Nee, het is niet vanzelf zo, maar met een beetje oefening kan dat wel in orde komen hoor, vooral op seniorenleeftijd. Mensenwensen zijn niet altijd Fabeltjeskrant. Soms kan het in 't echt ook.
Terugspoelen = Herinneringen
Dat is als rondwandelen in een enorm groot kasteel, en er zijn onvermoed veel kamers met kasten en al die deuren en deurtjes kunnen open, en er zijn ook nog laden en schuifjes in de kasten, en overal zitten Herinneringen in. En men wordt daar nooit moe, in het Kasteel van Memorie.
Snel Vooruit = Selectief Geheugen
Die knop dient om de slechte momenten & periodes niet te moeten herbeleven. Niks geen kasteel. Hoogstens wat compost, want uit slechte ervaringen moet toch iéts goeds voortgekomen zijn hé. Dat wordt dus compost. Verwerkte, verpulpte belevenissen. Een goede grond voor iets 'anders en beters'.
Pauze = Mijmeren
Dat is wanneer de ziel ronddobbert in een lauw badje. Mijmeren over plezierige momenten is op zichzelf al een plezierig moment.
Is er ook een knop Net Gemist? Die dient voor het overdenken of het ook anders gekund had.
Mij lukt het soms hoor, dat knoppenwerk. Soms. Niet elke keer. Die Snel Vooruit, daar heb ik nog altijd moeite mee.
Truus heeft een zere duim ~ 05/11 Truus is een Amsterdamse, 81 jaar.
De zuster vulde een formulier in. Bij trillende handen kwam een ja. Bij klok tekenen kwam een min. "De volgende punten zullen we maar overslaan" zei ze. Bij klok kijken kwam alweer een min.
"Gaat u maar eens staan". Truus steunde even op de armleuningen en stond. Een tikkeltje krom, want haar nek was nog steeds gebogen van het tekenen. Staat gebogen, kwam er op het formulier.
"Doet u uw ogen eens dicht." Truus greep naar de rugleuning van de stoel en deed haar ogen dicht. Wankel evenwicht, werd er geschreven.
"Gaat u maar weer zitten!" Truus steunde weer lekker op de armleuningen.
"Kunt u ook opstaan zonder armsteun?" Tot haar verbazing lukte dat Truus vrij vlot. "Nu weer opstaan!"
"Zeg, bennik verdwaald op de oggendgymmestiek?" viel Truus uit. "Daar doen ze dat ook, maar niet met van die lage stoeltjes!" Conditie kreeg ook een minnetje.
"Issut hier bijna afgelope? Ik mos nuchter komme en ut is bijna lunchtijd." Patient brabbelt onduidelijk, schreef de zuster, die uit een land kwam waar geen Amsterdams gesproken werd, op het formulier.
Ik krijg er zelf gewoon honger van... hoe lang zouden ze Truus nog bezig houden? En ze kwam toch voor haar zere duim?
- HiH-11/2015 - tekst geplaatst met toestemming van de auteur
Volvo promootte een nieuw model van truck met een trukje. En met een dupe. 'k Hoop voor Ambrogio Adani (toen 23j) dat hij aangenomen werd in het casino, want zoiets moeten meemaken de eerste avond van uw proefperiode, dat is toch wat.
Als Ambrogio Adani niet aangenomen werd in het Casino van San Remo heeft hij sinds toen in elk geval iets enorms om op zijn CV te schrijven én hij kan staven wat hij schrijft want zoals wij allemaal weten, YouTube liegt niet.
Truus heeft een zere duim ~ 04/11 Truus is een Amsterdamse, 81 jaar
Het viel Truus niet mee om veilig in het Lukas te komen. Johan reed akelig langzaam en zwalkte behoorlijk heen en weer. "Niet zo ver naar links, Johan, we hebben tegenliggers!"
Johan ging gehoorzaam naar rechts en de stoeprand kwam nabij. "Nou rij je weer bijna de stoep op!"
"Zou je maar niet zelf rije, juffie! Ik wor kieremeteut van je kommetaar!"
"Assik moch van de dokter zou ik je niet nodig hebben!" Truus klemde haar tanden op elkaar en zo kwamen ze veilig bij het ziekenhuis.
