Drie namen hebben ze mij gegeven, een voornaam + de voornaam van de peter + de voornaam van de meter.
Waarom weet ik niet. Dat was toen gebruikelijk, denk ik. Toen = 1952. LM is ook van 1952 maar hij heeft één enkele naam meegekregen. Gebruiken in de naamgeving verschillen van streek tot streek, dacht ik ooit.
Het is veel eenvoudiger : zijn Pa had de geboorte van een zoon (na vier dochters) wat grondig gevierd. Noch hij, noch de getuigen konden zich 's anderendaags herinneren of vonden het nog belangrijk wie er verder vermeld moest worden in de naamgeving. Peter, meter, beschermheiligen … allemaal vergeten.
En zo gaat mijne puit nu al 66 jaar door het leven met één enkele naam. Geen franje. Geen ballast.
Dat heeft wel iets volgens mij, ik vind het voornaam, 1 individu = 1 naam. Voor mezelf zou ik het oké vinden, een beetje upgrading, zo’n beetje chic.
m – EZW-2012, EZW-06/2014, bijgewerkt
|