Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
04-08-2022
Suze
Voor Dirk hebben we jarenlang poes Suze gehad. Ze heeft bij ons een hoge leeftijd bereikt maar ik weet nog dat ze eens weg was… gewoon helemaal weg. De vorige dag lag ze nog een heel stuk van de dag onder de tuintafel. Ik dacht zelfs een moment dat ze wel heel stil lag en raakte haar even aan, maar toen deed ze toch haar ogen al soezend open. Ze had met de hitte een zware tijd, onze toen 19-jarige Suze. Ooit haalden we haar met broertje Tommie op bij een boerderij in Geesbrug. Collega Martine had gezegd dat zij daar jonge poesjes hadden. Er bleken drie schattige kittens te zijn om uit te kiezen. We kozen dus Suze, de driekleur en Tommie, de rooie kater. We waren net thuis toen we al spijt hadden dat we de derde ook niet hadden meegenomen. Wij dus weer terug en ook de zwart- witte Miesje kwam aan het Schoolpad wonen. Met Miesje en Tommie is het niet erg goed gelopen. Miesje verongelukte en Tommie was op een dag gewoon weg, maar Suze overleefde alles. Ik vertelde op school vaak over onze menagerie. Vier keer kreeg Suze een nestje waaruit ook Loeder stamde. Beiden zijn toen gesteriliseerd.
’Weet u wel hoe ze dat doen?’, vroeg een brugklasleerling me, toen ik vertelde wat er zou gaan gebeuren. Hij mocht wel eens helpen bij de dierenarts en begon uitvoerig en aanschouwelijk uit de doeken te doen hoe het in zijn werk ging. 'Dan binden ze haar aan de vier…’. Ik wilde de rest niet horen.
Alle kittens kregen een goed tehuis. Loeder, een dikke zwarte poes, was een echte buitenkat en kwam alleen binnen voor een lekker hapje. Maar moeder Suze hield van gezelligheid.
Maar nu was ze weg, helemaal weg. Ze kwam die morgen haar lekkere hapje niet halen en gisteravond had ze ook niet al spinnend bij Wim op de bank gezeten met haar voorpootjes op zijn dijbeen, zoals gewoonlijk. We besloten dat ze ergens dood moest liggen. Katten verstoppen zich als ze dood gaan.
Tot Wim tussen de middag de schuur binnenging en daar iets hoorde achter de badkamerdeur van de studio. Daar zat de afgeschreven Suze, zo levend als een 19 jarige kat kan zijn. Die avond zat ze dan ook weer op haar geliefde plekje. Ze bleef nog even....
Soms zoek je ver weg wat dichtbij te vinden is. Geboren en getogen in Vorden, Gelderland, twee jaar lang door Hengelo, ook Gelderland, naar Doetinchem gefietst, een oom en tante in Varssel en nooit heb ik dit aardige plekje gezien. Ik ben lid van een webpagina: Ik ben een Vordenaar als… en ook van: Ik ben een Hengeloër als… en zo kom je toch weer eens wat aardigs tegen wat je nooit gezien hebt. Het is te vinden aan de Varsselseweg 43 Hengelo Gld. Het Rijksmonumentenregister vertelt: Kleine, in baksteen opgetrokken en met baksteen gewelfje afgedekte bakoven, geheel omsloten door een aantal forse beuken; 19e eeuw.
Stond Sven oog in oog met een hert of een wolf? TV Gelderland deelt een quiz. Natuurlijk was het een wolf. Een hert is niet zo uitzonderlijk op de Veluwe. Wat deed de wolf toen ze elkaar op korte afstand in de ogen keken? Die draaide zich om en ging er vandoor. Zo hadden Gerhard en Mark lang geleden ook eens een aparte ontmoeting. In Badenhard waar we vaak vakantie hielden in de jachthut van Herr Laborenz waren Gerhard en Mark meestal vroeg wakker en schoten dan gauw hun laarzen aan, gingen over het smalle en steile paadje de berg af om daar beneden dammen te bouwen in een smal beekje. Zo liep Gerhard nog wat door en Mark hoorde ineens geritsel in de struiken en dacht dat Gerhard zich daar verstopt had. Hij ging op onderzoek. Toen hij goed keek, zag hij een grote bruine kop met een paar ogen die hem aankeken. Mark stond doodstil, oog in oog met.... Toen draaide het dier zich om en ging er vandoor. Gerhard was iets verderop, had niks gemerkt en toen ze weer thuiskwamen hadden ze wat te vertellen! Ik wilde al schrijven: Zou hij het nog weten? En bedenk dan...zou dat kunnen… aan de andere kant van de scheidslijn tussen werelden? ‘Hoe zag dat dier er uit?’, vroegen we Mark. Ja, bruin en van die kromme tanden opzij. Een wild varken dus. Die hele vakantie hield ik de omgeving goed in de gaten om niet onverwacht oog in oog te komen staan met wilde varkens die misschien jongen bij zich hadden. In het bos aan de overkant zagen we wel omgewoelde grond. Ik voelde me er niet lekker bij. Later vroegen we in het Gasthof of daar beneden vaker wilde varkens waren. Volgens hen moest die ene die Mark gezien had een verdwaald exemplaar zijn.
