Inhoud blog
  • Inpakdag
  • een laatste keer de bergen in
  • torre del mar
  • dry rafting
  • apentoerentocht
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek
  • Goedemiddag
  • OOk nog de Beste wensen voor 2024
  • Hallo
  • Een goede midweek middag en avond
  • Goedemorgen

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    de hort op

    14-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 jongemannen snakkend naar de zon, Malaga

    We staan op om 8u15, voor ons lijkt dat ontieglijk vroeg, we moesten de wekker zetten.  Pieter en Mathieu zijn in aantocht, we gaan ze oppikken in Malaga, aeropuerto. Mathieu heeft een rondleiding voor ons in petto, maar de boys hebben in de eerste plaats vooral behoefte aan wat zon. Dus kuieren we wat door de oude stad van Malaga, waar het al behaaglijk warm is en zetten ons dan op een terrasje op de Plaza de Merced, het plein met het geboortehuis van Picasso.  We nestelen ons op een terrasje in de zon en nemen al iets om te drinken.  Het is aangenaam druk en de dienster is vriendelijk.  Kan niet beter zijn. Waarom zouden we hier ook niet een kleinigheidje eten ? Spanje is wereldberoemd om zijn tapas, Mathieu kent al die tapas als zijn eigen broekzak, vooral omdat hij goed Spaans kan en we laten het aan hem over om de bestelling te doen.  We delen broederlijk en worden ondertussen opgevrolijkt door 2 troubadours, die nadien met hn hoedje rondgaan.  Ze hebben hun best gedaan, ze krijgen een fooi. Ze hebben hun rug nog niet gedraaid of daar staat de volgende artiest al.  Dat is een merkwaardig en sjofel oud mannetje.  Hij heeft een geluidsbox bij en laat zich daardoor begeleiden terwijl hij op een melodica vrolijke wijsjes produceert.  Ja, dat manneke kan nog goed spelen, vinden we.  Tot we zien dat hij eigenlijk helemaal niets doet met zijn vingers en dus helemaal niets speelt. Ja maar, zo niet hé, dat ventje krijgt niks. (al ziet hij er tot onze schaamte het meest zorgwekkend uit, alleen zijn schoenen zijn in goede staat). Ventje weg, de volgende artiesten zijn er. Jonge acrobaten die flikflakken en salto's draaien, op elkaars schouders kruipen en vreemdsoortige standbeelden maken, het is mooi om te zien. Ze krijgen ook een cent.  Tussendoor is er een vrouw, nog niet zo oud, met één tand op een bank gekropen en zij begint een act, we denken dat ze poëzie brengt, maar als ze begint te wenen om haar eigen gedichten, zien we dat het toch iets anders moet zijn en dat ze haar ellende aan het uitschreeuwen is en hulp vraagt.  Het is erg, maar het is ook zeer theatraal en we weten niet goed wat we er van moeten denken.

    Tijd om de Castillo te bezoeken.  Die staat op een rots dicht tegen de zee en was een uitstekende vesting om de stad te verdedigen.  Eerst door de Moren bezet, maar later ook in handen van katholieke vorsten.  Het kasteel is een wirwar van kamers en gangen, met patio's en baden, zuilen, wonderlijk mooie plafonds en ook een kleine voorraad archeologische vondsten, voornamelijk kruiken. Het verleden lijkt wel één grote kruik. Eén grote waterverzameling en wellicht ook een wijnvoorraad.  Ik herken ook een stenen vergiet, die mensen moesten hun spaghetti toch kunnen afgieten.  Veel meer komen we er niet te weten, maar we hebben dan ook geen audio genomen om meer uitleg te horen.

    Als we ons dorp vóór het donker willen bereiken, hetgeen toch leuk moet zijn voor de boys, dan moeten we nu wel vertrekken. Eerst nog een ijsje eten.  Aan het ijskraam staan we braaf onze tijd af te wachten, hetgeen 3 oude sloebers volledig negeren.  Ze steken schaamteloos voor en madame 1, 2 en 3 wil ook een ijsje en welke soorten zijn er eigenlijk en eerst nog eens gaan vragen aan madame 1,2 en 3 wat ze ook alweer willen. We hebben zin om miljaardemiljaarde te gaan zeggen tegen het ouwemensengesjoemel.  We doen het toch maar niet, zijn al tevreden met ons eigen snoepje.

    De jongens zijn al heel vroeg opgestaan deze morgen (4u15) en hebben gestresst omdat hun trein te veel vertraging had en ze de auto hebben moeten nemen om hun vliegtuig te halen en na een kwartiertje in de auto ligt Pieter al achterover met de mond lichtjes open te slapen. Ik mag vooral niet schrijven dat zijn mond wijdopen was, want met de mond wijdopen slapen, dat geeft geen pas.

    Het huisje moet lichtjes gereorganiseerd worden nu we met vieren aan tafel moeten. Het lukt wel, hij die aan de kant van de keukenschuiven zit is het doorgeefluik.  Ook de zetel moet gedeeld worden.  Er kunnen twee personen in. Als er iemand durft op te staan, is hij zijn plaats kwijt.  Het wordt chillen in shiften.  We gaan niet lang na de kippen op stok, het was een rijke en vermoeiende dag.



















    14-12-2023 om 21:50 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    13-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.in de tour zou dit een overgangsdag zijn, wij noemen het een baaldag

    Een bekomdagje, we zijn beiden nog moe.  Wat kan ik beter doen dan een wasje ? Het waait, het droogt dus. En Geert maakt spaghettisaus.  Want morgen komen de boys en dan moet er eten op de plank zijn. Mathieu heeft beloofd ons een rondleiding te geven in Malaga, dat is leuk. 

    Ik zoek nog wat op rond de GR249 en ontdek dat er nog supermooie wandelingen tussen zitten.  Met meer water en wat vroeger vertrekken moet dat lukken.

    We moeten toch iets doen vandaag, met onze benen bedoel ik, en dus plannen we een korte wandeling van Torrox pueblo naar Torrox costa.  Ik heb een gevonden op mijn app, ze is 4.7km en bergaf. Het begint goed door het dorpje Torrox dat zich aantrekkelijk maakt door veel kuipplanten, bloeiende en andere. Wanneer die bloeiende planten tijd hebben om te rusten, ik weet het niet. Ze zullen dat zelf wel regelen zeker? We verlaten het dorp en dalen af naar de kust.  Het is een goede verbinding voor hen die vlug naar het strand willen, maar voor ons is het teleurstellend.  Het is gewoon een vuile weg, met stukken plastiek, lege flesjes, lege blikjes, verpakkingen... We zijn tevreden als we beneden zijn en die weg gaan we niet terug op.  We nemen de bus en we hebben geluk : de eerste bushalte die we tegenkomen is er een voor de bus naar Torrox. Binnen 52 minuten komt ze langs.  Dat is nog even, maar dan stappen we nog maar wat in het wilde weg. We rapen nog wat afgevallen mandarijntjes, terwijl de boer niet kijkt.  Het zijn net steentjes, zo hard.  Is dat wel te eten ?

    De bus moet zeker op komst zijn, nog 12 minuten geeft het elektronisch bord aan.  We kijken nog eens goed : 4 minuten staat er nu. En een andere bestemming : 314 minuten. Dat vinden we raar.  We kijken nog eens goed, onze bus staat weer op 12 minuten.  Gelukkig komt er nog volk bij ons staan, locals volgens we kunnen beoordelen.  Dus moet het toch lukken.  En inderdaad, voor 1 euro kunnen we weer naar Torrox tegen de bergflank, al weten we niet goed waar we moeten afstappen.  En als we dat dan toch vlug doen omdat Geert een rond punt meent te herkennen, blijkt dat een vergissing en weten we niet waar we zijn.  We kennen ook niet de naam van de straat waar onze auto geparkeerd staat.  Een echte patjessituatie, zou Margo zeggen. Die patjes, dat zijn wij.  Geert verkeert al in miljaaardemiljaaardemodus, nooit meer thuisgeraken, alles om zeep... Maar er is nog google maps, we tikken Frigiliana in, in die richting moeten we. En dat lukt via de circumvalención. Onderweg plukken we een mandarijn die daar langs de openbare weg toch maar hangt te hangen.  'Dat ziet er een goeie uit', zegt Geert, 'die eten we direct op'.  Ze is zurig, heel zuur eigenlijk, en bitter, en slecht, bah, vergif.  Ik spuw de helft er van terug uit. Openbare mandarijnen deugen niet.  Benieuwd wat de geraapte steenmandarijnen morgen zullen geven.

    De foto's zijn enkele sfeerbeelden van onze straat én de paarse akkerwinde die zich uitstekend voelt op de vuile wandelweg.  Niemand die haar temt, ongeremd en overvloedig mag ze bloeien tussen de afval.













    13-12-2023 om 21:19 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    12-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GR249 van Frigiliana naar Nerja

    Jochei, jochei, ik ben zo blij want vandaag vinden we de GR249. Ik heb een straatnaam, ik heb google maps, dus klaar is kees. En inderdaad we stevenen er recht op af.  Hoeveel keer zijn we hier al voorbij gelopen en zagen we de wegwijzer niet ? Hij geeft direct het aantal kilometers mee : 14.8.  We rekenen snel, het is nu 11 uur, dat valt goed mee.  4 uurtjes wandelen, dan de bus van Nerja naar Frigiliana en dan naar restaurant Sacristan, waar we een lekkere paëlla gaan eten.

    Het begint goed : een felle afdaling naar de rio Higuero en die moeten we een tijdje volgen.  De rivier is droog, zoals zoveel rivieren in het Zuiden.  (we kwamen zelfs een rivier tegen die rio seco heette, is dat geen contradictio in terminis en zelfs, als die droge rivier ooit water had, waarom werd die dan rio seco geheten?  droog water, moet kunnen wellicht, maar het gaat mijn verstand te boven) We komen een vader en zoon tegen en ik heb medelijden met de vader omwille van de steile klim naar het dorpje.  Achteraf denk ik dat die vader nog veel meer medelijden met mij had (al wist hij natuurlijk niet waar we naartoe wilden).

    Als we links langs de flank omhoog kijken zien we plots twee witte spoken. Al gauw wordt het duidelijk dat het imkers zijn die aan het foefelen zijn aan bijenkasten.  Op hun auto staat polinización en daar weet Geert alles over.  Ik denk nog vaag dat het iets met politie te doen heeft, maar het gaat blijkbaar over het bestuiven door de bijen van fruitbomen en andere bestoofde. Het gaat niet zo goed met de bijen en indien er geen bijen meer zijn is er ook geen fruit meer.  Zoiets.  En die twee spoken helpen die bijen een handje wellicht.  Ik zou het eens allemaal goed moeten vragen aan mijn nonkel Jef, die zelf imker is en was.  Ik zal een audiëntie aanvragen.

    Al snel verlaten we de brede weg naast de rivier en klimmen steil naar boven door een bos.  Dat blijft aan de ribben kleven.  Boven staat een koppel wat meewarig naar ons gepuf te kijken. We zeggen blijmoedig dat we naar Nerja gaan.  Zij moeten de andere kant op.

