Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
03-07-2021
Over herinneringen en schapen
Wanneer je op de fiets zit zie je meer dan in de auto. Daar kwam ik vanmorgen weer eens achter. We gingen naar Erica om een fietsmandje en een spiegel op mijn nieuwe fiets te laten zetten. En bij elk huis kwamen herinneringen boven waar je in de auto geen tijd voor hebt om op te merken. De boerderij waar we Roelie Drenthen verrasten met Passage op de fiets, de Hankenberghoeve waar de fam Siebring woonde en waar Rick 30 jaar geleden stage liep, de manege waar Eva paardreed en haar verjaardagsfeestje vierde. En op de terugweg reden we richting Klazienaveen en via Oranjedorp weer richting huis. Ooit haalde ik hier Johanna op om naar Zwartemeer te gaan voor de les lezen en schrijven en waar ze ruzie had met haar beste vriendin Annie zodat er niks mee te beginnen was. Bokkig bleef vooral Annie voor zich uit kijken. Pas toen ik zei dat we naar huis gingen en ze samen bij mij achter in de auto zaten werd meteen de vrede getekend. Ik op de fiets en Wim met zijn scootmobiel reden we over de Bladderswijk terwijl er een bootje in hetzelfde tempo meevoer. Het echtpaar zat op het dek lekker in het zonnetje en verderop gingen ze verder over het nieuwe Willem Alexanderkanaal. Het was een lekker tochtje zo samen. Vanmiddag kwamen Sanne en Ken de schapen in de schuur drijven met Chick, want Jan Willem de scheerder kwam de dames hun jas uitdoen. Van een afstandje zaten we te kijken, jawel op de schommelbank en even later dronken we met elkaar koffie en wisselden de laatste nieuwtjes uit over schapen, Jan Willems werk als scheerder en voor de jongelui hun werkzaamheden bij Rob. Sanne is nu klaar met haar opleiding Dierverzorging op het Terracollege. Voor Ken duurt het nog een half jaar maar dan heeft hij ook zijn tweede opleiding achter de rug. Hij is ook nog parttime sportleraar. Rob heeft geluk met deze twee kanjers.
Het leek een lastig dagje te worden, voor de 4e keer een Moederdag zonder de fysieke aanwezigheid van Mark. Ik weet al wat Rick straks zal zeggen: daarboven op dat bankje…. Maar toch. Gerhard kwam gistermiddag al met een prachtige pot met zomerbloemen.
En zo zetten wij ons voor de pc voor de viering in de Schepershof. En kwam er allerlei bijzonders voorbij: De adelaarsvleugelen, dan het begin verhaal van Jan Baptist die zoals vaker in een dienst van Leren Vieren de rol van predikant met verve kan vervullen. De man die palen over een touw liep en dat zelfs met een kruiwagen aandurfde. Maar toen hij vroeg wie er in die kruiwagen durfde te gaan zitten als hij daarmee over het touw zou lopen was er alleen een jongetje die naar voren kwam en in de kruiwagen ging zitten en inderdaad veilig aan de overkant aankwam. Toen ze hem later vroegen of hij niet bang was, zei hij alleen: het was mijn vader. Hetzelfde was het geval toen Jan als onderwijzer een meisje vroeg om zich achterover te laten vallen naar hem toe. Ze deed het prompt en toen hij vroeg waarom ze dat durfde, zei ze:’ Jij was het toch…’ Dat is vertrouwen.
Net als de toen nog kleine Ben die door de grote broers Piet en Wim om de beurt aan zijn armen over het balkon werd gehangen. Ik wist niet wat ik hoorde en vroeg Ben dan ook: ’Was ie niet bange dan?’
‘Ik hol oe vaste zei Piet’. Een kwestie van vertrouwen.
De meditatie ging verder over de spijziging bij het meer van Tiberias waar de volgelingen met 3 broden en 2 vissen de menigte konden voeden en nog overhielden. Jezus had het gezegd. Opnieuw vertrouwen.
Foto: 2012.. Met Ben en Diny in Israël, hoog boven het meer van Tiberias...
'Jullie hebben weer logés in de wei’, meldde Rob afgelopen zondag. We waren net weer binnen nadat we een half uurtje bij de nog kale wei hadden gezeten. Bij gebrek aan de capriolen van schapen en lammeren hadden we de voorbijgangers maar in de gaten gehouden. Af en toe stak er een de hand op, dan was het een bekende. Heel Bargeroosterveld die een hond heeft loopt vaak dit rondje over de Bargerweg en via het Schoolpad weer terug naar Bargeroosterveld. Maar nu… zijn onze logés er dus weer. Ik ging meteen kijken en zie een elftal ooien in allerlei soorten lopen. Met en zonder prachtige horens. De twee die het nieuwsgierigst zijn en pal aan het hek ons aan staan te kijken zouden wel eens Wensleybloed in de aderen hebben. Die brutale rakkers die we in het verleden hadden vergeet je niet gauw. Verder zie ik veel krullen en moet ik nog uitvissen welke rassen we nu bij huis hebben. Vanwege zijn bedrijf in verkoop van alle soorten ruwe wol houdt hij een aantal bijzondere rassen. Verder valt het me op dat we naast de merels, de mezen en de mussen veel nestelende vinken op ons erf hebben. Ik zie ze met bekken vol strootjes en veertjes druk in de weer. Pas zag ik er zoveel heen en weer vliegen dat het leek of er al een nestje was uitgebroed. Laten ze maar oppassen voor Dirk want dat is een echte killer. Elke dag vind ik de restanten van muizen op terras en pad liggen. Hij vreet bijna de hele muis op alleen de ingewanden laat hij liggen. Het is een lillijke rover. Hij is gewend om te moeten overleven, dat zit er nog in. Toch komt hij trouw drie keer per dag zijn extraatje aan vlees uit het kuipje opeisen. Bovendien wil hij geregeld even op schoot, nee niet gewoon, maar op een dekentje dat ik er speciaal voor heb. Tja die Dirk…. heeft zijn personeel aardig onder controle hier.