Na de kinderfeestjes, de verjaardagen bij het kampvuur en bezoekjes aan het Planetron, en met de jongensgroep hadden we gisteren het volwassen feestje. We vierden alvast de 24e verjaardag van Robin en meteen ook de 60e van Odile, de zus van Judith. Het werd een intiem feestje met Gerhard en Judith, Robins vriendin Luna en de grootouders van beide kanten, ook Lieve en natuurlijk Rick. Mooi om dit samen mee te maken, al missen we Mark. Het is niet anders. Rick zou zeggen: Hij is er wel bij hoor. Dat weet ik gewoon. Het werd een feestje met alles er op en er aan: ballonnen, taart met kaarsjes en een uitgebreide barbecue. Robin en Odile deden hun best om ze allemaal uit te blazen. Maar ze begonnen telkens weer opnieuw te branden. Hilariteit. Alleen Odile kende dit fenomeen. En dat alles ondanks de wat lage temperatuur onder het afdak achter in de tuin. Met een straalkachel aan de achterwand en een tuinkachel er bij was het goed toeven aan de Kuifmees. We moesten even bedenken hoelang Judith en de Vlaamse Lieve al bevriend zijn. Ze kwamen op ongeveer 35 jaar. Ze leerden elkaar kennen tijdens Judiths opleiding aan de Sociale academie in Leeuwarden waar Lieve toen ook woonde en danslessen gaf. Lieve werd ingelijfd bij de familie en is dat altijd gebleven. Luna is er intussen bij gekomen in de familie en ik hoop voor altijd.
Het muzikaal talent van de jongens van der Kolk kwam steeds meer naar voren naarmate ze ouder werden. Alleen Piet was z'n hele leven al met muziek bezig, vooral instrumentaal. Hij heeft zelfs nog met z'n toenmalige band op de 25jarige bruiloft van pa en mama gespeeld. Ben zong lang in meerdere koren, Wim zong lang behalve in zijn Shantykoor ook bij Valerius, het Chr. Mannenkoor, en heeft zelfs zangles gehad. Later liet hij de Shanty's los en ging hij in de Cantorij zingen van onze eigen Schepershof. Henry begon zich ook te melden toen hij met de FPU ging en richtte in Hattem zelfs een klein maar fijn koor op. En moeder van de Kolk zong en floot er destijds wat af in Zorgcentrum De Bongerd. Alleen zo jammer..... het werd daar niet erg gewaardeerd! Toen de jongens nog jong waren hadden ze zelfs hun eigen fanfare op zondagmorgen. Ben droeg het vaandel, Henry een paar pannendeksels, Piet de stofzuigerslang en Wim de trompet van vader van der Kolk. Zo gingen ze al musicerend het huis door. Het scheelde dat vader Gerard nogal doof was. Toen Henry en Tonny zich een hele tijd in Canada vestigden dichtbij Fred en Gera en de kinderen hoorden we dat Henry daar op de begrafenis van een oud Nederlander gevraagd was om te zingen. Wij werden ingeschakeld om de muziek te vinden van het lied Beveel gerust Uw wegen, want de organist in Dickson had daar nog nooit van gehoord. Via ons aller Co Manrho, toen een van de organisten hier in onze kerk in Emmen kregen we een kopie van de orgelpartij van dit lied om door te sturen. Wat is mail toch gemakkelijk in deze tijd.... en wat missen we al veel speciale mensen om ons heen...
'Het is hier overal een nudistenstrand aan het worden', zei Rick eens toen hij eens bij ons op het terras aanschoof. Hij heeft altijd nogal moeite met omschakelen en had nog z'n wintertrui en jas aan. Hij vindt het maar niks, al die blote armen en korte broeken. Maar het was al wel 25 graden. Het begon toch al op zomer te lijken. 'Van wie heb ik dat eigenlijk?', vroeg hij ook nog even tussen neus en lippen. 'Zou je dat niet van jezelf kunnen hebben?', zei ik. Het schoot me te binnen dat Wim vroeger ook lang met een dikke jas aan naar z'n werk fietste en wanneer iemand er een opmerking over maakte zei hij: 'Wat goed is tegen de kou is ook goed als het warm is'. De eerste zomer dat hij met de VUT bij huis was zou je dat anders niet zeggen. Hij liep veel in enkel een korte broek en was zo bruin als wat. Ikzelf ben niet gek op warm weer. Vroeger al wanneer het echt heet was heb ik wel eens verkoeling gezocht in de waterbak van de koeien. Het zwembad was immers 5 km verderop en een douche kregen we pas in 1962, net toen ik de deur uit ging om in Hattem aan mijn onderwijs loopbaan te beginnen . Ik zal nooit onze eerste vakantie vergeten toen we net aan het Schoolpad woonden. Ben en Niesje, onze vaste oppassers, waren al gearriveerd en wij moesten alleen nog beslissen of we met de caravan naar de Franse Alpen zouden gaan of naar Normandie« en Bretagne. De eerste stop werd Zuid Limburg, een mooie natuurcamping. Maar het was er toch een partij heet, te heet om te fietsen of te wandelen en de hele dag draaiden we met de schaduw van dat ene boompje mee waaronder we wat verkoeling probeerden te zoeken. En dat terwijl we hier op ons erf minstens 40 bomen hadden staan. Het werd toen de westkust van Frankrijk vanwege de verkoelende zeewind waar we op hoopten. Wanneer we bij een camping kwamen zonder een plek bij een boom gingen we gewoon verder. Het werd een mooie vakantie, ook al vanwege alle plekken die aan de Invasie en D-Day herinnerden. Toen ik Rick later aan tafel vroeg waar hij nog wel eens naar toe zou willen. 'Normandie', kwam er ogenblikkelijk bij hem uit. En dat werd het, een gezamenlijke vakantie met Rick. Het beviel van beide kanten zo goed dat er nog veel zouden volgen.
