Het Geniemuseum is het enige museum gewijd aan de Genie van de Belgische Strijdkrachten. Het stelt de bezoeker voor zijn geschiedenis van 1830 tot op heden doorheen verscheidene thematische zalen te ontdekken. Op een buitenparcours, “Archeodrome” genaamd, worden eveneens voertuigen, genietuigen en brugslagmateriaal voorgesteld, in dienst van de Belgische Genie sinds de tweede Wereldoorlog. Het museum is militair en werd gewenst door de Genieautoriteiten in 1988. Het opende officieel zijn deuren in mei 2001. Het is nationaal en tweetalig. Het wordt beheerd door vrijwilligers.
VACANTIETOCHT. / DE SCHOVERIK. / DIEPENBEEK. 06/07/2015.
VACANTIETOCHT.
DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
Diepenbeek is gelegen in het Demerdal en ligt op de grens van de Kempen in het noorden en vochtig-Haspengouw in het zuiden. Zijbeken van de Demer zijn onder meer: Galgebeek en Kaatsbeek. De zuidgrens van de gemeente wordt gevormd door de Oudebeek en de Winterbeek.
We wandelen vandaag in verschillende natuurgebieden van Diepenbeek. We wandelen eerst de Dorpsbemden-Pomperik is een natuurgebied van 60 ha, gelegen in de valleien van de Demer en Kaatsbeek ten noorden van Diepenbeek. Dit gebied was eertijds een gemeenschappelijk weidegebied van de inwoners van Diepenbeek. Het was in bezit van de gemeente, die het in erfpacht gaf aan particulieren. Tot ongeveer 1900 werd het gebied gebruikt als hooiland, terwijl er runderen graasden na het hooien, dat wil zeggen vanaf augustus tot het begin van de winter, en in het voorjaar tot 1 april. Het hooien gebeurde vanaf april tot midden augustus, van de drogere randen naar het nattere middengedeelte toe. Na 1900 verdween de voorjaarsbegrazing, en vanaf de jaren 50 van de 20e eeuw werd ook de najaarsbegrazing gestaakt. Het natte middengedeelte werd toen beplant met populieren. In 1956 werd de Demer gekanaliseerd en aan de jaarlijkse overstromingen van het gebied kwam toen een einde. Men trachtte vervolgens het gebied voor landbouw geschikt te maken, doch dit mislukte.
Voor de aanleg van een autoweg werd nog een visvijver (de Pomperik) uitgebaggerd. In 1988 werd in de erfpachtovereenkomst opgenomen dat het maaischema gericht moest zijn op het behoud van de gewenste plantensoorten. Tussen 1987 en 1992 werden 34 ha in erfpacht overgedragen aan Natuurpunt. We wandelen ook in de Dauteweyers.
Het 11 ha omvattende gebied bestaat uit een reeks vijvers, waaromheen zich verlandingszones bevinden. De vijvers zijn ontstaan door winning van ijzererts, welke plaatsvond in de 19e eeuw en in 1873 tot een einde kwam. Om de vijvers zijn elzenbroekbossen en vochtige weilanden te vinden. In het gebied komt de boomkikker voor. Een prachtige wandeling in Diepenbeek.
41E MARCHE DES VACANCES. / LA RICHELLOISE. / RICHELLE – VISE. 05/07/2015.
41E MARCHE DES VACANCES.
LA RICHELLOISE.
RICHELLE – VISE.
We vertrekken in het centrum van Richelle, een plek met prachtige monumenten. De classicistische Sint-Firminuskerk uit 1777 met massieve vierkante kerktoren. Het kasteel van Richelle is een groot herenhuis. Het voormalig rechts hof van Richelle vlak bij de kerk en Het Hof van Aken waarvan de oudste delen dateren van 1671. Een prachtige plek de dorpskom van Richelle: rue de la Cour de Justice.
We verlaten de dorpskom en wandelen dan de velden en weiden in. Wat verder komt de kolenmijn van Blegny in zicht. Wat verder wandelen en we komen aan de controlepost, tot nu toe een pracht wandeling. Na de rust verder we zijn nu in Housse. Langs een paar uitzonderlijke mooie oude gebouwen, het zijn maar gewone woningen maar prachtig gelegen. We wandelen nu verder en komen in de Vallee de la Julienne. Een pracht van een vallei met vijvers, wat klimmen en dalen, veel bos. Met hier en daar een boerderij in de verte.