    De zon staat hoog te blinken in een azuurblauwe lucht, het is 24graden, we vinden het toch wel dorstig weer. Het begint ons te dagen dat het water dat we bij hebben niet erg ruim is en dat we spaarzaam gaan moeten zijn.  Bovendien draait de weg niet naar de zee, maar weg van de zee, de bergen in.  We stellen vast dat we 2km/h stappen. Het gaat dus niet vooruit.  Het is een sendero met best wel platte stukken, maar ook plotse steile afdalingen en, daaraan vasthangend, altijd weer stevige klimpartijen. Het wordt stil tussen ons, we zeggen niet veel meer, het stappen kost al energie genoeg. Het water slinkt en het tempo daalt.

    Ik kan op de kaart zien dat we bij een rivier een scherpe bocht gaan maken en daarna op een mountainbike parcours gaan uitkomen. Dat zal wel beter begaanbaar zijn. Inderdaad, we dalen af en horen een rivier ruisen en bruisen, het lijkt wel een oerwoud waar we in verzeild zijn.  De rivier moeten we oversteken en ik denk en hoop dat we nu langs die rivier verder zullen afdalen. Niets is minder waar.  Ik zie het bedenkelijk gezicht als ik nog wat water vraag.  Het mijne is al lang doorgeslikschuurd. 'Ik ga water halen in de rivier', zegt hij, 'er is niks mis met dat water'.  Ik steek een vetokaart in de lucht.  Geen sprake van dat wij dat rivierwater gaan drinken en morgen met dysenterie of buiktyfus, cholera of salmonella in de kliniek liggen. Liever droog van de dorst dan leeggelopen van beestjes in het water.

    Het smalle pad blijft maar klimmen. Het is voor mij echt genoeg geweest en moet meer dan me lief is rust nemen.  Onze hoop blijft het mountainbikepad, dat zeker en vast zal afdalen naar zee. Ik roep naar Geert, die een stuk voorop is dat hij moet jodelen als het klimmen stopt.  Hij jodelt niet, maar roept dat we nog niet boven zijn. Ik vraag me af hoe we het verder gaan doen met het beetje water.  Gaan we beginnen vechten om nog een laatste slok ? Ga ik blijven zitten en niet meer verder willen (en kunnen). Hij geeft mij nog een ferme slok.  Zelf drinkt die jongen bijna niet. Dat is ook zo in het dagelijks leven, dus zal er nog wel wat in zijn reservoir zitten, zo denk ik.

    We komen boven aan het mountainbikepad, het is breed en het daalt lichtjes. En, er komen twee mensen op ons afgestapt uit de andere richting. We zeggen hello en praten wat Engels, maar het zijn Belgen.  We vragen of zij water op overschot hebben.  Ja, dat hebben ze en we krijgen een spuitwaterfles waar nog een vol glas water uit kan. Hebben ze zelf toch nog ?  Ja, ze hebben nog een volle fles.  Dat zullen ze nodig hebben, denk ik, als ze weer vertrokken zijn.  Het water is lauw, maar dat deert niet. 'We zijn nu in de helft', zegt Geert, die altijd een toonbeeld van optimisme is. Ja, weerleg ik, maar het is de gemakkelijkste helft.  Dalen.  En bovendien zachtjes dalen. 

    Op de kaart staat een areo recreativo vermeld, wie weet is daar een cafeetje. Die gedachte verheugt ons buitenmatig en we stappen er op los. Het recreatiedomein is verlaten, er is een cafeetje, maar het is verlaten, er zijn barbecues en ik zie....een kraan.  Een dun straaltje loopt uit de kraan, het gaat over in druppelen.  We houden er toch onze fles onder, elke druppel telt. Het wordt één slok, voor mij. :)

    Het gaat wel goed vooruit nu, het blijft langzaam dalen en we stappen de kilometers weg en weg en weg. En komen aan in Maro, een gehucht van Nerja. Er staan nogal wat villa's, maar wij zoeken een café. Dat vinden we niet, maar wel een hotel en daar mogen we iets drinken.  Geert droomde de hele tijd van een cervesa, ik neem een spuitwater.  Het is heerlijk fris, we drinken als twee kamelen.

    Nu moeten we nog de bus nemen naar Nerja zelf en dan de bus terug naar Frigiliana, maar het kan ons allemaal niet meer deren.  In Frigiliana eten we een lekkere paëlla, zoals voorzien, zij het dat het twee uur later is dan ingeschat. En we kunnen maar één ding besluiten : wat zijn wij ongelooflijk DOM geweest om te vertrekken met ieder een halve liter water op zak en de gedachte dat we die GR eens rap gingen klaren.  Nooit een GR onderschatten, hij laat zich moeilijk vinden en hij laat zich moeilijk temmen. Graaauw!!!!!























    12-12-2023 om 21:25 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    11-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de onvindbare GR249

    Maandag, wasdag.  Fout, we doen niet mee, we zijn niet planmatig en gestructureerd.  We zoeken vandaag de Grote Route van Malaga, die we al een stukje deden toen we van Frigiliana naar Acebuchal wandelden. Als die route van Frigiliana naar ons bergdorpje loopt, dan moet ze ook in de andere richting vanuit Frigiliana naar Nerja lopen.  Maar hoe vinden we die dekselse route ? Op de topografische kaarten staat geen GR.  OP mijn wandelapp die ik plots niet meer zo aantrekkelijk vind, staat geen GR, die app wil alleen zelf wandelroutes genereren. Op de wandelkaart die we kochten staat de GR wél!!! Hij vertrekt van de westkant van het stadje en loopt door het gebergte in een grote boog naar Nerja.  En zagen we onderweg naar Frigiliana niet een wegwijzer naar de westelijke kant met 'sendero' op ? Pad, paadje, wandelpad, dat moet de GR toch zijn ?

    De wegwijzer wijst ons de weg, maar maakt ons verder niet veel wijzer.  We beklimmen het hakkelige baantje steil omhoog met onze Hyundai, zo ver we kunnen.  Ik hoor een nerveuze vloek naast me als we alsmaar steiler en smaller omhoog moeten, maar er zit echt niks anders op, ons kar keren is hier onmogelijk. En jawel, boven is een parking en er is een pad. Dat gaan we volgen, hoera, hier is onze GR.  Maar ondertussen hebben we al ondervonden dat de aanduidingen van de GR over het algemeen duidelijk zijn, en hier staat geen enkele aanduiding en bovendien, dat pad wordt altijd maar smaller en smaller en wordt dan een geul met dikke darmen (waterslangen) in en dan plots niets meer.  Enkel ... een ezel.  Die wordt algauw de beste vriend van Geert, het afscheid is droevig en een kwartier later horen we hem nog balken.

    De mensen hierboven zijn de toeristen duidelijk zo beu als kouwe pap, want overal staan bordjes met Privado en Entrada prohibida. Als ze het zo schoon vragen zullen we maar de andere kant oplopen, ziggezaggend, tot we een bord naar de Castillo zien. Een kasteel, interessant is dat.  We komen andere mensen tegen die ook op zoek zijn naar het kasteel.  We overleggen met hen en moeten besluiten dat er van het kasteel niets meer overblijft dan een paar kleine muurtjes.  Arm kasteel. Het uitzicht is omgekeerd evenredig met de glans van het kasteel : We zien Frigiliana beneden liggen en het witte dorp ziet er prachtig uit.

    Maar wij zijn nog altijd op zoek naar de GR249. Misschien moeten we toch de andere kant nog eens onderzoeken.  We vinden een wegwijzer naar Frigiliana.  Afdalen dan maar en ginds verder zoeken. Er staan nogal wat villa's langs de smalle onberijdbare weg en we vragen ons af hoe die mensen hier ter plaatse komen. En hoe ze hun boodschappen boven krijgen.  Een man plukt de rijpe appelsienen in zijn tuin. Ik groet hem vrolijk en denk dat hij wel een appelsientje over de draad zal werpen naar dat vriendelijk wezen.  Niet dus.

    Frigiliana ligt aan onze voeten en Geert vindt dat we terug de berg op moeten naar de auto.  Ik stel voor dat hij de auto haalt en dat ik ondertussen verder zoek naar die dekselse GR.  'Niks van', zegt hij beslist, 'ik rijd niet alleen met die auto naar beneden'.  Oeps, dan zal ik maar stilletjes meegaan. Het wordt een warme klim, de zon schijnt ongenadig, het is pal op de middag.  De auto staat er nog en we eten onze boterhammetjes boven op. Het is koel daar, onder de sparren en er staat een muurtje waar we comfortabel kunnen op zitten.  Ik eet een stuk kruidenkarton, ttz een stuk karton met daarop wat rucola.  Dat karton is niet echt karton, maar een wrap die stijf staat van droogte. Het is niet lekker maar het is eten en er zit ook nog een boterham met mortadella in mijn brooddoos. Mortadella, het is mijn guilty pleasure.

    Er komt een andere auto boven, het zijn locals, want ik heb die man al gezien.  Op de achterbank zit een hond en die ken ik nog beter.  Nog nooit heb ik zo'n versleten hond gezien. Hij geraakt niet uit de auto, zijn baas moet hem zachtjes ondersteunen.  Eens de auto uit, blijft hij staan waar hij staat.  Baasje spoort hem aan om te stappen, hij verzet moeizaam een paar artrosepoten. Gaat terug zitten.  Blaast luidruchtig in en uit.  Baasje geeft hem water.  Slobberslobber.  Hij gaat weer zitten.  Ik vraag of hij pijn heeft.  Nee, geen pijn, zegt het vrouwtje, hij is heel oud. Ze lokt hem verder met het water, hij zet nog een paar pootjes.  Dan zet hij zich in positie om een kakje te doen en ik denk dat zijn laatste uur geslagen is.  Hij hijgt en hij gromt en zijn lichaam schokt, het is niet om aan te zien.  Maar het lukt want het kakje wordt mooi opgeruimd door het baasje.  Het uitstapje is beëindigd, de hond klimt terug in de auto met een flinke duw in zijn poep.  Weg zijn ze. 'Ik zou niet graag die hond zijn', zegt Geert vol medelijden.  Maar ik denk dat die hond blij mag zijn dat hij zo goed verzorgd wordt en dat tot zijn laatste dagen, want een pretje kan het voor de baasjes ook niet zijn.

    Nu wil ik toch nog een laatste poging wagen om de GR te vinden, niet om hem vandaag nog te doen, maar morgen komt er nog een dag.   We struinen Frigiliana af, maar nergens, nergens is er een teken van GR te zien, dat zo bekende rood-witte embleem. We denken, we redeneren, we bekijken de kaart. Het is te zeggen, ik doe dit alles, want Geert, het kan hem niet bekoren waar dat ding ligt.  Als we terug thuis komen, veel vroeger dan verwacht, ga ik op google en daar vind ik alles over GR249. Ook de straat in Frigiliana waar hij doorloopt.  Hoe dom kan je zijn ? vraag ik aan mezelf. Niet aan Geert, want die zou een grote grijns te voorschijn toveren en dan zou ik zin hebben om hem te slaan. :)

    De achtertuin (nou ja) is nog heerlijk om te zitten lezen. Elk nadeel heb zijn voordeel.  Wie zei dat ook alweer ?











    11-12-2023 om 21:14 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    10-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.playa de Torrox

    Zondag zonnige dag.  Zo is het hier. Het geeft ons de kans om een machine te wassen en buiten te drogen te hangen.  Geert probeert ook een zonnebadje in de achtertuin/terras, maar moet het opgeven, want het is te warm.