Ik geloof dat wij aardig gezagsgetrouw zijn. Is ons met de paplepel ingegoten, noem ik het maar. Zo stonden wij vooraan toen er een vaccin was gevonden en we aan de beurt waren voor de prik. Dat gaf ons minder stress en meer vrijheid in deze coronatijd waarbij vooral dat eerste jaar heel wat mensen jonger dan wij zijn omgevallen. Maar er zijn er die er heel anders over denken en dat mag. Elke demonstratie wordt aangepakt om duidelijk te maken dat ze het niet eens zijn met de coronamaatregelen wat weer voor de relschoppers een gelegenheid is om de boel op de kop te zetten. Maar er zijn ook rustiger anti-vaccers. De regering heeft het gedaan, zeggen ze. En dan die lui van de RIVM, Jaap van Dissel voorop. Hun zorg is nu dat al die gevaccineerden het virus wel bij zich dragen en hen kunnen besmetten. Tja.... Die rust is ook maar schijn, ze bereiden zich voor op een andere wereld. ‘Iedereen is bang voor Rusland’, zeggen ze.’ Maar pas op voor China! We gaan allemaal gehackt worden. Straks weten ze alles van ons en je zult het beleven zitten we ook nog zonder stroom’. Maar ze zorgen zelf dat ze er klaar voor zijn. Hebben al een generator in huis voor als die stroom uitvalt en er is een voorraad kaarsen ingeslagen. Zouden we echt teruggaan naar de tijd van mijn jeugd? In gedachten zie ik opoe Bijenhof in haar zwarte met blauwe bloemetjesschort op de Haar koken op het fornuis. Als verlichting hing er een gaslamp met kraaltjes boven de keukentafel, met kousjes die stuk gingen als je ze maar even aanraakte. Daar in dat keukentje was het gezellig. Ik herinner me de oude koperen petroleumlamp die later op de Boomgaard klaar stond voor als de stroom uitviel bij onweer. Op de Haar was nog geen elektriciteit, dus ook nog geen radio, laat staan telefoon, tv of internet. Het is gek maar het lijkt of ik nu een beetje heimwee krijg naar vroeger.
Foto: De Haar met links de keuken en rechts naast de deur de grote keuken en helemaal rechts de slaapkamer van mijn vader en moeder, Diny en ik. Opa en opoe sliepen in een slaapkamer achter het keukentje.
Het zijn toch vaak de kleine dingen die het hem doen. Vooral op een wat saaie dag wat het weer betreft. Dirk stond al vroeg voor de deur met een heel klein muisje die hij eenmaal in de gang met aandacht verorberde. Dat herhaalde zich tijdens de dag nog een paar keer. En dat terwijl ik hem in schuur van genoeg voer voorzie, ja ook van die dure blikjes Tom Poes.
De schapen lopen nu weer in de voorste wei, is toch gezelliger als we op de schommelbank zitten. Ze zijn net weer behandeld door Rob en ik zie dat ze gemakkelijker lopen.
Tot mijn plezier zag ik dat er aan het eind van de middag een aantal afleveringen van All creatures great and small op BBC1 uitgezonden werden. Kan ik nooit genoeg van krijgen. Nu is het een nieuwere versie. Zal ook in Engeland een succes serie zijn. Altijd wanneer we in de Yorkshire Dales zijn zie ik in gedachten James Herriot er rondrijden. We hebben in Thirsk al eens het museum bezocht.
Dit keer zag ik dat James verrast werd met een verjaardagscadeau van zijn Schotse moeder dat ze opgestuurd had: een lange gebreide sjaal plus muts. Deze laatste werd hem opgezet en flink over de oren getrokken. Hij zag er heel bijzonder mee uit. Meteen schoot mij het sintcadeau van mijn eigen moeder me in de gedachten. Het was vreselijk. Het was mijn eerste jaar in Hattem en ik vierde daar de sint mee met de fam. Sobering waar ik 'in de kost' was. Ik voelde me er thuis en deed met alle feestelijkheden mee. Ik sloofde me net als iedereen uit met leuke kleine cadeautjes. Die week was er ook van thuis een pakje gekomen en ik deed het er maar bij in de mand met cadeautjes. Toen ik mijn pakje uitpakte en een lichtblauw geval omhoog hield was het gillen. Het bleek een lichtblauwe onderbroek met lange pijpjes te zijn. Ik vergeet het nooit meer.
