In een nieuwsbrief verscheen vandaag de vraag : hoe weet men of een ei rauw is of gekookt. LM houdt zich de laatste vijf jaar regelmatig bezig met de kokerij, en ik vroeg het hem. - Als er een G op staat is het gekookt, antwoordde hij van aan zijn klavier.
Ik schrijf met potlood een G op een gekookt ei, om mezelf achteraf vergissingen en tijd te besparen. - En als het er niet op staat, hoe weet ge het dan? - Wanneer het te laat is, zei hij verstrooid. Dat was weer eens zo’n koddig knuddig antwoord, het soort waar hij een patent op heeft.
Volgens het Net bestaan er trends en modes in eiergerechten. Vroeger waren schijfjes hard ei garnituur bij visschotel. Nu heet de schijfjes-presentatie 'ei carpaccio' en het ding heeft zélf recht op garnituur. Van een upgrading gesproken.
Dank zij het hard ei van de ei-carpaccio heb ik al het menu voor zaterdagavond. Op zaterdag eten we iets dat niet veel tijd en werk vraagt. Liefst iets met ei. Omdat we elk maar 2 eitjes per week mogen hebben. Dat eiergedoe is een jobke voor mij. Er bestaan duizend en meer eiergerechten maar wanneer het zaterdag is vind ik er geen één naar mijn zin : of ik heb een aantal dingen niet in huis en ik wil de deur niet uit om ze te gaan halen, of het gerecht is te bewerkelijk voor onze luie dag, of ik had de dag tevoren al aan de saus moeten beginnen … Alle bezwaren zijn op zaterdag goed om het toch maar zo simpel mogelijk te houden. Nu zaterdag wordt het mogelijk regenachtig, maar ik heb al iets waarmee ik de zon in huis kan halen. Zaterdagavond eten we ei-carpaccio. Iets met diepvriesgarnalen die ik zal pocheren en nog wat ander zee-gedoe, het sausje komt ook in orde. Ik flans dat wel ineen en de eiersnijer staat ook al klaar ... Tromgeroffel of retteketet, d’ inspiratie staat op ’t Net. m - HiH-05/2015, herwerkt – illustratie © Fiep Amsterdam bv; Fiep Westendorp Illustrations, https://nl.wikipedia.org/wiki/Fiep_Westendorp
|