Op www.purewol.nl kom je op de bijzonder leuke en informatieve website van Rob:
De tuin… ja de tuin, we kunnen het beter over ons erf hebben. Ik heb op ons erf vooral de natuur zijn gang laten gaan. En dan weet je het wel. De borders zijn behoorlijk veranderd. De overlevers hebben het heft in handen genomen en ik laat het gaan want het werk met de handen in de aarde moet ik met een zere rug bekopen en voel ik me krakkemikkig worden. Het gevolg is wel dat we ontelbaar veel vogels hebben die van ons erf genieten. Ieder soort heeft zijn eigen favoriete plek gevonden. De merel scharrelt vooral naast het huis tussen de klimop en de struiken. De mussen en mezen en de spechten houden de voederplek bemand. We zien steeds twee nijlganzen op het land van de boer, die reken ik er ook maar bij. De dikke buizerd die ik al in mijn dierenfamilie heb opgenomen heeft waarschijnlijk ons laatste haantje gepakt. Gistermorgen hoorden we hem voor het laatst ochtendkraaien, toen ik hem wilde voeren was hij er niet en het voer lag ’s middags onaangeroerd. Of zou toch de vos langs zijn geweest? Intussen hebben de vogels zich er over ontfermd. Zo kijk je toch weer anders naar roofvogels. Het voorvoegsel roof zegt alles. Het lijkt wel of er niks gebeurt door mensenhanden, maar vergis je niet. Tjako en Jo hebben de grote dennen omgezaagd, Alle en Anja hebben ze met hulp van Jans en zijn tractor met aanhanger afgevoerd. Frank kwam Wim helpen om takken af te zagen en het dakje van ons kantoortje schoon te maken. Daar zat een dikke laag dennennaalden op. Nu is onze regelmatige hulp Gerald de tuin aan het opschonen en zaterdag komt Rick weer om ook wat wekelijkse klusjes te doen. Zeg dus niet dat een natuurlijke tuin geen onderhoud nodig heeft. Nu ga ik rozenmest halen want Gerald vond die er niet florissant genoeg uit zien. Ze mogen drie keer per jaar bijgemest worden.Tja... en rozen... daar ben ik wel zuinig op..
Foto: Weg zijn de dennen. Wim zou het liefst de berk ook weg hebben. Mag nog niet van mij....
Ik hoorde hem net.. de gieteling. Wat een enthousiasme daar boven in de boom. Het is een Achterhoeks woord voor merel maar als je hem hoort klinkt hij als een gieteling. Let maar eens op. Vanmorgen vertelde Herman Sandman in het DVHN over woorden die je van huis uit mee krijgt en dan heb ik het niet alleen over de streektaal maar gewoon woorden of de uitspraak van woorden die er in een gezin ingeslopen zijn. Hijzelf heeft het Gronings als thuistaal meegekregen, maar zijn vrouw die alleen Nederlands spreekt hoort hij vaak als stopwoordje maazoo zeggen, is een gewoonte geworden. Eigenlijk denk ik dan in mezelf glimlachend aan mijn moeder en opoe. Beiden hadden het over het gele gevaar dat al vroeg in het voorjaar zo mooi bloeide. Later begreep ik dat het de forsythia is, maar het gele gevaar klonk ook mooi al kreeg ik daar wel eens een onbestemd Chinees gevoel bij. Zo hadden ze het op de Haar ook over de vleisbloemen in de spoorsloot. En warempel, het wilgenroosje is vleeskleurig. Maar voor restaurant de Radstake had zij een aardige verbastering verzonnen. Om de weg aan te wijzen richting Aalten waar we toen woonden gaf zij de aanwijzing om daar bij de Ratsasa rechtsaf te slaan. Ik heb er al eens over verteld maar de sesiekar is tot nu toe het toppunt. Mama hield niet van een sesiekar,- stationcar- het leek haar teveel op een begrafenisauto en aan begrafenissen wilde ze nog even niet denken. Ook bij Wim zijn begrafenissen geen geliefd gespreksonderwerp, heeft er in zijn jeugd teveel meegemaakt. Hij presteerde het eens om in een gesprek op de Boomgaard te zeggen dat hij het liefst na een mooi afscheid in de kerk de rest wat hem betrof niet meer zo hoefde. Met zijn allen naar het kerkhof? Hij wist het nog dat wanneer de kist zakte de naaste familie in huilen uitbarstte. Dat bracht bij mijn moeder wat emotie teweeg. ‘Ik hoppe toch dat iele mien wel tot et ende wegbrengt’, zei ze. Wim voegde er natuurlijk aan toe dat hij dat voor zichzelf bedoelde maar dat hij haar als het zover was met alle liefde tot het allerlaatste eindje weg zou brengen. En zo is het veel later bij haar overlijden ook gebeurd, met luidende klokken en heel veel mensen. Zelfs de vrouwenvereniging van Linde stond aan weerskanten bij de ingang van de Vordense begraafplaats opgesteld. Het is een begraafplaats midden in het bos en ik weet zeker dat de gieteling daar vaak te horen is.
