Bloemen heb ik nog nooit gegeten, toch niet dat ik weet. Kappertjes en artisjokken niet meegerekend, dat zijn knoppen.
Op Njam TV is een programma met Gert De Mangeleer en die chef gebruikt nogal wat bloemetjes is de afwerking. Hij staat buiten te koken, op de achtergrond ligt de moestuin. Tegen het einde van de bereiding brengt de tuinman Bart Praet de vers geplukte garnituur, de bloemekes.
Die Twee met hun Bloemekes, noemt LM het programma. De Hofleverancier, heet het. Alle groenten en bloemen komen recht uit den hof. Vandaar.
“Pure ingrediënten gecombineerd met zuivere eenvoud is zijn handelsmerk”
De Mangeleer werkt af door omstandig te garnieren met kleine bloemetjes, tot er bijna een bruidssluier over de teloor ligt. Zuivere eenvoud? Gefrutsel en gefriemel! Misschien kan dat in een professionele keuken, met verwarmde borden op een verwarmd aanrecht en onder een infraroodlamp, maar buiten in de open lucht? Dat eten wordt koud. Oké, ’t is TV. We worden niet verondersteld dat bord leeg te eten.
Wij hebben een gewone keuken. Borden warmen doen we ongeveer elke avond, maar we hebben geen verwarmd aanrecht en geen infraroodlamp zoals een professionele keuken. Ik weet zeker dat als ik die tijdrovende garneringen thuis zou proberen, het eten van de gasten zou koud zijn omdat ik met bloemekes heb staan friemelen.
Eigenlijk zegt het me niet veel, bloemen op het bord. ‘k Heb er ook nog niks over opgezocht. Welke kunnen en welke niet? Waar moet men op letten? Mag men bloemen wassen en zwieren? Want pierekes en mierekes serveren, dat vind ik maar niks.
Nee, bloemen op het bord, ‘k zou niet weten hoe ik er moet aan beginnen. Of hoe ik LM zou enthousiast krijgen om er van te proeven.
m EZW-11/2014
|