Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
31-07-2013
Emmen, vlinderstad
Elke plaats heeft zo zijn eigen vertier in de zomermaanden en in Emmen is
het al niet anders. Hier hebben we elke dinsdag in de vakantietijd de
Vlindermarkt. Nadat Emmen bekend vanwege de prachtige vlindertuin in het Emmer
Dierenpark is het hier een en al vlinder wat de klok slaat. Verleden jaar ben ik
er niet een keer geweest en ook nu nog niet. Dus voor we straks naar Schotland
gaan moest het er van komen. Wim en ik dus op het fietsje naar het dorp, want zo
heet Emmen nog steeds in de volksmond. Het blijft een dorp .. met stadsallures,
dat wel. We parkeren onze fietsen in de fietsenkelder, een echte uitvinding,
gratis en voor niks wordt er op je fiets gepast. Je kunt er zelfs speciale
fietsen lenen, ook gratis. Als dat geen service is. Bij ons rondje door de
Weiert komen we langs Schomaker, de vaste kledingzaak waar Wim wanneer hij
eenmaal overgehaald is, zijn kleding koopt. Ik zie een leuke korte broek, maar
dat is te kort door de bocht geen zin. Op de terugweg als hij er nog is dan
zie ik nog wel , is de reactie. We doen ons rondje verder, de markt is leuk en
we gaan terug om bij Mickey, ons vaste adresje vanwege Rick zn buurvrouw Wies
die er de scepter zwaait. Dan komen we weer langs Schomaker en warempel de
streepjesbroek hangt er nog, 30 % korting. Wim wil hem wel even passen. Joop,
een medezanger van Valerius is de verkoper en ziet meteen dat het broekje wat
aan de nauwe kant is. Hij zou geen goede verkoper zijn als hij niet een beter
passend exemplaar vindt met ook nog een leuk hemd erbij. Het hemd heeft
hetzelfde euvel: De maat is wel goed, maar er zit te weinig stof aan, vindt
Wim. Gelukkig heeft Schomaker in Heerenveen nog de goede maat en stuurt hem mee.
Even later zitten we hier aan de koffie met Joop. Het werd wat duurder dan we
dachten want de korte broek was net binnen en nog niet afgeprijsd. Nu is het wel
te hopen dat we die straks in Schotland maar nodig hebben.
Diny en ik voor 'de Haar' in het door vader Hendrik Jan getimmerde
tuinsetje. En je ziet het, Diny had toen al meer huishoudelijke aanleg dan
ik.
Het feit dat ik zulke aardige reacties krijg op de wederwaardigheden
bij ons thuis vroeger wanneer het onweerde, zegt wel iets van je leeftijd,
vermoed ik. Neef Jaap uit Zuid Afrika is, behalve Diny natuurlijk, iemand
die zulk een toneeltje in het echt heeft meegemaakt bij onze opa en opoe
Bijenhof op De Haar. Hij is een paar jaar ouder dan ik en heeft zon
onweerssituatie met opoes paniek nog in zijn herinnering. Anda heeft
dezelfde situatie uit de verhalen van Dick die mijn buurjongen was. Blijkbaar
ook heel herkenbaar. Ik denk dat opoe Lettink daar de touwtjes aardig in handen
had. Dirkje heeft de beelden nog wat scherper. In haar herinnering zag ze
bij haar thuis de doos met spaarbankboekjes, trouwboekje en andere
waardepapieren nog midden op tafel staan tijdens het door velen gevreesde
natuurgeweld.. Ik was vanmiddag op mijn wekelijkse bezoekje bij buurvrouw
Wielens op haar boerderij en we hadden het over het beestenweer van zaterdag op
zondag en dat ik met de kleren onder de arm naar beneden was gegaan. Zij
memoreerde zelfs dat ze vroeger behalve de jas en schoenen aan, ook de kist met
waardepapieren bij hen midden op tafel stond en dat otie, zoals een Drentse oma
hier genoemd werd, zelfs een doek over de spiegel had gehangen en over de
glimmende top van de kachel. Dat zou ook de bliksem kunnen aantrekken. Wim
zn ome Dieks uit Wezep was van een ander kaliber. Hij was met vader Gerards
tweelingzus Marie getrouwd. Als tante Marie de familie uit bed riep bij onweer
had Dieks daar geen zin in. Hij was metselaar en had zijn rust hard nodig, vond
hij. Hij sprak de gevleugelde woorden: Merie, ik hebbe nog nooit eheurd dat er
iene in bedde doodeslagen is. En daar kon ze het mee doen.
Ik was ver weg gisternacht, maar toch hoorde ik ergens in mijn onderbewuste
iemand mijn naam roepen. Hetty t geet der nogal op. Laow der maor effen
uutgaon. Het duurde even voor ik doorhad dat het Wim was en dat de hele kamer
verlicht werd door de bliksem en dat het lawaai dat erbij was bij het rommelende
onweer hoorde. Toen het eindelijk tot me doordrong besefte ik dat we met ons
huisje met rieten kap beter beneden het onweer af konden wachten. Ik greep in
het voorbij gaan wat kleren want als de bliksem zou inslaan zouden we geen tijd
hebben om boven wat kleding te halen. En zo zaten we beneden, om drie uur
vannacht, Wim stoer bij het grote raam aan de achterkant. We hadden geen lamp
nodig want de kamer was constant hel verlicht door het aanhoudende flitsen van
de bliksem, maar de harde klappen waar we op zaten te wachten bleven uit. Ik
dacht even terug aan opoe Bijenhof die ons bij de eerste bliksemschicht uit bed
trommelde en om de keukentafel dirigeerde. Nee neet biej et raam, ok neet
biej de schossteen. t Stopcontact ok niet. As der soms zon vuurbal kump.' En
dan volgden er verhalen van vuurballen die uit de schoorsteen kwamen en door een
stopcontact weer verdwenen. Of was het nou andersom. 'Oohhh daor hej weer zon
klap. Ohh niet naor buten gaon, Jehan. Kinder hej wat an de vute.. en de jas
an? Aj zo temee toch naor buten mot Coba.. de lampe, de öllielampe as et op
den draod slöt is t lech vot. Coba bleef er altijd rustig onder. Arme opoe
die zon angst had voor onweer. Volgens mij heeft ze Diny aangestoken want die
kroop het liefst bij haar onder de rokken. Later was die bij het eerst gerommel
of lichtflits naast haar bed en commandeerde mij ook: Hetty.. der uut onweer.