De tuin… ja de tuin, we kunnen het beter over ons erf hebben. Ik heb op ons erf vooral de natuur zijn gang laten gaan. En dan weet je het wel. De borders zijn behoorlijk veranderd. De overlevers hebben het heft in handen genomen en ik laat het gaan want het werk met de handen in de aarde moet ik met een zere rug bekopen en voel ik me krakkemikkig worden. Het gevolg is wel dat we ontelbaar veel vogels hebben die van ons erf genieten. Ieder soort heeft zijn eigen favoriete plek gevonden. De merel scharrelt vooral naast het huis tussen de klimop en de struiken. De mussen en mezen en de spechten houden de voederplek bemand. We zien steeds twee nijlganzen op het land van de boer, die reken ik er ook maar bij. De dikke buizerd die ik al in mijn dierenfamilie heb opgenomen heeft waarschijnlijk ons laatste haantje gepakt. Gistermorgen hoorden we hem voor het laatst ochtendkraaien, toen ik hem wilde voeren was hij er niet en het voer lag ’s middags onaangeroerd. Of zou toch de vos langs zijn geweest? Intussen hebben de vogels zich er over ontfermd. Zo kijk je toch weer anders naar roofvogels. Het voorvoegsel roof zegt alles. Het lijkt wel of er niks gebeurt door mensenhanden, maar vergis je niet. Tjako en Jo hebben de grote dennen omgezaagd, Alle en Anja hebben ze met hulp van Jans en zijn tractor met aanhanger afgevoerd. Frank kwam Wim helpen om takken af te zagen en het dakje van ons kantoortje schoon te maken. Daar zat een dikke laag dennennaalden op. Nu is onze regelmatige hulp Gerald de tuin aan het opschonen en zaterdag komt Rick weer om ook wat wekelijkse klusjes te doen. Zeg dus niet dat een natuurlijke tuin geen onderhoud nodig heeft. Nu ga ik rozenmest halen want Gerald vond die er niet florissant genoeg uit zien. Ze mogen drie keer per jaar bijgemest worden.Tja... en rozen... daar ben ik wel zuinig op..
Foto: Weg zijn de dennen. Wim zou het liefst de berk ook weg hebben. Mag nog niet van mij....
Pie…pieieie…kom dan, pie ie….’, ik hoor het opoe Bijenhof nog roepen naar de katten. Meestal had ze iets te eten voor ze. Een beetje melk ,denk ik, met wat stukjes oud brood, want toen deden de mensen nog niet aan kattenvoer uit de winkel. En betrapte ze een kat op het melkzeef of één die er vandoor ging met een stukje spek of naegelholt van de taofel, dan hoorde ik haar: ‘smerige katte’ roepen. Hoe ik ineens op de katten van opoe kom? Een tijdje terug las ik het stukje van Vordense Harry over Pieman, de katte van Hendrik Jan en Gardientjen. Daar waren zo verschrikkelijk gek mee, werd verwend met allerlei lekker hapjes, tot hij ineens verdwenen was en ze hem tot hun grote verdriet dood op straat vonden… dachten ze. Pieman werd met alle eer begraven tot een paar dagen later ineens de echte Pieman weer boven water kwam. Tja katten lijken soms erg op elkaar. Het deed me even glimlachen… dat stukje over de kat Pieman. Ik hoorde bij ons thuis nog wel eens het woord pieman gebruiken. Mama deed dat als ze mijn kleine broertjes duidelijk wilde maken dat ze een grote jongen waren als ze niet meer pieman in de broek lieten plassen maar buiten of op de wc. Wij als zusjes, hadden daarvoor nog nooit een pieman gezien en vonden onze kleine broertjes hoogst interessant met hun pieman, vooral als ze tijdens het dagelijkse badje een grote straal tevoorschijn konden toveren.
Onze pieman Suze zocht altijd een zacht plekje bij Wim. Onze nieuwe kater Dirk zit juist graag bij mij op schoot.