We komen ook langs een afgedekte mijnschacht. “Puits de mine 209081” staat op het paaltje. “Société Anonyme des Charbonnages d'Argenteau” weer verder langs vijvers en langs boswegen. Zo komen we aan de Kapel Notre Dame de Wixhou. En dan komen we aan het kasteel van Argenteau. Een prachtige geheel met een vierkantshoeve met toegangstoren en het kasteel erlangs van op deze weg is het al een indrukwekkende geheel. Wat als je het ziet vanop de Maas hoog gelegen op de rots.
Zo komen we terug in Richelle. Richelle ligt op een hoogte aan de rechteroever van de Maas tussen Luik en Wezet en aan de weg van Argenteau naar Dalhem die vanuit Argenteau een kronkelend en steil verloopt heeft en de spoorlijn tussen Luik en Maastricht. Richelle behoort tot de uiterste westrand van het Land van Herve met zijn typische weilanden en boomgaarden. En zo kunnen we genieten van deze prachtige streek.
10e MARCHE DU CHATEAU VERT. / MARCHEURS DU CHATEAU VERT DE HUY. / HUY. 04/07/2015
10e MARCHE DU CHATEAU VERT.
MARCHEURS DU CHATEAU VERT DE HUY.
HUY.
De wandeling vertrekt aan het “huis van de sluizen” vlak bij de Maas. Voor hun 10de verjaardag hebben ze een mooie wandeling uitgezet.
Een stukje langs de Maas langs het sluishuis en dan wandelen we meer het dorp in langs Ecomuseum, spijtig dat het niet open is anders waren we ven binnen gegaan. Dan verder langs de prachtige natuur met rotsen en bossen. Grote stukken bos met hier en daar een veld. Toch zeer mooi om in te wandelen. Dan komen langs een melkvee bedrijf, de koeien staan in de grote stallen en kijken ons aan als we voorbij gaan. We blijven klimmen en komen langs mooie oude gebouwen, kleine boerderijen in lokale steen.
Vooral de natuur is prachtig weer verder een heel eind door de bossen en langs de beekjes die kabbelend door het landschap slingeren. Dan klimmen we uit het bos door de weilanden en zo een natuurreservaat binnen, met veel vijvers waar de libellen en beekjuffers vliegen den de vele vlinders rond fladderen. Hier is het echt mooi we volgen het reservaat een heel eind en dan komen we langs een gebouw wat het geweest is niet duidelijk maar nu woont er een schilder in die hier zijn schilederijen tentoonstelt.
Wat verder een prachtige manege die zeker mooi gelegen is. Langs de kapel, en verschillende oude huizen en dan zijn we terug aan ons vertrek waar deze toch wel mooie wandeling eindigt.
Landelijk Heers, ligt midden van het Haspengouwse heuvellandschap in Zuid Limburg. Met 132,5 meter is het één van de hoogste punten in de streek. Het is een typische plattelandsgemeente waar akkerbouw en fruitteelt wordt gedaan. Dit verklaart de vele vierkantshoeves die je er nog vindt. Het glooiend landschap wordt gekenmerkt door holle wegen, talrijke boomgaarden en prachtige vergezichten.
Vandaag word de KLAPROZENROUTE ingewandeld. Door het jaarlijks maaien en het maaisel niet te laten liggen, geen pesticiden te gebruiken en niet om te ploegen ontstaan er kleurrijke bermen. Hoe voedselarmer de berm is, hoe mooier het kleurenpalet. Klaproos, margriet, koekoeksbloem, paardenbloem, ereprijs en marjolein zijn slechts enkele soorten die de bermen doen stralen. Zulke bloeiende bermen zijn een waar paradijs voor bijen, vlinders, hommels en tal van andere kleine insecten. We gaan even een bezoekje brengen aan de grote vierkantshoeven. De imposante vierkantshoeves die je aantreft laten er geen twijfel over bestaan: dit waren ooit voorname landbouwkernen. De rijkdom van de bodem weerspiegelt zich in bovengrondse welvaart.