Ik was nooit zo snel wakker, ik wachtte tot het er echt op knapte. Zo
overdacht ik dat vannacht. Maar dit keer was ik sneller beneden dan anders. Deze
combinatie van doorlopend bliksem en windvlagen was vreemd. Toch was het ineens
over. Toen we die morgen naar de kerk reden en na die tijd koffie dronken
hoorden we van omgewaaide bomen, brandweer en trampolines die tuinen ver
terechtkwamen. Natuurgeweld is toch iets waar je stil van wordt.
Een blik op de Loreley, Cochem, Maria Laach èn Altenahr...
'Dit moeten jullie ook gezien hebben', vinden we. We hebben het over het
uitzichtspunt Loreleyblick bij Maria Ruh. We rijden bij St Goar de steile
helling op en via Urbar gaan we naar de door Unesco geregistreerde plek die
favoriet geworden is bij ons bezoek aan onze oude vakantieplek. En... Dick en
Anda zijn het er helemaal mee eens. Dit is een bezoek meer dan waard. En dat
wordt vastgelegd. Aan de overkant bij de vlaggen stonden we gisteren. Er staat daar zelfs het beeld van de schone Loreley, de vrouw die zoveel mannen de golven heeft ingejaagd, ... volgens het bekende Loreleylied van Heinrich Heine tenminste.
Ook Cochem is zo'n plaats waar we lang geleden een bezoek brachten. Dick en
Anda zelfs in hun verkeringstijd. We genieten van alles maar zijn het er over
eens dat we hier niet nog eens terug hoeven. Het is een drukte van belang en het
stikt er van de Nederlanders. 'Ieder zijn meug', zei de boer en hij kuste
het varken. Het is een uitdrukking die ik nog niet kende maar door Dick
gebezigd werd. En zo is het.
Hotel Krone in Kestert am Rhein is een echt Duits hotel dat daarbij genoeg
comfort biedt en uitstekende maaltijden verzorgt. We laten ons die laatste avond
opnieuw verwennen met Jägerschnitzel , goldgelbes Schollenfilet en gebackenen
Zwiebeln. De wijn smaakt net als vroeger en op ons privé terrasje maken we de
dag vol. Dick en Wim zorgen voor de rekening en vandaag is het dan zover: Die
Abreise. We hebben nog niet genoeg van de nostalgische toer en besluiten
onderweg een paar stops in te lassen op plaatsen die we vroeger ook bezocht
hebben. Maria Laach met kerk en klooster is de eerste. Mijn allereerste
buitenlandse tripje met school ging ook hierlangs. Nee dit keer werd er niet
geroeid, maar doken we de winkel in met mooie dingen, eindelijk niet de
toeristische meuk. Met Ben en Niesje hadden we hier in de herfst ook al een
stop, maar nu hebben tuin en de bloembakken wat meer kleur.
Het blijft een indrukwekkend mooie kerk, hier in Maria
Laach...
En dan... met Wim voor de engel
De laatste plek die we op onze gezamenlijke tour de nostalgie bezoeken is
Altenahr. Met Wim heb ik er al eens gekampeerd, maar Dick en Anda bezochten het
tijdens hun huwelijksreis in 1967. We lunchten hier, maar eigenlijk wilden we
even kijken of het hun zo bekende Hotel Zur Post er nog was. En het was er nog.
Steeds meer herinneringen kwamen boven. En natuurlijk moest dit even vastgelegd
worden.... Dan is het tijd voor de laatste ruk, we maken nog een paar flinke
stortbuien mee, hééle flinke, en dan zijn we in Apeldoorn. We hebben het weer
bijzonder gehad samen. De tijd stond voor ons deze dagen even stil en veel
herinneringen aan vakanties samen met de vijf zonen kwamen voorbij, mooie
herinneringen.....
40 jaar geleden haalden we daar in de vakantie elke dag 'zwei Liter Milch'. Frau Steeg maakte graag een praatje zoals hier met Dick.
Natuurlijk kijken we of er bij boer Steeg nog iemand thuis is om even te
groeten. En ja.. vader Gerhard en dochter Sigrid zien we meteen al in het langs
rijden. We begroeten ze maar we komen niet weg zonder even mee naar binnen te
gaan naar Elfriede.
En dan komen we niet weg voor er Kaffee gezet is. We zitten op de veranda
in de schaduw en het is er best uit te houden. Ook Dick en Anda worden hartelijk
ontvangen en we praten bij over de kinderen en kleinkinderen. Binnenkort worden
ze voor het eerst overgrootvader en - moeder. We worden uitgezwaaid met zoiets
van : tot de volgende keer im Herbst.
Wat een geweldig echtpaar Steeg, hij 82 en zij 79.
Zoals we hier in november waren met Ben en Niesje, zo was het dit keer een
zomerse Loreley met blik op de Rijn. In alle jaargetijden heeft het
wat.
Het kon niet missen. Ons eerste doel was de rots bij de Loreley, dit keer
in de zomer.Vroeger kwam er met jonge kinderen niet van en dat was maar goed ook
want dit was met jongens zoals die van ons die alles proberen eeen gewaagd
uitstapje geweest.
Vandaag voerde onze rondreis ons door het Rijndal naar Rüdesheim en aan de
overkanr weer terug naar Oberwesel. Wat zullen we nu het eerst pakken? Anda
antwoordde meteen:'Nu wil ik eerst Badenhard zien. Dus dat werd Badenhard. Het
huisje stond er wat verwilderd bij. De brandnetels stonden hoog en wij baanden
ons een pad om het huisje heen. Het uitzicht was minder dan het onze in vroeger
dagen. Toen hadden we een breed uitzicht over de velden tot en met aan Birkheim
toe. Intussen zijn de bomen aardig gegroeid.We zijn verrast dat aan de horizon
ineens een aantal windmolens staan. Maar de herinneringen bij Dick en Anda
die hier sinds 1976 niet meer geweest zijn weer helemaal
opgefrist.
Zou die douche er nog zijn? Het was een van de dingen waar we allemaal nog
nieuwsgierig naar waren. En ... hij was er nog, de douchekop aan een slang die
je buiten aan de muur kon hangen en waarbij het water gewoon van de berg
afliep...