Wanneer je op de fiets zit zie je meer dan in de auto. Daar kwam ik vanmorgen weer eens achter. We gingen naar Erica om een fietsmandje en een spiegel op mijn nieuwe fiets te laten zetten. En bij elk huis kwamen herinneringen boven waar je in de auto geen tijd voor hebt om op te merken. De boerderij waar we Roelie Drenthen verrasten met Passage op de fiets, de Hankenberghoeve waar de fam Siebring woonde en waar Rick 30 jaar geleden stage liep, de manege waar Eva paardreed en haar verjaardagsfeestje vierde. En op de terugweg reden we richting Klazienaveen en via Oranjedorp weer richting huis. Ooit haalde ik hier Johanna op om naar Zwartemeer te gaan voor de les lezen en schrijven en waar ze ruzie had met haar beste vriendin Annie zodat er niks mee te beginnen was. Bokkig bleef vooral Annie voor zich uit kijken. Pas toen ik zei dat we naar huis gingen en ze samen bij mij achter in de auto zaten werd meteen de vrede getekend. Ik op de fiets en Wim met zijn scootmobiel reden we over de Bladderswijk terwijl er een bootje in hetzelfde tempo meevoer. Het echtpaar zat op het dek lekker in het zonnetje en verderop gingen ze verder over het nieuwe Willem Alexanderkanaal. Het was een lekker tochtje zo samen. Vanmiddag kwamen Sanne en Ken de schapen in de schuur drijven met Chick, want Jan Willem de scheerder kwam de dames hun jas uitdoen. Van een afstandje zaten we te kijken, jawel op de schommelbank en even later dronken we met elkaar koffie en wisselden de laatste nieuwtjes uit over schapen, Jan Willems werk als scheerder en voor de jongelui hun werkzaamheden bij Rob. Sanne is nu klaar met haar opleiding Dierverzorging op het Terracollege. Voor Ken duurt het nog een half jaar maar dan heeft hij ook zijn tweede opleiding achter de rug. Hij is ook nog parttime sportleraar. Rob heeft geluk met deze twee kanjers.
Het leek een lastig dagje te worden, voor de 4e keer een Moederdag zonder de fysieke aanwezigheid van Mark. Ik weet al wat Rick straks zal zeggen: daarboven op dat bankje…. Maar toch. Gerhard kwam gistermiddag al met een prachtige pot met zomerbloemen.
En zo zetten wij ons voor de pc voor de viering in de Schepershof. En kwam er allerlei bijzonders voorbij: De adelaarsvleugelen, dan het begin verhaal van Jan Baptist die zoals vaker in een dienst van Leren Vieren de rol van predikant met verve kan vervullen. De man die palen over een touw liep en dat zelfs met een kruiwagen aandurfde. Maar toen hij vroeg wie er in die kruiwagen durfde te gaan zitten als hij daarmee over het touw zou lopen was er alleen een jongetje die naar voren kwam en in de kruiwagen ging zitten en inderdaad veilig aan de overkant aankwam. Toen ze hem later vroegen of hij niet bang was, zei hij alleen: het was mijn vader. Hetzelfde was het geval toen Jan als onderwijzer een meisje vroeg om zich achterover te laten vallen naar hem toe. Ze deed het prompt en toen hij vroeg waarom ze dat durfde, zei ze:’ Jij was het toch…’ Dat is vertrouwen.
Net als de toen nog kleine Ben die door de grote broers Piet en Wim om de beurt aan zijn armen over het balkon werd gehangen. Ik wist niet wat ik hoorde en vroeg Ben dan ook: ’Was ie niet bange dan?’
‘Ik hol oe vaste zei Piet’. Een kwestie van vertrouwen.
De meditatie ging verder over de spijziging bij het meer van Tiberias waar de volgelingen met 3 broden en 2 vissen de menigte konden voeden en nog overhielden. Jezus had het gezegd. Opnieuw vertrouwen.
Foto: 2012.. Met Ben en Diny in Israël, hoog boven het meer van Tiberias...