We bezoeken de Herkenrodehoeve is één van de meeste indrukwekkende hoeves van Heers. Heers was vanaf de 12de eeuw één van de belangrijkste landbouwuitbatingen van de Abdij van Herkenrode. De oudste gebouwen van het huidige hoevecomplex, waaronder het woonhuis, dateren van 1649. De imposante dwarsschuur uit begin 18de eeuw was o.m. bestemd voor de opslag van tienden. Na een periode van verval en een jarenlange restauratie kun je deze tiendeschuur nu opnieuw bewonderen.
We wandelen wat rond op de hoeve gaan kijken waar ze brood bakken en de vele klaprozen die op het erf staan. We gaan ook even naar het vertrek van de wandeling en we gaan ook even naar de Michaelhoeve we kijken even rond op het erf. Nog wat rond gekeken en zo eindig voor ons een fijne dag.
Hoelbeek ligt in Vochtig-Haspengouw op een hoogte van ongeveer 70 meter, en de Meersbeek heeft haar bron iets ten zuiden van het dorp. Hoelbeek was en is een landbouwdorp zonder noemenswaardige industrie. Ten noorden van de kom liggen de bossen en landgoederen van Kasteel Jonckholt en Kasteel Groenendaal. Onze wandeling vertrekt aan de Sint-Adrianuskerk.
Deze neoromaanse zaalkerk werd gebouwd in 1926. Nu wandelen we naar de ruïne van Jonckholt. Goed verborgen in de bosrijke omgeving van Hoelbeek ligt de ruïne van het fort van Jonckholt. Wat er overgebleven is van deze post middeleeuwse versterking zijn de vier duidelijk herkenbare hoektorens waarin de verdedigingslinie plaats nam en het unieke dubbel grachtsysteem uit de periode van de eerste vuurwapens. Het geschud kon op deze manier niet rechtstreeks de meer dan één meter dikke stenen wal treffen. De mergelstenen fundamenten van de muren en de vier robuuste hoektorens lagen eeuwenlang begraven in de moerassige bodem voor ze werden blootgelegd. Jonckholt is nooit hoger opgebouwd geweest dan wat je nu ziet: een onvoltooid fort dat in allerijl is opgeworpen aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog.
We wandelen rond Jonckholt door het domeinbos van Groenendaal is een oud loofbos dat behoorde tot het gelijknamige kasteel. Het bos ligt tussen de Kempen en Haspengouw waardoor een mozaïek aan flora het bos siert. Graslanden, loofbos en landbouwgebieden zorgen voor een afwisselend landschap in de regio van Groenendaal. Weer een eind door de velden om dan langs het Park bij het goed Vivario. Dan weer het bos in waar we aan de bron van de Meersbeek komen. We wandelen het bos uit door velden en langs akkers. Nog een beetje verder en we zijn terug in Hoelbeek.
We wandelen terug tot aan het Fort Jonckholt om er even in rond te wandelen en alles eens te bezien, in de grachten zitten vele groene kikkers. We wandelen terug naar de kerk waar onze wandeling eindigt.
Nu we toch hier zijn kunnen we even gaan kijken naar het kasteel Groenendaal.
Groenendaal is een verkeerde en late schrijfwijze voor het oorspronkelijke Croenendael of Croonendael. Croenendael was een Loons grootleen, dat samen met Hoelbeek en Jonckholt (confer Hoelbeek) één leengoed vormde, in het bezit van de heren van Jonckholt.
Eind 14de eeuw heeft een deling van de goederen plaats: Aleidis van Jonckholt, gehuwd met Godenoel van Elderen, heer van Elderen, erft Croenendael. Vervolgens komt het goed in het bezit van de familie Lamboy (1477). Midden 18de eeuw(1757) is de familie de Grady eigenaar van het goed. Het is Michel Joseph de Grady (+ circa 1786) die het oude, 17de-eeuwse kasteel in Maasstijl verbouwt tot zijn huidige, classicistische vorm, evenals de hoeve. In 1861 wordt het goed verkocht aan baron Emile de Rosen de Borgharen. Het is nog steeds in privé-bezit. Het geheel is gelegen in een Engels park, met resten van de voormalige omgrachting.
Het is prachtig gerestaureerd en kan goed gezien worden vanop de weg. Wat verder ligt de kasteelhoeve.