Onze korte tour de nostalgie is begonnen. Lang,
heel lang geleden brachten we hier in het dal van de Rijn onze zomervakantie
door met onze jongens. Het adresje was van een bevriende Duitse inspecteur van
de TÜV, Laborenz, een verbouwde jachthut. Na onze eerste enthousiaste verhalen
over bossen en natuur en de uiterst gezellige hut mèt uitzicht op Birkheim,
gingen ook Dick en Anda met Ernst en Stefan die weg. Zij gingen vier jaar achter
elkaar en hebben na die tijd deze plek nooit meer bezocht. Na die vier jaar
vierden we samen een flink aantal jaren de zomervakantie op meerdere plekken in
Europa. Wij zelf zijn hier in alle jaargetijden teruggeweest om korte vakanties
te genieten want in alle tijden van het jaar is het Rijndal en de Hunsrück de
moeite waard. Gisteren vertrokken we vanuit Apeldoorn in hun auto met
perfecte airco, stopten nog een keer bij de Moseltalbrücke om te ontdekken
waarom dit toch de vaste stop van Ben en Diny zou zijn geweest: natuurlijk het
uitzicht op de Moezel met zijn wijnvelden. Intussen zijn we hier in Kestert
al geïnstalleerd, hebben de weg Emmelshausen- St Goar al gehad, hebben de
typisch Duitse Schweinebraten mit Zwiebeln al geproefd. Straks gaan we verder de
berg op en gaat de ontdekkingsreis verder. We groeten jullie vanaf het
prachtige Rijndal!
En wat zien we daar naast de deur aan de achterkant van het Voerman
Museum? Een beeld ter herinnering aan huisarts Dr Sypkens Smit die een
belangrijke plaats had in de Hattemer gemeenschap. Toen ik indertijd in 1962
naar Hattem kwam ging ik met huisgenoot Sietse Sobering elke week naar een
oefenavond van het Rode Kruis. En daar kregen we van deze innemende huisarts les
in de beginselen van de EHBO . We oefenden dan op elkaar. Soms hadden we een
echte oefening zoals die keer dat er een gesimuleerde ontploffing was geweest in
een voormalige fabriek aan het kanaal. We moesten met een bootje naar de
overkant. De gewonden lagen her en der in het grote verlaten gebouw. De
verwondingen waren divers en stonden op een briefje dat op het slachtoffer was
gespeld. Sietse en ik moesten er een eerste hulp verlenen aan een knul die, tot
mijn schrik, volgens het briefje een ernstige verwonding aan zijn balzak had. We
besloten hem maar een soort luier om te doen. Tja... je kunt wat
meemaken...
Toen kwamen we bij de gracht die om het stadje loopt. We gingen er even op
een bankje zitten voor we naar Ben en Niesje gingen. Wim heeft net een nieuwe
mobiele telefoon waar hij druk mee is om wegwijs te worden, maar toch zag hij
ineens de regenpijp aan het huis van Theo Visser. "Dat is nog dezelfde
reagenpiepe as 60 jaor elene', zegt hij. Neef Gerrit vertelde het pas nog toen
hij met Wilhelm bij ons op bezoek was.'Die Wim... ik had toch een grote
bewondering veur um. Hee had de bal in die dakgeute eschupt en wie zeien: Dan
haal ie um zelf maor weer op en toe klom e zo tegen die reagenpiepe biej Theo op
en hing an de dakgeut, verplaatsen de hande zo töt hee de bal der uut kon pakken
en ging zo dezelfde weg weer terugge'. 'Nee', zei Wim vandaag,'ik zal et noe
niet meer probeer'n'.
De binnentuin tussen het Voerman- en het Anton Pieck Museum
Na Hattem bracht Ben ons naar Zwolle en zette ons keurig af bij Museum De
Fundatie dat pas heropend is nadat er een verbouwing plaats heeft gevonden. Ik
was speciaal geïnteresseerd in het nieuwe werk van Jeroen Krabbé die behalve
acteur ook een zeer verdienstelijk schilder is. Het werd een verrassing. Hij
gebruikte allemaal kindertekeningen van zichzelf die hij verwerkt had in een
groter werk waarbij je meer van hem zag. Dit is de Uilenboom, die hij in 1955
tekende als 11 jarige. Hij vulde het aan met wat figuren waarvan ik denk dat
hijzelf het jongetje is en de andere figuren zijn ouders.
'How we mend our broken hearts' is de titel van dit werk van André
Kruysen, gemaakt van hout en gips. Het boeide me in elk geval. Zou een
gebroken hart, dat hersteld is, zó voelen? Hij moet het zelf wel meegemaakt
hebben.
Van een afstand kun je de nieuwe platte bol op Museum De Fundatie goed
zien, glinsterend in het zonlicht.
'Als hij straks begint te rammelen......, zei Wim om grappig te zijn. We
stapten bij in een al aardig volle lift in de Fundatie, het pas vernieuwde
stadsmuseum in Zwolle. Het werd hem niet in dank afgenomen. Eén van onze
medeliftsters had het niet meer en riep: 'Ooohhh Dolf, ik wil er uit !Maar de
lift ging al verder naar boven en de dame stapte boos uit terwijl ze venijnige
blikken op en woorden naar Wim wierp. Sukkel, mompelde Wim als antwoord. Hij
kan het zich niet voorstellen dat iemand in een lift bijna een flauwte krijgt
van angst. Het was een rare dag. Eerst had ik al een meereiskaartje gebruikt
in de trein die niet gold voor de treinen van Arriva en Syntus. De aardige
steward, want die hebben we tegenwoordig op onze treinen, was redelijk. Ik mocht
in Coevorden de trein nog uit om in te checken met mijn OV kaart. We gingen
vanuit Zwolle met de bus naar Hattem, er was al die jaren niets veranderd
behalve dan inchecken met een kaart. De herinneringen bij Wim begonnen meteen te
stromen. De man die hij had zien verongelukken onder de Dijkpoort. De Noordwal
waar hij toen net met de step uitkwam. Hij zal een jaar of acht geweest zijn.
We begonnen maar eens met een bakje koffie bij De Zwarte Truffel waar
indertijd de verkoop van Dorpsweg 4 aan Ben door de vier broers Wim, Piet, Henry
en Ben bezegeld was. De cappuccino was prima maar toen ik het toilet wilde
bezoeken werd ik tegengehouden door de baas. Ik moest maar naar het toilet van
een ander restaurant, want hij wist zeker dat ik aan een ander tafeltje zat. Pas
toen ik een beetje kribbig uitlegde waar ik met Wim gezeten was bond hij in en
bood excuus aan. Maar nee voor deze gelegenheid zal ik geen reclame meer
maken.
De bovenwoning aan de Gasthuissteeg mèt balkon.