Hebben jullie het ook gezien? Er werd een feestje gevierd voor Larry, de kat op Downingstreet 10. Hij woont nu 10 jaar op stand, het was de bedoeling dat hij als oppermuizenvanger het muizenbestand onder controle zou houden. Helaas is dat mislukt en is er een andere kat aangesteld om deze misser goed te maken. Als ik die Larry zie, zie ik Dirk. Ze hebben alleen een andere kleur, Dirk is uiterlijk meer een kater als Dikkie Dik. Maar in hun gedrag lijken ze op elkaar. Beiden worden op hun wensen bediend, ze zijn de heer in huis. Voor Larry wordt de deur geopend door een man in uniform als hij aankondigt dat hij naar binnen wil. Dirk meldt zich net zo, zitten we in de voorkamer, dan klimt hij tegen de winterjasmijn op onder het raam en gaat dan in de vensterbank liggen en kijkt doordringend naar binnen. Zijn we nog aan de eettafel, dan gaat hij rechtop tegen het achterraam staan en roffelt met beide voorpoten tegen dat raam. Meneertje wil er weer in. Larry ligt gewoon midden op straat, het publiek vindt hem fotogeniek. Hij was zo brutaal dat hij onder de auto van Trump ging liggen toen die even op bezoek was. Lachen! Larry durfde hem aan. Dirk geniet nog alle dagen van zijn vrije omgeving en wij zijn blij met zijn eigenzinnigheid en hij is hier zeker geslaagd als oppermuizenvanger. ’s Avonds zit hij op schoot en wil graag aan staart en kopje geaaid worden. Stop ik er mee dan verdwijnt hij naar zijn stoel in een hoekje van de kamer. Larry jaagt op duiven, Dirk op muizen. Beiden zijn het asielkatten met een verleden. Ze hebben zichzelf moeten redden, het zijn overlevers en maken nu dankbaar gebruik van de diensten van het personeel dat voorhanden is. Voor Larry is het wat sjieker personeel in uniform. Dirk moet het met ons doen. Beiden hebben ze hun knechtjes gevonden en maken op het Schoolpad èn Downingstreet de dienst uit.
Een aantal jaren geleden hadden we een bijzondere middag, georganiseerd door de Werkgroep V en T. Het onderwerp van deze middag waren de verhalen achter foto’s. Een viertal mensen uit onze gemeente Emmen- Oost werden door Rien geïnterviewd, terwijl er met de beamer foto’s uit hun leven getoond werden. Willem Seldenthuis, een collega van Wim beet het spits af. Zijn werkzame leven begon in Utrecht bij Werkspoor. Door Werken en Leren ontwikkelde hij zich enorm en kwam uiteindelijk door het feit dat Holvrieka Emmen hem een huis te bieden had hier terecht. Zijn creativiteit ontwikkelde zich zijn hele leven door. Er staat nog een prachtige adelaar bij Rick thuis voor zijn Canada muur. En wij kennen allemaal zijn prachtig getekende karikaturen. Engelien die wij vooral kennen als kosteres van de Voorhof bleek vooral haar voetsporen te hebben in de jeugdopvang. Wat een waardevol leven waarvan wij anders niet hadden geweten. Co vertelde even later met veel humor over zijn werkzame leven bij de gemeente Emmen en zijn muzikale gave die zijn hele leven zo’n grote rol speelde. Het speciale koffertje met orgel, ooit in Amsterdam op de kop getikt, bracht hij mee en begeleidde ons zingen ermee. Prachtig! Na de pauze kwam mevr. Van de Lichte aan bod, alleen was de 91 jarige vanwege haar broze gezondheid niet in staat om er zelf bij te zijn. Gelukkig had Rien haar van te voren geïnterviewd. Zo zagen we haar voor ons als meisje in een onderwijzersgezin. Haar hele leven zou ze met het onderwijs verbonden blijven. Ook haar man was onderwijzer. Vier heel verschillende levens in een notendop. Al met al een middag met leerzame en inspirerende levensverhalen. Ds Janneke de Valk besloot deze middag met een verhaal over drie bomen, alle drie hadden ze een afgebroken tak. Ze liet zien hoe deze drie bomen er op zo'n verschillende manier met dit verlies omgingen. De eerste verpieterde, kon het verlies niet aan. De tweede ging gewoon verder of er niks aan de hand was. De derde treurde er meer dan een jaar over en begon er na opnieuw te leven. Je kunt je voorstellen dat ze hiermee de mens bedoelde die een verlies te verwerken krijgt. Na een tijdje was de eerste boom klein gebleven, de tweede lag ontworteld door een storm, maar de derde was opnieuw gaan groeien en zag er sterk en vol leven uit. Wel een verhaal om te onthouden.
Het is des te meer bijzonder dat dit net was voor de problemen rond Mark begonnen. Bovendien denk ik aan Willem en ook Co die niet meer onder ons zijn maar waar we veel mooie herinneringen aan hebben. En... welke boom zou bij mij passen? Ik denk zelf dat je de volgorde van de bomen door moet maken voor je aan de 3e toe bent.
Foto: Interview met Willem Seldenthuis. Ik moet even denken waarom Willem dat dekentje om heeft. Ik weet het weer, de verwarming was op een doordeweekse middag nog niet op volle sterkte en Willem had het koud.