Bij de portier hoefde ze niks te vragen, er stoven meteen twee stevig gebouwde mannen op haar af. "Mevrouw Hobbema?"
"Allang niet meer, mijn man is al vijftien jaar dood. Zeg maar Truus!"
"We nemen u nu mee naar de bloedafname. Eén prikje maar, het doet geen pijn!"
Truus ging braaf mee, maar wat deed Johan in haar kielzog?
"Ga jij nou je bakkie leut halen, Johan, dan rij je op de terugweg misschien wat veiliger!"
"Ik heb nog steeds maar één euro van je gehad. Daar ken ik niks mee."
"Hoort meneer bij u?" vroeg één van de Herculessen die haar bij beide armen vasthielden.
"Nou, wat zal ik zeggen... hij heeft me hierheen gereden, maar verder heb ik niet zo veel met hem!" sprak Truus ondankbaar.
"Nou, je hoort het. Moeven, man, opkrassen, wieberen!" *
Truus werd ingeleverd bij de prikkelines, in een hokje gelaten waar ze een arm moest blootmaken (wat nog een heel gedoe was vanwege die dikke trui die ze aangetrokken had) en haar bloed werd deels overgebracht in daartoe gereedstaande flesjes.
Omdat ze het nogal warm had vergat ze de trui weer aan te trekken, zodat één van de dames haar prikgerei even aan de kant schoof en een sprintje trok naar de lift waar Truus en haar arrestatieteam al stonden te wachten.
De hulk aan haar linkerarm was wel zo goed om het kledingstuk even vast te houden en zo togen ze naar de afdeling ouderengeneeskunde, waar een verplegende onze heldin in ontvangst nam.
"We beginnen met tekenen!" zei de dame vriendelijk. Truus mocht aan een tafeltje gaan zitten en kreeg papier en potlood.
"Teken eerst maar eens een klok!" klonk de instructie. Truus tekende een keurige rechthoek. Met helemaal niks er in. Wij weten hoe dat komt, maar de verpleegdame niet natuurlijk.
Nou, eens kijken hoe dat afloopt!
* Wieberen komt uit het Hebreeuws en betekent zo iets als vluchten, wegwezen. Vanuit het Jiddisch is het in het bargoens, de boeventaal terecht gekomen.
- HiH-11/2015 - tekst geplaatst met toestemming van de auteur
de wereld terwijl we niet kijken Wij denken dat rozijnen gemaakt worden door druiven te drogen.
Dat denken we zo al jaren. Maar in feite is het omgekeerd en gaat het zo:
Over het werk van Pierre Javelle and Akiko Ida (Parijs) : ze maken minitaferelen met voedsel. Dat doen nog mensen, landschappen en taferelen bouwen met voedsel, ik weet het, maar Javelle en Ida hebben een gans eigen kijk op de mini-wereld. Ze brengen een idee in beeld. En daar kunnen we dan een tijdje mee verder : wat als … als het écht zo was/is ?
De eigen site van Javelle en Ida is natuurlijk uitgebreider dan bovenstaande, maar het zit er een beetje moeilijk in mekaar vind ik. Voor wie wil : http://www.minimiam.com/en/goen.html , voldoende klikken daar op die site.
Truus werd gewekt door de zon die in haar gezicht scheen. "Och melieve, is het al zo laat? Ben ik door de wekker heen geslapen?"
De wekker, een moderne, laat zijn domste gezicht zien. Helemaal niks. Geen dag, geen datum, geen tijd, geen temperatuur. Het is verbazingwekkend wat die klokjes tegenwoordig allemaal kunnen... als er maar een goede batterij in zit.
Truus bereidt zich voor op een haastig ontbijt, want zo meteen staat Johan voor de deur. Net op tijd herinnert ze zich dat ze nuchter moet komen. Prettig is dat niet, maar het spaart wel tijd. Ze is nog bezig een dikke trui over haar hoofd te trekken als er op de deur gebonsd wordt.
"Ja, beneden stond de deur open en toen ben ik maar meteen doorgelopen. Hejje een bakkie?" "Ik heb niks, ik heb me verslapen en ik mot nuchter komme. Lawe meteen maar opstappe!"
Johan kijkt beteuterd. "Tijd zat, mot ik zelf effe zette?"
