Het grote kleurenspektakel zit in de eindfase. Straks komen regen en wind langs om komaf te maken met de resterende blaadjes die voorlopig nog aan de bomen hangen. Ook de Japanse esdoorns beginnen nu stilaan kaal te worden. De inlandse eiken houden nog redelijk goed stand. Je moet wel een veiligheidshelm dragen om naar het kippenhok te gaan want de eikels vallen met tientallen tegelijk en als zo'n goedgemikte eikel op je hoofd valt heb je weliswaar nog niet direct een schedelbreuk maar voelen doe je het wel !
De Japanse keizer eik is veiliger wat dat betreft en zijn verdorde bladeren blijven nog heel de winter aan ons boompje hangen. Die vallen pas in het voorjaar als de nieuwe blaadjes al komen piepen !
Een tuin met hier en daar enkele exoten is mooi in de zomer maar je moet wel ergens een ruimte hebben om ze te overwinteren ! Hier op Bernerhof hebben we sinds vorige winter 3 mogelijkheden waar telkens een andere minimumtemperatuur wordt gehandhaafd. Het meest dure of gevoelige spul gaat de veranda in. Dankzij dubbel glas kunnen we hier een minimumtemperatuur van zo'n 12-15° aanhouden mits elektrisch een beetje bijverwarmen. Hier staan orchideeën, boomvaren, Wollemia, hibiscus, dioon, cycas banaan en anderen.
Jammer genoeg is in de veranda gaan zitten op een mooie winterdag praktisch onmogelijk want je kan er niet draaien of keren wegens een overdaad aan groene jungle zoals je kan zien op onderstaande foto's.
Voorts hebben we achterin de tuin de serre waar we er voor zorgen dat het altijd zeker 1 of 2° boven nul blijft. Daar gaan o.a. de palmen, yucca's en de pelargoniums overwinteren. Hier komen we later nog op terug.
Tenslotte hebben we sinds vorige winter nog een kleine muurserre die niet verwarmd wordt maar waar het wel droog en licht is. Hier overwintert de oleander, bepaalde cactussen en de minihosta's en arisaema's. Die twee laatsten zouden in principe ook buiten in de volle grond kunnen overwinteren maar met het risico dat ze in het voorjaar bij het terug uitlopen ten prooi vallen aan de slakken. Ik vind dat je ze sowieso in kuipen in de serre veel beter kan bewonderen tijdens de zomermaanden.
Eén uitzondering is de driehoekspalm uit Madagaskar. Deze overwintert binnenshuis in de inkomhal want dit boompje kan niet veel minder dan 15-20° verdragen !
Wie herinnert zich Hot Lips nog ? De blonde vamp uit MASH, de TV reeks naar de gelijknamige film die zich afspeelde in een veldhospitaal tijdens de Koreaanse oorlog. Of Salvia "Hot Lips" daar naar genoemd is weet ik niet. Wat ik wel weet is dat deze Salvia volgens de boekjes niet winterhard is maar in de echte wereld wel! Hier staat deze schoonheid al ruim vijf jaar op een zonnig maar beschut plekje zonder enige winterbescherming. De bloei begint in mei en gaat door tot november-december. Elk jaar snoei ik wat terug want het is een forse groeier.
Geen twee bloemetjes zijn gelijk van kleur. Sommige zijn bijna geheel rood, andere bijna volledig wit en dan heb je nog oneindig veel combinaties van deze twee kleuren. De bloemetjes werken als een magneet voor hommels. Die verdwijnen soms volledig in de bloem om dan even later half bedwelmd weg te vliegen op weg naar de volgende bloem.
De siergrassen staan nu op hun mooist. Voorlopig hebben nachtvorst en stormwinden er nog geen vat op. De sedum is nu definitief uitgebloeid maar zelfs dan nog hebben de bloemhoofdjes iets over zich dat de moeite loont om ze te bewonderen. Ik laat ze dan ook staan totdat in het voorjaar de nieuwe bladneuzen komen kijken. De siergrassen mogen ook blijven staan zolang ze mooi rechtop blijven. Eens ze definitief platliggen gaat de snoeischaar erin voor een eerste snoeibeurt waarbij we ze zo'n halve meter boven de grond kortwieken. Dat beschermt het hart van de plant tegen eventuele strenge nachtvorst in januari of februari. In de lente volgt dan een tweede snoei.