We zitten net aan tafel. Ons ontbijt staat klaar. Na de zorg voor haan, hond en kat, de krant en mezelf in kleding hijsen komt de zorg voor het ontbijt terwijl Wim met zijn ochtendoefeningen bezig is. Ik kijk naar onze kommen met kwark, vruchten, Chi zaad, lijnzaad en walnoot en zie ineens de pannenkoeken van mijn moeder voor me. Dat was andere koek. Ik kan me niet herinneren dat we op De Haar ’s morgens pannenkoeken aten. Dat zal eerder een boterhammetje geweest zijn, maar toen we op de Boomgaard woonden was het elke morgen pannenkoek. Ik vermoed dat het ‘t favoriete ontbijt was van vader Hein. Misschien aten ze dat vroeger in zijn jeugd op het Medler ook. En als je na het melken en voeren in de keuken kwam kon je ook wel wat stevigs gebruiken. Hij en opa kregen er ook nog spek in. Ik heb dankbaar meegenoten tot ik een jaar of 15 was. Ik vond toen dat ik wat uit begon te dijen en dat moest beslist aan die vette pannenkoeken liggen. Ik ging over op brood, was minder lekker maar het oog wil ook wat, zo dacht ik als tiener. De pannenkoeken van moeder Coba waren niet te evenaren, begreep ik later toen onze jongens bij opa en oma gingen logeren. Ik kon nog zo mijn best doen op mijn pannenkoeken, volgens hen haalden ze het niet bij die van oma. Ik snap ook wel waarom. Als ik er aan denk hoe die pannenkoek van haar glibberend op mijn bord terecht kwam… dat was het. Ze gebruikte meer olie of boter dan ik. En op een boerderij loop je het er snel weer af. Ik kijk naar mijn bakje met ons ontbijt, dat vindt Wim het lekkerste wat er bestaat. Ik doe mijn ogen even dicht en even zie ik weer voor me hoe de pannenkoek van moeder Coba heel langzaam op mijn bordje gleed. Daar ging nog een tekening met stroop op. Wat had ik graag nog eens zo’n pannenkoek van haar gehad.
We kregen deze uitdaging toegestuurd namens de Cantorij waar Wim bij zingt. Ik vind hem zo passend bij deze start van het nieuwe jaar dat ik deze graag aan jullie wil doorgeven...
Zullen we
angst uit onze jassen schudden en lood uit onze schoenen. Zullen we moed in pakjes aan de deuren zetten en licht aansteken waar het donker is?
Zullen we proeven, gulzig snoepen van alles wat wel kan? Zullen we zwaaien naar elkaar en kussen van ver, onthouden hoe een knuffel voelt en dansen in de regen?
Zullen we weten dat er overzee een einder is, samen in dezelfde schuit na vloed komt altijd eb. Zullen we samen roeien tot ergens volgend jaar?
Met een prachtige foto van Janny van een veengebied nu het wat natter wordt
De ene kat is de andere niet. Denk niet dat ze allemaal hetzelfde zijn. In de 26 jaar dat we hier aan het Schoolpad wonen hebben we er al heel wat versleten. De eerste ging er meteen vandoor, de 2e verdronk in de vijver en er zijn er een aantal verongelukt op de weg naast ons. Maar Suze en haar dochter Loeder zijn hier oud geworden 18 en zelf 19 jaar zelfs . Suze was de poes die veel binnen kwam, maar Loeder was een echte buitenkat. Beiden waren altijd ’s nachts buiten en konden de schuur in door een kattenluikje om te eten en te slapen.
Als je denkt dat je de kattennatuur intussen een beetje doorhebt is Dirk toch een geval apart. Hij is onze baas, zelfs van Storm. Hij maakt hier de dienst uit. Hij meldt wanneer hij naar buiten wil of juist naar binnen. Wanneer zijn eten bijna op is of wanneer hij op schoot wil, wanneer je zijn staart moet aaien en laat door hevig trillen zien dat hij er van geniet.
Dirk, onze gecastreerde kater, valt op vrouwen. Wim keurt hij geen blik waardig maar mij volgt hij op de voet. Gisteren was vriendin Dea er. Ik had Dirk binnen willen houden voor Dea maar hij moest en zou naar buiten. Hij schoot de deur uit toen ik overstag ging, stond even verbaasd stil in de stromende regen en koos meteen een droog plekje onder zo’n tuintafeltje. Dea is ook van de dieren, eigenlijk vooral van dieren die gered moeten worden. Zo heeft ze altijd een zwerfhond uit Turkije, Spanje of Roemenië en een kat uit het asiel.
Met deze boom met actuele wensen en goede raad luiden we de Kerstdagen uit. Ik kreeg hem 7 jaar geleden al eens toegestuurd en blijft juist in deze tijd waardevol. Zeg nou zelf!