    Het wordt een dagje naar de kust, de playa de Torrox. We vrezen dat het druk gaat zijn, maar dat valt ontzettend goed mee.  Onze auto geraakt zowaar heel vlug geparkeerd, niet ver van de vuurtoren van het stadje.  Het is een uitstekend referentiepunt om de auto straks terug te vinden.

    Wat zouden we eens doen ? Een boterhammetje eten, de pier verkennen...en dan, wat iedereen hier lijkt te doen, flaneren langs de dijk.  We nemen ons voor om zo ver te stappen als mogelijk en dat blijken toch enkele kilometers.  Je kunt niet zeggen dat het strand mooi is, het is zo anders dan ons witte zandstrand.  Hier is het grijs, met veel kiezel en keitjes. Het belet de kinderen niet om kastelen en greppels te bouwen. Zwemmers zien we niet, zonnebaders zijn ook niet talrijk. Het is bijna uitsluitend een seniorenpopulatie.  Ja, wij horen daar ook bij.

    In de palmbomen klinkt gekrijs.  Wat wij in een kooi verwachten zit hier vrij en vrolijk in de bomen : parkieten.  Geert merkt een nest op : mama parkiet zit met haar staart uit het raam. Zit er daar nog iemand binnen ? Kleine parkietjes, in december ?  We weten het niet. In elk geval hebben ze heel wat meer noten op hun zang dan de duiven die ook in die bomen willen zitten.  Zeevogels, we zien ze niet, met uitzondering van een paar meeuwen die inspectie doen op het water. 

    In de verte zien we een vreemd tafereel : een oud (denken we) vrouwtje (denken we ook) met een lange gebloemde zonnige schort en een hoed is met een borstel zand aan het vegen.  In het zand. Ijverig veegt ze een hoopje zand naar links en daarna weer een hoopje naar rechts. Resultaat is nul. Ze kijkt niet op of om en veegt alsof haar leven er van afhangt.  Als we nog dichter bij komen zien we een baard vanonder de hoed.  Het is geen vrouwtje, het is een mannetje. En het is zinloos werk.  Er zijn wel meer mensen die vreemd naar de man kijken.  Het kan hem niet deren, dat zand moet bewegen en hij zorgt er voor. Als we later op onze passen terugkeren is de man nog bezig.  Ik zeg dat ik hem ga vragen waarom hij dat doet.  'Niet doen', zegt Geert, 'die man zijn hoofd werkt niet goed'. Misschien is het gewoon een act, denk ik, en wil hij ons iets duidelijk maken.  Hoe we allemaal wat in het rond krabben en denken dat we belangrijke dingen doen. Het kan, ik geef het een kans.

    We kijken uit naar een gelateria, al twijfel ik tussen een stevige vissoep en een sorbet. Het wordt het ijsje. Geert glundert achter zijn banana split, ik smul van een sorbet.  De benidorm bastards whatsappen onze kinderen als ze de foto zien. Daar beginnen we stilaan wat van weg te hebben, ja.  Zolang het vuur maar niet uit onze ogen is, is het allang goed.













    10-12-2023 om 20:06 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (4)
    09-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.wandelen in de bergen

    We hebben gisteren een voornemen gemaakt : we gaan wat vroeger opstaan, dan kunnen we langer wandelen.  En inderdaad, om 9 uur wipt Geert het bed uit en zet koffie.  Mij lukt het moeilijker, ik heb in volle nacht mijn apneumasker afgesmeten omdat het piepte en zuchtte wegens luchtontsnapping.  Slapen zonder dat masker, het lijkt goed, maar het is niet zo.  Moe dus.

    De loeiende hond is niet meer te horen.  Gisteravond maakte hij zoveel kabaal dat onze Spaanse overburen met kleine kinderen op ónze deur kwamen kloppen (bonzen eigenlijk) om te vragen of we die hond wilden doen zwijgen.  De kinderen wilden niet slapen en de ouders kregen het op hun heupen.  Het speet ons, maar ze moesten hiernaast zijn en de baas was niet thuis.  Verbijten en verdragen, meer zat er niet op.  Later op de avond stopte het blaffen en zoals gezegd, vanmorgen zwijgt hij als vermoord.  Misschien is het echt wel zo.

    We hebben een wandelkaart mét een boekje gekocht en een aantal wandelingen vertrekken van Acebuchal.  Gemakkelijk dus, schoenen aan, proviand in de rugzak, water niet vergeten en weg zijn we.  Het moet gezegd de GR249 staat zeer goed aangegeven.  Die moeten we helaas niet hebben.  We hebben een wandeling nr 14 uitgezocht en indien nodig kunnen we overschakelen op wandeling nr 12 die wat lichter is.  Er is echter geen enkele aanduiding van deze wandelingen.  Vreemd toch ! Op de kaart kunnen we een beetje volgen, vooral omdat het eerste stuk samenloopt met de GR, maar eens we aan een viersprong komen (die in het boekje beschreven staat als een driesprong) weten we het eigenlijk niet meer.  Proberen dus, we kiezen links.

    Op de helling staan tientallen bijenkasten.  We horen de bijtjes zoemen.  In december bijtjes, is dat niet vreemd ?  Gaan die nooit eens dood of moeten die niet een beetje rusten in de winter ? Hier blijkbaar niet, er staan ook nog altijd bloemen, zowel wilde als gekweekte.  Wellicht vinden ze die lekker en blijven ze nog een beetje.

    In de verte komt een man ons tegemoet.  We kibbelen een beetje wie de man moet aanspreken.  Geert vindt dat ik het in het Spaans moet proberen, maar ik vind dat hij zijn Oxford Engels moet bovenhalen.  Het wordt het Engels (hihi), de man is Engelstalig, dat is mijn vaste overtuiging.  Alleszins geen man van hier, want wij vragen aan hem de weg en daarna vraagt hij aan ons de weg.  Maar goed, we weten nu dat we alvast terug beneden zullen geraken.  En hij weet het ook, hij heeft bovendien een app waar hij alles op ziet (maar dat weten we later pas).  Ik vind het wel raar dat we steeds blijven klimmen, terwijl we zeker nog 250 hoogtemeters moeten dalen.  Het brede pad gaat over in een smal paadje (sendero) en het komt er op aan goed voorwaarts te kijken en beide handen vrij te houden, want vallen zonder handen zou lelijk pijn doen.  We lopen langs een kam en af en toe ontdekken we een mensenhand in de natuur : stenen die onnatuurlijk recht staan, hoopjes stenen, én af en toe een blauwe bol op een steen. De wandelroute der blauwe bollen.

    Ik kijk op mijn app die zo graag routes genereert, maar nu zwijgt hij koppig want hij heeft geen bereik. Wat ik wel zie is dat we nog veel en steil moeten dalen, de hoogtelijnen staan dicht bij mekaar.  En dat zullen we geweten hebben.  Het pad daalt vliegensvlug zigzaggewijs en stilaan voel ik mijn spieren (alweer die remspieren) beven en mijn knieën knikken. Geert is steviger dan ik en houdt er de pas wel in. Dra horen we een haan kraaien, geen drie keer, maar keer op keer.  Dat kan alleen maar bij een huis zijn en een huis staat altijd bij een fatsoenlijke (nou ja) weg. En ja hoor, we komen uit bij een huizenhoop en ik heb het eerst niet door, maar het is gewoon Acebuchal waar we terecht komen.  Back home !!!

    Daar moet ik echt van bekomen met een frisse cola op het terras van de bar.  We vragen ook of we een slaatje kunnen bestellen om mee te nemen.  Allemaal geen probleem.  Druk of niet druk, die mannen zijn altijd vriendelijk en behulpzaam.  We eten thuis onze boterhammetjes met het lekkere slaatje.  Van dat langer wandelen is niet veel in huis gekomen, maar echt waar, we zijn beiden erg moe en moeten een tukje slapen. Het was een wandeling van 7 km of iets meer, maar wat voor één. 'Mooie toer', zegt Geert, 'dat kunnen we nog eens doen.' Mmmja, later eens. Misschien.

    Tegen het vallen van de avond doe ik nog een gemakkelijk tripje, op zoek naar gevallen appelsienen.  Geert kookt liever.  Oké dan. Wie ik daar tegenkom is de oude Zweed.  Hij vertelt me een folietje, iets waar hij zich mee bezig houdt.  Hij kauwt op kauwgom en eens dat begint te vervelen en geen smaak meer heeft, neemt hij het gummetje en boetseert er een hartje mee.  Hij plakt het op een boom. Dat doet hij keer na keer en zo komt het dat menige boom een wit hartje heeft op een knoest of op zijn stam. Ik vind het geweldig.  Een oude man die creatief en speels het bos bezaait met hartjes, het lijkt onnozel, maar evengoed kan hij zitten kniezen over zijn oude dag en knorren en zijn dagen verslapen.  Neen, doet hij niet, hij maakt een testament van witte hartjes.  Voor de scherpe kijker.  















    09-12-2023 om 20:18 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    08-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.heel Spanje zit in Frigiliana

    8 december, we zouden een kapper zoeken.  Helaas, dat gaat niet want vandaag is het alweer een feestdag in Spanje.  Zo wordt het één lang weekend voor de Spanjaarden, van woensdag 6 tot zondag 10 december.  En dat zien we in Frigiliana.  Het is daar mieredruk, we zoeken een parkeerplaatsje, tevergeefs.  Heel Spanje zit in Frigiliana. Ze flaneren, ze zwaaien, ze kwaken, ze huppelen, hoera hoera, het is feest vandaag.  Foert, dan rijden we door naar Nerja en doen daar grote boodschappen in de Carrefour die gelukkig wel open is.

    In Spanje wordt veel gejogd. Wellicht is het seizoen nu ideaal om te lopen voor de mensen hier. De meeste joggers zijn niet meer zo jong, maar ze nemen dat voetenwerk heel ernstig, dat zie je aan de gezichten. Dichter bij het dorpje waar wij zitten, zijn het jongeren die mountainbiken, de grindwegen rond Acebuchal zijn hier ideaal voor. We missen toch een ietsiepietsie onze fietsen.

    Het is heerlijk weer vandaag, veel zon, warme wind, de rustdag wordt een echte rustdag.  Het lijkt op de foto misschien alsof we op Miami beach zitten, maar nee hoor.  We drinken gewoon een schweppes en eten een olijfje en voelen de zon branden.  Wat zijn wij luxepaardjes. Olijfje zelf zet haar voeten in de branding, koud is het water en scherp zijn de steentjes die voor strand moeten dienen.  Een enkele zwemmer waagt zich dieper, mét isopak. Toch is er ook een kleine jongen die zich geweldig amuseert in het rollende water, gewoon in zijn zwembroekje.  En wie staat er bij om een oogje in het zeil te houden ?  De oma, ook in zwempak, maar enkel de tenen in het water.  Opa zit rustig aan de kant met een boekje en een broekje.