Maar zover zijn we nu nog niet, eerst nog even genieten van het herfstzonnetje !
Eén van de laatste planten die in bloei komt is de Fatsia japonica. Vroeger vooral bekend als kamerplant tot iemand ooit op het idee kwam om de plant in de tuin te overwinteren. De zachte winters van de laatste jaren zijn daar natuurlijk niet vreemd aan. De Fatsia blijft wintergroen, bij strengere vorst gaat het blad slap hangen (zoals een rododendron ook doet), eens de vorstperiode voorbij is komt alles terug in orde. Ik heb ooit meegemaakt dat alle blad toch verloren ging maar zelfs dan loopt de plant in het voorjaar waarschijnlijk toch terug uit. Monty Don op BBC zou zeggen "As tough as old booths", vrij vertaald "zo taai als oude botten". De kleine witte bloemetje staan in een soort bolvorm bij mekaar en lijken wat op de bloemwijze van klimop. Normaal worden ze druk bezocht door zweefvliegen, voor bijen is het reeds wat laat op het seizoen. De nachtvorst van de voorbije dagen heeft de zweefvliegen wel parten gespeeld. Afwachten of ze er volgende week terug bij zijn want de temperatuur zou terug gaan stijgen. De blinde bij (overigens een zweefvlieg en geen bij) op de laatste foto zit alleszins te genieten ! En ik ook !
Het tuinseizoen loopt zo ongeveer op zijn einde. Dat wil echter niet zeggen dat er niks meer gebeurt in de tuin. Ik heb er denk ik al eens iets over verteld maar de border op de foto gaat de schop op. Hier stonden een aantal struiken die een beetje te goed groeiden. Eén daarvan was een olijfwilg (Elagnus) die op zijn eentje zowat de helft van de border had ingepalmd. Er stond ook nog een zwarte vlier die het, op zijn zachtst uitgedrukt, heel goed deed. Voeg daarbij nog wat vlinderstruiken en een niet uit te roeien kolonie brandnetels en wilde bramen en alle ingrediënten voor chaos waren aanwezig.
Wie wel mogen blijven zijn (uiteraard) een Japanse eik, een witte sering (bijgesnoeid) en enkele weigelia's. Voorts valt volgend jaar nog af te wachten of een aantal lelies gaan terugkomen nu er terug zonlicht de bodem kan bereiken. Gelukkig had ik indertijd de plaats waar de lelies opkomen gemarkeerd zodat we de grond hier wat konden ontzien. Enkele doorbloeiende heesterrozen hebben we in september reeds geplant toen de grond nog lekker warm was. Waarschijnlijk gaan we op achteraande border enkele hoge dahlia's planten in het voorjaar. Die staan daar redelijk beschermd langs 2 zijden door een taxushaag.
De bedoeling is het geheel wat onderhoudsarmer te maken want we worden ook niet jonger. Maar dat neem ik me reeds jaren voor en telkens kan ik het niet laten om toch nog wat bij te planten zodat het toch uit de hand loopt. Herkenbaar ?
Callicarpa japonica is het grootste deel van het jaar een vrij onopvallende heester tot in het najaar de ongelooflijke "flashy" paarse besjes tevoorschijn komen. Het zijn deze vruchten die de plant zijn Nederlandse naam gegegeven hebben. De bloemetjes in het voorjaar vallen niet erg op maar de bessen des te meer.
Deze heesters zijn vrij goed droogte tolerant wat de voorbije twee zomers een groot voordeel bleek te zijn. Het maakt ze blijkbaar ook niet zoveel uit of ze in de schaduw of de zon staan. Hier staan ze in de schaduw van een nog jonge driestammige eik waardoor ze in de zomer enkel 's avonds na een uur of zeven nog een beetje rechtstreeks zonlicht krijgen!
