Je kan doen alsof ik slechts een passant ben, een vlugge voorbijganger die even jogt met je kostbare tijd. Maar er is meer. Ik zie iets anders dan de mooie buitenste schaal. Verder dan de cocon van vriendelijke mediocriteit is er een kern. Kwetsbaar, diep gekoesterd, laat hij zich niet graag verpitsen. Verloren warmte zoek ik en merk onderweg dingen waar ik me vaak niet bewust van ben. Ze zeggen: "Goede morgen, dag mens", zonder woorden. Uiteraard ben ik even eenzaam als zij die aan gene kant voorbij gaan. Zien kan je maar met één paar kijkers, je eigen ogen. De andere blik, misschien jouw gezichtsveld, is al gericht naar een nieuwe bloem die zich vandaag fleurig strekt en kleur geeft aan het losse nu-moment. Ik zal niet onverwacht lachen of wenen, niet hysterisch doen .... maar of ik wil of niet, ik weet méér, meer dan ik zelf ooit onder woorden breng. En dan denk ik aan oude boeken, aan mijn vader en aan "Veel geluk professor"!
En zo laat ik de dag eindigen één dag één van de velen toch zijn ze zeldzaam ik lach bij het zien van verkapte schoonheid in een enge verschraalde wereld laat het maar even glinsteren smeulen het vuur zal de traan wel verdampen
Het overvalt me soms. Een hevig kort moment van verlichte ingeving lijkt dan op 'eureka' of op 'aha' of gewoon op 'tiens'. Meestal gaat het niet echt om iets helemaal nieuw. Het zijn eerder gekende waarheidjes die vanonder het hersenstof oplichten. Gom het verleden! Vergeet al het negatieve! Leer uit fouten of uit wat mislukte! Maak het nieuw! Cliché zeg je? Inderdaad, maar zijn het geen clichés geworden omdat die waarheden voor velen gelden?
Neem die draad terug op vul de dag met toekomst en ideaalbeelden stop met overdenken analyseer niet langer het verleden dat verminkt met historische kritiek geen ruimte geeft aan een jong verlangen maak energie vrij voor het herdenken van hoop stop met plamuren en herschilderen creëer en renoveer de tijd tussen idee en uitwerking en zie weer kunst ontstaan
Heerlijk is het om te genieten van mijn proper tuintje. Met deze temperaturen kan ik perfect leven. Het tafeltje in de schaduw van de notenboom, de was aan de lijn, een heerlijke kop koffie naast me en mijn krantje op alle gemak gelezen... dit is een lang gemiste zaligheid! Ik moet vandaag nergens naartoe. De poes van de buren gaf me vanochtend een dode mol cadeau. Ik heb dus al een korte begrafenis achter de rug. Zoonlief studeert zijn voorlopig laatste examen. Straks komt moeder en dan kook ik wat uitgebreider... Is gelukkig zijn soms niet gewoon simpel? Laat de wereld maar druk doen... geen manifestaties voor mij nu. Ik blijf rustig hier mijmeren en laat het leven tot mij komen. Niets of niemand pakt dit nog van me af.
Ben er vandaag nog eens goed tegenaan gegaan. De tuin onder handen nemen is tegelijk stevig gymen, nadenken en ontspannen. Bij de buren bloeit een welriekende struik, geen idee hoe hij heet. Tegelijk stegen langs alle kanten barbecue geuren op. De vakantie is in aantocht en toch...
Mijn zon en warme tuinvriend is licht vandaag zwanger van liefde onthaalt ze me in lome lust en stil heel rustig verdamper slechts van domme tranen
Het kwaad in de mens wordt zeer ontkend. Vroeger was er een duivel hij had een naam en een gezicht. Hij zat op je linkerschouder. Je mocht hem daar niet zomaar aanvaarden of er naar luisteren. Je moest er duidelijk stelling tegen nemen. Je moest hem ontgiften en bestrijden. Je wapen was de engel op je rechterschouder, de potentie aan liefde in jezelf. Die moest je raad vragen en koesteren, hem voeden met goede daden, in een sfeer van warme nederigheid, verdraagzaamheid, geduld en heel veel liefde. Nu ontkent men het kwaad in zich. Het kwaad is altijd elders. En vooral de anderen zijn de schuldigen, de maatschappij en tendensen buiten mijzelf. Als het misloopt wordt het op anderen, meestal vreemde groepen, een beetje verder dan eigen familie en buren, gestoken. De oorzaak van oorlog ligt gelukkig elders? Het is de regering die fout is. Het zijn de anderen die moeten veranderen. Het ontheft je zo gemakkelijk van je eigen verantwoordelijkheid.