En dan is het Kerst. ‘Ik heb het gevoel dat het zondag is’, zegt Wim net. Is het eigenlijk ook. Een feestdag is een zondag. We hebben de feestelijke Kerstviering bekeken in de Schepershof met prachtige zang van het koor ZinQ. Het is niet anders dan op deze manier een kerkdienst volgen maar dit was mooi, de Kerstboodschap werd mooi gebracht door onze ds Door-Elske. Ik maakte daarna alvast de zuurkoolschotel, zo besteld door Rick. Hij mocht kiezen en hij koos definitief voor de zuurkoolschotel met banaan, een favoriet recept dat ik ooit van Anda leerde en altijd gebleven is. Wanneer ik vroeger zelf iets eenvoudigs voorstelde met Kerst kreeg ik daar niemand enthousiast voor. Het advies voor een super super Kerstdiner was: een kip de man. Hebben we ook verschillende keren opgevolgd. Nu komt vandaag alleen Rick en is hij de baas van het menu. Heerlijk Rick, vinden wij ook erg lekker. Daarna volgde de toespraak van onze koning Willem die liet horen dat hij met ons allemaal meeleeft en een boodschap van Hoop meegaf. Toen ik daarna You rise me up hoorde, gezongen door Marco Bakker, kwam ik even in de benen om de tv harder te zetten en toen kwamen de tranen vanzelf. Heb ik altijd bij dit lied, komt alles wat ik meemaakte van de laatste jaren weer boven. Maar ondanks de emotie die dit meebracht werd ik helemaal rustig toen Khadija Arib een indrukwekkende boodschap voor ons allemaal had, vergelijkbaar met dat van de koning maar gek is dat… het maakte meer indruk. Komt dat misschien omdat zij in een huis woont tussen de gewone mensen waar studenten briefjes bij buren in de brievenbus doen met hun telefoonnummer om hulp te willen bieden aan ouderen? Ze maakte diepe indruk op mij wat ze wel vaker doet als ze iemand in de Kamer op een nette manier op zijn nummer kan zetten. Ineens kwam zomaar een vergelijking bij me boven… Toen de lange Deltabrug geopend werd door Koningin Beatrix en de als altijd keurig opgedofte toenmalige minister van Verkeer en Waterstaat Neelie Smit- Kroes haar begeleidde, vroeg een cabaretier( was het Yoep?) zich tijdens een optreden af wie van de twee nou de echte koningin was.
Soms kan een zinnetje meteen een herinnering oproepen die zich vast heeft gezet in je geheugen. Zo gebeurt dat soms ook bij het zien van een foto zoals bij dit krantenknipsel uit 1938, zorgvuldig bewaard door Arend Heideman uit Gelselaar. Een geheime zender was toch een uitdaging voor jongelui die al wel verstand hadden van radio’s en geluidsgolven. Maar je moest er wel een soort van licentie voor aanvragen. Ik meen dat onze neven Groot Nuelend dat wel hadden toen ze nog op ‘Top’ woonden in de Wildenborch, inclusief een zendmast. Hun neef Wim, tevens mijn fietsmaatje toen we nog elke morgen van 1955-1960 naar Zutphen fietsten, had dezelfde interesse en wist toen al dat hij later bij Philips in Eindhoven zou willen werken. Hij had ook een zender gebouwd en had nog geen vergunning. Toen hij op een zaterdagmorgen bezig was uit te zenden kregen ze in de gaten dat er bij de Lindese Molen al een peilwagen reed die waarschijnlijk zijn signaal had opgevangen. Hij wist niet zo snel wat te doen en heeft het hele handeltje met zijn blote handen opgepakt om op te bergen maar had hierdoor zijn handen nogal verbrand. Het laatste stukje van zijn ontboezeming die eerste maandag op de fiets naar school ben ik kwijt. Hebben ze hem nou gesnapt met een boete of is hij toen de dans net ontsprongen? Dus Wim… als je dit leest, of misschien neven Joop of Wim, vertel me die afloop nog maar eens.
Intussen hebben de neven laten horen dat het meegevallen is. Nooit gesnapt, wel een paar keer de hele handel uit het raam gegooid tussen de bloemen van moeder Jo, uit voorzorg
‘Volgens mij is Dirk helemaal jouw kat’. Wim zit met verbazing te kijken hoe Dirk zich alweer neerkrult op mijn schoot. Hij roept hem ook wel maar Dirk kiest steeds voor mij. Ik ga er natuurlijk even breeduit voor zitten met een zachte sjaal op mijn benen. Hij kan me soms heel verbaasd aankijken net of hij me nog niet eerder heeft gezien en niet weet hoe hij hier toch terecht is gekomen. Zo’n kat hadden we nog niet. Dirk is speciaal. Het was een wegloper in zijn vorige gezin, moest overal vandaan gehaald worden als ze hem weer eens kwijt waren. Wij waren dus benieuwd hoe lang het hier goed zou gaan. De eerste dagen na zijn 2,5 weken isolatie ging het goed. Ik zag hem al een paar keer een muis verorberen, met huid en haar.. jazeker. Hij bleef wel eens een paar uur weg en was al door de buurjongens gezien bij het bos. Dat is tenminste de goede kant, loopt hij ook niet op de weg. Als hij binnen is mag hij graag in de stoel voor het grote raam zitten om naar buiten te kijken en ’s avonds meldt hij zich voor het plekje bij mij op schoot. Eén keer ging hij aan het begin van de avond naar buiten en kwam niet weer terug, zelf niet toen we naar bed wilden en hem riepen. Dat was even een uitdaging. Maar ja… Dirk is een kat en die bepaalt zelf wat hij wil. Toen ik echter gistermorgen de deur opendeed schoot hij als een haas naar binnen. Gelukkig! Hij had er op zitten wachten, de nacht was blijkbaar lang geweest.. Hij sliep de hele dag. Nu weet ik dat hij de omgeving langzamerhand kent, maar ik laat hem ’s avonds toch maar niet meer naar buiten.