We zitten terug in lock-down. Ik prijs mezelf meer dan ooit gelukkig een huis met een tuin te hebben. Ik kan me hier best bezig houden want in zo'n tuin is altijd wel wat te doen. Als je nu alleen op een flatje zit is het waarschijnlijk een heel ander verhaal om de dag door te komen.
Met het sombere weer van de laatste dagen en de wintertijd moet je wel na een uur of vijf niet veel meer plannen buiten. Dit weekend gaat heel de tropische collectie naar warmere oorden verhuizen. Halverwege volgende week zou het gaan afkoelen en komt het kwik 's nachts dicht in de buurt van de nul graden. Voorts gaan we het gras nog een laatste (?) keer afrijden. Ik hoop dat we nog genoeg voorraad aan kalk hebben liggen om de grasmat nog eens te vertroetelen voor de winter. Of de tuincentra vanaf maandag nog open zullen zijn door de nieuwe Corona maatregelen is me nog niet helemaal duidelijk. Vandaag zal het waarschijnlijk een stormloop zijn op de winkels die gaan sluiten maar daar doe ik niet aan mee. Ik heb geen zin om een uur bij de kassa van het tuincentrum aan te schuiven met een zakje kalk of een potchrysant. Kalk geven kan in het voorjaar ook, vroeger deden we dat sowieso pas dan. Hopelijk zijn we tegen dan van dat vervelende Covid beestje af.
Blijf gezond, geniet van de tuin of maak een gezonde boswandeling. Zet misschien eens een kaars voor je raam. Doet me terugdenken aan het liedje van lang geleden, gezongen door Rob De Nijs.
We hebben het al eens over dit boompje gehad in de bloeiperiode maar nu is het weer terug een blikvanger ! In juli bloeit Koelreuteria paniculata met gele bloempjes in grote pluimen. Na de bloei vormt de blaasjesboom lampionachtige vruchten waar een zwart pitje (zaad) in zit. Koelreuteria paniculata stelt een zonnige standplaats en een arme tuingrond op prijs en staat bovendien graag enigzins beschut. Tenzij je echter op de hoogste toppen van onze Ardennen tuiniert is dit boompje wel goed winterhard zonder extra maatregelen !
Koelreuteria paniculata, in het Nederlands ook lampionboom, blaasjesboom of vernisboom genoemd, is een kleine elegante, bladverliezende boom. Dit boompje wordt maximum zo'n 6-7 meter hoog met een losse ronde kroon en vaak een gesplitste hoofdstam. Deze boom heeft grote dubbelgeveerde bladeren die redelijk laat in het voorjaar groenrood uitlopen, later dofgroen worden en in de herfst een schitterende oranjegele kleur aannemen.
Extraatjes zijn de rijkelijke bloei in juli met gele bloemen in grote eindstandige bloempluimen, later in de herfst gevolgd door merkwaardige, rozebruine, wat opgeblazen, lampionachtige peulvruchten met zwarte zaden. De meeste bloeiende bomen doen dit in het voorjaar met kans op vorstschade, midden in de zomer bloeien er weinig andere bomen en dat maakt deze boom tot blikvanger. Ook de bijtjes en de hommels zijn gek op de bloemen !
Kaelreuteria paniculata houdt van een beschutte standplaats in volle zon, gesitueerd op het zuiden of westen. De vernisboom stelt verder weinig eisen aan de bodem. Koelreuteria is redelijk winterhard, en droogte tolerant. Het boompje hier op Bernerhof is zo'n 6 jaar oud. Ze maken ook makkelijk ondergrondse uitlopers, een handige manier om na verloop van tijd meerdere exemplaren te hebben voor dezelfde prijs !
Liriope muscari (leliegras) is een wintergroene plantje met een een grasachtig blad. De bloei valt in de periode september-oktober maar als het zacht blijft staan ze in november ook nog mooi te wezen.
Liriope muscari is geschikt als bodembedekker maar kan bij late of strenge vorst toch wat bevriezingsverschijnselen vertonen. Liriope muscari staat graag op een halfbeschaduwde plek liefst vooraan in de border.
