizon Des pas qui claquent Des murs qui craquent Des pas qui foulent Des murs qui croulent Pourquoi? Des yeux qui pleurent Des mains qui meurent Des pas qui chassent Des pas qui glacent Pourquoi Le ciel est-il si loin de nous? Je ne sais pas pourquoi Mais tout cela me fait penser à Varsovie Une place peuplée de pigeons Une vieille demeure avec pignon Un escalier en colimaçon Et tout en haut mon professeur
What does not destroy us makes us stronger.
Rondvraag / Poll
Wie wordt wereldkampioen 2012 bij de profs ?
À la claire fontaine
M'en allant promener, J'ai trouvé l'eau si belle, Que je m'y suis baignée.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Sous les feuilles d'un chêne Je me suis fait sécher, Sur la plus haute branche, Un rossignol chantait.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Chante, rossignol, chante, Toi qui as le coeur gai, Tu as le coeur a rire, Moi, je l'ai à pleurer.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
J'ai perdu mon ami Sans l'avoir mérité, Pour un bouquet de roses, Que je lui refusai.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Je voudrais que la rose Fût encore au rosier, Et que mon doux ami Fût encore à m'aimer
Turning and turning, the world goes on We can't change it, my friend Let us go riding now through the days Together to the end Till the end
Les bicyclettes de Belsize Carry us side by side And hand in hand, we will ride Over Belsize Turn your magical eyes Round and around Looking at all we found Carry us through the skies Les bicyclettes de Belsize
Spinning and spinning, the dreams I know Rolling on through my head Let us enjoy them before they go Come the dawn, they all are dead Yes, they're dead
Les bicyclettes de Belsize Carry us side by side And hand in hand, we will ride Over Belsize Turn your magical eyes Round and around Looking at all we found Carry us through the skies Les bicyclettes de Belsize
Julia Tulkens .
Hebben wij elkaar gevonden in dit land van klei en mist waar tussen hemel en aarde ons leven wordt uitgewist ?
Ben ik nog schaduw, ben ik al licht, of is d'oneindigheid mijn aangezicht ?
Treed ik in wolken of in hemelgrond ? Er ruist een hooglied aan mijn lichte mond. In uw omarming hoe ik rijzend ril ... Mijn haren wuiven en de tijd valt stil .
Julia Tulkens.
SONNET POUR HELENE
Quand vous serez bien vieille, au soir, à la chandelle, Assise auprès du feu, dévidant et filant, Direz, chantant mes vers, en vous émerveillant : Papoum me célébrait du temps que j’étais belle.
Lors, vous n’aurez servante oyant telle nouvelle, Déjà sous le labeur à demi sommeillant, Qui au bruit de mon nom ne s’aille réveillant, Bénissant votre nom de louange immortelle.
Je serai sous la terre et fantôme sans os : Par les ombres myrteux je prendrai mon repos : Vous serez au foyer une vieille accroupie,
Regrettant mon amour et votre fier dédain. Vivez, si m’en croyez, n’attendez à demain : Cueillez dès aujourd’hui les roses de la vie.
Regretting my love, and regretting your disdain. Heed me, and live for now: this time won’t come again. Come, pluck now — today — life’s so quickly-fading rose.