    We kuieren nog even door Frigiliana op de terugweg (vonden, o geluk, een parkeerplaatsje klein en fijn, waar Geert, na drie keer proberen, de auto netjes in wrong), vinden twee kappers (gesloten), redden een omvergewaaide plant, zien de vele Spanjaarden zich te goed doen op de zonnige terrasjes.  Het is al 4 uur, maar er wordt nog volop warm eten geserveerd.  Daar krijgen wij ook honger van, dus vlug naar huis voor onze tweede maaltijd van de dag.  Het wordt een warme eenpansmaaltijd, ze smaakt en het is o zo zuinig, twee maal eten per dag, zelf bereid, niks niemendal restaurant.  Dat laatste komt een van de volgende dagen nog wel van pas. Dat hebben we onszelf beloofd.







    08-12-2023 om 19:51 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (4)
    07-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het spel der wolken

    Wat is dat toch met dat slapen van ons ? Ik ben als eerste wakker : het is 10u25. Ik dacht dat oudere mensen steeds slechter gaan slapen, maar hier is het net het omgekeerde, we slapen gemakkelijk het klokje rond. Allemaal niet zo erg moest het licht blijven tot laat op de avond.  Als we activiteiten willen doen in open lucht, rest ons niet zo veel tijd op de manier waarop we de helft van de voormiddag verkwanselen. Maar och, het is vakantie en niets moet, alles mag.

    We gaan nog eens wandelen vandaag, er zijn geen boodschappen te doen.  Gisteren kochten we een grote, bijna niet te dragen zak hout voor ons gezellig avondvuur.  Ik moest heel diep in mijn geheugen roeren om te vinden wat hout in het Spaans betekent.  Telkens kwam ik uit bij 'maduro'. Maduro maduro maduro, zo lag ik in mijn bed te denken en te denken. Ik wou helemaal niet aan Maduro denken, die man is president van Venezuela en onder zijn bewind vluchtten honderdduizenden Venezolanen het land uit wegens geen toekomst. En toch, toch kon het niet ver van de juiste vertaling van 'hout' zijn.  Niet meer aan denken en dan komt het vanzelf.  En ja, daar was het : madeira. Gewoon naar de winkel en 'hay madeira?' zeggen. Het was een Chinese winkel en er stond nog 1 zak madeira. Maar die was zo zwaar dat de winkeljuf (een echte Chinese) en ik bijna bezweken onder het gewicht.  Gelukkig kwam daar Geert aangelopen vanuit zijn verkeerd geparkeerde auto en die zette zijn beide armen onder de zak en viel met zak en al omver.  Hihihi, lachte de Chinese zuinig uit haar oogjes.  Haah, riep ik van de schok.  Miljaarde, zei er ook iemand.  Maar het kwam goed, de zak in de koffer en hij komt er voorlopig niet meer uit.  Als we hout willen gaan we naar de parking en rapen hout uit de koffer.  Dat hout brandt trouwens geweldig goed.  Elke avond brult onze kachel de gloeiende stokken uit zijn longen.

    Door het lange slapen vertrekken we om 13u. Het doel is Cómpeta, een nabijgelegen dorp (stadje), dat met de auto via Torrox te bereiken is, wat een hele omweg is. Te voet kan het korter, langs een brede grindweg.  Wat ons verheugt vandaag is de zon die met enige aarzeling haar gezicht laat zien.  Ze lost met haar warmte de laaghangende dotten wolk op en doet ons ferm zweten.  Het is ook ver, Cómpeta, we weten wel dat we er kunnen geraken, maar kunnen we dan ook nog terug vóór de avond valt ?  Het wordt reppen en we stoppen voor niksnie, niet om te eten, niet om te drinken.  Het is de wildemanstocht der oude kamelen.  Ik probeer nog wat te autostoppen, dat zou lekker rap vooruitgaan, vooral omdat dat laatste stuk zo gemeen bergop is.  Het wordt niks, die autostop.  Aan de rand van het stadje vinden we een mooie grote bank (Gaudigewijs) en kunnen we onze middagpicknick met smaak opeten.  Wat een idiote bedoening toch, denk ik bij mezelf.  We lopen ons te pletter tot bij een bank, om dan als de bliksem gewoon terug te keren. Moet dat nou? Kon het ook niet een beetje minder ?  Het antwoord is neen, zo zitten we niet in elkaar. Al blijft het gek.

    We hebben uitgerekend dat we ten laatste om 15u30 terug moeten keren, anders gaan we niet meer zien waar we stappen.  Het is een trip van 10 km, dus het zal ons minstens 2 uur kosten.  De zon heeft wat van haar kracht verloren en de wolken komen eraan.  Ze vallen als een wit, dun laken over ons en over het hele landschap.  Het is wat killig maar het beneemt ons het zicht niet.

    Gelukkig hebben we voor het avondmaal gereserveerd bij onze buurman Lucas, die een b§b heeft.  Hij is een uitgeweken Belg en runt sinds 6 jaar zijn hotelletje.  Eigenlijk is Acebuchal een dorp met een bont allegaartje van mensen.  Naast Lucas woont een Duitser Kai in een piepklein huisje en vooraan in het dorp verblijft een oude Zweed. En naast ons woont Carlos.  Die heeft een grote hond die de hele dag van op het dak inspectie houdt en woewoewoeft bij elke beweging die hij bespeurt.  We horen hem al van ver loeien.

    Het lukt ons, we zijn mooi op tijd terug, het laatste stukje in gezelschap van de oude Zweed, die het dorpje de mooiste plek op aarde noemt.  Hij overwintert hier elk jaar en wil niet anders.  We zijn moe, het was ver en mijn remspieren zijn o zo verzuurd!

    Morgen wordt een rustdag en proberen we een kapper (peluqueria) te vinden voor Geert en wie weet voor mij ook, al zie ik me ook op mijn dooie gemakje een boekje lezen op een terrasje in Frigilana.











    07-12-2023 om 21:54 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    06-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de GR246 naar Frigiliana

    Slecht weer vandaag, 5 december. Niet dat het regent en niet dat het koud is. Dus al bij al toch niet zo slecht. Ideaal wandelweer. De Gr 246 loopt langs Acebuchal, langs de ene kant naar Cómpeta, omhoog en nog omhoog, vermoeden we, én ver, langs de andere kant naar Frigiliana, ongeveer 7 km van hier.  Dus kiezen we onbevreesd Frigiliana heen en terug. Geert maakt wel de bedenking dat we waanzinnig gaan moeten klimmen, hoe hij het weet, geen mens die het weet en gelooft.  We nemen de vertrouwde toegangsweg naar ons huis, meestal verhard, soms grind. Te voet is alles zo veel intenser en zie je elk detail : de ezel die balkt tot onze oren er van tuiten, de honden die onderling en op afstand communiceren in eentonig geblaf, de wilde natuur met sparrenbossen en diepe dalen, de (protserige) villa's achter gesloten poorten en goed ommuurd, de plastic serres waaronder de avocado's groeien... We zien wederom veel fruitbomen en beperken ons deze keer tot het oprapen van enkele gevallen appelsienen en één citroen.  Niemand bekommert zich hier om dat lekker fruit, zo lijkt het wel. Ook in de steden en de dorpjes staan fruitbomen, maar daar durven we ons niet aan wagen. De guardia civil heeft vele ogen.

    We komen tot de bevinding dat we niet eens een landkaart van de omgeving hebben, enkel een paar topografische kaarten die heel gedetailleerd zijn, maar waar Acebuchal op één kaart in het bovenste linkerhoekje opstaat, op de andere kaarten helemaal niet.  Goed gekocht, Hilde! Het is dan ook geen slecht idee van Geert om de toeristische dienst van Frigiliana op te zoeken en een kaart te kopen. We verkennen het stadje verder, de Mirador met al zijn trappen en het mooie uitzicht, de kleine verkeersvrije straatjes met prachtig geplaveide tegels, de vele planten aan de gevels. 'Zouden ze hier nergens kumquats verkopen ?', vragen we ons af. Ha ja, daar, kijk, Frutas, staat er op de gevel van een groot magazijn.  en al die lege fruitbakken buiten kriskras door elkaar gestapeld.  Dat moet een immens grote fruithandelaar zijn.  We stappen binnen, meneer de fruithandelaar is bezig met een drietal Engelsen.  Gigantische hoeveelheden fruit aan het verkopen, dat zien we toch zo. Die grote hoeveelheden zijn niet te zien, een paar banaantjes, een appelsien of drie, een dunne stok prei en wat ajuin.  En de verkoper drinkt likeur met de Engelsen.  Proevertjes.  Drank is duidelijk meer zijn ding, er zijn grote wandkasten vol met allerhande spiriti. Hij pakt me alvast bij de arm en werkt de Engelsen buiten.  Thanks en see you later en geniet van de flessen.  Of wij ook eens willen proeven ? Nee, dat willen we niet, er valt nog veel te stappen. We reiken hem de bananen die we willen, maar hij heeft nog veel andere dingen in petto.  Tot wanneer we blijven ? Ha, tot na 'Navidad', Kerstmis, dan heeft hij voor ons een lekkere bûche en ook gamba's voor op Kerst of zalm, vers gevangen ? We wimpelen af, zeggen dat we nog ver te voet moeten maar misschien komen we terug met de auto. O ja, glundert hij en schudt alweer aan mijn arm. En brood ?  Hebben we al brood, want hij heeft heel speciaal brood, zo lekker hebben we vast nog nooit gegeten.  Ik schud al van neen, maar Geert wil dat speciaal brood wel.  Eitjes ? vraagt hij terwijl hij liefdevol een wit eitje in de lucht steekt.  Geen ingevoerde brol, hé, maar van echte kippetjes, gekweekt  in Frigiliana. Nee, dank u, geen eitjes.  De rekening dan maar. Wij naar de kassa.  Maar huh, er is geen kassa ! De man zet zich aan zijn kasten en zet zich aan het rekenen op een stukje karton. Het is niet duur, we kunnen gelukkig cash betalen, want bancontact is in geen mijlen te bespeuren.  We stappen buiten en weten niet wat we er van moeten denken.  Is dit nu een slinkse verkoper die ons denkt vanalles te kunnen aansmeren ?  Of is het een wanhopige winkelier die elke euro moet omdraaien en nauwelijks uit de kosten komt ? En wat zat er achter de kasten met zijn koopwaar in dat grote magazijn ? Zijn huiskamer misschien ?  We hebben zowaar medelijden met de man en besluiten om toch nog eens terug te komen.

    Aan het speeltuintje van Frigiliana is het gemeentepersoneel bezig met het ophangen van de kerstversiering.  Het is hier niet anders dan elders. Veel gepalaver over hoe en vooral wie het werk gaat doen.  We eten onze boterhammetjes op een bank en gissen dat het werk wel zal klaar zijn tegen Kerstmis. Zeker als ze zo verder doen.   Verderop in het stadje staat al een kerstboom, die is zo'n 3 a 4 m hoog en is gemaakt van......gehaakte lapjes. Dat moet een enorm werk geweest zijn en is in zijn eenvoud toch mooi en origineel er bovenop.

    Er staat ons inderdaad nog wat waanzinnig klimwerk te wachten, sommige stukken zijn ongemeen steil, zelfs te voet.  We hebben ook al wat kilometers in de benen en ja, Geert, het is afzien lijk de beesten. Ik zeg : 'als we vóór 17u30 terug zijn in het dorpje, dan drink ik een sangria in de bar'.  Dat lijkt mijn compagnon de vie wel wat.  Het verlangen naar die toverdrank maakt ons gelukkig en moedig en doortastend. Hier en daar nog een appelsientje in de rugzak, een beetje gewicht, we malen er niet om. En, zouden we niet snugger zijn en onderweg hout sprokkelen voor onze haard ? Elke stronk is een paar centen gespaard.  We kregen van Fernando een flinke zak hout, maar die is al flink geslonken. Sprokkel sprokkel sprokkel, we duiken omlaag en reiken omhoog en vinden van onszelf dat we een mooie voorraad stookhout hebben.