De totale hoogte bedraagt zo'n 25 tot 30 cm. Ze bloeien in allerlei tinten blauw en tegenwoordig zijn er zelfs witte cultivars.
Voor mij hoeft dat niet echt. Als een plant door veredelen en kruisen sterker wordt, beter bloeit,of resistenter wordt tegen meeldauw juichen we dat toe maar persoonlijk zit ik niet te wachten op gele Liriope of blauwe rozen. Het mag nog een klein beetje natuurlijk blijven !
Dat (Japanse) esdoorns in het najaar prachtig verkleuren is gekend. Op de eerste foto een exemplaar dat volop aan het verkleuren is van geelgroen naar goudgeel. De grotere roodbladige soort doet voorlopig nog niet mee. Die zal binnen enkele dagen verkleuren van donker zomerrood naar een hel rood tintje alvorens zijn blaadjes los te laten. Bij andere soorten is de herfstkleur niet zo spectaculair zoals op de onderste foto. Deze Japanse esdoorn valt meer op door zijn bladvorm.
Terwijl de hosta's reeds beginnen te verkleuren staat de tropische tetrapanax papyrifer nog steeds mooi te wezen. Pas als de vriezeman is langsgekomen zal tetrapanax zijn bladeren laten vallen en in winterrust gaan. Bij strenge vorst kan je best de stam wat isoleren (vooral de groeipunt bovenaan). En als die groeipunt toch moest bevriezen is nog niet alles verloren : met wat geluk loopt de plant vanuit de wortels terug uit volgend voorjaar. Zet tetrapanax liefst niet in de volle zon, de mega-grote bladeren verdampen dan zoveel water dat de wortels dit niet kunnen compenseren waardoor de bladeren verdorren !
Van op afstand gezien valt er niet zo veel meer te beleven in de bosborder. Als je echter de moeite doet om van wat dichterbij te gaan kijken wordt het toch nog een ander verhaal. De Fuchsia magellanica wedijvert met de armeluisorchidee voor wat aandacht terwijl de Persicaria en de herfstanemonen ook nog steeds hun best doen wat kleur in de tuin te brengen. De Hosta's en een aantal varens proberen de schijn nog op te houden maar krijgen het steeds moeilijker om hun zomers uitzicht te behouden.
De maairobot is al even op herfstvakantie gestuurd. Veel groeien doet het gras toch niet meer maar er vallen wel steeds meer en meer blaadjs en eikels en daar weet onze robot zich geen raad mee.
De moerascypres (Taxodum) begint ook te verkleuren van zomers zachtgroen naar botergeel. Dit is een bladverliezende naaldboom net zoals onze Europese lork. Ik hoor je tot hier denken : " een moerascypres op Kempense zandgrond ? ". Ik moet toegeven dat we dit boompje de eerste jaren serieus veel extra water hebben moeten bijgeven maar ondertussen is hij met zijn wortels de diepte gaan opzoeken zodat de droogte hem niet meer deert ! Zo'n 25 jaar staat hij hier ondertussen al en momenteel hij is zowat de hoogste boom in de tuin geworden. Nog even en ik moet er rode signalisatielampjes inhangen om het luchtverkeer te waarschuwen ! In N-Amerika, waar ze vandaan komen, kunnen ze tot 40m hoog worden en 1600 jaar oud worden. Dat ga ik waarschijnlijk niet meer meemaken !
Deze Hebe begint elk jaar te bloeien als al de rest het zo ongeveer voor bekeken houdt. Is dat omdat in Nieuw-Zeeland de zomer nu zo ongeveer gaat beginnen? Of zouden ze daar ook helemaal aan het einde van het seizoen beginnen bloeien? Ik weet het niet maar ik vind het wel leuk als er met de Kerstdagen nog iets staat te bloeien in de voortuin. Er is wel één kanttekening : Hebe is niet echt winterhard! Een paar graadjes vorst kan nog geen kwaad maar veel kouder moet het niet worden. Met wat vliesdoek op de koudste momenten doet dit heestertje het toch al 5 jaar heel behoorlijk.