Natuurlijk komen we
tijdens zo'n tour de nostalgie er niet onderuit om door de Gasthuissteeg te
lopen naar het geboortehuis van drie van de vier jongens, het beruchte balkon te
bekijken waaraan Wim en Piet om de beurt Ben lieten bengelen om te zien wie het
't langste vol kon houden. We lopen langs de boerderij van van 't Land, de
buurman die er voor zorgde dat het behang bij hen van de muur af kwam door de
hooibroei. Wim wees de plek aan waar de haan zat. Als je daar binnenkwam pakte
je meteen een bezem en hield die richting haan want anders werd je door die haan
besprongen Huuuhh..! En zo liepen we al mijmerend weer verder richting Voerman
Museum want daarvoor kwamen we.
En hier woon'n van 't Land en daor zat die hane... De vrach met heui
kon maor net deur de steege. En dat heui ging daor baoven deur die
loek'n. In het stadje Hattem woonden vroeger alle boeren ìn het stadje. Buiten de stad op de Hoenwaard, de uiterwaarden van de IJssel, liepen de koeien zomers.
Er was veel te zien in het Voerman Museum en het Anton Pieck Museum er
achter. Vooral de schilderijen met het gezicht op Hattem vanaf de Hoenwaard kan
ik waarderen. Ook aan Daendels is een hele kamer gewijd. Tussen de beide musea
is een soort binnentuin waar je gezellig kunt zitten met het zicht op de
molen.
Het was de beurt aan Frank om een nachtje bij ons te logeren. Ik wil wel
graag leren vilten, had hij al van te voren gezegd. Nou dat kan gebeuren want
sinds verleden jaar ben ik weer in de greep van de pure wol. Samen met Rob
hebben we bij Wobina in Benneveld een vacht gevilt, een grote vacht van een
Schoonebeker. Rob wilde een bruine en ik een witte. Die ligt intussen al een
jaar achter ons bed en gaan we dus steeds met warme voeten ons bedje in. Het was
wel een kolossaal werk om dat met heet zeepwater en heel veel uren wrijven de
vacht om te zetten in een wollen kleed. Zelfs thuis heb ik er nog een paar uur
aan besteed om hem te bewerken. Uiteindelijk kreeg het zijn eindbehandeling door
hem in bad te laten schrikken in ijskoud water. Dan krimpt hij uiteindelijk tot
het eindresultaat. Wat zeg je?, zei Rob laatst, in je bad? Het leek hem wel
erg viezig om die ruwe vuile vacht in je badkamer af te werken. Maar hij vergat
dat die vacht door al het warme zeepwater al aardig schoon was. Sindsdien heb
ik het gehouden bij wat artistiek bedoelde ronde kleedjes, best leuk. Maar ik
ben er wel achter dat vilten een vak apart is. Gisteren ben ik met Frank aan
het vilten geslagen. Hij wilde ook zon wollen schapenkleedje, mèt een kleurtje
dit keer. Hij vond het prachtig. De avond brachten we, zoals nu bijna iedere
avond, door bij Wim zn vuurtje. De kleedjes lagen intussen al te drogen. En
vandaag tegen de middag brachten we hem weer naar huis, mèt Storm. Dan kon die
nog even met Jessie ravotten. Daar hebben we nu de rest van de dag geen kind
meer aan.
Jessie en Storm, een stelletje donderjagers...
Terwijl Jessie in het begin wat kleiner was dan Storm is ze nu flink
gegroeid.
Uitgeraasd... voor even dan en struinen ze samen verder, beiden 5 maanden
oud nu. Op de voorgrond zie je een ingenieus, door Alle bedacht, systeem voor
een alternatief kampvuurtje in een trommel van een oude wasmachine. Het zwembad
is intussen op temperatuur en wacht tot de jongens erin komen
plonzen...
Tijdens de bezetting 1940-'45 en de daarin voorkomende razzias waren Hattemers die gevaar liepen als bosarbeiders aan het werk. Na de 2e W.O. stond er praktisch geen boom meer in het bos en moest er weer flink worden aangeplant. Toen de heer Plat hem vroeg hoelang hij daar werk aan zou hebben, antwoordde Wildeman resoluut: Mijn leven lang en dan ben ik er nog niet. De Ned. Heide Mij werd ingeschakeld en met zon 150 man personeel werd de bosgrond omgespit, de stobben uitgegraven en toen met een man of 20 opnieuw aangeplant. Vanuit Zundert in N.B. kwamen heel wat vrachtwagens met wel 5000 stekken per keer naar Hattem: eik, grove den, douglas, larix, fijnspar, Corsicaanse den e.d. Weekend kampeerders mochten gratis kamperen als ze even een handje meehielpen onder leiding van de bosbaas.
In 2002 toen dit boekje uit kwam was Wildeman al geen bosbaas meer, maar nog dagelijks in het bos te vinden en ook toen kon hij het niet laten om bij een gehoord geweerschot het bos in te gaan, vergezeld door zijn trouwe viervoeter. Deze laatste, een Mechelse herder werd hem bij zijn afscheid cadeau gedaan. Dat hij daarna een aanslag van de Gemeente Hattem voor hondenbelasting kreeg gaf hem inspiratie voor het volgende gedicht: Mijne heren, Bij het afscheid gaf u mij een hond cadeau. Nu moet ik gaan betalen, gaat dat zo? Nu ik van mijn pensioen moet leven, Moet ik u jaarlijks hondenbelasting geven. Op deze wijze mijne heren, Zal de gift bij u wederkeren.
Er kwam geen opvolger voor Johannes Wildeman. Het hout bracht minder op . Dat gaat ten koste van het bos. Er wordt geen onderhoud meer gepleegd. Met lede ogen zag bosbaas Wildeman het aan.
Wim kan er maar geen genoeg van krijgen om s avonds in het vuur te zitten staren. (Het is niet mijn taalgebruik -geen genoeg, maar ik heb het opgezocht. Niet genoeg en geen genoeg ergens van kunnen krijgen mag allebei. En toch klinkt het gek in mijn oren. Daarom oefen ik maar even.) Er is toch niks op televisie, zegt hij dan, doet een trainingspak aan en trekt zich terug bij de wei. Storm volgt hem op de voet en Loeder ook maar, die gaat de wei in om muizen te vangen. Meestal dos ik me ook uit met een warm vest, muggenmelk en met een flesje water en voeg ik me bij hem. Storm ligt er natuurlijk allang bij. Die moet er even aan wennen dat Queeny weer terug is naar de Schaapstreek. We hebben het weer rustig. Agnes is dit weekend geweest en is heeft een mooi bloemstuk gemaakt om haar moeder mee te verrassen. We zijn samen bij Gerhard en Judith geweest die druk waren met het verven van hun veranda achter in de tuin. Robin verzorgde de koffieceremonie. En aan het eind van de middag kwamen de Sleners aan vanuit la Douce France, heel tevreden na een paar mooie weken. Eva had vriendin Marlies mee mogen nemen. Helemaal mooi! Ze gingen meteen aan de groentesoep en konden we bijpraten. En als ik dan aan het eind van de dag na het kampvuurspektakel en, zoals meestal op zondagavond, even Diny aan de lijn heb gehad, kan ik met een gerust hart het hogerop gaan zoeken. Morgen komt er weer een dag.