Nog steeds stuur ik elke week onze leden van onze Chr. Vrouwengroep Hedera een nieuw stuk bewerkte Oude Notulen. De eerste dateren uit 1955, Plattelandsvrouwen, daarna Passage en intussen ben ik aangekomen in 2016 en zijn we de zelfstandige Vrouwengroep Hedera geworden. Het is een manier om onderling contact te kunnen houden want we zijn allemaal op de leeftijd dat je extra voorzichtig bent met het virus dat voor ouderen dodelijk kan zijn. En al ben je op een leeftijd gekomen die je vroeger als oud zou bestempelen, je voelt je niet zo en wilt nog graag een tijdje door, toch? Het is een voordeel dat je je zo weer de leuke en interessante avonden herinnert. En dan niet te vergeten de uitjes en themadagen. We zitten nu even zonder maar denken wel aan elkaar en proberen zo wekelijks contact te hebben. Een andere manier om mee te leven is het prachtig gehaakte engeltje. Ria Bril is de maakster en ze zal bijna zere handen hebben van het haken van al die engeltjes. Het is een kunstwerkje. Vanmorgen vond ik het zakje met engeltje èn een takje hedera, oftewel klimop, in de brievenbus. Zo hangt er straks bij iedereen van onze Hedera groep een engeltje in de kerstboom, een teken van onderlinge verbondenheid. Bovendien was er een kaartje bij met de mooie wens voor de Kersttijd:
Licht dat terug komt Vrede die bij ons blijft Goede Kerstdagen!
Het is bijna 5 december en zoals altijd gaan niet alleen mijn gedachten naar de goede sint maar ook naar Anda die zoveel voor ons en vele anderen betekende. Het was haar verjaardag.
Hun oudste kleindochter Britt heeft net haar 17e verjaardag gevierd maar ik denk nu even 7 jaar terug.
We waren toen een dagje bij Dick en Anda in Apeldoorn. Heel wat jaren geleden woonden we op een steenworp afstand van elkaar, daarna werd er door hen en door ons verhuisd en besloten we daarom maar samen op vakantie te gaan. De jongens van beide gezinnen konden het ook best met elkaar vinden. Samen hebben we een deel van Europa ontdekt tot het mij te heet werd in Italië en we daarna wat koelere streken opzochten. Maar het contact bleef.
’s Avond werden er in die gezamenlijke vakanties altijd een paar potjes canasta gespeeld. Bij Wim bracht dat soms wat ergernissen mee, want die speelt strak volgens de regels. Nee.. niet seinen of aparte bewegingen… niks zeggen ook. Toch had ik niet het idee dat hij het vervelend vond. Ik vond het altijd gezellig.
Maar wat schetste mijn verbazing. Toen de jongens niet meer meegingen, kreeg ik Wim met geen mogelijkheid meer aan het spel. Met moeite sleurde ik hem erbij als Robin en Eva er op de vaste woensdagmiddagen wel zin in hadden. Hij probeerde zich altijd te drukken. Gelukkig heeft hij andere kwaliteiten….
De High Tea waar Dick en Anda ons toen op trakteerden in dat Gerechtsgebouw was erg lekker en werd keurig uitgelegd door de jeugdige bediening, ook met een beperking. Bij ons hebben we de Brownies en Downies.
Tegen de tijd dat wij weer op Emmen aan gingen kwamen net de kleindochters met Ernst er aan. Er moest opgepast worden. Ik heb ze niet gevraagd of ze ook spelletjes met ze doen. Ik was wel benieuwd of Britt en Lynn nu samen in het logeerbed geslapen hebben, nu Britt 10 jaar geworden is. De laatste tijd besloten de beiden dat ze in het ‘meisjesbed’ wilden slapen, d.w.z. samen met oma Anda in het grote bed. En Dick dan, vraag je je misschien af? Die kreeg alle ruimte in het logeerbed.
Wat heeft ze altijd genoten van de beide meisjes met hun meisjesdingen. Britt was nl gek op leuke schoenen en dat deed haar eigen modehart zo goed.
De beide meiden doen het goed, zowel op school als met volleybal op hoog niveau en om met Rick te spreken: 'Ze ziet ze wel, kijkt vast toe vanaf haar wolkje. Zo zie ik dat gewoon', voegt hij er nog aan toe.