Truus wil op haar klokje kijken, maar dan slaat de kerk aan het plein al tien uur.
"Nee, Johan, ik wil voor geen goud te laat komen. Strak sturen ze me domweg terug als ik niet op tijd ben. Pak maar een bakkie in het ziekenhuis. Hier hejje een euro, dat mot toch genoeg weze?"
"Nou, maak er maar twee van, en eigenstlijk rij ik niet veilig as ik me bakkie nie binne hep!"
"Ik hou je wel wakker hoor, kom nou maar direk!"
- HiH-11/2015 - tekst geplaatst met toestemming van de auteur
"Vijftien keer heeft hij het moeten vragen." (15 !) Maar gisteren heeft ze dan toch 'ja' gezegd, in het Gentse stadhuis.
Een dag voor haar 88ste verjaardag traden Jenny (Jeanine) Uytterhaeghe en Dorsan Maebe na een relatie van 47 jaar alsnog in het huwelijk. Daarmee is Jenny de oudste Gentse bruid ooit." De 15de keer pas zei ze Yes. Wat zei ze de 14 vorige keren dan? : maybe, Maebe! Zeg nu zelf, die naam vráágt toch om dat woordspelletje.
Geen spandoek in de lucht, geen taart met een verborgen verlovingsring en zelfs geen knieval overtuigden Jeanine na 44 jaar tot die langverhoopte JA. "Wij zaten gewoon in de zetel, televisie te kijken. Ik dacht: ik probeer het toch nog eens. En voilà", gniffelt Dorsan. "'Stop maar met zagen', reageerde ze. 'Want ik ga het doen.' En zo was het beklonken." Het herfsthuwelijk komt bijna een halve eeuw na hun eerste ontmoeting. Jeanine, toen een jonge weduwe van 43 met zes kinderen, baatte in Gent Café Bellevue uit. In 1968, het jaar van de 'Summer of Love', zwaaide daar de negen jaar jongere Dorsan binnen om broodjes en pistolets te leveren. De Gentse stak niet onder stoelen of banken dat ze de gescheiden dertiger, die zelf al één kind had, wel zag zitten. "En ik vond haar ook meteen een zeer schone madame", benadrukt Dorsan. In 1969 gingen de twee samenwonen en kregen ze samen nog een kind, maar trouwen kwam er niet van. "Ik had al een scheiding achter de rug, maar toch verlangde ik ernaar om met Jeanine die stap te zetten", vertelt Dorsan, volgens hun dochter de meest romantische van de twee. "Maar telkens ik het haar vroeg, begon ze te lachen. Of ze omzeilde de vraag. En dus borg ik die trouwplannen weer een tijdje op. Ik heb wel vijftien aanzoeken gedaan. Tot - eindelijk - die ene JA."
Truus heeft een zere duim ~ 02/11 Truus is een Amsterdamse, 81 jaar
"Hoe moet dat nou morgen?", zat Truus te piekeren. "Moet ik met de auto? De dokter zei dat ik liever geen auto moest rijden. Maar met de bus moet ik twee keer overstappen. Ik ga Johan bellen, misschien wil die me wel rijden..."
Zo gezegd, en de telefoon ging vele keren over, maar geen Johan. Na een uurtje ging de telefoon.
"Met Johan, Truus, ik zag dat je gebeld had. Maar ik lag op straat onder me karretje, want daar rammelt iets."
"Och melieve, en ik wou je nog wel vragen of je me morgen naar het Lukas kunt rijden!"
"Dat gaat niet, meid, de uitlaat ligt er af en als ik hem nou start heb ik zo de pliesie an me broek! Maar je hep toch selluf een auto?"
"Die staat beneje op de parking, maar ik mag nie rije van de dokter! Ken jij nie effe mijn kant uit komme om me weg te brenge met ze mijne dan?"
"Nou, as ut nie anders ken dan mottut maar!"
"Je mag de mijne gebruike tot je me weer ophaalt. Ik laat de portier wel belle as ik klaar ben!"
Nou, we hopen maar dat dat goed gaat met het ophalen... als Johan weer onder zijn karretje ligt kan Truus lang moeten wachten!