Johannes Wildeman in zijn jonge jaren met een van zijn honden. Het waren
niet alleen herdershonden zo te zien. Dit lijkt meer op een groot soort poedel
waarvan wij er ooit ook een hebben gehad, via neef Gerrit. Jammer genoeg zonder
de adviezen van Wildeman, want hij was bij ons niet te handhaven. Altijd ging
hij er vandoor en werd gezien tot in de verre omtrek van Aalten.
In de
bladen van Heemkunde Hattem, waarvan ik er een hele tas vol kreeg van neef
Wilhelm, kom ik nog steeds aardige artikelen tegen. Soms in het Hattems. Ook een
stukje over Johannes Wildeman, geb. 1912. In de volksmond werd hij de bosbaas
genoemd. Die moeten we vast wel tegen zijn gekomen op onze wandelingetjes over
het Mierenpaadje en langs de Mariaboom. Ik meen me ook zijn huis te herinneren,
een boerderijtje dichtbij Molecaten. T. Eghuizen vertelt hierover in
2001 : Disse bosbaas, Johannes Wildeman, woont à sins joor en dag en noe
nog in zien îêntien in t Attemer bos, säämp met zien onmisbäre wääkse
ärde(r)shond. Bij t uus löp een skoap en t ok met zien kippm, die veur
de kä®värse eier zörg. In uus ank an de muure in de veu(r)kämer eign
opezette vogels, een vössien en een vedîênstelijk eingemääkte tekening. En
vertelln dät e kan; t iene verääl noa t ander.
Als veertienjarige
jongen was hij al tuinjongen op de buitenplaats Velthuys aan de Veldweg. Hij
werd daarop al snel naar de bosbouwschool in Apeldoorn gestuurd door zijn baas
die de complete opleiding voor hem betaalde. Maar tijdens de crisisjaren was die
voormalige baas, directeur van een hotelketen, opgevolgd en kwam Johannes zonder
werk en via de werkverschaffing ging hij aan de slag met de aanleg van een nieuw
kerkhof, dat nu allang een oud kerkhof is. Hij hielp met het knotten van de
wilgen aan de Nieuweweg en maaide het gras in het Gemeenteplantsoen bij het
station dat allang geen station meer is. Het duurde tot dat de gemeentearchitect
dhr Plat hem vroeg mee te gaan en hem de gemeentebossen liet zien. Het was één
grote troep volgens bosbaas Johannes en hij kreeg de opdracht om op zijn nieuwe
werkterrein van zon 6 à 700 ha te voorkomen dat konijnen aan het jonge groen
vraten, verder de zorg op zich nemen voor het onderhoud en toezicht op
houtdiefstal, stroperij en vandalisme. Hij kreeg een jachtgeweer en behaalde de
jachtacte. Steevast werd hij begeleid door twee of drie door hemzelf afgerichte
herdershonden. Morgen verder...
De Dijkpoort zoals de Hattemer schilder J.W. Liefers hem in het voorjaar
van 1959 zag.
Het kan natuurlijk verbeelding zijn, maar het lijkt me toch
dat het Achterhoeks heel wat makkelijker te lezen is dan het Hattems.( Wim z'n geboorteplaats) De klank
die lijkt op een eu wordt geschreven als öö. En natuurlijk ontbreekt vaak de h
waar wij denken dat hij hoort te staan en waar hij niet staat wordt die soms wèl
gebruikt. In een van de boekjes van neef Wilhelm van Heemkunde Hattem kom ik de
volgende oude Attemer zegswijzen tegen. De tweede en de vierde komen we wel
bekend voor.
IJ löp tussn deur en drumpel- Hij is
ongedurig t Dug van gien kante- Er klopt niks van Zie is de
duuvel ontkrööpm op elln lichte dag- Ze is een slimme vrouw Aj
altied de mond old, kuj met de duuvel wel uuzn- Je moet voor jezelf
opkomen
Onze oppas op huize Schaapstreek is op een laag pitje gezet want
opper-oppassers Anne en Tiny nemen nu de honneurs waar. De beide katten hebben
zich naar verluid meteen gemeld en zijn niet van de bank te krijgen.
Intussen hebben we gisteren buurvrouw Wielens in haar zondagse outfit de
dubbele sluizen in de Veenvaart Erica- Ter Apel laten zien en halte Tramweg met
een bezoek vereerd. Toen we langs Museum Brands kwamen zei ze :O die Jans
Brands is vrogger bie-j ons nog ewes met de verbouwing. Hee vroeg of e effen op
zolder much kieken of der nog wat biezunders veur um bij was. Toen we dus op de
terugweg weer langs Museum Brands kwamen gingen we er aan en buurvrouw keek haar
ogen uit met al die oude spullen van vroeger die ze nog herkende. We kregen
zelfs een paar gidsen mee, vrijwilligers, om van alles uit te leggen. Ze was erg
tevreden over de gezellige middag en daar doe je het toch voor De verzameling
van Jans Brands was uit zn huis gegroeid en er waren zoveel sponsors dat er een
mooi museum aan gewijd is naast zijn huis aan de Heerenstreek in Nieuw
Dordrecht. Er is een complete bibliotheek met oude boeken bij die je mag
inkijken, wel met speciale handschoenen aan. Vanmiddag haalden we Anne en
Tiny op om een gezellige middag te hebben. Ze hadden Emmen al vaker met een
bezoekje vereerd en nu kwamen we langs t Fabriek waar een expositie van 9 hout
kunstenaars was te bewonderen. Anne schildert zelf ook mooi en vond het zeker de
moeite waard. Leuk om ze op deze manier eens bij ons te hebben. Beiden waren
helemaal weg van Queeny en Storm die zich dan ook voorbeeldig gedroegen. Tijdens
het rondje op het erf kwamen we bij de Finse Kota en we besloten om Wim zn
favoriete soepje daar te gaan nuttigen. Later dan verwacht brachten we ze weer
terug naar hun logeeradres. Voor herhaling vatbaar!