Zo’n 12 jaar geleden hadden we een vrouwelijke chiropractor. Ik weet niet meer precies wat de klachten van Wim waren, ik meen iets met de spieren. Ze hoorde nauwlettend zijn verhaal aan, onderzocht hem en vond dat hij een ‘strakke’ milt had. Het zou zelfs verergerd kunnen zijn door de ingreep om z’n pacemaker om te wisselen. Inderdaad was het vanaf die tijd vervelender geworden. Ze heeft hem extra behandeld om z’n spieren wat losser te krijgen en gaf meteen voedingsadviezen mee: ‘s morgens en ’s avonds ananas. Daarnaast eens in de twee dagen leverpaté om z’n ijzergehalte wat op te vijzelen. Ze noemde een aantal eigenaardigheden die bij dit verschijnsel horen: een Calvinistische inslag…ahum, kort lontje… te veel bezig met dingen doen i.p.v. genieten. Ik zei niks…. Maar sommige van die dingen herkende ik wel. Ha ha! Z’n creatieve kant moest maar eens meer uit de verf. Zingen deed hij al met plezier… nu moest hij eens gaan leven zoals ze in Zuid Portugal doen. Gewoon alles heel ontspannen doen….. en beetje bij beetje. En dat is het nu juist. Als hij eenmaal bezig is moet alles af… klaar… finito, ready! Maar goed dat we straks nog weer op pad zouden gaan met ons caravannetje… ja richting Zuid Portugal. Het werd toen de Morvan, Piet en Marry en later Les Issambres naar Dick en Anda. En onze topper als altijd: Badenhard op de terugweg. Was helemaal geweldig. Zo fijn dat we toen zoveel ondernomen hebben in onze tijd als pensionado’s. En ik kan je nu vertellen dat het ‘gewoon alles heel ontspannen doen’ zoals geadviseerd werd, eindelijk is gelukt. Een mens is nooit te oud om te leren.
Vanmorgen was het wat haasten voor ik de deur uit kon naar Vera om te schilderen. Om de 2 weken rijd ik hiervoor naar Dalen om nog wat bij te leren. Ze bewondert mijn losse toets van schilderen, doet me goed. Net toen ik mijn ondergebitje wilde pakken greep ik mis op het gewone plekje, toen weer mis op het volgende favoriete weglegplekje en zelfs een derde keer was het mis. Soms heb ik last van een plekje in mijn onderkaak waar dat gebitje tegen aan drukt en dan leg ik het even van me af. Om te eten heb ik het ook niet echt nodig maar het gezicht wil ook wat, toch? Maar nu gunde ik me geen tijd om langer te zoeken en zo erg valt het ook niet op als ik het niet in heb. Terwijl we aan het ontbijt zitten hoor ik we een paar keer getik op de houten vloer van de voorkamer en even schiet me dat gebitje door het hoofd. Dirk zal toch niet…? Ach… natuurlijk niet. Maar dan komen er vanzelf een paar andere gebitten in de gedachten. Ik weet nog dat Wim toen z’n middagslaapje deed op ons nieuwe stevige door buurman Alle in elkaar getimmerde bed in het werkkamertje beneden. Ik had net gemeld dat ik hem helemaal niet hoorde snurken. Meestal zijn er om de zoveel tijd een paar flinke snurkgeluiden. ‘Mien tonge zakt naor achteren, ik bun een betje verkolden‘, of gewoon: ‘Ik snurke niet, ie snurkt‘. Nu merkte hij op: ‘Ik heb mien gebit nog in, dat zal ‘t wean‘. ‘Dan hol ie toch gewoon ‘s nachts dat gebit ok maor in, dee de buurvrouw ok altied‘. En toen kwam et: ‘Ik bun bange da’k em deursloeke….‘. Dat leek mij onmogelijk, kan misschien gebeuren met een losse tand, maar die komt er dan ook vanzelf weer uit. Meteen zie ik mijn moeder voor me. Ze was op latere leeftijd ook gewend om even een middagdutje te doen op de bank in de kamer. Lekker rustig en vaak met een zonnetje erbij. Ze werd die keer wakker en miste zomaar haar bovengebit. Ze had hem net nog in, ze wist het zeker, zou die zomaar uit haar mond gevallen zijn? Het werd rondkijken en zoeken. Iedereen hielp mee. Kon toch niet weg zijn? Niemand wist het. Wat denk je wie de schuld kreeg? Sacha, de hond, de lieveling van moeder Coba. Ze hebben nog een paar dagen gezocht, maar dat bovengebit kwam niet meer boven water. Er kwam een nieuwe. Nog steeds na 40 jaar is er geen spoor van dat gebit ontdekt. Misschien zijn de latere hofhonden van de Boomgaard, Boris of Jansen, er ergens buiten mee zijn gaan slepen… Toen ik vandaag om kwart over 12 thuis kwam had Wim onze lunch al klaar staan. Op mijn plankje lag een heerlijke boterham met een gebakken eitje en daarnaast…. mijn verloren gewaande kleinood. ‘Ie mot de boel ok better opbergen’ was het enige commentaar…
Foto: Die heeft nog hoop, maar misschien ook een slimme hond of kat.