" Baas, help je even mee zoeken naar mijn aureooltje? " Met de meest onschuldige oogjes kijkt onze jongste me aan. Dat in de 5 minuten daarvoor remsporen van een paar meter lang in het gazon getrokken werden is hij al lang vergeten. Aan het tuinpoortje heeft meneertje een putje gemaakt om eens te kijken wat er onder het gras zoal te beleven valt. Daarna vond meneer dat het tijd was om binnen een dutje te gaan doen zonder eerst de slijkpootjes af te vegen aan de deurmat uiteraard. Op zo'n momenten komt er bijna stoom uit m'n oren en wens ik de Bernertjes een aparte planeet toe om hun fratsen te gaan uithalen. Lang kan je echter niet kwaad blijven en dat weten die rakkers heel goed. Dan komen ze even langs, springen tegen je op, zodat je al wat je aan hebt op dat moment ook recht in de wasmachine kan kieperen. Tot hoeveel moest je eerst tellen om zeker geen ongelukken te doen?
Gras is ook een hele goede ondergrond om te worstelen, dit is "vrije Zwitserse stijl" !
De aurikel (Primula auricula) is een plant uit de sleutelbloemfamilie (Primulaceae) De plant is een relict uit de laatste ijstijd en oorspronkelijk afkomstig uit het Tiroler Gschnitztal. Carolus Clusius beschreef de plant al in de zestiende eeuw.
Aan het eind van de negentiende eeuw was het kweken van aurikels een ware rage. Er waren veel verschillende variëteiten in verschillende vormen en kleuren. In Engeland zijn er ook nu nog veel liefhebbers en is er nog steeds een grote Primula- en Aurikelvereniging, de 'National Auricula and Primula Society'. Deze vereniging die nu nog steeds regelmatig tentoonstellingen organiseert werd reeds in 1872 opgericht. De aurikels worden in zgn. "theaters" opgesteld om de kleuren en vormen beter te laten uitkomen.
Voor nieuwe cultivars met afwijkende kleuren werden soms belachelijk hoge prijzen geboden, bijna als tijdens de tulpengekte in Holland zo'n kleine 400 jaar geleden! Ik heb alleszins geen extra anti diefstalverzekering afgesloten voor dit exemplaar van 2 of 3 euro, maar ik vind het wel een mooi plantje.
Stomorhina lunata is de officiële naam van deze vlieg met opvallende strepen op de ogen, een puntig snuitje en grijs bestoven lengtestrepen op het borststuk.
Tot voor 15 jaar werd deze vlieg zelden of nooit in onze contreien waagenomen. De laatste jaren nemen ze exponentieel toe! Waar hebben we dat woord nog gehoord?
De larven van S. lunata leven van de eitjes van een aantal Afrikaanse sprinkhaansoorten, waaronder de treksprinkhaan. Maar die treksprinkhaan komt (bijna) niet voor in W-Europa.
Wat die Sprinkhaanvliegen de voorbije jaren dan zo massaal in West-Europa komen doen, is niet helemaal duidelijk. Het zijn goede vliegers, dat staat vast. Zelfs in het zuiden van Scandinavië zijn al sprinkhaanvliegen opgemerkt. Maar hun gastheren, de treksprinkhanen, zijn al decennia afwezig in West-Europa. Is deze soort in staat zich aan te passen en ook op andere, inheemse sprinkhanen te parasiteren? Is de opmars van de soort klimaatgerelateerd? Dat zijn vragen die nog moeten uitgeklaard worden.
Als je dus niet moest weten wat te doen, hier ligt werk genoeg te wachten!
Voor wie de laatste weken niet meer is buiten geweest of op een andere planeet woont : de zomer is voorbij! Langzamerhand beginnen zelfs de bomen het te beseffen en beginnen ze zachtjes aan te verkleuren. Het lijstje met geplande werken gisteren werd afgewerkt met zelfs nog een paar extra"s met dank aan de regen die pas een aantal uur later dan aangekondigd kwam.