Nee, Tim gunde zich geen tijd om ze na te zwaaien. Ja eventjes voor het raam
van ons schilderskeetje, ook wel door Wim: Wilhelminakeetje genoemd. Het schijnt
dat koningin Wilhelmina zich in zon keetje terugtrok in de bossen van het Loo
om midden in de natuur te schilderen. Maar dat zagen Anja en zijn broers
Frank en Daan natuurlijk niet meer. Nee Tim wilde meteen gaan schilderen. Dat
had hij zich vast voorgenomen. Hij kwam er al snel achter dat een hond niet zo
gemakkelijk was om te doen en helemaal als het moet lijken. Toen werd een
plaatje uit het blad van het Drents Landschap gekozen, twee bij elkaar staande
schapen. Daar had ik natuurlijk ook niets op tegen. Na het eten ging hij met
Wim mee naar buurman Jans om zijn nieuwe weerstation in te stellen. Er is steeds
weer een onderdeel dat het niet helemaal doet. Ik denk dat Jans maar even op
Rick moet wachten. Die komt zaterdag weer deze kant op. Met de hand vol chocola
kwam Tim stralend weer terug, want buurvrouw Wielens had natuurlijk ook wat mee
te geven. En na een paar potjes ganzenborden is het tijd om te slapen. Tim heeft
een leeuwtje als knuffel om mee te slapen, je kunt zien dat het zijn
lievelingsdier is. Vanmorgen om 7 uur stond hij al voor ons bed en met mijn
horloge in aanslag lag hij bij ons in bed te wachten tot de grote wijzer weer
bovenaan stond. De pap is op, de eerste rondjes rennen met de honden zitten
erop en nu is hij een soort solitaire aan het spelen bij Wim die de krant leest.
We kregen het van Curtis en Berdena in de goody bag mee naar huis vorig jaar.
Wim bleek er onderweg in de Cracker Barrel Old Country Store goed in te zijn.
Straks gaan we terug naar moeder Anja, eind van de logeerpartij en mèt een
leuk schilderijtje.
Het was warm, zomers warm, bij ons bezoekje aan het mooie museumdorp Orvelte. Ben en Niesje waren een dagje in Emmen en gingen mee. Ik vind het altijd leuk om te zien wat anderen met wol kunnen doen. Het verwerken van wol en andere materialen met een naald, het stitchen, is nieuw. Je kunt er zelfs een machine voor aanschaffen. Het wordt altijd mooi. Maar ik was vooral geïnteresseerd in het vilten. Ik zag een prachtige gevilte vacht in een gemêleerde grijzige tint. Het was zo stevig gevilt dat ik vroeg of ze daar een ander soort wolvlies achter had zitten. Ja hoor wolvlies bestaat blijkbaar ook uit meerdere diktes en zij had een dikkere soort gekozen. Mijn witte gevilte vacht ligt achter ons bed mooi te wezen. Ikzelf heb geen last van de wol die aan mijn voeten blijft plakken . Ik loop daar meestal op blote voeten. Maar we waren laatst bij chiropractor Nimo en Wim lag op de behandeltafel toen Nimo hem vroeg wat hij toch aan zijn voeten had. Het bleek allemaal Schoonebeker wol te zijn dat aan zijn sokken was blijven hangen. Hij vond dat blijkbaar erg grappig. Verder was het vooral leuk om te zien wat mensen voor creatiefs in huis hebben. Er waren alpacas met een jong, een groep die Keltische muziek speelde, toneel en je kon van allerlei eigen producten kopen van kaas, honing tot zelf gemaakte chutneys. Toen Rob later die middag langs kwam om de afrastering te controleren en te repareren, bleek hij ook even in Orvelte te zijn geweest. Hij had andere dingen verwacht, meer beginproducten, wol dus. Hij vond dat het meer eindproducten waren. Het leek mij heel logisch. Misschien had hij er moeten gaan staan met zijn prachtig gesorteerde zakken pas geschoren wol. Maakt niet uit. Ze kunnen altijd bij zijn web shop terecht voor alle soorten en kwaliteiten wol: www.purewol.nl.
Het hunebed in Borger, dichtbij het Hunebedcentrum.
Laatst bezocht een
24 jarige journaliste het Hunebedcentrum in Borger en schreef er een zuur stuk
over in de Volkskrant waarin de lezer werd afgeraden om naar Borger af te reizen
omdat het wel drie uur reizen was. Het artikel deed Hein Klompmaker, directeur
van het Hunebedcentrum, de broek van de kont zakken. Kom hem niet aan Drenthe,
aan de Drenten, de Drentse cultuur en de Drentse identiteit. Hij is trots op
zijn museum en het Drentse landschap en dat ben ik helemaal met hem eens. En het
zou ook goed zijn voor Nederland om trots te zijn op de hunebedden. Maar van je
afbijten is niet Drents, zo denkt hij. De Drent zegt: Ie kunnn wel es geliek
hebbn. Hoor ik hier ook niet iets van een Achterhoeker in? Toch de Drentse
geschiedenis is erg interessant. Hein Klompmakers lanceerde daarom een leuk plan
bij de Provincie: verander de naam N 34, de slagader die van Ommen naar
Groningen leidt, in Hunebed Highway, een beetje Route 66, maar dan Drents,
allitereert goed en bekt lekker. Maar ja de taalpuristen keurden het af. Het
woord Highway mocht niet in combinatie met Drents en Nederlands. Maar Hein
Optimist Klompmakers zegt: Dat bord komt er heus nog wel eens. Wij hebben
het Hunebedcentrum al vaak bezocht net als het Drents Museum in Assen. Beide
musea hebben ontwikkelingen doorgemaakt en beide zijn een reis van drie uur meer
dan de moeite waard. Ik kan iedereen aanraden: Knoop er meteen een overnachting
aan vast in één van de mooie hotels of B en Bs die Drenthe telt en voor
speciale gasten is er natuurlijk altijd Camping/ annex Logies met Ontbijt t
Schoolpad.