Kinderen, minderheidsgroepen, zwakken, armen, nederigen, minzamen zijn steeds slachtoffers. Zij die niet willen vechten, niet mondig of assertief kunnen of willen zijn. De wet van de sterkste, de rijkste, de knapste, de jongste, de beste is norm geworden. Het kwaad is blijkbaar sterker dan het goede en vecht vooral met onfrisse wapens. Wie neemt zijn verantwoordelijkheid op en steekt het nu eens niet op anderen? Ja, de media hebben verantwoordelijkheid om agressie en oorlog, om slecht nieuws niet te populariseren. Zij moeten er wél ethisch en secuur mee omgaan en het niet als gretig koopwaar misbruiken. Ze moeten niet normaliseren of spannend, sensationeel laten zien wat wrang is. De journalisten zijn hierin verantwoordelijk en niet de kijkers. Ja, de politiekers zijn verantwoordelijk voor een goed beleid, laten zij op hun terrein voorbeelden stellen, samenwerken en niet mekaar afmaken en meeheulen met de macht van het geld. Ja, de industrie is verantwoordelijk om respectvol met de grondstoffen, de natuur en hun werknemers om te gaan. Ethische economie is hun verantwoordelijkheid. Niet alles wat kan moet ook kunnen.Niet alles wat verkoopbaar is moet gemaakt en verkocht worden. Ja, het onderwijs heeft verantwoordelijkheid om agressie en pesten mee aan te pakken en niet alleen prestatiegericht te zijn en de betere leerling te bekrachtigen. Ja, de ouders moeten een goed voorbeeld zijn voor hun kinderen. Ja, de misdadiger die kinderen misbruikt is verantwoordelijk voor die daden. Ja, ik ben op mijn werk verantwoordelijk om goed te doen wat ik kan. Ja, de partner die zijn geliefde miskent is verantwoordelijk. niet alles moet met een ontkrachtende mantel van het is de schuld of verantwoordelijkheid van de anderen overdekt, verdoezeld en uitgelegd worden. Samenwerken aan een betere wereld, ieder naar zijn mogelijkheden, het beste in de ander oproepen en mogelijk maken liefdevol, zonder mekaar steeds de strot af te bijten I have a dream!
Lucht en zon zaaien rijkelijk hun warmte kinderen te lang gewacht spelen eindelijk samen op 't groene plein roepen, lopen, overal heen en weer, terug en opnieuw enthousiast halen uit en in daar is ze de kleine meid loopt springtouwend legt af en dan met snelle meisjesdraf huppelt ze zingend naar het volgende tuig klimt op, zet aan, glijdt af de rok wild ongegeneerd in leuke plooien gespreid om de stevige beentjes niet te stoppen, onbegrensd hoge scherpe gilletjes kressen naar de hemel ze blijft er niet van af niets houdt haar tegen vandaag is ze vrij helemaal mijn vroegere ik
Vandaag was het perfect fietsweer. Het Limburgs fietsroutenetwerk was dan ook druk bezet met allemaal glimlachende mensen, blij met dit zonnige weekend na al dat grijs, koud en nat. Ook de tuin ligt er weer netjes bij. Met de buren die links, rechts en schuin tegenover ook aan het schoffelen, maaien en schilderen waren is weer bijgepraat. Laat de zomer maar komen. Hier zit een tevreden mens.
Wakker worden, herbronnen... het is hoog tijd! Ik was het foute boek aan het lezen. Ik sla het nu toe. Het was oninteressant. In het verhaal zat te veel agressie, te weinig spiritualiteit en het bevatte geen schijn van een liefdesgeschiedenis. Een boek zonder liefde? Neen, laat maar. Mijn tijd hier is te kostbaar. Ik moet hem goed benutten. Zo wordt voor mij een persoonlijk reveil dringend. Dan denk ik aan oude woorden die spijtig genoeg niet meer 'in' zijn: respect voor het leven, medemenselijkheid en vergevingsgezindheid... ok ik weet het ... Het zijn anachronismen. Niemand ligt er nog wakker van... spijtig!