De Madagaskarpalm staat binnen en nu pas valt het op dat ons boompje weer serieus gegroeid is tijdens het afgelopen half jaar. Als dat aan het huidig tempo doorgaat komen we binnen een paar jaar in de problemen. De oplossing is een serre zoals in Laken maar dat laat mijn huidig pensioentje dan weer niet toe! Maar ja, dat zijn problemen voor later.
De flessenpalm hebben we in één moeite ook mee verhuisd, die staat nu in de veranda tot volgend voorjaar. Die is gelukkig wat meer handelbaar wegens een paar maatjes kleiner.
Ons schaduwgazon is ingezaaid onder de intussen gesnoeide Mahonia en we hebben achter ons prieel eikeltjes uit het gazon geharkt, zo ongeveer een GFT container vol. Hopelijk kantelt de vuilniswagen niet om want het ding weegt behoorlijk zwaar!
In de tuin gebeurt niet zo gek veel meer. De meeste borders gaan stilaan in winterrust, alleen de prairieborder en de siergrassen doen nog dapper even door. Het wordt dan ook moeilijker om elke dag nog iets nieuw te vinden dat de moeite loont om een artikeltje over te schrijven. We gaan binnenkort dus ook stilaan overstappen naar de wintermodus. Dat wil zeggen dat we nog een 3 tal keer per week iets gaan neerpennen en in het voorjaar gaan we terug dagelijks de evolutie in beeld trachten te brengen. Tussendoor kunnen we af en toe eens terugblikken op 2020 zoals gisteren bvb. met de vlindertjes.
Ik heb nog heel wat plannen voor volgend jaar! Een totaal vernieuwde border waarvan jullie nog niet veel gezien hebben en de border rond de vijver gaat de schop op. De Miscantus groeit daar iets te snel naar mijn zin waardoor je binnenkort geen vijver meer kan zien als het zo doorgaat. Ik heb daar iets in gedachten met éénjarigen en lage siergrasjes van 30-40cm hoog!
Maar eerst ga ik vandaag nog wat grasmengsel voor de schaduw inzaaien onder de Mahonia. Zoals je kan zien op onderstaande foto neemt die zoveel licht weg dat er niets meer onder wil groeien. Dus daar gaat de snoeischaar in!
De driehoekspalm uit Madagascar gaat vandaag ook naar zijn winterstek in de inkomhal want er worden nachttemperaturen van slechts zo'n 6° voorspeld en da's kort tegen de limiet voor deze palm. Het overgrote deel van de exoten blijft voorlopig nog op post in de tuin zolang er geen nachtvorst in aantocht is.
Ik denk dat we kunnen zeggen dat het vlinderseizoen voor dit jaar voorbij is! Behalve een enkel verdwaald klein koolwitje heb ik deze week niet veel meer zien voorbij fladderen. Daar zal de wind en de regen ook niet vreemd aan zijn. De wind is ondertussen (eindelijk) gaan liggen. Meer nog, het is hier compleet windstil en er hangt ochtendmist. hopelijk komt straks het zonnetje nog een kijken!
Indien niet kan je hieronder een aantal fotootjes van fladderaars bekijken. Mijn excuses aan de diverse soorten koolwitjes, zandoogjes, atalanta's en gamma uilen die er hier vandaag niet bij zijn. Die komen later nog wel eens aan bod!
Dagpauwogen waren er dit jaar niet zo veel als anders, pas vanaf augustus zag je ze regelmatig opduiken!
Het landkaartje zie je hier maar enkele keren per jaar langskomen.
De kolibrievlinder is een zuiderse gast en komt de laatste jaren steeds vaker op bezoek. Op de foto zie je duidelijk de lange roltong die bijna groter is dan het vlindertje zelf.
De kleine parelmoervlinder zag je hier vroeger nooit! Pas de laatste 2-3 jaar duiken ze regelmatig op!
En als kers op de taart onze grootste en mooiste inheemse vlinder! Deze mocht zeker niet ontbreken : de koninginnepage.
Alle foto's zijn deze zomer hier op Bernerhof genomen.
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....