Vroeger hadden we Jaap Kwak die in ons eigenste Dagblad van het Noorden
een dagelijkse leuke column schreef. Sinds een aantal jaren hebben we elke dag
Jan Wierenga en in de zaterdageditie Daniel Lohues.. Volgens mij woont Jan
Wierenga net als Daniel hier ergens in de buurt want hij beschrijft vaak mensen
en situaties in deze streek. Maar vanmorgen had hij in zijn column de nieuwe
koninginnetjes te pakken. Zijn vrouw vond dat de beide koningen van de Lage
Landen geen gekke keus hebben gemaakt met hun koningin. Hijzelf zou liever voor
een andere gaan. Volgens hem is sexuologe Goedele Liekens eigenlijk de echte
vorstin, die haar onderdanen van de beide landen oproept om vlijtig de bijslaap
te praktiseren om zo positieve energie te tanken. Toen zijn vrouw een wat
vragende blik op hem wierp, vulde hij aan: Maar jij bent mijn eigen
koninginnetje!, waarop hij even bij zichzelf dacht: ouwe slijmbal! Ik mag
graag Wim nog even uitdagen en zei zo even met een zucht tussen neus en lippen:
Zo heb ie mien nog nooit enuumd mien koninginnetje .. En ja hoor, meteen
volgde: Dat zal ok niet gauw gebeuren dan kuj mien wel wegdragen. Nee Wim is
niet van de woorden. Hij gruwt ervan als hij woorden hoort als schatje, lieverd,
en helemaal verschrikkelijk .... honnepon! Hij heeft een eigen vocabulaire, dat
wel maar daar ga ik het niet over hebben Nee.. ik mag niet
klagen.....
Het bed naast mij is leeg als ik wakker word. Wel beslapen gelukkig, maar
Wim had een onrustige nacht. Ik bun mien ring kwiet, zei hij gisteravond al
voor het slapen gaan. Zo straks toen ik op de banke zat, hak em nog. Et jökken
mien der een betjen onder en toe hak em an de pink edaon en noe is e weg. Die
vin ik noóóoit weer. Hij had het laatst een rondje over het erf gelopen met
Queeny en Storm. Hij hoefde nu in het donker echt niet te proberen om hem terug
te vinden. Toen ik er uit was had Wim al twee keer het erf minutieus
doorzocht en zelfs de bankkussens omgekeerd. Maar niks helemaal niks. Ik zeg
nog: Wim.. het is maor een ding. Maar hij was helemaal ontdaan. Een jaar of
vijf geleden had ik het kleinood voor hem gekocht, een gouden ring met een
jeansblauwe steen. Hij vond hem mooi en droeg hem altijd als hij tenminste niet
aan het werk was. Toen hij meer dan 50 jaar geleden een soortgelijke ring, met
zwarte steen, van zijn toenmalig vriendinnetje had gekregen gaf hij na het
uitraken van de vriendschap de ring aan Piet met de opdracht om hem aan een
jongere broer te geven als hij zich zou gaan verloven. Toen dat gebeurde ging de
ring naar Henry en de bedoeling was dat hij bij diens verloving doorgegeven zou
worden aan Ben. Ik heb geen idee waar de ring gebleven is. Maar nu was hij tot
zijn grote schrik die ring van mij kwijt. Wies nog es precies an waor iej
gisteraovend met de hunde elopen hebt, commandeerde ik en samen volgden we dat
spoor opnieuw. Maar ook dat leverde niets op. Ik bedacht me ineens wat hij
altijd doet vóór hij de honden uitlaat . juist een bezoekje aan het toilet. Dat
is ook wat minder omslachtige plek om te zoeken. Als hij in de pot gevallen was
had hij het vast gemerkt maar ik nu keek links en zomaar ineens lag daar het
kleinood. Ik kan je vertellen. Wims dag is helemaal goed!
Natuurlijk komen bij
een begrafenis herinneringen boven. Tijdens de dienst werd het lied: Neem Heer
mijn beide handen gezongen. Het was het lievelingslied van onze vader Hendrik
Jan en waarschijnlijk ook van Heintje. Ik heb het als kind leren spelen op het
orgel en kan het nog steeds niet met droge ogen meezingen. Hendrik Jan van
Middelkoop werd in 1946 na het overlijden van Hendrik Jan geboren. Hij was het
die het mooie gedicht van Hanna Lam voorlas op het kerkhof:
De mensen
van voorbij wij noemen ze hier samen De mensen van voorbij wij noemen
ze bij namen zo vlinderen zij binnen in woorden en in zinnen
De
mensen van voorbij zij worden niet vergeten De mensen van voorbij zijn
in een ander weten bij God mogen zij wonen daar waar geen pijn kan
komen De mensen van voorbij zijn in het licht, zijn vrij.
En
zoals zo vaak bij een begrafenis was er ook een weerzien met familie. Vlakbij de
Begraafplaats aan de Lentsesteeg in Rheden was er in de Bistro naast voormalig
hotel de Roskam een gelegenheid om te condoleren en na te praten. Ik zag dat er
ook fotos van tante Heintje en haar familie werden getoond. Gerrit had in de
kerk nog gememoreerd dat ze hadden gedacht dat hun moeder nog wel veel ouder zou
worden, misschien wel de oudste van Gelderland Nederland of ...Europa. Toch was
er onverwacht een einde gekomen. Oom Bram, de jongste van de 10 Egginks en de
enige die nog leeft was in zijn eentje met ze auto uit Durgerdam komen tuffen en
was met tante Jantje de spil van de Egginksgroep aan de koffietafel. Tante
Jantje, erg fragiel nu, werd door Erna gehaald en gebracht. Zo zaten we met een
deel van de Egginksfamilie bij elkaar en wisselden ervaringen uit. Tea vertelde
over Reini die na een hartklepoperatie aan het herstellen is. Tante Heintje
heeft er heel wat overleefd. Ineke vertelde dat zus Eefje in Mexico gaat
verhuizen. Zo jammer dat ze geen gebruik maakt van de computer. Dinie Voortman
was door haar knie gegaan, maar was toch paraat. We hoorden groot nieuws van Ben
en Diny, maar daar hebben we het nog wel over. Ook mooi om te zien hoe de
trekken van Heintje en Koos terug te vinden zijn in hun kinderen.