Het oorspronkelijke gebouw in Maasstijl, uit midden 17de eeuw - tweede helft 17de eeuw wordt in 1761 tot zijn huidige vorm verbouwd, datering op een windvaan. Gesloten hoeve, gelegen ten zuidoosten van het kasteel. Bakstenen gebouwen onder zadeldaken (leien voor het woonhuis), gegroepeerd rondom een rechthoekig erf. Huidige inrijpoort uit de 19de eeuw in de zuidelijke vleugel, die, naast het poortgebouw onder zadeldakje, stallen bevat. Bakstenen rondboogpoort, voorzien van hardstenen posten, imposten en sluitsteen. Zij vervangt waarschijnlijk de oorspronkelijke inrijpoort in de noordelijke vleugel, die naar de zijde van het kasteel was gericht.
Oorspronkelijk poortgebouw met duiventil, thans stal, ten noorden, eveneens geflankeerd door stallen. smeedijzeren muurankers (17de eeuw). 19de-eeuwse, rechthoekige staldeuren in houten omlijsting. Op de bovenverdieping, duiventil: rechthoekig venster in een houten omlijsting. De stal aan de rechterzijde behield resten van vakwerk, thans met bakstenen vullingen. De gevel aan de noordelijke zijde is voorzien van rechthoekige deuren in een vlakke, kalkstenen omlijsting en halfronde, bakstenen zoldervenstertjes.
Connecterra is de hoofdtoegangspoort van het Nationaal Park Hoge Kempen. Op de plek waar tot 1987 de steenkoolmijn van Eisden nog op volle toeren draaide, geniet je nu van een verrassend landschap van “bergen en meren” en hoge toppen met spectaculaire panorama’s! Connecterra verrast ons met een bijzonder stukje natuur in Vlaanderen.
We beginnen onze wandeling op de parking voor het hoofdgebouw van de mijn van Eisden. Het prestigieus gebouwencomplex van 1931 in neo-classicistische barokstijl. De invloed van de Franse aandeelhouders blijkt uit de keuze voor deze vormgeving. Het gebouw wordt voorafgegaan door een Franse tuin. Achter het gebouw de schachtbokken met hun respectieve losvloeren. Schachtbok I, boven de z.g. Puits de la Reine, naar het bezoek van koningin Elizabeth ter plaatse in 1922, was in 1921 volledig klaar; hij is 45 m hoog en het schachtwiel bevindt zich op 34,5 m hoogte. De losvloerinstallatie rond de schacht wordt uitgebouwd vanaf eind 1922. Schachtbok II dateert van 1926. In tegenstelling tot de metalen schachtbokken van de andere Belgische zetels zijn deze van Eisden opgetrokken in beton; het gebruik van beton liet een fijnere bouwstructuur toe en was goedkoper, maar star en niet aanpasbaar bij verzakkingen, zoals in de loop der jaren bleek. Elke schachtbok is voorzien van twee boven elkaar gelegen losvloeren; betonskeletten waartussen metalen structuren.
Wij wandelen het ontvangstgebouw in en dan gaan we de natuur in. Nog eens achterom kijken naar de twee schachtbokken. Dan wandelen we door het park, langs het insectenhotel. Dan wandelen we naar de waterzijde wat is het hier mooi. Midden in het meer twee hoge bergen. Wat mooi. Het is hier zo rustig en zo mooi het is genieten van alles wat we hier zien en horen. Wij wandelen rond het meer duizende kleine kikkers springen voor ons op en de libellen en waterjuffers vliegen rond en denken aan niks anders dan te zorgen voor het nageslacht.
Weer wat verder en aan de bank aan het meer houden we halte om te picknicken. Het is zalig om hier te zitten en de wind en het water te horen. Genieten van al dat moois. Dan weer een eindje verder en we komen nog aan een constructie van de oude mijn. Weer verder libellen, waterjuffers en vlinders kruizen onze weg. En dan kom de schachtbok weer in zicht. Ik neem de tijd om de schacht te beklimmen en word beloont met een prachtig zicht op de omgeving, dan weer verder tot aan het ontvangstgebouw waar we deze mooie wandeling afsluiten.