- HiH-11/2015 - tekst geplaatst met toestemming van de auteur
Het kan ook anders. Het kan met kleur. In Vancouver (Canada, westkust) liet men daar iets aan doen door twee Braziliaanse kunstenaars. En toen wás er kleur!
voor meer foto's van deze silos :Afbeeldingen van vancouver silos De broers noemen zich 'Os Gemeos', ze zijn een eeneiige tweeling en ze heten Otávio and Gustavo Pandolfo, andersom mag hoor! Zeggen ze zelf.
Als die twee nu eens naar Antwerpen zouden willen komen, dat zou mooi worden denk ik. Ze mogen kiezen welke silos ze willen doen, want we hebben er genoeg. Als ik mag kiezen beginnen ze in Merksem aan 't Dokske. En dan de andere.
Het duurde al een poosje, die zere duim. Met tussenpozen, dan was het even over. Maar die tussenpozen werden steeds korter en de duim steeds zeerder. Tenslotte maakte ze een afspraak met de huisdokter, want je kunt tegenwoordig niet zo maar naar de duimenist, of hoe zo'n dokter voor zere duimen ook heet.
"Hoe is het met de auto?" vroeg de dokter, tenminste dat verstond Truus.
"Goed hoor dokter, zo'n 3000 per jaar!" zei Truus "en hij wordt volgende week achttien!"
"Nou, dat lijkt me veel te veel!" zei doktermans. "Maar wie wordt er achttien?"
"Hoezo, niemand, dokter. Eenentachtig, de buurvrouw, volgende week. Dan zijn we even oud. Maar over drie maanden ben ik jarig en dan ben ik weer de oudste!"
"Nou, probeer die alcohol dan even te laten staan, want te veel is niet goed voor u."
"Ja, maar ik heb hem nodig voor de boodschappen!" protesteerde Truus, die natuurlijk weer "auto" verstaan had.
De dokter krabbelde wat op een briefje en zei: "Maak hier maar een afspraak. Kunt u het zelf of moet de assistente het voor u doen?"
Dat vond Truus een goed idee, en de assistente belde het nummer dat op het briefje stond. "Ja, met de praktijk van dokter Geringa, ik heb hier iemand voor een spoedafspraak"
De telefoon mummelde wat en de assistente las het briefje voor, want ze kon het doktershandschrift lezen en ze werkte zelfs de afkortingen uit ten behoeve van de persoon aan de andere kant. "Patient maakt verwarde indruk, duidelijk mankerende geestvermogens. Dementie?"
Telefoon mummelde weer wat en de hulpdame noteerde een afspraak. "Hier staat het, morgen Lukasziekenhuis, half elf, afdeling Ouderengeneeskunde. Briefje meenemen. Nuchter komen. Bij de portier staat een begeleider voor u klaar. Goede morgen verder, mevrouw!"
Wordt vervolgd. Als alles maar goed komt met die zere duim!
- HiH-11/2015 - tekst geplaatst met toestemming van de auteur
Morgen, op ma-10/09 start een vervolgverhaal van SK, dat loopt t/m do-20/09.
In elf korte afleveringen vertelt hij een bewogen anderhalve dag uit het leven van Truus, een Amsterdamse van 81 jaar. Het personage deed en doet me denken aan een oudere Mien Dobbelsteen, nu al jaren met pensioen. Omdat ze in de serie Zeg 'ns AAA zo grondig het huishouden regelde, is haar naam synoniem geworden voor iemand die extreem netjes is. Zij was de keurigste huishoudster van Nederland.
Gesteld dat dit verhaal een kortfilm zou zijn, dan zie ik Carrie Tefsen anno 2018 in de rol van Truus. Truus heeft haar wereldje goed op orde maar dat nette bestaan wordt verstoord door mensen die -in haar ogen- nogal Flodder zijn. En daar komt dan vaudeville van.
Truus praat Amsterdams, de streektaal die hier gekend is via personages uit Baantjer, de familie Flodder, Ciske de Rat, Zeg 'ns AAA.
Paul Degueldre (Halle 1927 - Dworp 2004) was naast decorontwerper ook rekwisiteur, decorbouwer en prospector voor filmlocaties: kortweg, als scenograaf was hij verantwoordelijk voor het hele uitzicht van een film- of televisiedecor. Gedurende een halve eeuw stond hij in het theater, film- of tv-studio in voor meer dan 600 decors.