    Hip hoi, we zijn om 16u30 aan bar El Acebuchal, de baas zegt dat we enkel kunnen drinken, eten lukt niet meer.  Net wat wij willen : een gloedvol drankje.  De sangria gaat zoet naar binnen.  'Niet straf' zegt Geert.  Tot we rechtstaan en ons hoofd begint te tollen. We kunnen echt niet drinken.  Lachen wel, maar dat komt natuurlijk door de drank.  En door onze magere stokken hout, die we 's avonds in de vlam proberen krijgen. Zonder enig resultaat. We horen later dat het absoluut niet goed is sprokkelhout te proberen stoken.  De schouw raakt ervan verstopt, en bovendien, het dient er niet voor. We weten het, ja.







    06-12-2023 om 20:37 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Malaga, op 6 december, van waar al dat volk ?

    Acebuchal ligt in de mist.  Voor vandaag hebben ze écht slecht weer voorspeld.  Wat kunnen we dan beter doen dan naar de stad Malaga trekken ?  We twijfelen nog even of we met de bus of met de auto zouden gaan.  Er blijken veel bussen vanuit Nerja naar Malaga te rijden, maar we houden het toch maar bij de auto.  Ik zag op Google Maps dat je goed kan parkeren in Malaga Puerto, gratis en veel plaats. Geert is niet gelukkig dat er zo veel mist hangt, het maakt het rijden niet gemakkelijk. En dan duiken we plots onder de mist door en hebben zicht van hier tot in Tokio.

    Het is erg druk in de aanloop naar Malaga haven, veel rode lichten langsheen de zeeboulevard, waar mensen zelfs in de regen lopen te flaneren. De parking is groot en leeg en nog groter is het reusachtige cruiseschip dat aangemeerd ligt waar wij uitstappen.  Het is een Panamees schip met zeven verdiepingen en ik zou niet graag meevaren. Ieder zijn zin, we zien de passagiers terug binnen lopen, met pakjes en zakjes, en vragen ons af hoe lang ze in Malaga konden zijn en hoe ver ze de stad zijn in gegaan.

    Hoe druk is die stad !!!! Zijn dat allemaal cruisers of wat is hier aan de hand? De restaurantjes (en er zijn er een heleboel) zitten overvol, de diensters en kelners lopen af en aan. We vinden een plaatsje in een hoekje, een elektrische straler houdt ons warm. We eten een slaatje en wat tapas en ik drink een glaasje wijn.  Lag het aan mij, ik zou hier uren kunnen zitten.  Kijken naar de mensen en me verwonderen over waarom die zo en een ander zus doet.  Wie zijn ze, waar komen ze vandaan, zou Paul Jambers zeggen. 

    We komen de reusachtige kathedraal tegen, het museum van Pablo Picasso, maar bezoeken het vandaag niet, want volgende week komen de boys Pieter en Mathieu er aan en de laatste heeft al beloofd ons een rondleiding te geven in Malaga.  Dus houden we ons nog even in.

    Het oude stadsgedeelte heeft vele smalle steegjes, autovrij en gezellig met de bars en restaurantjes, we slaan er eentje in en nog eentje in en later op Strava zien we dat we in cirkels en kronkels door de straatjes geslenterd hebben. Geert staat met de kop naar huis, dus van de grote stad terug naar het rustige, afgelegen dorpje, waar de geiten op straat lopen en mens en dier gezellig samenwoont.

    Naast ons woont trouwens Lucas, een rasechte Belg, die een b§b openhoudt en ons weet te vertellen dat er menige Belg hier in het zuiden woont. Ik kan het geloven, maar ongetwijfeld ook menige Brit, want er wordt hier nogal wat Engels afgesjouweld.

    Als ik later opzoek welke feestdagen er in Spanje zijn dan staat daar zwart op wit : 6 december.  Niet omwille van de Sint, maar om een of ander Spaans wapenfeit.  Spanje heeft 13 feestdagen, feesten zit hen in het bloed.  Olé!













    06-12-2023 om 20:14 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    05-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.fruit en honden

    4 december, een grijze maandag.  Jazeker, het valt ons ook een beetje tegen.  Gisteren leek het alsof die blauwe lucht vastgebeiteld zat in en rond Malaga, maar neen, ook hier kan het regenen.  We denken maar dat het goed is voor de bloemen en het groen.

    We kunnen honderden routes genereren als we willen, dus we zullen eens naar Torrox gaan en iets te voorschijn toveren uit mijn smartphone app zonder volkstuintjes en zonder rommel.  Torrox ligt een 12 km van ons huisje, de weg slingert er naar toe, dus we zijn wel een eindje zoet in de auto.  Het miezert wat en het valt ons op dat, net op deze regendag, op verschillende plaatsen in de bergen vuur gestookt wordt.  Is dat niet de verkeerde wereld ? En weten ze niet dat stoken stilaan uit den boze is ? Nee dus, niet in deze streek.

    Een tocht van 8 km zegt de app.  Wat hij niet zegt is dat dit een hondenroute is.  We zijn nog niet goed vertrokken of er springt een zwart beest in mijn rug.  Ik schrik me een ongeluk.  Het is een labradorgewijze hond, jong en speels en zijn baas heeft er niks aan te zeggen.  De hond doet wat hij wil en hij vindt ons zeer gezellige mensen om tegen op te springen.  Ook stokken vindt hij leuk, dus komt hij afgelopen met een stok in zijn bek en geeft ons er van langs met zijn stok, die alle kanten opschiet door het enthousiasme van de stokhond. Dat beginnen wij toch minder leuk te vinden en we zijn opgelucht als baas en hond een andere weg opgaan.

    Het gaat gestaag bergop, we stappen in traag tempo en genieten van het landschap en de dampende rook (in de verte, oef) en het miezeren op ons hoofd.  Geen van beiden heeft een regenjas aan, dus we hopen dat het allemaal zal meevallen. De regenjas van Geert die in het huisje is achtergebleven is trouwens een merkwaardige oude jas die hij opgetrommeld heeft uit ikweetnietwelke kast.  Die jas is ooit van goede kwaliteit geweest, maar is nu op een of andere manier verstorven aan de voering en verliest daardoor de hele tijd heel kleine witte vlokjes.  We merkten het al toen we op de trein(en) zaten, witte puntjes in elke zetel waar hij mét jas in zat.  Was hij Hansje geweest, nooit was hij zijn weg kwijtgeraakt. Ik heb al uitgemaakt dat die jas spoorloos zal verdwijnen.

    Maar goed, we klimmen dus gestaag en daar komt een jeep het pad afgereden, traag want het is hobbelig, en achter de jeep lopen twee honden, wapperend met hun staart en blaffend uit hun bek.  De jeep stopt even, een dikke man en een jonge vrouw met fuchsia haren lachen ons vrolijk toe en wuiven dag. Weg zijn ze.  Wij blijven achter.  De honden ook. Die ene hond ziet er een normale hond uit, maar die andere is van een soort die mensen verscheurt.  Ik heb zijn naam geweten, maar nu ontschiet het me.  Het zijn gemene honden en eens ze je vast hebben lossen ze je niet meer.  Duuussss, sussen we, we doen of ze niet bestaan. Ik zie in mijn ooghoeken dat Geert die nochtans overtuigd is dat elke hond zijn vriend is, het ook niet echt ziet zitten om een eindje te chillen met die beesten.  De honden springen op en de armen van Geert gaan mee omhoog.  Vooral niks aanbieden, lijkt hij te denken.  We stappen verder.  Honden stappen en springen met ons mee.  We stoppen en kijken de honden in de ogen.  Honden kijken, springen en kijken.  Het lijkt wel de sint bernardus optocht van Torrox. We stappen schijnbaar onverstoorbaar verder (wat kunnen we anders?) en plots zijn de honden op hun bestemming.  Hier wonen wij, zie, zeggen ze.  Komen jullie even binnen ? Zin in een potje hondenbrokken?  We bedanken beleefd en vervolgen onze weg, nu en dan toch nog even omkijkend.  Ze zijn standvastig, die hondjes, ze blijven waar ze zijn. Oef.

    De route die we voorgeschoteld kregen blijkt af te draaien van de weg, een grote poort binnen.  Het is vreemd, loopt dit wandelpad dan over privédomein ? Het blijkt zo te zijn.  Het is een zeer groot fruitbedrijf met serresen een boomgaard met avocadobomen, clementijnen, appelsienen en kumquats. 'Wat is dat?', vraagt Geert en ik zeg dat hij de schil mee mag opeten. Dat vindt hij geweldig lekker, is het ook, maar ik ben toch wat beschroomd om op een privaat domein zo maar te plukken wat we believen.  Dat kan hij zich niet aantrekken en hij doet zich te goed aan de kumquats. (ik krijg niks :)). Tot er plots een grote hondenkop vanuit de struiken te voorschijn komt. Geert springt achteruit met al zijn kumquats en smijt ze in de lucht.  De hond kijkt boos naar ons.  Hij is groot en verspert ons de weg.  Maar hij is ook oud en kan geen energie meer besteden aan twee onnozelaars die achteruit schuifelen.  Tja, als hij dan toch geen poot verzet kunnen we er even goed langs sluipen.  De hond kijkt meewarig. Die mensen toch. We laten hem met plezier achter en laten de fruitbomen voor wat ze zijn.  En stuiten op een poort.  We kunnen er niet door, niet over en niet langs.  Ik stel voor om te gaan vragen die poort voor ons open te doen, er moet toch iemand aanwezig zijn.  Maar die hond is daar nog.  Geert gaat op verkenning aan de zijkanten en vindt een diepe geul waar we ons kunnen laten in zakken (ze ligt vol bekabeling voor de irrigatie van het domein), er dan weer uitkruipen, er over springen en zo staan we dra àchter de poort. 

    Het vertrouwen in de app met de genereerroutes krijgt een flinke deuk. We volgen ze nog, we kunnen ook niet anders want we weten niet waar we zijn, maar eens we Torrox terug in het vizier krijgen nemen we kordaat de kortste weg en kijken niet meer om of op naar die dekselse app. In het dorpje regent het stilaan harder.  'Sempre buen tempo en Torrox' staat er op de marktplaats. Hm, we hebben onze twijfels.











    05-12-2023 om 22:17 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.hoe blauw is de lucht en hoe blauw is de zee !

    Op 2 december zijn we niet bepaald de fitsten van den hoop.  Het zal een rustdag worden. Geert wil nog wat gaan winkelen in Frigiliana (o wonder dat hij geen problemen meer maakt van het hobbelige pad waar hij weerom twee keer over moet met onze gehuurde Hyundai) en ik zet me op een van de kleine terrasjes, vlak naast de jacuzzi.  De hemel kan niet blauwer worden, hij doet zijn uiterste best om te vertellen dat dit een zonneparadijs is, zelfs in de winter. Ik geloof het best en val bijna ter plekke in slaap.

