Dageraad
Terwijl de zon pedant naar binnen glijdt door de scherpe kieren van de luiken en ik behoedzaam elk geluid vermijd, komt het leven van het dorp daar buiten al op gang, en staar ik naar je handen Op het laken, dan weer op mijn arm.
Ik zie de glimlach groeien rond je tanden, je schuift naar mij toe, maakt me warm.
En zo begint toch weer een nieuwe dag dat we samen minnen, eten, werken, dat ik weer eens met je leven mag, die onze band nog hechter zal versterken
23/4/2010
|