Paul Degueldere in 2003, bij zijn tekeningen en schetsen die overal in huis aanwezig waren.
2015, september. Die morgen op Radio1 bij De Bende van Annemie was ene Marc Michils in de studio. Marc Michils is de voorzitter van Kom op tegen Kanker. 'k Zat met twee oren te luisteren, want hij zei wat ik al lang denk. Over het woordgebruik omtrent het onderwerp.
"Van zodra iemand de diagnose kanker krijgt, hoor je steevast dat hij of zij moet 'vechten' tegen kanker. En daar is nu een heuse semantische discussie over aan de gang in de wetenschappelijke wereld. De ene zegt dat dat 'vechten' teveel lijkt op oorlogstaal, de andere zegt dat dat de patiënten net kan helpen."
Dat soort struise taal zou begonnen zijn bij Lance Armstrong. 't Is een van zijn bijdragen aan de mensheid. De rest van zijn verhaal kennen we.
Is er een betere verwoording? Dat is vandaag nog altijd een vraag. Gelukkig werd daar in de eerste minuten van het gesprek onmiddellijk het onderscheid gemaakt tussen het algemeen niveau (de aandoening, de ziekte) waar men onderzoekt en studeert en het individueel niveau (de persoon, de zieke) waar men hoopt en er het beste van maakt. Maar vechten? Waar tussen die twee niveaus situeert zich het idee vechten?
Het interview, totale duur was 11min15, staat niet meer op ’t Net. Er stonden acht geschreven reacties op de site. Deze was er een van.
"Vechten? Mag ik me ook gewoon ellendig voelen? Ik had het vooral moeilijk met volgende reacties: 'Ik ken iemand die helemaal geen last had van de chemo, die meteen weer kon gaan werken, ...' Of nog: 'Ik ken iemand die veel meer behandelingen had en die ze met glans doorstaan heeft.' Het maakte mij alvast nog ellendiger, want plots was ik niet enkel ziek, ik was ook een zwakkeling. Dat wil je eigenlijk toch zeggen als je zulke ervaringen deelt met een ziek iemand, niet? En toch kreeg ik ze heel vaak te horen." Tinne, Vrijdag 25 Sep 2015
Een gelijkaardig gedoe bij de Rode Neuzen Dag, de geldinzameling voor jongeren met psychische problemen. Op 5 december was de slogan LACHEN HELPT. Die slogan is een slag in het gezicht van de jonge mensen die ervoor staan en geen hulp krijgen door de lange wachtlijsten. LACHEN HELPT terwijl zich thuis acute situaties voordoen, er zich tragedies afspelen en de gezinsleden radeloos worden. LACHEN HELPT … alsof het volstaat een lachprogramma te maken om dat soort problemen van de baan te helpen. Kan het cynischer, die prutsige slogan? Er valt niks te lachen bij die mensen thuis. Op geen enkel gebied nog.
Leo is een robotje, dat geprogrammeerd werd om als gezelschap te fungeren. Na het mysterieus verdwijnen van de inwoners bestaat hij in zijn eentje in Parijs. Hij brengt zijn dagen door met doen waarvoor hij gemaakt is : levende wezens gezelschap houden. Daarom zoekt hij ze. Om ze gezelschap te houden. Iets anders kan en kent hij niet want hij heeft duidelijk geen benul van wat een levend wezen, buiten gezelschap, zoal nodig heeft.
“Wees voorzichtig met uw gedachten, ze kunnen op elk ogenblik woorden worden”
Kom zeg, die situatie zouden we op seniorenleeftijd toch al moeten baas kunnen, gezien de savoir-vivre die we gaandeweg opgebouwd hebben. Een vleugje zelfdiscipline in naam van de beschaafde omgangsvormen passen we nu toch wel toe.
Alhoewel … maar dat zijn verhalen apart.
Als kind was ik bij momenten een flapuit. Op de meest ongelegen momenten natuurlijk. Ik was dat klein potje met de grote oren, la Murphy de Kleine.
