1966. Dat is een jaar dat ik me goed herinner. De lente en de zomer.
Toen werd er aardgas gelegd bij ons in de streek en dwars door velden & weiden werden brede stroken vrijgemaakt. Die stroken waren als autostrades voor voetgangers. Men geraakte in een mum van tijd in andere wijken en andere dorpen. Heel plezant allemaal.
En als de stroken er wat modderig bijlagen, kon men bovenop de buizen lopen die op sokkels gereedlagen om de pijplijn aan te leggen. Uren hebben wij op die stroken en op de pijplijnen doorgebracht. Kilometers hebben we toen afgelegd. Zomaar, voor ons plezier.
Efkes naar Relegem gaan. Omdat het mooi weer was. Of naar Bekkerzeel & Bijgaarden en terug in een uurtje tijd. Te voet. Niet te geloven hé. Over de weg was dat een expeditie van omzeggens een halve dag.
Na verloop van tijd namen we boterhammen en een drinkebus mee. Want op het middaguur zaten we soms 'ver' van huis. Ternat bvb. Of in de andere richting ergens voorbij Wemmel.
We waren 14, 11 en 7. Het was een memorabele zomer. Nu staan er verkavelingen boven op de pijpleidingen.
m – EZW-09/2011, herwerkt
|