'Jullie hebben weer logés in de wei’, meldde Rob afgelopen zondag. We waren net weer binnen nadat we een half uurtje bij de nog kale wei hadden gezeten. Bij gebrek aan de capriolen van schapen en lammeren hadden we de voorbijgangers maar in de gaten gehouden. Af en toe stak er een de hand op, dan was het een bekende. Heel Bargeroosterveld die een hond heeft loopt vaak dit rondje over de Bargerweg en via het Schoolpad weer terug naar Bargeroosterveld. Maar nu… zijn onze logés er dus weer. Ik ging meteen kijken en zie een elftal ooien in allerlei soorten lopen. Met en zonder prachtige horens. De twee die het nieuwsgierigst zijn en pal aan het hek ons aan staan te kijken zouden wel eens Wensleybloed in de aderen hebben. Die brutale rakkers die we in het verleden hadden vergeet je niet gauw. Verder zie ik veel krullen en moet ik nog uitvissen welke rassen we nu bij huis hebben. Vanwege zijn bedrijf in verkoop van alle soorten ruwe wol houdt hij een aantal bijzondere rassen. Verder valt het me op dat we naast de merels, de mezen en de mussen veel nestelende vinken op ons erf hebben. Ik zie ze met bekken vol strootjes en veertjes druk in de weer. Pas zag ik er zoveel heen en weer vliegen dat het leek of er al een nestje was uitgebroed. Laten ze maar oppassen voor Dirk want dat is een echte killer. Elke dag vind ik de restanten van muizen op terras en pad liggen. Hij vreet bijna de hele muis op alleen de ingewanden laat hij liggen. Het is een lillijke rover. Hij is gewend om te moeten overleven, dat zit er nog in. Toch komt hij trouw drie keer per dag zijn extraatje aan vlees uit het kuipje opeisen. Bovendien wil hij geregeld even op schoot, nee niet gewoon, maar op een dekentje dat ik er speciaal voor heb. Tja die Dirk…. heeft zijn personeel aardig onder controle hier.
Op www.purewol.nl kom je op de bijzonder leuke en informatieve website van Rob:
De tuin… ja de tuin, we kunnen het beter over ons erf hebben. Ik heb op ons erf vooral de natuur zijn gang laten gaan. En dan weet je het wel. De borders zijn behoorlijk veranderd. De overlevers hebben het heft in handen genomen en ik laat het gaan want het werk met de handen in de aarde moet ik met een zere rug bekopen en voel ik me krakkemikkig worden. Het gevolg is wel dat we ontelbaar veel vogels hebben die van ons erf genieten. Ieder soort heeft zijn eigen favoriete plek gevonden. De merel scharrelt vooral naast het huis tussen de klimop en de struiken. De mussen en mezen en de spechten houden de voederplek bemand. We zien steeds twee nijlganzen op het land van de boer, die reken ik er ook maar bij. De dikke buizerd die ik al in mijn dierenfamilie heb opgenomen heeft waarschijnlijk ons laatste haantje gepakt. Gistermorgen hoorden we hem voor het laatst ochtendkraaien, toen ik hem wilde voeren was hij er niet en het voer lag ’s middags onaangeroerd. Of zou toch de vos langs zijn geweest? Intussen hebben de vogels zich er over ontfermd. Zo kijk je toch weer anders naar roofvogels. Het voorvoegsel roof zegt alles. Het lijkt wel of er niks gebeurt door mensenhanden, maar vergis je niet. Tjako en Jo hebben de grote dennen omgezaagd, Alle en Anja hebben ze met hulp van Jans en zijn tractor met aanhanger afgevoerd. Frank kwam Wim helpen om takken af te zagen en het dakje van ons kantoortje schoon te maken. Daar zat een dikke laag dennennaalden op. Nu is onze regelmatige hulp Gerald de tuin aan het opschonen en zaterdag komt Rick weer om ook wat wekelijkse klusjes te doen. Zeg dus niet dat een natuurlijke tuin geen onderhoud nodig heeft. Nu ga ik rozenmest halen want Gerald vond die er niet florissant genoeg uit zien. Ze mogen drie keer per jaar bijgemest worden.Tja... en rozen... daar ben ik wel zuinig op..
Foto: Weg zijn de dennen. Wim zou het liefst de berk ook weg hebben. Mag nog niet van mij....
Ik hoorde hem net.. de gieteling. Wat een enthousiasme daar boven in de boom. Het is een Achterhoeks woord voor merel maar als je hem hoort klinkt hij als een gieteling. Let maar eens op. Vanmorgen vertelde Herman Sandman in het DVHN over woorden die je van huis uit mee krijgt en dan heb ik het niet alleen over de streektaal maar gewoon woorden of de uitspraak van woorden die er in een gezin ingeslopen zijn. Hijzelf heeft het Gronings als thuistaal meegekregen, maar zijn vrouw die alleen Nederlands spreekt hoort hij vaak als stopwoordje maazoo zeggen, is een gewoonte geworden. Eigenlijk denk ik dan in mezelf glimlachend aan mijn moeder en opoe. Beiden hadden het over het gele gevaar dat al vroeg in het voorjaar zo mooi bloeide. Later begreep ik dat het de forsythia is, maar het gele gevaar klonk ook mooi al kreeg ik daar wel eens een onbestemd Chinees gevoel bij. Zo hadden ze het op de Haar ook over de vleisbloemen in de spoorsloot. En warempel, het wilgenroosje is vleeskleurig. Maar voor restaurant de Radstake had zij een aardige verbastering verzonnen. Om de weg aan te wijzen richting Aalten waar we toen woonden gaf zij de aanwijzing om daar bij de Ratsasa rechtsaf te slaan. Ik heb er al eens over verteld maar de sesiekar is tot nu toe het toppunt. Mama hield niet van een sesiekar,- stationcar- het leek haar teveel op een begrafenisauto en aan begrafenissen wilde ze nog even niet denken. Ook bij Wim zijn begrafenissen geen geliefd gespreksonderwerp, heeft er in zijn jeugd teveel meegemaakt. Hij presteerde het eens om in een gesprek op de Boomgaard te zeggen dat hij het liefst na een mooi afscheid in de kerk de rest wat hem betrof niet meer zo hoefde. Met zijn allen naar het kerkhof? Hij wist het nog dat wanneer de kist zakte de naaste familie in huilen uitbarstte. Dat bracht bij mijn moeder wat emotie teweeg. ‘Ik hoppe toch dat iele mien wel tot et ende wegbrengt’, zei ze. Wim voegde er natuurlijk aan toe dat hij dat voor zichzelf bedoelde maar dat hij haar als het zover was met alle liefde tot het allerlaatste eindje weg zou brengen. En zo is het veel later bij haar overlijden ook gebeurd, met luidende klokken en heel veel mensen. Zelfs de vrouwenvereniging van Linde stond aan weerskanten bij de ingang van de Vordense begraafplaats opgesteld. Het is een begraafplaats midden in het bos en ik weet zeker dat de gieteling daar vaak te horen is.