Zo heb ik als zesjarige eens luid en duidelijk gesteld dat mijn mama óók een kurtaasj had hoor! De jonge tantes stonden weer eens met elegante sigarette-gebaartjes interessant te doen over fluister-kwesties en ik wou laten horen dat mijn ma niet moest onderdoen, ook al rookte zij niet, en ook dat ik moeilijke woorden kende. Na mijn uitlating zweeg iedereen. Volgens mij waren ze met verstomming geslagen dat ik al een Frans woord als kurtaasj kon onthouden.
Een zus van LM heeft als kind ooit een gore mop van twee lijnen verteld. Ze had die ergens opgevangen en zag dat er gelachen werd. Mensen doen lachen, dat is toch schitterend. En ergens waar volk bijeen was en om de mensen blij te maken vertelde zij die schitter-mop. Dacht ze. Maar er werd niet gelachen en ze kreeg een oorveeg. Met de mop werd niet gelachen. Met de oorveeg helaas wel. Zo ging dat toen.
'k Heb lang vertoefd in middens waar didactische/pedagogische verplichtingen golden. Waar men op een vraag een antwoord kreeg om de simpele reden dat de vraag gesteld was. Elke vraag heeft er recht op een antwoord. Elke bedenking heeft er recht op wederwoord omdat zelfs de schamelste bedenking recht heeft op een overdenking.
En toen kwam ik in het hiërarchisch systeem van de koopvaardij terecht. Bijna zonder overgang kwam ik in een omgeving waar men zweeg over wat men wist en men bijna geen rechtstreekse vragen stelde over wat men wou weten. Waar men de gedachten inhield of deed evolueren met de handrem binnen bereik, waar zelfcensuur en zelfbehoud ongeveer hetzelfde betekenden en waar promotie en intrige feitelijk rijmden.
Het heeft lang geduurd eer ik in dat systeem mee kon, of mee wou, met het need-to-know-principe. Sommige contractperiodes was het niet nodig, omdat er altijd wel een goede ziel was die een bevattelijk antwoord wou geven op een vraag. Soms was dat de capt hemzelve.
Na '92, toen ik met LM meevaarde, heb ik mezelf opgelegd mijn teut te houden. Want toen ging het niet meer over mijn reputatie, maar over de zijne. Daar moest ik rekening mee houden. Maar dat gedachten elk ogenblik woorden konden worden, tja, dat heette dan 'luidop denken' zeker?
Jan Buytaert is de favoriete Njam-kok hier in huis. Hij brengt zijn uitleg helder & duidelijk in verstaanbare taal, hij is gul met randinformatie en hij straalt een soort mildheid uit. Mildheid tegenover de leek en de dummie die LM en ik zijn. Daarom is Chef Buytaert onze goeroe. Voorlopig, tot we weer eens denken dat we ’t beter weten. Achteraf keren we terug met hangende pootjes natuurlijk.
"Jan Buytaert leerde koken van Franse keukengoden zoals Bocuse, Troisgros en Guérard. Hij bracht deze Franse keuken naar Vlaanderen en behaalde met zijn restaurant 'Bellefleur' in Kapellen maar liefst twee Michelin-sterren. In 2008 trok hij de deur van zijn restaurant achter zich dicht. (na 33 jaar) Sindsdien schrijft Jan culinaire columns, begeleidt hij jonge koks bij stages in binnen- en buitenland, en is hij juryvoorzitter van Jong Keukengeweld. Jan Buytaert is lid van The Mastercooks of Belgium."
Van hem is er een recept om zelf mosselen in 't zuur te bereiden.
Gekoeld blijft dit ongeveer een maand goed zegt de Chef. Een maand? Larie! Hier waren de potjes na vier dagen al leeg. Voor het geschreven recept, onderstaande bijlage gewoon aanklikken.
Die ochtend viel mijn oog op de Poll van SenNet. De eerste keuzemogelijkheid vond ik zo leutig dat ik die maar aangevinkt heb.
Over welk internet gebruik-middel beschikt u?