Vandaag was het afscheid van onze tante Heintje, Johanna Hendrika Jansen-
Eggink, 103 jaar oud. Een voltooid leven. De afscheidsdienst was in de haar
vertrouwde kerk in Gorssel en ze werd begraven in Rheden bij haar eerste man
Jacobus van Middelkoop. Ik ken haar niet anders als opgeruimd, altijd
positief. We hebben van haar genoten, stond ook onder aan de
rouwbrief. Bijzonder was ook de kaart die de kinderen hadden gekozen. Er werd
al bedacht wat toch de betekenis kon zijn, vertelde haar jongste zoon Gerrit. De
drie bomen, weerspiegeld in het water,- de drie mannen die zo belangrijk in haar
leven waren enz. Zover ging Gerrit niet. Dit is een mooie ets van Escher en
tante Heintje hield van het uitzicht op de vijver waarin grote karpers zwommen
en de witte kon ze het best onderscheiden. Hij haalde zijn zus Nel aan als de
koningin van de mantelzorg. Alle kinderen bekommerden zich om hun moeder maar
Nel was degene die er heel vaak was. Soms zag tante Heintje meer dan een
ander. Zo zag ze een tijdlang haar tweede man Gerrit op het bankje bij de vijver
zitten, met hoed en al. Hij was ook al overleden toen. Ze wist wel dat hij het
niet kon zijn, maar toch zag ze hem. Net als de twee kindertjes in haar kamer.
Je zou zeggen dat ze iets van haar vader mee had gekregen, die zag ook meer dan
de gewone man. Gerrit vertelde ook dat toevallig een paar weken geleden ze
haar levensverhaal had verteld aan iemand die het in de krant van de Zorg wilde
plaatsen. Dat las hij nu voor, zoals zijn moeder het had verteld, heel mooi. Zo
vertelde ze dat ze vroeger een keer per jaar naar de familie op t Piepenbelt in
Eefde gingen met de kleedwagen. De meisjes met mooie witte schortjes die eenmaal
aangekomen snel verruild werden voor een gekleurd exemplaar. Hier kon ze al goed
opschieten met neef Jan. Hij zou haar derde partner worden en de laatste 10 jaar
van zijn leven brachten ze samen door. Maar ook haar leven met Koos was
bijzonder. Ik ken heel wat fotos met de hele rits kinderen op een rij. Ze
vertelde me eens dat ze gewoon bij haar kwamen om te vragen of ze een foto van
haar gezin mochten maken. Dat is weer een voordeel. Ook schoondochter Lida gaf
heel ontroerend weer wat moeder Heintje voor haar had betekend. Het was een
aaneenschakeling van liefdevolle herinneringen. Ik weet nog dat ikzelf, net in
de drie kleine kinderen, aan haar vroeg of ze het niet vreselijk druk had
gevonden met tien. Ach, zo zei ze, ik heb ze niet allemaol tegeliek gekrege.
En ze had haar oudste Josien, die net als vroeger tante Hanna, vroeg van school
gehaald werd om bij te springen in zon groot gezin. De geschiedenis herhaalde
zich Maar liefde was toch het belangrijkste gereedschap in haar gezin net als
dat vroeger bij haar ouders was. Gerrit besloot zelf zijn verhaal met zijn
blik op de vijver met de dikke karpers, maar de witte vis zag hij niet
meer.
De familie geniet hier van hun vakantieplek met uitzicht op tuin en
zee.
Als je toch oppast kun je misschien ook even die big bags met
tuinafval wegwerken, zo was het verzoek van Mark voor hij op vakantie ging.
Och dachten we, laten we dat maar meteen doen. We hadden net een opruimsessie
achter de rug op ons eigen erf en dachten dit er even achteraan te doen. We
passen immers op hun huis en have d.w.z. Queeny, huis, katten, vissen en tuin.
We hoeven het niet alleen te doen want buurman Lammert aan de overkant houdt ook
dag en nacht de wacht. Nova, de zwarte kat keek ons vernietigend aan toen we
arriveerden, maar sprintte toch direct mee naar binnen. Toen was het de beurt
aan de big bags. Ik wist wel dat Mark stevige benen had, maar dat hij zoveel
prikkende tuinafval in één zak kon stampen had ik niet verwacht. Dat duurde even
voor we de grote zakken op de kar hadden gehesen en hoewel Wim niet van stevige
woorden houdt kwam er toch het een en ander uit dat ik nog niet van hem kende.
Het moest en zou ook allemaal op één aanhanger. Maar het is gelukt. Het groen
uit de tuin heeft een nieuwe bestemming gevonden, de basis van een nieuwe
geluidswal naast ons eigen erf. En terwijl de familie in het verre zuiden van
zon, zee en brocante geniet, houden wij toezicht mèt Lammert. Volgende week is
het de beurt aan Anne en Tiny die er meteen een weekje vakantie van maken in ons
mooie Drenthe.
Derde klas van de Kweekschool. Ik sta in het midden met het lichte vest en
naast mij Grada die hier het praten niet kan laten. Aad is er niet bij, zeker
vergeten....
Het stukje dat ik op 6-12-2009 plaatste.
Grada
Bosch komt uit Bronckhorst, het kleinste stadje van Nederland. Nu is het een
trekpleister voor heel Europa en Omstreken. En ... woont Grada op een woonboot
in Amsterdam! Toen was het gewoon een heel klein stadje met een kerk èn een
bakker: bakker Bosch, Gradas vader. Haar moeder kan heel leuk dichten en
wanneer ze de enthousiaste verhalen van Grada hoort stroomt er vanzelf weer een
nieuw stuk Achterhoekse poëzie uit haar pen. Aad Dorst en Gert Jan Somsen zijn
meestal een dankbaar onderwerp. Ik heb deze indertijd (1962) uit de krant
geknipt!
t Jammer höltjen -historisch-
Toontjen had et
veurjaor weer te pakken. De schoonmaakwoede sloeg eur in de bol. Ze zei
dat zij- as eur mevrouw et goed von- Vandaag Joops kamer effen nemmen
zol.
Wat effen nemmen is, hef Joop ervaren Toen hij in huus kwam
van de school- wat strop- Toen dreef zien kamer- inclusief ook
Toontjen- Vanaf de vloer tot et plafond van t sop.
Hij ging die
aovend bij zien vriend studeren Mor biester lukken wol zien studie
niet. Want hij hef zenuwachtig uutgelaoten k Bun straks al mien
eigendommen kwiet.
Hij had dat al zo vake ondervonnen As Toontjen an
et schoonmaakwoeden was. De helft verdween rap in de vuulnisemmer De rest
op zolder in een olde kast.
Den andren dag is hij op school
gekommen Gehaost mor toch nog net precies op tied. Zien vriend mos um
effen de blokfluit lenen Natuurlijk was hij t jammerhöltjen
kwiet.
Ik bun benijd wat ik een volgend keertje An Toontjens
schoonmaakzin ten offer leg. 'k Zol zeggen- hef zien vriend um
angeraojen Breng al oew eigendommen van te veuren weg.