Geraardsbergen, waar ik 30 jaar onderwijzer was, heeft een interessante blog Klik op de foto voor méér.
Hieronder volgen enkele foto's van tekeningen die ik gemaakt heb. Ze zijn uitgevoerd in wasco, potlood, houtskool, oostindische inkt of kogelpen. Vraagje: wie herkent bepaalde portretten?
Gary Brooker (Procol Harum)
Robert Vaughn (Man from U.N.C.L.E. )
zelfportret uit 1966
Richard Wright (Pink Floyd)
Walt Disney
Sammy Davis Junior
Adam Cartwright (Bonanza)
Rik Van Looy
Gerry Marsden (Gerry and the Pacemakers)
Rudi Carrell & Guy Mortier
Adam Cartwright (Bonanza)
Leonard Cohen
Marleen De Smet heeft een blog die 'fotogedichten' heet. Een aanrader! Klik gewoon op de foto om een kijkje te nemen.
Frankies (eigen)zinnige poëzie aangevuld met eigen citaten
Frankies stof tot nadenken en meevoelen Denken en emotie sluiten elkaar niet uit, maar vullen elkaar aan
09-06-2012
Binnenste buiten
Binnenste buiten
Blijf maar binnen, kom niet buiten door je raam met zwarte ruiten. Kom niet buiten, blijf toch binnen Niets verlies je , niets te winnen. Buiten wil je nooit meer komen Niets meer zien, alleen nog dromen Binnen zal je eeuwig blijven Of je wenen gaat of kijven.
Sluit de deuren, dicht de ramen Nergens komen wij nog samen, Dicht de ramen, sluit de deuren Wat kan jou dan nog gebeuren? Alle ramen keurig dichten Nergens zie je nog gezichten Alle deuren keurig sluiten Ver van licht en leven buiten
Ik hoop dat je de deur goed gesloten hebt Achter je rug. Je deed alles wat je me ooit verboden hebt Altijd zo stug Ik wens dat je je toekomst niet gekozen hebt Het ging te vlug. Je weet best dat je mijn liefde verloren hebt. Kom niet terug.
Wat maakt het uit of jij die avond onverzadigbaar naar je bed gestrompeld bent, net als op een te vroege ochtend toen die kater onvoorspelbaar door je eerste dag crashte, alsof de examentijd weer maar eens tot de actualiteit behoorde al ben je opa, en is oma zoals door de jaren heen opnieuw op haar beurt onvermurwbaar, alsof wensen alleen onze dagen vereeuwigen
Er branden fakkels bij de uitstalramen kaarsen op een rijtje langs de straat. Van ver weg komen blije mensen samen om te lachen, feesten tot de avond laat.
Er gloeien lichtjes in de groene bomen, zwarte schimmen in elk donker huis, er spranklen vonken die doen dromen van gestaag plezanter luider feestgedruis.
Op de schaatsbaan joelen drukke mensen heen en weer op valse ijskristallen om ons allen veel geluk en heil te wensen in de hoop dat alles mee zal vallen.
Terwijl men ijvert in cadeautjes kopen zoek ik in het centrum naar een kerk. ik duw, en ja, de deur draait langzaam open al is hier vandaag geen mens aan 't werk.
De duisternis gebroken door de flitsen buiten van het vuurwerk, startend met een knal verhult ondanks de vaal verlichte ruiten het beeld van Betlehem in de stal.
Niemand anders die hier deze beelden ziet
Dit tafereel heeft immers geen belang Hier brandt geen licht, dat hoeft er niet. Maar heb vertrouwen, 't kindje is niet bang.
Gretig luisteren zo vele ogen naar de stem van de pc, de aula van de kerk van 't weten, (schaap, zo mak zonder bezorgde herder) dijt niet open als een heelal overvol met would-be sterren, die bidden tot de grijze massa, ver afwezig zowel als in het eigen hoofd. Toch kwijnt die god zodra de ogen van de lamme niet meer sturen wat er uit de speakers knalt. Onze krukken kunnen evenmin verhinderen dat zelfs onze eigen rolstoel werkloos op de schroothoop landt. O Heer, gun ze het genoegen uw living te verkleinen zodat hun kosmos groeien kan. Want nooit komt de tijd dat het heelal behalve in Gods ogen niet verwaarloosbaar van grootte is
Neen, eigenlijk wil ik het niet opnieuw beleven Niemand hoef ik nog te leren kennen in mijn straat, die ik roekeloos verken met elke mens die ik bewonder, elke man die hier werkt, elke vrouw die ik bemin, elk kind dat ik help, elke broer die me mint, negeert of misprijst, ik wil ze niet beter kennen, niet spreken, niet zien, niet horen komen naar mijn poort, gesloten met de grendel die langer blijft, dicht blijft dan wij allemaal, gekomen om te gaan geboren om te sterven één na één verdwijnend in een ander vorig leven uit mijn enig eigen leven, daarom uiteindelijk is het nut van kennen een illusie van de geest die van het leven een doel heeft gemaakt, en even zinloos, en gruwelijk hard te verwerken zodra de pijn van elk afscheid, meedogenloos fataal het raam van de liefde sluit in de laatste poort van de straat
Jullie gooien al mijn wensen op de straat, en klagen over al mijn dromen 's avonds laat, dus verscheur ik al je teksten met je leugens en vergeet ik graag details uit mijn geheugens, zelfs de tofste herinneringen.