    Op de middag lunchen we in het restaurant El Acebuchal, waar we één voorgerecht van het huis vragen voor ons beiden, én twee hoofdschotes.  Vooral de ensalada vind ik verrukkelijk.  Het is veel en sappig, zit vol groenten en fruit en ook wat geitenkaas. Geert krijgt een gans brood voorgeschoteld, waarvan hij één dikke snee binnenspeelt. We krijgen nog een koffie en ik vraag beleefd of we de rest van het brood mogen meenemen.  Het zou zonde zijn om zo'n grote homp te moeten weggooien.  Geen probleem, we krijgen een broodzak en smakelijk en tot ziens.

    De namiddag leent zich tot een kleine wandeling tot aan de rivier wiens naam ik niet ken. Langs het pad dat we volgen staan ook weer villa's en vakantiehuizen, op willekeurige plaatsen, verspreid in het gebergte alsof ze rondgestrooid zijn door een reuzenhand. Het moet nogal wat werk en geld gekost hebben om al die villa's tot hoog in de bergen te voorzien van water en electriciteit. Wat een miskleun op gebied van ruimtelijke ordening.  En wat vindt de natuur daarvan ?

    Het dorpje Acebuchal is natuurlijk ook één van die rondgestrooide groepen huizen, maar aan het gehucht kleeft toch een brokje geschiedenis.  Het bestond al heel lang, maar in de tijd van Franco werden alle bewoners uit hun huizen gejaagd.  Het gehucht werd ingenomen door militairen die het als basis gebruikten om de guerilleros in de bergen te bekampen.  In 2005 is men begonnen met de heropbouw en renovatie van het dorpje en zo is het nu nog altijd florissant en aantrekkelijk. Bijna alle huisjes zijn vakantiehuisjes, maar het dorpje zelf wordt ook druk bezocht door plaatselijke toeristen en vakantiegangers uit Frigiliana en de kust.

    Ondertussen is het 3 december en we schrikken wakker om 10 uur.  Zonder wekker en met de luiken dicht is het pikdonker en muisstil in onze kamer.  We hebben ons nogal zonderling geïnstalleerd in twee eenspersoonsbedden (wegens het dubbel bed in de hoofdslaapkamer veel te smal), nog op de oude manier met lakens en dekens en tegenvoets. Ik slaap dus als het ware met de voeten van Geert in mijn armen. Hij niet met de mijne want die moeten dik ingeduffeld worden onder 3 dekens. Het slapen gaat alleen maar zo omwille van een stopcontact dat ik nodig heb voor mijn apneutoestel.  Het maakt ook dat ik alleen maar kan opstaan met een koprol rugwaarts, hetgeen niet evident en niet correct uitgevoerd wordt.  Vooral 's nachts geeft dit kluwerige taferelen, maar het is pikdonker, dus niemand die het ziet.

    Een grote tocht zit er vandaag niet meer in, na een stevig en uitgebreid ontbijt is het bijna middag.  We besluiten naar de zee te gaan in Nerja. Het zeesop kan mij altijd bekoren, Geert is minder een zeeman. Al dat water ook! Hij kan zich dus helemaal niet akkoord verklaren dat ik op een rots wil klimmen om een boterhammetje te eten, want het staat voor hem vast : ik ga daar van vallen en niet het vallen is zo erg, maar het is nat beneden. En bovendien, er zit al een koppel.  En ook, hij heeft geen honger. En zeker geen dorst.  Tien minuten later zitten we gezellig (!) boven op die rots en eten we een boterhammetje.  Ik wijs hem naar de omgevende rotsen en meen mij te herinneren dat hij nog niet zoooo lang geleden (30 jaar misschien?) op quasi loodrechte wanden kroop en in huizenhoge bomen boekjes zat te lezen.  Of beter : boven op het dak van zijn ouderlijk huis kroop en over de nok liep, terwijl vader, die arme man, beneden stond te zwaaien en te roepen : kom van dat dak af. Tijden veranderen, jaja.

    Op mijn smartphone heb ik een app met gps die wandelingen kan genereren.  Dus duw ik op de knop 'route genereren' en hop, hij tovert een route te voorschijn, die wij vrolijk beginnen te wandelen.  Het is misschien niet de beste keuze.  Het gaat op en neer en veelal tussen wat ik zou noemen de 'volkstuintjes' van Nerja.  Veel aftandse afspanningen, veel achtergelaten rommel en weinig uitzicht. De zee zien we nog wel even terug als we op onze tenen gaan staan om over een afsluiting te loeren. Ach ja, we hebben onze stappen en gaan nog iets drinken in een van de vele strandbars. Thuis wacht ons een lekkere spaghetti, geprepareerd door Geert na het winkelen gisteren.















    05-12-2023 om 21:02 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    04-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een auto is een handig ding

    Zouden we ooit harder verlangd hebben naar een auto dan die morgen van 1 december in ons mooi appartementje in Malaga ?

    En hadden we niet beter onze wekker nog gezet gisteravond zodat we op tijd wakker zouden worden en niet om 10u15 ?  De uitchecktijd was 11u. Dat werd roefroef, een kattenwas, een vlug ontbijt, de poetsvrouw de kamer in geroepen om ons te helpen met de esspressomachine, kleren in de valiezen en weg. Aan de overkant van het smalle straatje was een kleuterklasje aan de gang, de juf en de kindjes aan een ronde tafel.  Een zwart kindje zag mij, slaapkop in pyjama met zwier de gordijn opentrekken, stootte zijn buurjongetje aan om dit belangrijk nieuws te vertellen en heel de kleuterklas, juffrouw incluis, sloeg de ogen op, richting 'oma in pyjama'.  Gegniffel, gewijs en gewuif. Oma wuifde terug.  Gelukkig dat opa niet in zijn gebruikelijk nachtgewaad (niks dus) voor het raam stond of er was nog ophef ontstaan.

    Maar nu moesten we op weg naar onze huurauto.  Bus A, rechtstreeks naar de luchthaven, maar toch weer 1.000m te voet tot aan die dekselse bushalte, kon niet stipter zijn.  Het was onze laatste calvarie, dat stond vast. We stommelden de bus op.  Een jonge man deed aanstalten om zijn plaats aan mij af te staan, vriendelijk en in het engels.  Niet nodig, schudde ik. 'Oudere mensen zijn soms boos als je ze een plaats aanbiedt' hoorde ik hem zeggen in perfect Noordnederlands tegen zijn buurman die bevestigend knikte.  'Ik versta alles' zei ik hem voorkomend en voorkomend dat hij wie weet wat uit zijn mouw schudt over oude mensen in het algemeen en oude mensen op zijn bus in het bijzonder.  Betrapt begonnen de twee te lachen en de halve bus lachte mee.  Allemaal Nederlanders dus, op weg naar huis.

    De auto bleek een Zuidkoreaan met nogal wat snufjes, maar hij bleek ook wat beschadigd en daar heb ik maar rap foto's van getrokken en het ook nog eens gaan melden.  De franchise lacht er niet mee en een extra verzekering nemen, nee, dat deden we niet.  Wat was het een opluchting dat we de bagage in de auto konden stouwen en dat we richting Nerja en Frigiliana konden op vier wielen en gasolina, wat benzine betekent en ons in verwarring bracht.  Het Spaans gebruikt gasolina en diesel en volgens ons is dat twee keer hetzelfde, maar het kan niet hetzelfde zijn, want er is alleen maar dat aan de pomp en verder niks.  Rare mensen, die Spaanse oliebaronnen.

    Omdat we al wisten dat we niet konden winkelen in Acebuchal zelf, planden we een stop om te eten en inkopen te doen in Frigiliana, een toeristisch stadje even boven de kust. Het eerste het beste restaurant was open en niet volzet.  De kelner adviseerde ons om geen twee voorgerechten te nemen, één was ruim voldoende voor ons tweeën, het kon ons bekoren dat die man tegen zijn eigen winkel sprak. Wie er ook sprak en waar we horendul van werden omdat het zo luid was en met zo een hoge afschuwelijke falsetstemmetje, dat was de madame die twee tafels verder zat.  'Ze zouden haar stembanden moeten doorsnijden', sprak Geert wreedaardig, 'die Zweedse troela die tiramisu at in Malaga'.  Het was haar ganse reisverhaal nonstop en de andere dame die in haar gezelschap was keek met een blik die het midden hield tussen mededogen en gêne. We aten drie gangen, dus de martelende, luide stem hield ons een tijdje in de ban.

    Perfect getimed, rond 15u30, vonden we ons huisje 'Casa Lola', witgekalkt met blauwe luiken en een vrolijke muis als overbuur.  Fernando, de eigenaar of was het de concierge, maakte ons wegwijs en verdween en als we hem nodig zouden hebben kunnen we altijd whatsappen.

    En zo ben ik beland waar ik mijn verhaal begon, in Acebuchal, waar we 4 weken zullen ontdekken wat er te ontdekken valt.













    04-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    03-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de aankomst in Malaga

    Het was 30 november en we hadden twee treintickets, het eerste van Montpellier naar Barcelona met een gewone trein (een cercania), het tweede met de tgv van Barcelona naar Malaga (die ik per ongeluk in 1ste klasse boekte).

    We hadden gisteren al eens rondgekoekeloerd in het station van Montpellier en wisten dat er problemen waren op onze lijn wegens vandalisme en dat was niet opgelost toen we de trein namen. Het gaf wat vertraging maar geen nood, we hadden 3 uur speling in Barcelona. De grensovergang naar Spanje verliep vlekkeloos.  Dat hadden we al anders geweten en we begrepen niet goed dat we nu zonder problemen de grens overgingen, terwijl ons vroeger verteld is dat de breedte van de sporen verschillend is in Spanje en Frankrijk.  Die sporen waren wellicht bijgewerkt en wij blij. Een paar stoere gendarmen stommelden met hun zware bottines door alle compartimenten, maar heel geïnteresseerd leken ze niet.  Misschien verwachtten ze smokkelaars en illegalen, die bij het zien van de uniformen vierklauwens zouden wegstormen, maar iedereen bleef rustig zitten en de inspectie was zo geklaard. Algauw was daar Barcelona Sants en wij naar buiten.  De warmte sloeg ons in het gezicht.  We kwamen tenslotte uit een winterend land en hier was het zowaar 23 graden. Dat werd zweten en zonzitten. We aten een snack en kochten een appeltje voor de dorst in een mercado van een buitenlandse breedlachende man.  Twee euro tachtig, dat was al een stuk van zijn omzet van die dag.

    Om 15u15 vertrok de tgv naar Malaga, we werden gecontroleerd als voor een vlucht en zeulden wederom met onze bagage naar de wachtrij. De tgv was een zegen, er was airco, de beenruimte was groot, de zetels comfortabel.  Goed voor 6.5 uur treinen. Bij het opstappen had de Renfe-conducteur onze tickets gescand, maar vreemd genoeg kwam er regelmatig iemand langs van het personeel ter controle van de tickets, willekeurig of gericht, dat wisten we niet.  Dus zouden we onze tickets maar alvast klaar houden.  Waar waren ze nu weer ?  In de tas ? of in de rugzak ?  In onze jaszak misschien ? Ik moest ze vast en zeker laatst gehad hebben, volgens Geert, maar daar was ik zo zeker nog niet van.  Paniek en discussie, want hoe gingen we bewijzen dat we wel ooit tickets hadden gehad ? Betaling opzoeken ?  Bevestigingsmail tonen ? We kibbelden wat en er gebeurde verder niets, de trein reed voort en geen mens die naar ons keek. Drama voor niks, soms zijn we daar goed in.

