Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
28-08-2015
72
En… heb je er al zin in?’ Gerhard belt nog even de avond voor mijn verjaardag. Het woord verjaardag is een hot item bij mij. Ik ben niet zo’n verzorgend typje als er bezoek is. Ik wil er liever bij zitten dan telkens naar de keuken afzakken om weer iets op te halen. Daarom ben ik de dag ervoor druk om zoveel mogelijk klaar te hebben. ‘Och Gerhard… meestal vraagt Wim achteraf hoe het was en dan kan ik altijd volmondig zeggen dat het geweldig was’. Nu is het de day after en ik kan je vertellen dat er belangstelling genoeg was. Veel telefoontjes en kaarten en Fb felicitaties. Ik ben verwend met erg leuke cadeautjes en Wim verleende alle hand- en spandiensten die nodig waren. Erg leuk was ook dat de Hattemers en Ben en Diny elkaar weer eens zagen. Natuurlijk misten we Niesje…. Tja… Ik voel echt wel dat ik ouder wordt, 72 nu. Dat hebben mijn ouders en Wims vader lang niet gehaald. En dan mag ik er wel blij om zijn, weer een jaar er bij gekregen. Frank, Tim en Daan kwamen me met Anja ook nog verwennen. ’s Avonds waren we met onze eigen kinderen en Robin natuurlijk. Wim is van de kaarsen op tafel en zo werd mijn verjaardag in besloten kring afgerond in romantische sferen.
Gezellig op het terras.
Frank, Daan en Tim lusten best een stuk taart
Hoe maak je zelf een foto van je nieuwe sjaal? Mijn allereerste selfie.
Wim Harwig heeft een natuurlijke tuin met vijver en rondscharrelende kippen. Zijn vorige drie kippetjes waren genoemd naar de drie zussen van de Haar: Rika, Coba en Hermien. Deze niet, ik geloof een naam naar de kleur van de kip. Nee geen haan, dat werd waarschijnlijk wat lastig voor de buren. Mark woont sinds kort in een appartement met een buurman die ook een paar kippen heeft èn een haan. Dat beest maakt nogal aparte geluiden ’s morgens, een klein kraaitje net of hij er in blijft. Eerst dacht hij al dat Queeny stikte maar nee het was buurmans haan. Ach … hij heeft er verder weinig last van. Maar Wim Harwig heeft een wespennest in zijn tuin. Hij en Marjan hebben met verbazing gekeken naar de bezige wespjes en zelfs gefilmd. Hij had eens op internet gekeken wat er over wespen te vinden was en ontdekte dat er alleen te vinden was hoe je ze zou moeten bestrijden. In ons eigen Dagblad van het Noorden stond zaterdag dat je het beste op een paar plekken iets zoets neer kon zetten. Dan blijven ze in elk geval bij jou uit de buurt. Ga je ze van je afslaan dan verspreiden ze iets waar andere wespen op afkomen en agressief worden. Wim had toen op afstand van ons terras al suiker neergelegd. Vanmorgen aten we meloen bij ons ontbijt. ‘Zouden de wespen hier ook gek op zijn?’, vroeg Wim zich af. Hij legde de meloenschil en wat suiker in het vogelhuisje. Even later zaten er tientallen van te snoepen, zoet genoeg…
Vandaag las Wim het voor uit de krant: om de wespen op afstand te houden leg je een citroen vol kruidnagels op je tafel buiten.
Voor het filmpje van Wim Harwig even op www.wimharwig.com kijken. Is de moeite waard.
Dit goudhaantje is nog wat dizzy na een vergissing tegen het achterraam.
'Wat is de mooiste vogel die je hier gezien hebt bij huis?’ Frank en Tim zijn even komen buurten. Het is heet buiten en we zitten even binnen te genieten van een ijsje. We hebben zitten kijken naar een ouderpaar fitissen die nog steeds druk aan het voeren zijn met hun kroost in het vogelnestkastje aan de boom bij de vijver. Nou… ik moet er even over nadenken… ‘Ik denk dat ik het goudhaantje het leukste vind met zijn gele streepje op het kopje, of misschien ook wel de goudvink waarvan het mannetje zo’n prachtige kleur heeft of…. toch het gekraagde roodstaartje’. Ik pak mijn gehavende vogelboekje erbij en we bladeren het helemaal door. Tim die eerst aan de andere kant van de tafel zat komt ook meekijken. Ze kennen al best veel vogels. Ze hebben zelf een nest met kerkuilen gehad, maar die werden opgegeten door steenmarters. En afgelopen winter zagen ze ook de nijlganzen en de specht die hier dagelijks kwam ging ook bij hen buurten. In de klimop zat bij hen een nestje van een winterkoninkje. De ekster, de houtduif, meesjes, zwaluw, mussen en de kraai zijn zeker bekenden voor Tim en Frank. Zo zie je maar dat het leven voor buitenkinderen veel te bieden heeft.