Wat een pracht, wat een rustgevend en ontspannende wandeling, volop genieten van deze toch wel bijzondere plek, eerst een plek waar zoveel activiteit was en naderhand heeft de natuur hier zijn plaats opgeëist en nu kunnen we van deze prachtige plek genieten.
MARCHE ADEPS DES TERRILS A LIEGE. / ADEPS. / LIEGE. 21/06/2015.
MARCHE ADEPS DES TERRILS A LIEGE.
ADEPS.
LIEGE.
Op drie minuten van het Luikse stadscentrum liggen de Coteaux de la Citadelle (de Flanken van de Citadel): doodlopende steegjes, smalle weggetjes, straatjes en trappen bedekken de steile hellingen van de Maasvallei. In het totaal zijn er vijftig geklasseerde monumenten en vijf geklasseerde sites. Onze wandeling vertrekt op de citadel en we gaan een aantal terrils aandoen, we zijn verwonderd over de rijke natuur die we hier vandaag gaan zien.
Eerst wandelen we even naar de “Executieplaats l'Enclos des Fusillés” op de citadel. Op deze plaats, in de citadel van Luik, zijn in de Tweede Wereldoorlog 271 mensen gefusilleerd. Zij worden, samen met andere slachtoffers herdacht met symbolische graven. In totaal zijn hier 317 symbolische graven, ook zijn er 98 echte graven van doodgeschoten verzetsstrijders. We wandelen even rond op de gedenkplaats en dan wandelen we verder op het parkoers. Dan weer verder langs kleine wandelpaden dan weer even door het bos en dan weer een eindje door de weilanden.
Het steenkoolbekken in de provincie Luik strekt zich uit vanaf Hoei (Huy) tot Luik en verder oostwaarts tot Battice. Reeds in de veertiende eeuw werd hier steenkool gedolven. Vanaf 1800 kende de steenkool- en metaalindustrie een enorme groei. Vanaf de steenkoolcrisis (1950) ging het bergaf met de steenkoolontginning in het Luikse. Verscheidene maatschappijen sloten ontginningszetels of fusioneerden. Eén voor één sloten de mijnen hun poorten. De laatste sluitingen waren in 1976 (Colard, Seraing), in 1977 (Hasard, Cheratte) en in 1980 (Blegny)
Hier passeren we onze eerste “terril Batterie Ancien”.
In 1859 werd de SA des Charbonnages de Bonne-Espérance et Batterie opgericht. De maatschappij had op dat moment koolmijnen in Vottem en Herstal. In 1927 worden de concessies van Violette (Jupille) en Wandre toegevoegd. In 1950 volgde een fusie met Bonne-Fin en Baneux tot de SA des Charbonnages de Bonne-Espérance, Batterie et Violette. De concessie had toen een oppervlakte van 1051 ha. In 1962 haalde Batterie een jaarproductie van 202000 ton. De mijn in Vottem werd gesloten op 4 juli 1965. De terrils van Batterie Ancien en Batterie Nouveau zijn bewaard gebleven. Alle gebouwen van de mijn in Vottem zijn verdwenen. Het terrein ligt grotendeels braak.
Wat verder komen we aan de “terril Batterie Nouveau”. We zijn hier in “Haut des Tawes” met zichten op de heuvels. Een eind over de terril het lijkt wel of we in een oerwoud wandelen dichte begroeiing met smalle paadjes. Dan verlaten we d eterril met een mooi zicht op de volgende. We komen in “Thier a Liege” hier een paar mooie huizen en zichten op de terrils. Dan komen we aan een kasteel. “Chateau Bernalmont” dit charmante middeleeuws kasteel was vroeger de woning van de mijndirecteur. Vandaag is er een hotel in gevestigd. Het golfterrein ligt op de terreinen van de “Grande Bacnure”
De SA des Charbonnages de la Grande Bacnure werd opgericht in 1924. De exploitatieschacht in Bernalmont heette "Gérard Cloes" (gesloten in 1960). De kolenwasserij was gevestigd langs de Maas in Coronmeuse. In 1920 kwam er een fusie met "Petite Bacnure". Deze mijn lag ook in Herstal en bleef open tot 1971. Alle installaties zijn momenteel verdwenen. Enkele schachtdeksels zijn nog zichtbaar. De terrils van Petite Bacnure en Bernalmont zijn bewaard gebleven net als enkele oude muren rond het terrein van Petite Bacnure. Op het mijnterrein van Grande Bacnure (Gérard Cloes) is een golfterrein aangelegd. Het nog bestaande kasteel van Bernalmont was vroeger de woning van de mijndirecteur.