(*)Ik heb geen internet (°) Ik heb sinds kort internet (°) Ik gebruik een gewone PC voor internetgebruik (°) Ik heb een Laptop voor internetgebruik (°) Ik heb internet op mijn GSM (°) Ik gebruik een Ipad/Tablet voor internetgebruik (°) Ik gebruik én een gewone PC én een Laptop én een GSM én een Ipad/Tablet voor internetgebruik (°) Ik gebruik een gewone PC én een GSM voor internetgebruik (°) Ik gebruik een gewone PC én een Laptop voor internetgebruik (°) Ik gebruik een Laptop én een GSM voor internetgebruik (°) Ik heb thuis geen internet maar gebruik een wifi-hotspot-ruimte in de buurt met mijn Laptop/GSM/Ipad/Tablet
En raad eens wat, er waren 2,8% van de 711 mensen die dat ook aangevinkt hebben. Dat zijn 20 mensen die ook vinden dat ze geen Internet hebben. Enkel SenNet.
Achteraf vond ik het nogal sloeber van mezelf, zo'n beetje lachen met de poll. Niet netjes. Maar soms hé, soms is het toch zo plezant nog eens de deugniet uit te hangen.
Nu, eigenlijk, wat een vraagstelling ook zeg! Waarom zetten ze die 1ste keuzemogelijkheid als ze besloten ligt in de 11de. Als het een peiling op papier zou zijn, dan zou ik die eerste keuzemogelijkheid snappen. Op papier kan men antwoorden dat men geen internet heeft. Maar hoe kan men geen internet hebben terwijl men juist op het internet die opiniepeiling zit te lezen?
Stel, er is een schriftelijke peiling over boeken: LEEST U SOMS EEN BOEK ? en de eerste keuzemogelijkheid zou zijn : NEE, WANT IK KAN NIET LEZEN Zoiets vráágt toch om deugnieterij! m – EZW-09/2014, bijgewerkt
Dat is om iets van te krijgen hé! Een mens doet dan moeite om een beetje mee te gaan in de gezondheidstrend, want als ge niet gezond blijft ligt dat aan uzelf blijkbaar … enfin, wat moeite doen dus en dan komt er ene naast u liggen die dat in een wip gedaan krijgt, zo'n yoga standje. Dat is toch écht om iets van te krijgen. En al haar Zen is nu weg natuurlijk.
Wij hebben een hekel aan sleur, en toch zijn wij soms bang voor veranderingen. van P²
Zo is dat, van plotse veranderingen geraak ik nu uit mijn doen. Soms vind ik het zelfs irritant, wanneer afspraken plots afgezegd worden bvb. De leeftijd waarschijnlijk.
Of ik ergens sleur voel weet ik niet, het bestaan gaat gewoon zijn gang, maar veranderingen in een planning staan me steeds minder aan. Vroeger kon ik soepel inspelen op veranderingen. Daar werden we trouwens voor betaald, om dat te doen. Sindsdien is mijn souplesse aan het afnemen, is ze zelfs danig afgenomen. Niet alleen in de gewrichten maar ook mentaal. Mijn rationele helft noteert dat en laat me dat dan weten: ge wordt oud, m!
Zo was ik tot vanmorgen, na acht jaar overdenken en structureren en organiseren, en ook een beetje studeren, ongeveer verzoend met het idee dat ik van deze planeet zou afmonsteren wegens longfalen. Nu lees ik vandaag in de krant dat ik meer kans maak op hartfalen. Jamaar zeg hey ! Dat is een totaal andere denkpiste ! Dat is een totaal ander parcours !
Of ik bang ben voor die wijziging weet ik nog niet, maar ik vind ze wel storend. Het voelt aan als zijdelings inbeuken op het laatste stuk van de weg, een parcours dat al verkend en bijna vertrouwd was.