    Malaga werd laat, we voelden ons gesloopt bij het buitenkomen van het treinstation, maar er was nog een bus te nemen en, vooral, we moesten op het juiste moment afstappen, in het donker.  De chauffeur hielp een handje en daar stonden we alweer met onze pakken en zakken op weg naar het appartement dat om tien uur geen receptie meer had maar ons verwezen had naar een ander hotel een eindje verder.  Een eindje verder, allemaal goed en wel, maar elk eindje was voor ons een EIND.  Zoals Montpellier ons aangenaam verraste in de oude binnenstad, zo deed ook Malaga.  Ondanks het late uur was het druk, maar de kleine straatjes waren allen verkeersvrij en dat verzachtte het moeizame heulen en zeulen. De receptioniste was, godzijdank, nog uitzonderlijk aanwezig en stopte ons vriendelijk en kordaat ons bedje in.  Het ergste leed was geleden. Jochei!

    03-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    02-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.nachtelijk Montpellier





    02-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het witte dorp Acebuchal

    Nog nooit had ik gehoord van dit witte dorpje, tot de columns van Marnix Peeters in De Morgen er zo smakelijk en liefdevol over vertelden, en ik toch eens ging opzoeken waar dat gehucht nu eigenlijk lag.  Niet ver van de Middellandse Zee, weggestoken in de bergen boven Nerja en Frigiliana, moeilijk bereikbaar en heerlijk rustig, zo was de omschrijving.  Hond Boef die ondertussen de beroemdste hond van België is, stamt van de bergen rond het dorpje, werd ontdekt en geadopteerd door Marnix en zijn partner Jana.  De moeilijke opvoeding van de verwilderde berghond wordt mooi beschreven in twee boeken die Jana daarover schreef. Ze lezen als een trein. 

    Toen we vorig jaar op fietreis naar Granada waren, vond ik het de moeite om een kijkje te gaan nemen in het bergdorp en huurde een Fiat 500 in Granada voor één dag, op zoek naar 'het verloren dorp'. Geert was helemaal niet overtuigd dat we dat dorpje moesten zien en schreeuwde moord en brand toen we het smalle pad dat de bergen in draaide, hier en daar onverhard, met ons klein autootje te lijf gingen.  Er waren momenten dat ik dacht dat hij zich uit de auto wou werpen, maar, eerlijk, ik vond het niet gevaarlijk.  Hobbelig, dat wel, en soms steil en beter geen tegenliggers misschien, maar verder, nee, ik zag het best zitten.  Het dorpje zag ik nog meer zitten, een GR had ik ook al opgemerkt, een restaurantje in het dorp waar je niet noodzakelijk moest eten, maar ook gewoon iets kon drinken. En rust.  En blauwe lucht. En vriendelijk volk. Geen verkeer. Smalle straatjes.  Kleine huisjes.  Veel bloemen. Het bleef in mijn hoofd zitten.

    Vandaag zitten we hier.  Het is 3 december, volop koud en winter in België. Hier is het ook koud voor de tijd van het jaar.  Het is avond, het houtvuur brandt.  Buiten is  het 10 graden.  Maar overdag is er een weldadig zonnetje bij 17 graden en een azuurblauwe lucht. Ideaal om te wandelen, een terrasje te doen, te lezen op een zonnig plekje. De dagen zijn hier iets langer dan bij ons, rond 18 uur is het donker en kruipt iedereen bij de kachel. Veel volk is dat niet, het is geen hoogseizoen, maar toch genoeg om geen kluizenaars te worden.  We huren Casa Lola, wat door Geert onmiddellijk bestempeld wordt als een 'kruipkot'.  Overdrijvingen zijn hem niet vreemd, maar echt groot kan ik het ook niet noemen. Ruim genoeg voor de tijd dat we binnen doorbrengen, zo redeneer ik, want dat is enkel om te slapen, te eten, en 's avonds wat te soezen.

    Acebuchal ligt op 2.000 km van België en dat is VER.  Hoe we naar hier zouden komen, het was een gepuzzel, gepeins en getwijfel, maar uiteindelijk leek ons het meest opportuun de trein te nemen en dat in twee dagen. Het eerste stuk trein ging van Tourcoing naar Montpellier met de tgv van den Aldi, die spotgoedkope ritten heeft. We betaalden 19 euro voor de hele rit. Per persoon.  Het nadeel van met de trein reizen is natuurlijk de hoeveelheid bagage.  Die moet je beperken of toch proberen dat te doen.  We slaagden er niet zo goed in.  Dat werd een gesleur en gezeul met valiezen en rugzakken en draagtassen...Het maakte dat we heel traag vooruitgingen, want elke honderd meter gaf recht op een minuut uitblazen.  In Montpellier lag ons verblijf dan nog op de tweede verdieping en dat zonder lift, dus die eerste avond besloten we al dat met de trein 'zoiets niet te doen is'.De eigenaar van het appartement had ons gelukkig met handen en voeten uitgelegd (via whatsapp, via een video) hoe we het gebouw moesten binnengeraken. Zonder dat zou het ons niet gelukt zijn en bovendien zouden we verschrikt achteruit gedeinsd hebben bij het zien hoe aftands het gebouw met de gammele voordeur eruit zag. Binnen was het niet veel beter, toch niet wat de electriciteit (loshangende draden !) en het raamwerk betrof in de gemeenschappelijke delen, maar eens de flat zelf binnen werd alles anders.  Gelukkig maar.

    Het ongenoegen over het valiezengezwoeg ging vlug liggen, het oude stadsgedeelte van Montpellier is zo gezellig en sfeervol.  We logeerden er midden in en struinden die avond langs de kleine verkeersvrije straatjes met de vele winkeltjes en bars en restaurantjes in een gemoedelijke drukte.  We belandden bij een Libanees die ons falafels en sla en hummus voorschotelde en ons in één klap een adres in Antwerpen verklapte waar we 'nog veel lekkerder konden eten'. Vriendelijke man, vriendelijke prijs.

    We sliepen lekker met naast ons de wekker, want de trein voor Barcelona de volgende dag vertrok om 9u30. 

    02-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    09-11-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9 november wie bij de hond slaapt…


    We waren nog niet goed en wel in huis of ik voelde mijn keel ook al kriebelen. De volgende dag viel ik goed plat. De blog kon niet op internet, wegens geen wifi hier. Maar algauw wagen we een poging om bij Svetlana, de Russische die hier een winkeltje begon en ook koffietjes schenkt, op de wifi te geraken. Aldus wordt er een einde gebreid aan onze belevenissen. Het was meestal goed, soms wat minder, we hebben veel geleerd.

    09-11-2022 om 17:34 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 november Retour en France


    Gelukkig staat er op onze kamer een waterkoker en koffie en thee, zodat we toch een zweem ontbijt hebben, want ontbijten in het hotel zit er niet in, daarvoor zijn we te vroeg op pad. We moeten nog tickets kopen en onze weg zoeken naar het juiste spoor en eerst nog een fietstochtje naar Barcelona Sants. De trein naar Portbou blijkt niet rechtstreeks te gaan. De website van RENFE vertelde nochtans een ander verhaal. De baliebediende zegt dat we met de trein naar een ander station van Barcelona moeten en van daar verder. Dat betekent weer sleuren met de bagage, de fietsen op en af de trein heffen, het staat ons niet aan. We besluiten om de fiets te nemen en naar het station te fietsen waar we 3 weken geleden aankwamen vanuit Frankrijk en van daar richting Portbou te gaan. Wellicht kan het dan in één keer.
    Google Maps doet perfect zijn werk, het is wel 9 km fietsen, maar we herkennen het station onmiddellijk, alleen al aan de overvloedige seguridad-mensen die ons opwachten. ‘Neen, we mogen nog niet naar het perron’ en ‘ja, we gaan voldoende tijd hebben met onze pakken en fietsen’ en ‘waarom er zoveel veiligheidsmensen zijn’, Spaanse uitleg, we verstaan er niks van. Ze lachen naar ons, we lachen terug en hopen dat er geen terroristen in de struiken schuilen, waarnaar die seguridad al 3 weken op zoek is. Mijn fiets kan niet in de lift naar het perron, Geert hotst er mee de trappen af en ik neem zijn fiets en de 3 zware zakken mee in de lift. De seguridad-man moet me helpen om op tijd in de trein te stappen met al mijn bazaar, maar het lukt, we zitten er op en bovendien, de trein rijdt tot in Frankrijk, net over de grens. Vandaar rijden we richting Perpignan tot in Elne. Geert die nog hoest en proest zou verder doorrijjden tot in Perpignan en daar de bus naar Ansignan nemen, dat spaart hem een pak inspanningen. Maar hij ‘kan me niet alleen laten’, zegt hij. Ik vraag me af of dat een belediging is of net het omgekeerde. Maar goed dan, hij mag mee. Het is misschien een teken van beterschap als hij wil fietsen. Ik moet hem wel beloven om niet meer dan 20km/u te fietsen, alles op het gemakje dus. Van het moment dat we in Frankrijk komen met de trein uit Barcelona en daar overstappen op een franse trein, is ook alles op het gemakje. Echt de mentaliteit van de streek. De conducteur is licht bezorgd dat er zoveel fietsen in de weg staan en zegt ons dat we de fietsen aan de haken die daarvoor voorzien zijn moeten hangen. Wij doen dat gedwee, de Fransen lachen er mee en morrelen wat aan hun fiets. ‘ja maar’, zegt de conducteur, ‘als je niet doet wat ik zeg, moet je van de trein’. Ze gniffelen, de Fransen, ze zwanzen wat. De trein vertrekt en iedereen is mee. Later komt er nog een fiets op. De conducteur doet al geen poging meer om orde in zijn reizigers te krijgen. In Elne stappen we uit, nu nog 55 km fietsen en dan zijn we in ons vertrouwd huisje. Het gaat langzaam maar zeker, er zijn wat kleine colletjes te overbruggen. Gelukkig is er bijna geen wind. Net voor de duisternis valt zijn we thuis. Colette, de buurvrouw, komt tevoorschijn en wil weten wat we er van gebakken hebben. Ook haar man Bernard zwaait eens van ver en hun poes denkt dat ze bij ons binnen mag en lekkere brokjes gaat krijgen. Wij zijn blij dat we dit konden doen, maar eerlijk, in Spanje gaan fietsen en vertrouwen op het openbaar vervoer, dat nooit meer. Trop is te veel. Het zal op een andere manier moeten gebeuren, dat nemen we ons hartsgrondig voor.

