05/08/13 Na een redelijk ontbijt en een zware kop vertrekken
we met zwaar bewolkt weer en 19 graden. We hebben er zin in en zijn benieuwd
wat Letland ons te bieden heeft. Geen alcohol en niet meer dan drie sigaartjes
vandaag dat is de afspraak die bij het ontbijt is gemaakt. We rijden nog
tamelijk lang door Litouwen en zitten ongeveer een 25 kilometer van de grens
met Wit-Rusland. Het landschap doet mij aan Finland denken, talrijke meren,
weinig verkeer en zeer dun bevolkt. Het landschap is mooi golvend. In Finland
zijn de wegen kaarsrecht hier hebben we gelukkig mooie bochten en tamelijk goed
wegdek. De bewolking wordt steeds dikker, het is tijd voor om de regenkleding
boven te halen. We hebben wat regen gehad maar niet van dien aard dat we
doornat zijn geworden. Na een uurtje is het opgeklaard en krijgen we het
zonnetje te zien die de temperatuur naar een aangename 25 graden brengt. Het is
moeilijk om Litouwen te beschrijven. Wat opvalt zijn de vele houten huisjes met
als dakbedekking eternieten golfplaten. Het is hier nochtans in de winter 30
graden. Er is in de weilanden geen prikkeldraad te bekennen is ook niet nodig
want een kudde koeien hebben we niet gezien. De koeien en paarden die hier en
daar grazen staan met een ketting van een meter of twee vast aan een pin in de
grond. Elke dag worden ze een stukje opgeschoven. De zijwegen van de hoofdwegen
zijn bijna allemaal onverhard, de enkelingen die er over rijden veroorzaken
geweldige stofwolken. Is het een lelijk land? Neen, eigenlijk niet maar het is
zeker niet te vergelijken met bv. Frankrijk, Duitsland of België. Je moet er
eigenlijk geweest zijn om er over te kunnen oordelen. Het is ook geen land om
er terug naar toe te gaan. Maar het heeft net dat iets om er toch geweest te
moeten zijn. We rijden over een weg die een groot kerkhof splitst. Ook typisch
voor hier alle kerkhoven liggen op een heuvel. Aan de kant loopt een oud
vrouwtje met een schrepel naar het kerkhof om een graf op te kuisen. We stoppen
en ik vraag of ik een foto van haar mag nemen. Ze begrijpt geen fluit van al
wat ik zeg, terwijl ze volop in een onverstaanbare taal aan het brabbelen is
neem ik een foto. Ik laat het haar zien en ze is er van onder de indruk. Er
komt een onvoorstelbare stroom woorden uit het vrouwtje die voor ons helaas
compleet onverstaanbaar zijn. Na heel veel gebaren van het vrouwtje menen we te
begrijpen dat er op het kerkhof een groot kruis staat met een mooi beeld van
Jezus. Of ik daar geen foto van wil nemen. Omdat dit echt mijn genre niet is
bedank ik daar vriendelijk voor en maken we dat we weg zijn.
De grens van Letland komt in zicht, de onvermijdelijke
wegenwerken lopen tot pal op de grens. Alleen een bord welkom in Letland maakt
ons duidelijk dat we inderdaad de grens zijn gepasseerd. Nog honderd kilometer
en een drie sterren hotel gelegen aan een rivier staat op ons te wachten. Nog
een uurtje, het zal de eerste keer zijn op deze reis dat we vroeg in de
namiddag in het hotel aankomen. We verheugen ons er op want het begint tamelijk
vermoeiend te worden. Die vermoeidheid hebben we zelf ook wel een beetje schuld
aan door de uitspattingen van gisterenavond. Als we een tiental kilometer in
Letland zijn is het opeens gedaan met het asfalt. De weg gaat over in
aangereden steenslag, steenslag die tamelijk grof is en veel stof veroorzaakt.
Met momenten zie ik Theo niet meer in mijn spiegel. Wegenwerken denken we. Tot
onze verbazing is er echter niets van wegenwerken te bekennen en duurt de
ellende een tiental kilometers. Ik hoor de Tri kreunen en steunen bij de
inslagen van de keien die omhoog springen. Regelmatig heeft het achterwiel de
nijging om weg te slippen op de plaatsen, waar het steenslag diep en los is.