'Je moet vooruit kijken', hoor ik wel eens zeggen. Dat is vooral wanneer er wat in het verleden gebeurde wat lastig was. Toch heeft het verleden ook bijzondere dingen in de aanbieding. Afgelopen week zat ik in Vorden aan de Stationsstraat met Riet op een bankje tegenover dit huis te wachten op de motorrijders die er langs zouden komen... maar die we niet zagen. Ik vertelde Riet wie hier tegenover gewoond hadden: oom Sjoerd en tante Hermien. Het is de kleermakerij van de fa Aartsen en zoon. Het werd later Aartsen en neef, want de laatste jaren zwaaide neef Hans er de scepter. Wat hebben we hier mooie herinneringen aan. Het was een warm gezin waar we altijd welkom waren. Was het niet op zondagmiddag bij een wandeling met oom Sjoerd naar het Vordense bos, dan wel even uit school langs komen samen met Gerke of Carin. Vader Hein z'n nette kostuum kwam ook uit de kleermakerij net als de mantelpakjes van ons nichtjes die belijdenis deden in de Vordense NH kerk. Ach... het is lang geleden en we moeten nu maar weer vooruit kijken of in elk geval leven met de dag van vandaag en genieten van wat die ons brengt.....
’t Is geen best weer voor mij, je zou het afleggen bij deze temperatuur. Maar vanmiddag werd er gehooid bij buurman Jans. Wim reed de tractor en Jans en buurman Alle laadden de balen. ‘Kom maor effen kieken’, zei Wim even later voor de telefoon,’ ’t duurt nog wel tot 7 uur. De helfte is pas weg’. Nee na de boodschappen in een lekkere koele supermarkt installeerde ik mij voor de ventilator en kwam zo de rest van de middag in ruste door. Maar tegen 8 uur vanavond ging ik even poolshoogte nemen bij de buren. De heren waren er net klaar mee, de laatste wagen met hooibalen kon er niet meer bij in de schuur en werd nog netjes afgedekt. Er werd nagepraat en Geesje schonk nog even wat fris. Woda de Labrador zat te loeren op Floris de kat die zich boven op de wagen met balen verschanst had. Die keek heel slim, net of hij zeggen wilde: 'Lekker puh...'! En wat later ging ieder heel tevreden zijns weegs.
Dit is ons zomers uitzicht aan de achterkant. Op het land van boer Bloemink en ook daarachter groeit dit jaar de gerst als een speer. Zo mooi om te zien als de wind er overheen gaat. Dit is vele malen beter dan mais waar je vanaf juli tot eind september niet overheen kunt kijken.
Het is een goed jaar voor de boerenzwaluwen, tenminste om ons huis. Ze zijn niet meer te tellen. Behalve de twee nesten in de ponystal moeten er meer zijn. Wim meldde van de week dat er nog drie jongen te zien waren in een nestje. Ik erheen, gewapend met mijn vaste cameraatje. Ik knipte maar op goed geluk want de jongen die naar Wim zo reikhalzend hadden uitgekeken waren niet te zien. Ik kon ze wel voelen. Ik keek op het schermpje en zag niets anders dan nest en wat bruine veertjes, maar eenmaal op de computer keken me toch ineens drie kraaloogjes aan. Misschien hebben ze zich nu al gemengd onder de menigte die over het gersteland van boer Bloemink scheert. Daar zijn onmogelijk foto’s van te knippen, een pracht gezicht, vooral als het weer wat minder is. Dan zijn de muggen die ze willen vangen laag boven de grond. Wat een uitzicht hebben jullie, zei Gerhard gisteren die even over het zomerse land uitkeek door het achterraam. Heb je dit al geschilderd? Nee, dat had ik nog niet, alleen het winterse uitzicht. Maar hij heeft gelijk, dit zomerse plaatje vraagt ook om een schilderij.