Ik schrap mijn naam in alle oude boeken en wis mijn sporen uit in alle hoeken; vriendschap en engagementen vallen stuk. Ik los alles omdat ik niet, zoals de anderen, buk voor dertig droeve zilverlingen
Weet je nog, toen ging het zo en wat ik heb meegemaakt ! Neen, dat vertelde ik nog niet O, waar heb je dat gekocht? Ja mijn knie is weer ok! Mijn favoriete wijn Die doet nochtans zo veel aan sport Nog één schep, graag Hoeveel vraagt die voor dat huis? Zijn vrouw had al twee kinderen maar dat komt door de schuld van de Arabieren Neen dat is goed op temperatuur Ja, die deur mag dicht Staat je auto op de parking? Ik heb amper twee jaar gerookt Geef me nog een klein stukje, graag Dat heb ik uit Spanje meegebracht Mijn man heeft dat nog geïnstalleerd Heb je dat zelf gebakken? 's Avonds drink ik zelden koffie Dankjewel, ik dacht er niet meer aan
'Zegen dale over hem' klinkt de laag sonore stem, zwarte schimmen schuiven weg in de schaduw van de heg naast de middeleeuwse kerk na het leven, na het werk, colablikje in 't riool van een jongen uit de school bloemen zijn er heden niet ook geen tranen van verdriet; aarde dekt de ruwe kist niemand die hem heeft gemist Net op tijd voor het diner zegt de priester, 't is ok breng die brief straks op de post weet je wat verwarming kost? neen er was weer niemand daar dank je, alles stond goed klaar Morgen omstreeks negen uur komt die man met de factuur
Mattentaarten geuren verder dan de Dender ooit gestroomd heeft buiten haar oevers. Alleen de geur van de Dender reisde ooit wel verder schuimend voorbij de sluis alsof kinderen vrolijk bellen bliezen
De blik reikt niet verder dan de Muur van kennis en volkse geestdrift gesproten uit dronken visjes en uitgedroogde broodjes beloftevol omwille van rijkdom die stroomt uit ijle herberglucht
Het water stroomt inspiratieloos uit de piemel van de enige echte om niet naar Brussel te moeten sporen omnibus zonder aandacht voor medereizigers die alleen hinderen
Parels van dronken holle hoogmoed als koekoekseieren verdwaald in het verkeerde nest reddeloos verloren verspild geduld zonder structuur en einddoel, behalve vloekend inslapen op de vloer
Stenen praten niet, ze onthouden niets van wat ze horen en zien want zelfs dat doen ze niet,
stenen worden verplaatst en vaak verschopt naar nergens, zelfs gestapeld vastgekit gebeiteld vormeloos vervormd naar beelden buiten natuur
gerestaureerde stenen
voorwaar als verzworen door weer verweerd bewerkt voor eer en eigen roem, verbloemd met schilden blazoenen en vlaggen
Stevig gesteente misbruikt
voor ideeën en illusies dromen van eindeloze trappen, streven naar de hoogste hoeksteen en eroderend stom getuige van komen, gaan, verdwijnen maar stilweg stenen blijven
Morgen doe ik wat ik altijd heb uitgesteld wat ik liever doe dan wat ik nu verricht
Al heeft het geluk me nooit zo goed gekend sinds mijn huid rimpelt sinds mijn ogen misten sinds mijn smaak verdraagzaam is toch hoor ik waakzaam zingen van vreugde waar de hemel weg is waar de aarde weg smelt waar de mensen weg rennen waar de zeeën weg stromen alsof er steeds een nieuwe kalender komt na de oude blunders na de oude dwalingen na de oude verleiding na de oude illusies na de oude successen
Mijn handen knippen de hagenbeuk terwijl de ekster mijn nokpan vindt,
Het ruikt naar diesel en de kar is vol,
De wind waait over de resten heen van de stammen omver gezaagd gesneuveld tussen rabarber en aardbeien.
Ik hoor een tractor een betonmolen kruisend en achter zich de rem molesterend van een nerveuze SUV, blauw als nacht die de hemel wurgt met de wijzers van de klok,
Er zit een kip in het verkeerde hok, niet vertrouwd met zomertijd of zilverfonds maar wel met langere schaduw en het blaffen van een treurende hond
Elke dag van het jaar vier ik feest als nooit voorheen. Zonder drank, dans of dolle katers. Maar in mijn hoofd daar juich ik harder dan tevoren omdat de hoop weer tot leven komt dat ik een jaar later mag herdenken dat ik me vandaag een nieuw jaar geschonken heb.
Ik beloof dat ik elke dag blijf waarderen zelfs als ze geen vierentwintig uren telt, en bedank die etmalen een voor een, voor de kansen en de ogenblikken die me doen verlangen naar de volgende dag...
Rood en wit schuivend in de rij driedubbel in de rij oranje tegenstroom rijdend alsof het doel van de ene het vertrekpunt van de andere is, onzeker van waarheen en waarom tussen grillig lokkend neon, rijk aan kleur en vorm groot of klein, soms ver uiteen dan weer mekaar verblindend om de schaduw van het voorplan te verdringen, opdringerig als feestversiering kan zijn zonder boodschap (tenzij: het is Kerstmis) lang voorbij want ander licht dat ook voorbijgaat, is terug en verlengt de dag tot die zich terugplooit en de cirkel sluit
Ik ben Roland Bourgoignie, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Frankie ( eurocent op forum).
Ik ben een man en woon in Everbeek (Oost-Vlaanderen) (nog steeds België) en mijn beroep is toeterniemeertoe.
Ik ben geboren op 06/01/1948 en ben nu dus 76 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Schrijven en alles wat ik daarbij nodig vind...
Bob Dylan als inspiratie, (niet)publiceren mijn frustratie, mijn gezin is mijn gratie, eerste dorpsdichter Galmaarden (2007) worden was een prestatie, dat u komt lezen is een sensatie!