Hier een tekst over veranderingen, van de grootmeester zelve : klank aanzetten voor Robert Long https://www.youtube.com/watch?v=WOLBToUWyrs 03min03, jammer van de halfzachte beeldmontage
Weet je wat m'n moeder vroeger altijd zei als ik een kwaaie bui had
Kind - zei m'n moeder altijd Onthou maar goed - zei m'n moeder altijd Wat je ook doet - zei m'n moeder altijd Je moet het leven positief bekijken Dus - zei m'n moeder altijd
Onthou mijn raad - zei m'n moeder altijd
Word maar niet kwaad - zei m'n moeder altijd Als het niet gaat zoals je graag zou willen
Want een mens is mooier als 'ie lacht En al is 't nog zo'n donkere nacht Als je even zoekt dan zie je altijd wel een heel klein puntje licht je kunt de loop der dingen, geen andere kant uit dwingen Het hele leven is een lange rij veranderingen
Héhé - zei m'n moeder altijd Zit het niet mee - zei m'n moeder altijd Zeg dan oké - zei m'n moeder altijd En laat je vredig met de stroom meedrijven Want - zei m'n moeder altijd De tijd gaat snel - zei m'n moeder altijd Gebruik haar wel - zei m'n moeder altijd
Maak elke tel als je dat kunt fantastisch
Want een mens is mooier als 'ie lacht En al is het nog zo'n donkere nacht Als je even zoekt dan zie je altijd wel een heel klein puntje licht Je kunt de loop der dingen, geen andere kant uit dwingen Het hele leven is een lange rij veranderingen
Kijk - zei m'n moeder altijd Een optimist - zei m'n moeder altijd Die zich vergist - zei m'n moeder altijd
Die heeft beslist wat minder last van tranen Dan een sjacherijn - zei m'n moeder altijd Zo'n fles azijn - zei m'n moeder altijd Die nooit iets fijn of leuk of mooi kan vinden
Want een mens is mooier als 'ie lacht En al is het nog zo'n donkere nacht Als je even zoekt dan zie je altijd wel een heel klein puntje licht Je kunt de loop der dingen, geen andere kant uit dwingen Het hele leven is een lange rij veranderingen
KOORWERK :
Kind - dit is wat- zei m'n moeder altijd Onthou maar goed - wat m'n moeder vroeger- zei m'n moeder altijd Wat je ook doet - altijd zei als ik - zei m'n moeder altijd Je moet 't leven positief bekijken - een kwaaie bui had Hé - dit is wat- zei m'n moeder altijd
Zit 't niet mee - mijn moeder vroeger- zei m'n moeder altijd Zeg dan oké - altijd zei als ik- zei m'n moeder altijd En laat je vredig met de stroom meedrijven - een kwaaie bui had
Kijk - lalalala- zei m'n moeder altijd Een optimist - lalajapalala- zei m'n moeder altijd Die zich vergist - lalalala- zei m'n moeder altijd Die heeft beslist wat minder last van tranen - lalalala Dan een sjacherijn - lalalala- zei m'n moeder altijd Zo'n fles azijn - lalajapalal- zei m'n moeder altijd Die nooit iets fijn of leuk of mooi kan vinden - lalalala Kind - lalalala - zei m'n moeder altijd
De tijd gaat snel - lalajapalala- zei m'n moeder altijd Gebruik haar wel - lalalala- zei m'n moeder altijd
Maak elke tel als je dat kunt fantastisch ...
Een lange rij veranderingen en nu ook een lange rij herinneringen.
Volgens de motorijders-filosofie ziet en hoort men alles beter wanneer men zich op twee wielen verplaatst. Men proeft de wereld! Men 'beleeft' de weg, kortom, men is één met de natuur. Ook op zo'n krijs-machien?
Men ziet alles beter. Hopelijk wel, maar dan enkel recht vooruit. Het zijdelings zicht wordt beperkt door de helm. Gelijk wat ze beweren.
Met hoort alles beter. Met een helm op het hoofd? Men hoort enkel de eigen motor. Niet het ruisen in het struikgewas, niet het gefluister van bomen en water of de signalen van dieren.
Men ruikt alles beter. Uitlaatgassen, smeerolie, rubber en asfalt ?
De natuur beleven. Dat geloof ik dan weer wel. Deze rijder had ondanks het geluid van zijn machien, gelukkig toch de waarschuwing van een andere weggebruiker gehoord. Een mastodont-weggebruiker. Met haar volgelingen volgden natuurlijk. Daar zijn ze volgelingen voor. Om te volgen. En de volgelingen zijn zelf ook zwaargewichten.
Dat het geluid en de geur van zijn machien niet iedereen bevallen had hij daar-&-toen plots wél begrepen?
Voor mij liever het rustig doekkedoekke-geluid van Harleys & soortgelijke machines maar niet in wildparken, enkel op de gewone wegen. Daar maakt men geen mastodonten kwaad. Hoop ik.