Het leek te verhelderen de spitse uitspraken volgden elkaar plots op Een dag vol onverwachtge impulsen verblindend raak confrontaties als spiegels boodschappen van mensen vertalende gebeurtenissen als opdringerige kinderen toevallige herhalingen uit een ver verleden herkende muziek grijs gedraaid Waar wil het leven met mij naartoe? de waanzin nabij is de deur naar wit en licht nog steeds dicht Wat roep je?
Soms kom ik mijn kluizenaarsgen weer tegen. Dan wil ik enkel stilte, alleen zijn, zonder enige druk of doel. Dan blijf ik onbeschroomd aan de kantlijn staan. Ik peins en droom wat voor me uit. Opa tuurde uren aan zijn venster en dacht na over de doden van die week. Vader trok zich terug in zijn bureau en zocht naar zoekgelegde teksten. Nonkel bleef een jaar weg zonder woorden. Tante kon niet komen want ze moest haar tuintje doen. En de tsaar deed het grootser, hij bouwde zich een hermitage.
Vandaag is ze er, de zon. Ook al verwelkom ik ze van harte, mijn hart suft. Het voelt zich niet aangesproken. Ik houd me doofstom en beweeg traag, slaapdronken van drukke dromen. Gemeten en gezond verklaard, kijk ik van op afstand toe. Ik ben er niet. Slechts van achter het raam vang ik flitsen op van de wereld. Ik wil slechts gadeslaan, niet meedoen met het spel, nog niet. Ze zijn bezig. De werkmannen bij de buren zetten hun stellingen uit. De kinderen rijden fris gekamd naar school. De telefoon rinkelt gelukkig niet. Niemand die me nodig heeft. Kan het nog even zo duren? Ik wens niet te praten tot de gordijnen zich vanzelf verschuiven en een nieuwe waarheid zich ontsluiert.
Zon,
Kom maar, wacht niet langer dwing me buiten roep me, grijp me laat me niet hier, in het donker suffend wachten pep me op lach naar mij lach naar mij alsjeblief, lach een beetje naar mij
Het werd tijd dat er enige poging tot herrijzen was. Na ettelijke brainstormsessies en een rits aan onbeantwoorde vragen, na onderhandelingsgesprekken met woord en wederwoord, na pogingen tot lobbyen en peilen naar mogelijkheden, ... na een allegaartje aan gemengde gevoelens in een cognitief labyrint van bedenkingen en strategiebepalingen, overwegingen en smerige vloeken... geef ik het op. Ik laat me rusten in de handen van het lot of van God. Of hij nu bestaat of niet, het maakt helemaal niet meer uit. Laat het leven maar doen. Ik kijk terug naar hier en nu. De zon schijnt. Misschien dat ik seffens nog kans krijg om mijn gras te maaien. Een tas geurende koffie naast me. Ik denk aan de vriendschap van enkele mensen waar ik van hou. Ik denk aan mijn zoon die gemotiveerd aan het werk is. Ik denk aan de liefde die ik gekend heb en ken. Ik kan ontspannen als ik nergens op hoop en alles los laat, als ik mijn verlangen even parkeer, samen met mijn 'blauwe tractor in de schuur', mijn elan om mezelf te overstijgen, als ik mijn hoop op méér bescherm tegen de erosie van de tijd.
Zonder woorden ben je meer nabij Slechts een blik een geur, een aai Zwijg en ik kan je beminnen Laat maar vloeien ga nu maar Ze zijn mooi de gedachten Herinnering zal altijd zijn
Er gebeurt iets eigenaardigs met mensen die mogen beslissen over het leven van anderen. Ze voelen zich belangrijk. Infeite zijn het vluchtelingen. Ze liepen weg van het echte werk naar een aaneenschakeling van 'belangrijke' vergaderingen. De echte kaderleden, haantjes in hun zelf gefantaseerde kippenhok. Hun functies krijgen mooie Engelse namen. Hun verslagen worden slecht leesbaar. Moeilijke woorden, statistieken, kaders en schema's, flipovers en klaargemaakte mappen, geef ze een luidspreker die niet fluit ... Of geef ze liever niets, laat ze verdwijnen in hun pluchen zetels. Ze moeten er enkel zijn. Maar ach, ze zijn er zo zielig. Veel geluk heren... geluk in het spel dat je speelt... maar inderdaad geen geluk in de liefde. Sorry!