    09-11-2022 om 17:31 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6 november van Madrid naar Barcelona : een treinreis van 9 uur


    We dalen af van onze 10de verdieping naar de ontbijtzaal en krijgen daar een uitgebreid buffet voorgeschoteld. Goed gevuld en voorbereid starten we de lange treindag. Eerst van Madrid naar Zaragoza in 4 uur. Dan 2 uur pauze en terug 5 uur trein van Zaragoza naar Barcelona. In het eerste gedeelte kan ik me goed bezig houden met het schrijven van de blog. Er is weinig volk op de trein, de fietsen staan veilig in een aparte ruimte, Geert probeert wat te slapen. In Spanje moet er nog een masker gedragen worden op de trein, maar Geert krijgt hoestbuien of niesbuien als hij dat masker opzet en probeert te reizen zonder. Maar als de conducteur komt is die onverbiddelijk, ook al doet de zieke alsof hij het niet verstaat. En hij verstaat het echt niet, want hij begint koortsachtig (!) naar de tickets te zoeken. De conducteur en ik kijken licht monkelend toe. Masker terug op, geen pardon. Hatsjie hatsjie.
    Zaragoza heeft een reusachtig groot station, dat aangebouwd is aan het oude vroegere stationnetje. Wat een contrast : het megalomaan modern gedeelte, vastgeplakt aan een klein frivool gebouwtje, waar je nostalgisch van wordt. We zoeken iets om te eten en wagen onze kans op het terras van een pizzeria waar ook slaatjes verkocht worden. Een slaatje en een bord frieten, meer behoeven we niet. Als ik ga betalen geef ik royaal wat extra om af te ronden, zo denk ik toch, maar de ene wenkbrauw van de man achter de toog gaat omhoog en zijn blik wordt argwanend. ‘Ja maar’, zegt hij, ‘dit is 10 euro te kort’. Het schaamrood stijgt naar mijn kop, hij begint uitgebreid het ticket te ontleden en te vertellen en voelt zich precies ook gegeneerd, alsof hij te veel durft vragen voor te weinig. Ik sorry me vlug naar buiten.
    De toiletten in het station van Zaragoza zijn betalend, Geert wordt er boos van en zegt dat hij geen euro betaalt, hij zal buiten wel gaan plassen tegen een boom (die er niet staat). Ik bedenk :het is zo dat de steden beginnen stinken, van al die mannen die buiten tegen geen bomen gaan plassen.
    Het treinen naar Barcelona is vermoeiend. Het is druk, we worden moe na al die lange uren. Veel studenten die terugkeren naar hun kot op zondagavond, kabaal, gegibber, weinig plaats, het laat zijn sporen na op ons, de twee overjaarse reizigers in backpackersmodus. In Barcelona moeten we nog een eindje fietsen naar ons hotel. Het ligt in de Carrer Sierra Nevada (van die Sierra komen we toch en moeten we daar nu terug naar toe?), maar er is geen hotel. De Carrer is niet zo lang en we gaan huis per huis af naar Ikonik Ix. Niks. Man met hond passeert en we vragen of hij het weet. Hij ziet het adres. Het is in een andere wijk in Barcelona, waar ook een Carrer Sierra Nevada is. O jee, waarom zien wij zulke dingen niet ? Vijf kilometers terug de fiets op in het nachtelijk Barcelona. We prijzen ons gelukkig dat we Google Maps hebben en de stad goede fietspaden. We geraken er, het is ondertussen 23u. Morgen om 6u30 gaat de wekker. De trein naar Portbou wacht niet.

    09-11-2022 om 17:29 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 november calamiteiten op ons

    Granada, het heeft ons gemengde gevoelens gegeven. Het is ongetwijfeld een mooie stad, met het beroemde Alhambra als trekpleister, maar we vonden er onze draai niet direct. Nu we moeten vertrekken beginnen we de stad iets beter te kennen en lopen we niet meer hopeloos verloren zoals we de eerste dag wel deden. Ik trek met mijn fiets naar het station, want op de RENFE site hebben we gezien dat de trein die we willen nemen naar Guadix om 15u ‘completo’ is, tenzij we met rolstoel reizen. Dat wil ik ter plaatse checken. Eerder al waren er plots treinritten via Valencia verdwenen en was dat plots geen optie meer. Nu plannen we te treinen via Madrid en Zaragoza. Zo houdt RENFE ons meer in de ban dan we zouden willen.
    Inderdaad, de man aan het loket bevestigt dat we niet om 15 u naar Guadix kunnen. Wel om 22u met aankomst om 23u15. Ik hap toe, laat de kaartjes drukken. ‘En kan ik dan ineens de treinrit naar Linares van morgen ook kopen?’ Ja, dat kan. Met fiets ? Ja, dat kan. Ik ben gelukkig als een kind met een ballon, de eerste stappen zijn gezet. Van José Luis, onze gastheer, mogen we in het appartement blijven zolang als nodig vandaag, dus we kunnen ontspannen gaan eten in één van de talrijke restaurants in onze wijk. Het wordt La Estrella (we denken weerom aan onze Antwerpse zangeres met de zware bariton). De kelner is aardig. Zijn arm is volledig getatoeëerd, het is mooi gedaan. Ongelooflijk hoeveel Spanjaarden (zowel dames als heren) hier tatoo’s hebben. En hoeveel er roken. Jong en oud en peukjes over de schouder op de grond. We drinken een glaasje wijn op de goede afloop. Daar worden we vrolijk van, al voelt Geert de tonijn die hij at rondspartelen in zijn maag. Het varken in mijn maag zwijgt en slaapt.
    We plannen nog een middagdutje in ons appartement als plots de sleutel uit Geert zijn handen valt. De sleutel uit één stuk is plots een sleutel uit 2 stukken. Appartement toe en wij buiten. José Luis kunnen we niet bereiken tenzij via sms (airbnb). Dat doe ik terstond in mijn beste Spaans en ondertussen probeer ik ook de reddingsboei van airbnb te bellen om me toch aub het telefoonnummer van onze gastheer te geven. Het lukt niet. Geert vindt dat we superglue moeten gaan kopen en die sleutel aan elkaar kleven. Ik opper dat het dan helemaal om zeep is, het stukje dat afbrak gaat in het sleutelgat blijven steken en dan lukt er niets meer. Hij luistert niet, de superlijm moet komen. Als hij de trap naar beneden neemt valt hij pardoes op zijn buik, been gebroken. Nee, dat laatste is niet waar. Hij valt niet, hij komt de benedenbuur tegen en zegt in zijn wanhoop iets over de sleutel. Aha, zegt de buur en hij gaat rommelen in schuiven en trommels. De man heeft een reservesleutel en blijkt de broer van José Luis te zijn. Samen met zijn vader woont hij op het gelijkvloers. Ik meen dat Geert hem gaat beginnen knuffelen, hij kan zich nog net inhouden. De dikke man krabt eens aan zijn blote buik en grijnst. Goede daad van die kerel en wij opgelucht.
    In Guadix logeren we in een tweesterrenhotel, dat in mijn ogen wel drie sterren waard is. De kamers zijn heel mooi en licht en proper en de badkamer is gigantisch. De hotelbaas spreekt goed Engels en vertelt dat hij in Brussel gestudeerd heeft. Het legt een zekere connectie, we zullen die nog nodig hebben, maar dat weten we nu nog niet. Geert heeft nog altijd last van de zwemmende tonijn en beweert dat hij koorts heeft. Kriebel in de keel ook en stop in de neus. We meten de koorts, 38 graden. Dafalgan en bed in, morgen zien we weer.
    De trein in Guadix vertrekt om 9u15, we moeten een eindje met de fiets naar het station en eerst nog ontbijten en inpakken. Iemand bromt dat hij heel de nacht heeft rondgelopen. Voelt zich helemaal niet lekker. Maar we staan er voor en we moeten er door! De korte trein naar Linares komt aan en we zoeken de wagon voor de fietsen. Er is er geen ! Geen erg, die trein die we vroeger namen naar Tarragona had dat ook niet en we hebben toen die fietsen gewoon tussen het volk gezet. De conducteur is daar, die zal ons helpen. De man schudt kordaat van nee. Geen fietsen op de trein. Neen is neen. We tonen hem onze biljetten, ook het biljet waar duidelijk ‘bicicletas’ op staat, hij plooit niet. Hij stapt in, de trein vertrekt en wij zitten vast. Geen enkele andere trein die ons kan depanneren. Vandaag niet, morgen niet, volgend jaar ook niet. Om 18u hebben we onze verrvolgtrein vanuit Linares naar Madrid. De kaartjes zijn gekocht. Maar Linares ligt op 135 km van waar we nu zitten. Dat kunnen we niet halen met de fiets en Geert is trouwens ziek, het zou onverstandig zijn om nu te fietsen. Ik zie maar één man die ons kan helpen : de hotelbaas !
    De bediende aan de balie is niet happig om de baas te gaan roepen als ik naar de ‘jefe’ vraag, maar de jefe zelf heeft ons gehoord en komt eraan. We leggen hem uit wat er is gebeurd. Hij denkt na en belt rond. Voorlopig vangt hij bot. Hij kan ons niet helpen, zegt hij. En dan, plots, een ingeving ! ‘Ik heb een vriend die op de markt staat en die een grote camionette heeft, ik bel hem’. Babbelbabbelbabbel, wachten, terug babbelbabbelbabbel, wachten. ‘Oké’, zegt hij,’ het lukt, maar hij is nu aan het werk, staat op de markt met kleren, om 15u30 komt hij naar hier’. Het kost ons een pak geld, maar we zijn wel gered. De man houdt woord. We communiceren zo goed en zo kwaad het kan in het Spaans en bovendien, hij heeft zijn zoontje meegebracht en die jongen kent wat Engels. Het blijkt een tof kereltje te zijn en we proberen mekaar te begrijpen in ons beste Engels. Hij vertelt hoe hij heet en hoe zijn broer en zus heten, en dat hij voetbalt maar niet als de besten, zijn zus daarentegen is een goede voetballer en zijn broer is een muzikant. Ik vraag of hij Thibault Courtois kent, keeper in Barcelona. Oehoe, het moet Madrid zijn. En of hij fan is van Rafaël Nadal. Ja, grote fan. Ik probeer hem uit te leggen dat Nadals voeten kapot zijn, maar rotte voeten vind ik niet in mijn beperkte woordenschat en ik krijg er de slappe lach van. Hij probeert zo zijn best te doen om me te begrijpen, kruipt met zijn ogen bijna tot in mijn mond en ik bak er niks van. Geen erg, ik zal hem wat Nederlands leren : hoe gaat het met jou ? ‘Oe gaa et met joo?’ zegt hij braaf na. En ‘een, twee, drie’ , uno, dos , tres. Ik denk dat hij het geen twee seconden onthoudt.
    De trein naar Madrid, we mogen er op. Het brengt ons weer een stukje dichter naar Frankrijk. Ik heb geboekt in een hotel, niet ver van het station Chamartin. Het blijkt in de zakenwereld van Madrid te zijn. Het maakt ons niets uit, onze fietsen mogen binnen staan, en wij mogen naar de 10de verdieping in een gigantisch breed bed (ik denk dat het breder dan lang is), nog een vlug bad en bed in.
    En, o ja, ondanks zijn ziek zijn, is Geert tijdens de lange wachttijd in Guadix naar de kapper geweest. Zijn haar is geknipt door Penelope Cruz, beweert hij. Koortsdromen volgens mij. Ze heeft vooraan een lange bles gelaten, het maakt hem hip, maar ’s avonds knipt hij die bles er meteen weer af met ons nagelschaartje. ‘Penelopke moet beter haar best doen’ bromt hij snipverkouden, moe en koortsig.

    09-11-2022 om 17:27 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (3)


    Archief per week
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 08/05-14/05 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!