De tuin… ja de tuin, we kunnen het beter over ons erf hebben. Ik heb op ons erf vooral de natuur zijn gang laten gaan. En dan weet je het wel. De borders zijn behoorlijk veranderd. De overlevers hebben het heft in handen genomen en ik laat het gaan want het werk met de handen in de aarde moet ik met een zere rug bekopen en voel ik me krakkemikkig worden. Het gevolg is wel dat we ontelbaar veel vogels hebben die van ons erf genieten. Ieder soort heeft zijn eigen favoriete plek gevonden. De merel scharrelt vooral naast het huis tussen de klimop en de struiken. De mussen en mezen en de spechten houden de voederplek bemand. We zien steeds twee nijlganzen op het land van de boer, die reken ik er ook maar bij. De dikke buizerd die ik al in mijn dierenfamilie heb opgenomen heeft waarschijnlijk ons laatste haantje gepakt. Gistermorgen hoorden we hem voor het laatst ochtendkraaien, toen ik hem wilde voeren was hij er niet en het voer lag ’s middags onaangeroerd. Of zou toch de vos langs zijn geweest? Intussen hebben de vogels zich er over ontfermd. Zo kijk je toch weer anders naar roofvogels. Het voorvoegsel roof zegt alles. Het lijkt wel of er niks gebeurt door mensenhanden, maar vergis je niet. Tjako en Jo hebben de grote dennen omgezaagd, Alle en Anja hebben ze met hulp van Jans en zijn tractor met aanhanger afgevoerd. Frank kwam Wim helpen om takken af te zagen en het dakje van ons kantoortje schoon te maken. Daar zat een dikke laag dennennaalden op. Nu is onze regelmatige hulp Gerald de tuin aan het opschonen en zaterdag komt Rick weer om ook wat wekelijkse klusjes te doen. Zeg dus niet dat een natuurlijke tuin geen onderhoud nodig heeft. Nu ga ik rozenmest halen want Gerald vond die er niet florissant genoeg uit zien. Ze mogen drie keer per jaar bijgemest worden.Tja... en rozen... daar ben ik wel zuinig op..
Foto: Weg zijn de dennen. Wim zou het liefst de berk ook weg hebben. Mag nog niet van mij....
Pie…pieieie…kom dan, pie ie….’, ik hoor het opoe Bijenhof nog roepen naar de katten. Meestal had ze iets te eten voor ze. Een beetje melk ,denk ik, met wat stukjes oud brood, want toen deden de mensen nog niet aan kattenvoer uit de winkel. En betrapte ze een kat op het melkzeef of één die er vandoor ging met een stukje spek of naegelholt van de taofel, dan hoorde ik haar: ‘smerige katte’ roepen. Hoe ik ineens op de katten van opoe kom? Een tijdje terug las ik het stukje van Vordense Harry over Pieman, de katte van Hendrik Jan en Gardientjen. Daar waren zo verschrikkelijk gek mee, werd verwend met allerlei lekker hapjes, tot hij ineens verdwenen was en ze hem tot hun grote verdriet dood op straat vonden… dachten ze. Pieman werd met alle eer begraven tot een paar dagen later ineens de echte Pieman weer boven water kwam. Tja katten lijken soms erg op elkaar. Het deed me even glimlachen… dat stukje over de kat Pieman. Ik hoorde bij ons thuis nog wel eens het woord pieman gebruiken. Mama deed dat als ze mijn kleine broertjes duidelijk wilde maken dat ze een grote jongen waren als ze niet meer pieman in de broek lieten plassen maar buiten of op de wc. Wij als zusjes, hadden daarvoor nog nooit een pieman gezien en vonden onze kleine broertjes hoogst interessant met hun pieman, vooral als ze tijdens het dagelijkse badje een grote straal tevoorschijn konden toveren.
