Zo praten bomen, met geruis en geritsel.
Hier achter waait een zacht windje. Juist genoeg om de bladeren van al die bomen wat af te stoffen. Dat hebben bomen graag. Ze staan lichtjes te wiegen en ze vertellen mekaar ruisend en ritselend hun laatste nieuwtjes. Ze zijn daar zo genoeglijk aan het babbelen.
‘k Zit er op te kijken. En op te luisteren. En ik wou dat ik booms verstond.
m EZW-08/2012 – HiH-09/2014
|