Ik wist het zeker, de autosleutels konden niet weg zijn. Maar over 10 minuten moest Wim wel bij de huisarts zijn. En echt… ze hingen niet aan hun haakje. Wim is heel trouw aan dit vaste sleutelplekje. Ik wat minder, maar dit keer had hij echt het laatst gereden. ‘Wat dee ie-j dan toen ie de auto uut kwammen?’ Zo kun je alle voetstappen volgen. Na de kerk, met de storm op het meer nog in onze gedachten, alleen de liturgie weggelegd, toen naar binnen, boven omgekleed… Alle mogelijke plekjes in deze omgeving hebben we afgezocht. Intussen was Wim al op de fiets de regen ingegaan. Ik weer verder zoeken, 10 keer niks, onder de kapschuur, tussen de planten naast het voetpad, bij het hout, de afvalbak, tussen de klimop, boven op de slaapkamer alle zakken in z’n nette kleren nagevoeld. ‘Al mien sleutels zit der an, ok die van de caravan', steunde Wim even later. ‘Waor he’j de reservesleutel dan?’ ‘In de caravan!’ Ons humeur begon al behoorlijk te zakken. Mark en Rick gebeld, heel misschien hebben die gistermiddag in het voorbijgaan iets zien liggen. Ook niks. We zitten tegen de avond aan de pizza wegens geen zin in koken. ‘Bunne wi’j dan nog bie de auto ewes gistermiddag?’ Mijn herinnering moest even geweld aan worden gedaan. Ineens wist ik het weer. Ik wilde kijken of die ene deken nog in de auto lag, net zo een als die we voor Queeny gebruiken. En ja die lag er. We gebruiken die op de achterbank als er een hond mee moet. Mijn brein werd meteen weer helder. Ik vloog naar mijn oude fleecejack. Ja hoor, de autosleutels! Onze avond is weer goed. En morgen eten we weer gezond. Beloofd!
Zo was ze in het begin, onze Pippie. En zo is ze nu. Mooi grijs geworden zoals het een Gotland pels schaapje betaamt.
…en we noemen haar Pippie’, vonden we toen het kleine verstoten Gotland pelslammetje bij ons kwam. Moeder ooi had wel haar broertje geaccepteerd, maar deze niet. Ze kon er nog wel bij. Ze dronk alleen zo weinig. ’Het is ook wel een klein soort schaap hoor’, stelde Rob mij aanvankelijk gerust. Toch zat er weinig vooruitgang in. Ze kon niet meer dan 170 ml per keer op. Ze dronk de helft van Stien, het Drentse heide lam, dat toch ook een vrij klein soort schaap is. Toen Rob haar eens bekeek zei hij meteen: ’Dat ding is niet goed’. En zo was het. Maar wat doe je er aan. Gewoon doorgaan met wat er in kan. Tot ze op een keer niet meer wilde drinken, het kopje scheef en het buikje strak. Ik masseerde haar lekker en kreeg er ’s avonds nog een beetje verdunde melk in. Maar ook de volgende dag werd het niks. Het anders zo enthousiaste ding kwam nu achteraan en onderweg naar het hek viel ze gewoon wel drie keer om. Ik belde Rob. ‘Laat maar gaan’, was zijn advies. Ik verwachtte eigenlijk niet anders dan dat ze de volgende morgen dood in het hok of de wei zou liggen. Een beetje verdrietig ging ik die morgen richting wei. Tot mijn verbazing stond ze met de anderen te wachten. En, wonder o wonder, begon ze weer te drinken en ook gras en brokjes te eten, zij het met mate. Begin van deze week verbaasde ze me door een hele fles leeg te drinken, bijna de hoeveelheid die ze anders per dag dronk. En ze blijft drinken, het stemmetje wordt sterker en ze draaft weer voorop als het etenstijd is. Pippie is een taaie…. Ze blijft nog even.
We zijn er weer, terug op onze plek, camping de Boomgaard. We vallen meteen met de neus in de boter want al gauw werd er geroepen:' De uilenman is er'. Die liet ons een klein steenuiltje zien. De hele camping liep uit om dit kleine wonder van dichtbij te zien. Nadat er een paar jaar geleden een steenuiltje was gesignaleerd werd er een lange nestkast in de notenboom geplaatst. Er zitten schotten in om het de kleine rovers zoals steenmarters en wezeltjes onmogelijk te maken om de eieren of de kleine vogels te roven. Vorig jaar was er al succes met vier uiltjes en nu dus opnieuw. Ze zijn nog te klein om te ringen. Daarvoor komt deze uilenman terug.