Kom, leg je naast me doe alsof je van me houdt lach vertel het weer die grap van ooit en van toen toon me valse trucs ik weet al wat je bedoelt lieg het is gewoon en niets blijft er overeind
We waren weer eens zalig samen, drie vriendinnen. Wandelen, bijpraten, lachen, lekker eten en drinken, updaten, bijstellen, ... het leven in mozaiek de revue laten passeren. Even uit de dagelijkse sleur elkaar herontdekken en voelen dat het goed is. Het leven kan deugd doen. En er dient nog zoveel gerelativeerd en de weg naar verlichting ligt zo kort bij ons... Het was aangenaam onder ons drietjes... Wat de toekomst ook brengt werk, ander werk of geen werk, relaties zus of relaties zo, kinderen nabij of ver ... we waren gisteren gelukkig. Ik geniet na van onze gesprekken.
Soms gaat het nuttige vóór op het prettige. Soms moet het even snel en functioneel. Goed gepland zonder omwegen rechtlijnig agenda's afwerken. Ik denk dat ik vandaag een record gebroken heb. Op drie uur tijd gegeten, papieren gebracht naar een collega, een nieuwe outfit gekocht, een trouwcadeau, een felicitatiekaartje, het eten voor vanavond gehaald en een volledige snit en brushing bij de kapper... Alweer een deadline gehaald ...en driehonderd euro armer. Niet dat dit een verdienste kan genoemd worden maar vanmiddag had ik nooit gedacht dat het zou lukken om die combinatie in een halve namiddag geklaard te krijgen. Gezond is het niet, ik geef het toe maar met meer tierlantijntjes eraan had ik het alsnog morgen overmorgen of op de valreep zaterdagvoormiddag moeten organiseren. Nu is de rest van de week iets minder gehypothekeerd... tijd en deadlines... en management.... het is een punt.
Het trof onverwacht mijn oog, vrijdag om een uur of negen tijdens de wekelijkse zangrepetitie. We studeerden een stuk in dat we een hele tijd geleden nog wel eens gezongen hadden maar dat toch te ver verscholen zat in het muzikaal geheugen. En daar stond het onder het eerste systeem, de notenbalk op bladzijde zeven bovenaan, aan het einde van deel één... cursief gedrukt, in mooie letters 'perdendosi'. Het woord lokte me en een sterke gevoelsstroom ging door me heen. Wat betekent het vroeg ik aan de verstandige wiskunde lerares en alt aan mijn linkerzijde. Ze schokschouderde geluidloos. Ze kende de betekenis niet. In de pauze kon ik het niet laten de maestro himself even over de arm te strijken en te vragen wat 'perdendosi' dan wel als boodschap te betekenen had. "Vind jij dat ook zo'n mooi woord?" vroeg hij. "Ja, inderdaad!" We moesten het even aan elkander kwijt. "Ik ben er kapot van en ik ben er zeker van dat dit woord om de een of andere reden bij mij past" zei ik. "Het wil me iets vertellen. Ik hou er van zonder dat ik het begrijp". "Ik kan er helemaal in komen" zei de dirigent. "Zo is dat met passie, ik ken er nog zo eentje ..." Hij hield me in spanning. "Maar wat betekent het nu?" herhaalde ik mijn ongeduldige vraag. "Zich geleidelijk aan verliezen in de ruimte...." Dat was het helemaal. Ik was hem dankbaar. Ik kreeg een nieuw woord als geschenk. "Ik ga er nog eens een gedicht aan wijden!" Ik heb het beloofd.
14 februari, Valentijn met veel gezichten. Maar vandaag heb ik mijn moeder voorgelezen uit het Hooglied van Salomo. Omdat het zonder liefde niet echt een goede dag kan zijn.
'Ik ben een Roos van Saron, een Lelie der dalen. Gelijk een lelie onder de doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren. Als een appelboom onder de bomen des wouds, zo is mijn Liefste onder de zonen; ik heb groten lust in Zijn schaduw, en zit er onder, en Zijn vrucht is mijn gehemelte zoet. Hij voert mij in het wijnhuis, en de liefde is Zijn banier over mij. Ondersteunt gij lieden mij met de flessen, versterkt mij met de appelen, want ik ben krank van liefde.'