Voor mijn buurvrouw is het feest nu voorbij. Zij is oma van een Meisje en een Broertje.
De kleinkinderen bleven tot gisterenmiddag bij Oma logeren en dan moest zij ze meegeven aan haar dochter en schoonzoon, aan de rechtmatige ouders van deze twee wereldwondertjes.
Als ontbijt had Oma een muesli-brood van bij Albert Heijn. Dat is gesneden in dikke schijven, zo één boterham per kind zou wel voldoende zijn, dacht Oma.
Er was warme chocolademelk en de kinderen mochten hun brood soppen naar believen en ook morsen want het was de Aller-Laatste Dag van haar zomervakantie. Dat was voor de Oma erger dan voor de kinderen.
Ze was wel blij voor hen dat de school herbegon en tegelijk was ze weemoedig dat er weeral een zomer voorbij was. Ze worden veel te rap groot, dacht ze.
Ondertussen werkten de kinderen hun schijf meuzzelie-brood naar binnen. Met veel smaak en met veel gesmos. Het viel haar op dat een meisje van negen al zoveel eleganter kan morsen dan een broertje van vier.
- Was het lekker? vroeg ze terwijl ze zijn chokolademondje afveegde. Het Broertje knikte ja en kauwde en slikte. - Wilt ge nog een stuk? Hij schudde nee.
- En gij? vroeg ze aan haar kleindochter, wilt gij nog een stuk? - Nee, antwoordde het Meisje. - Echt niet? vroeg de Oma, om het moment wat te rekken. - Nee, zuchtte het Meisje spijtig, mijn honger is op.
En de zomervakantie is ook op.
m – HiH-09/2014, herzien
|