Onze pieman Suze zocht altijd een zacht plekje bij Wim. Onze nieuwe kater Dirk zit juist graag bij mij op schoot.
Hebben jullie het ook gezien? Er werd een feestje gevierd voor Larry, de kat op Downingstreet 10. Hij woont nu 10 jaar op stand, het was de bedoeling dat hij als oppermuizenvanger het muizenbestand onder controle zou houden. Helaas is dat mislukt en is er een andere kat aangesteld om deze misser goed te maken. Als ik die Larry zie, zie ik Dirk. Ze hebben alleen een andere kleur, Dirk is uiterlijk meer een kater als Dikkie Dik. Maar in hun gedrag lijken ze op elkaar. Beiden worden op hun wensen bediend, ze zijn de heer in huis. Voor Larry wordt de deur geopend door een man in uniform als hij aankondigt dat hij naar binnen wil. Dirk meldt zich net zo, zitten we in de voorkamer, dan klimt hij tegen de winterjasmijn op onder het raam en gaat dan in de vensterbank liggen en kijkt doordringend naar binnen. Zijn we nog aan de eettafel, dan gaat hij rechtop tegen het achterraam staan en roffelt met beide voorpoten tegen dat raam. Meneertje wil er weer in. Larry ligt gewoon midden op straat, het publiek vindt hem fotogeniek. Hij was zo brutaal dat hij onder de auto van Trump ging liggen toen die even op bezoek was. Lachen! Larry durfde hem aan. Dirk geniet nog alle dagen van zijn vrije omgeving en wij zijn blij met zijn eigenzinnigheid en hij is hier zeker geslaagd als oppermuizenvanger. ’s Avonds zit hij op schoot en wil graag aan staart en kopje geaaid worden. Stop ik er mee dan verdwijnt hij naar zijn stoel in een hoekje van de kamer. Larry jaagt op duiven, Dirk op muizen. Beiden zijn het asielkatten met een verleden. Ze hebben zichzelf moeten redden, het zijn overlevers en maken nu dankbaar gebruik van de diensten van het personeel dat voorhanden is. Voor Larry is het wat sjieker personeel in uniform. Dirk moet het met ons doen. Beiden hebben ze hun knechtjes gevonden en maken op het Schoolpad èn Downingstreet de dienst uit.
Een aantal jaren geleden hadden we een bijzondere middag, georganiseerd door de Werkgroep V en T. Het onderwerp van deze middag waren de verhalen achter foto’s. Een viertal mensen uit onze gemeente Emmen- Oost werden door Rien geïnterviewd, terwijl er met de beamer foto’s uit hun leven getoond werden. Willem Seldenthuis, een collega van Wim beet het spits af. Zijn werkzame leven begon in Utrecht bij Werkspoor. Door Werken en Leren ontwikkelde hij zich enorm en kwam uiteindelijk door het feit dat Holvrieka Emmen hem een huis te bieden had hier terecht. Zijn creativiteit ontwikkelde zich zijn hele leven door. Er staat nog een prachtige adelaar bij Rick thuis voor zijn Canada muur. En wij kennen allemaal zijn prachtig getekende karikaturen. Engelien die wij vooral kennen als kosteres van de Voorhof bleek vooral haar voetsporen te hebben in de jeugdopvang. Wat een waardevol leven waarvan wij anders niet hadden geweten. Co vertelde even later met veel humor over zijn werkzame leven bij de gemeente Emmen en zijn muzikale gave die zijn hele leven zo’n grote rol speelde. Het speciale koffertje met orgel, ooit in Amsterdam op de kop getikt, bracht hij mee en begeleidde ons zingen ermee. Prachtig! Na de pauze kwam mevr. Van de Lichte aan bod, alleen was de 91 jarige vanwege haar broze gezondheid niet in staat om er zelf bij te zijn. Gelukkig had Rien haar van te voren geïnterviewd. Zo zagen we haar voor ons als meisje in een onderwijzersgezin. Haar hele leven zou ze met het onderwijs verbonden blijven. Ook haar man was onderwijzer. Vier heel verschillende levens in een notendop. Al met al een middag met leerzame en inspirerende levensverhalen. Ds Janneke de Valk besloot deze middag met een verhaal over drie bomen, alle drie hadden ze een afgebroken tak. Ze liet zien hoe deze drie bomen er op zo'n verschillende manier met dit verlies omgingen. De eerste verpieterde, kon het verlies niet aan. De tweede ging gewoon verder of er niks aan de hand was. De derde treurde er meer dan een jaar over en begon er na opnieuw te leven. Je kunt je voorstellen dat ze hiermee de mens bedoelde die een verlies te verwerken krijgt. Na een tijdje was de eerste boom klein gebleven, de tweede lag ontworteld door een storm, maar de derde was opnieuw gaan groeien en zag er sterk en vol leven uit. Wel een verhaal om te onthouden.