Theo ondervindt dezelfde problemen. Als we bij een onooglijk dorpje komen staat
er een verkeersbord dat we nooit eerder gezien hebben. Op het driehoekig bord
staat een stukje asfalt met witte lijnen getekend, het geeft aan dat we op normaal
verharde weg komen. Als we op het asfalt komen stoppen we om even te bekomen.
Natuurlijk wordt de belofte van een rookvrije dag hier onmiddellijk verbroken.
Nog natrillend van de motors in bedwang te houden paffen e er op los. Onze
motors zijn absoluut niet gemaakt om op dit soort onverharde wegen te rijden.
De nieuwe Tri ziet er verschrikkelijk uit, over heel de motor ligt er een dikke
laag stof ook onze kleren zijn niet meer om aan te zien. Gelukkig hebben staan
we weer op asfalt en met goede moed beginnen we aan de laatste 80 kilometer. We
rijden door het dorpje waar weinig of niets te zien is buiten de altijd goed
onderhouden kerk en twee kraanvogels. Na een paar kilometer komen we ons nieuwe
verkeersbord weer tegen. Nu om duidelijk te maken dat we weer op een steenslag
weg komen. Godverdomme, dat kan toch niet waar zijn he. Ik rij hier met een
motor van een week oud op een we die amper bereden kan worden door een
crossmotor. E staan werkelijk in een soort niemandsland. Tot overmaat van ramp
begint het peil van de benzine gevaarlijk laag te staan. In het volgende dorpje
(na 20 km)komen we weer op asfalt. Nog 44 km, toch maar eerst een sigaartje.
Als we willen vertrekken geeft de boordcomputer van mijn motor aan dat er nog
nul kilometer gereden kan worden. Ik word bijna misselijk van de ellende. Wat
nu, niets is er hier te zien. Aan de grens hebben we geen mogelijkheid gehad om
geld om te wisselen. Met euros kun je hier ook niets beginnen. Probleem dus.
Een jonge gast op een bromfiets komt nieuwsgierig aan getuft, hij spreekt wat
Engels en we kunnen vragen of er ergens benzine te verkrijgen is. Dat is er na
40 km, en dan over steenslagwegen. Niet te doen dus, of hij voor een slang en
een plastic fles kan zorgen. Geen probleem, in een mum van tijd was hij er met
het gevraagde materiaal. Slang in de tank van Theo zijn motor en zuigen maar.
Niets, noppes geen druppel was er uit de tank te krijgen. Het peil van de
benzine stond te laag in de BMW. P&V bijstand bellen, maar we zitten ergens
in Letland op een onverharde <eg in een dorpje dat zelfs niet op de kaart
staat. We besluiten om verder te rijden tot de Triumph er mee stopt. Theo rijdt
dan verder en gaat ergens in de bewoonde wereld benzine halen. Weg zijn we, nog
eens 44 kilometer onverharde weg. Zwetend zwoegend rijden met motors die totaal
niet geschikt zijn voor dit soort wegen. De weinige auto s die we tegen komen
rijden als gekken over deze wegen, een vrachtwagen laat zoveel opwaaiend stof
achter dat we nog amper een zicht hebben van 10 meter. Maar de Triumph haalt
het, na 41 loodzware kilometers staan we bij een benzine station. Ik tank 25,65
liter terwijl de Triumph volgens het boekje een tankinhoud heeft van 25 liter.
Nog drie kilometer en we zijn aan ons hotel. Drie sterren volgens de folder, we
komen in een krot terecht onvoorstelbaar. Het is ondertussen 17 uur en we
hebben zelfs de fut niet meer om te klagen over het hotel. Er komt warm water
uit de douchekraan en meer moeten we nu niet hebben. Na de douche een paar
borrels om te bekomen, de motor op aanraden van het personeel in het hotel
gezet(diefstal) en eerlijk gezegd een goede maaltijd gekregen. Ik slaap op de
begane grond, er hangt een sticker in de kamer waarop vermeld staat om s
nachts de ramen te sluiten wegens groot gevaar voor inbrekers. Slaap wel en
welkom in Letland.







|