Het is des te meer bijzonder dat dit net was voor de problemen rond Mark begonnen. Bovendien denk ik aan Willem en ook Co die niet meer onder ons zijn maar waar we veel mooie herinneringen aan hebben. En... welke boom zou bij mij passen? Ik denk zelf dat je de volgorde van de bomen door moet maken voor je aan de 3e toe bent.
Foto: Interview met Willem Seldenthuis. Ik moet even denken waarom Willem dat dekentje om heeft. Ik weet het weer, de verwarming was op een doordeweekse middag nog niet op volle sterkte en Willem had het koud.
We zitten net aan tafel. Ons ontbijt staat klaar. Na de zorg voor haan, hond en kat, de krant en mezelf in kleding hijsen komt de zorg voor het ontbijt terwijl Wim met zijn ochtendoefeningen bezig is. Ik kijk naar onze kommen met kwark, vruchten, Chi zaad, lijnzaad en walnoot en zie ineens de pannenkoeken van mijn moeder voor me. Dat was andere koek. Ik kan me niet herinneren dat we op De Haar ’s morgens pannenkoeken aten. Dat zal eerder een boterhammetje geweest zijn, maar toen we op de Boomgaard woonden was het elke morgen pannenkoek. Ik vermoed dat het ‘t favoriete ontbijt was van vader Hein. Misschien aten ze dat vroeger in zijn jeugd op het Medler ook. En als je na het melken en voeren in de keuken kwam kon je ook wel wat stevigs gebruiken. Hij en opa kregen er ook nog spek in. Ik heb dankbaar meegenoten tot ik een jaar of 15 was. Ik vond toen dat ik wat uit begon te dijen en dat moest beslist aan die vette pannenkoeken liggen. Ik ging over op brood, was minder lekker maar het oog wil ook wat, zo dacht ik als tiener. De pannenkoeken van moeder Coba waren niet te evenaren, begreep ik later toen onze jongens bij opa en oma gingen logeren. Ik kon nog zo mijn best doen op mijn pannenkoeken, volgens hen haalden ze het niet bij die van oma. Ik snap ook wel waarom. Als ik er aan denk hoe die pannenkoek van haar glibberend op mijn bord terecht kwam… dat was het. Ze gebruikte meer olie of boter dan ik. En op een boerderij loop je het er snel weer af. Ik kijk naar mijn bakje met ons ontbijt, dat vindt Wim het lekkerste wat er bestaat. Ik doe mijn ogen even dicht en even zie ik weer voor me hoe de pannenkoek van moeder Coba heel langzaam op mijn bordje gleed. Daar ging nog een tekening met stroop op. Wat had ik graag nog eens zo’n pannenkoek van haar gehad.
We kregen deze uitdaging toegestuurd namens de Cantorij waar Wim bij zingt. Ik vind hem zo passend bij deze start van het nieuwe jaar dat ik deze graag aan jullie wil doorgeven...
Zullen we
angst uit onze jassen schudden en lood uit onze schoenen. Zullen we moed in pakjes aan de deuren zetten en licht aansteken waar het donker is?
Zullen we proeven, gulzig snoepen van alles wat wel kan? Zullen we zwaaien naar elkaar en kussen van ver, onthouden hoe een knuffel voelt en dansen in de regen?
Zullen we weten dat er overzee een einder is, samen in dezelfde schuit na vloed komt altijd eb. Zullen we samen roeien tot ergens volgend jaar?
Met een prachtige foto van Janny van een veengebied nu het wat natter wordt
De ene kat is de andere niet. Denk niet dat ze allemaal hetzelfde zijn. In de 26 jaar dat we hier aan het Schoolpad wonen hebben we er al heel wat versleten. De eerste ging er meteen vandoor, de 2e verdronk in de vijver en er zijn er een aantal verongelukt op de weg naast ons. Maar Suze en haar dochter Loeder zijn hier oud geworden 18 en zelf 19 jaar zelfs . Suze was de poes die veel binnen kwam, maar Loeder was een echte buitenkat. Beiden waren altijd ’s nachts buiten en konden de schuur in door een kattenluikje om te eten en te slapen.
Als je denkt dat je de kattennatuur intussen een beetje doorhebt is Dirk toch een geval apart. Hij is onze baas, zelfs van Storm. Hij maakt hier de dienst uit. Hij meldt wanneer hij naar buiten wil of juist naar binnen. Wanneer zijn eten bijna op is of wanneer hij op schoot wil, wanneer je zijn staart moet aaien en laat door hevig trillen zien dat hij er van geniet.
Dirk, onze gecastreerde kater, valt op vrouwen. Wim keurt hij geen blik waardig maar mij volgt hij op de voet. Gisteren was vriendin Dea er. Ik had Dirk binnen willen houden voor Dea maar hij moest en zou naar buiten. Hij schoot de deur uit toen ik overstag ging, stond even verbaasd stil in de stromende regen en koos meteen een droog plekje onder zo’n tuintafeltje. Dea is ook van de dieren, eigenlijk vooral van dieren die gered moeten worden. Zo heeft ze altijd een zwerfhond uit Turkije, Spanje of Roemenië en een kat uit het asiel.