Weer wat verder en we komen langs de ”Terril de la Petite Bacnure” en dan komen we aan de rustplaats” La Charlemagn’rie” een tentoonstelling en rustplaats. We nemen hier de tijd om even te verpozen en dan weer verder. We wandelen door Bernalmont en de terrils “de Bernalmont” en “Terril Belle Vue”
De SA du Charbonnage de Belle-Vue et Bien-Venue werd overgenomen door Hasard dat al mijnzetels had in Cheratte en Fléron. Belle-Vue sloot in 1968. Er is weinig bewaard van deze koolmijn. Op het terrein zijn nu enkele bedrijven gevestigd.
Nu wandelen we verder boven op het plateau met zicht naar beneden, onderons de Maas en de stad Luik. Het is een mooi stukje door de grasvelden en langs de bosjes mooi golvend landschap en zo komt de citadel weer in zicht waar deze toch wel mooie Terrilwandeling eindigt.
5E MARCHE D’ETE. / LES GUIBOLLES GUIBERTINES. / TANGISSART. 20/06/2015
5E MARCHE D’ETE.
LES GUIBOLLES GUIBERTINES.
TANGISSART.
Vandaag een wandeling in Waals Brabant. In Tangissart een deelgemeente van Court-Saint-Etienne. Is een groene en heuvelachtige gemeente, die bespoeld wordt door de Dyle, de Thyle en de Orne. Ze mag uitpakken met een netwerk van paden en wegen die fraaie wandelingen bieden.
De wandeling vandaag is er eentje die ons door een paar prachtige wandelwegen leidt “ Sentier Touristique” worden ze genoemd en het zijn echt pareltjes van kleine wegen die ons door het landschap brengen. We wandelen een eindje langs de spoorweg om dan in het bos terecht te komen. “Bois Ste-Catherine” mooi om door te wandelen en genieten van de natuur. Meter hoge varens en bloemen vergezellen ons op onze tocht. Uitgestrekte vergezichten op de open plekken in het bos en aan de randen prachtige huizen wit gekalkt met rozen tegen de gevels, gewoon mooi.
Nu wandelen we het bos terug in ”Bois de l’Heuchére” hier meer open plekken in het bos waar graslanden zijn en mooie zichten over het landschap, weer wat verder langs weilanden waar koeien rustig grazen en zo wandelen we naar Faux. En dan keren we weer naar Tangissart. Wat een mooie wandeling hebben we hier vandaag gedaan. Nog even langs een paar mooie oude huizen en dan zijn we terug aan ons vertrek.
MIDWEEKWANDELTOCHT. / WSV. DE VELDLOPERS. / GULPEN. 17/06/2015
MIDWEEKWANDELTOCHT.
WSV. DE VELDLOPERS.
GULPEN.
Het dorp ligt aan de zuidzijde zelf tegen de Gulperberg aan gebouwd. De berg is een uitloper van het Plateau van Crapoel dat hier steil eindigt. Verder zuidelijker liggen op de hellingen van het plateau enkele bossen: het Dunnenbos, het Wagelerbos en daarachter het Schweibergerbos. De noordzijde van het dorp is op de zuidhelling gebouwd van de Beversberg, waarnaast de Dolsberg ligt. De plaats zelf ontleent haar naam aan het riviertje de Gulp, dat dwars door het centrum van het dorp loopt en het dorpsgezicht typeert.
We wandelen het stadje uit langs het monument voor de Joden die omgekomen zijn door de nazi’s. Dan langs de vijver en de Watermolen. Op de Gulp ligt de watermolen Neubourger Molen wij passeren langs de achterzijde en zo wandelen we de dreef van het Kasteel Neubourg. Dan komen we langs het kasteel. Kasteel Neubourg is idyllisch gelegen in het dal van het riviertje de Gulp. Het kasteel is omgeven door bospercelen, fruitboomgaarden en weilanden. Kasteel Neubourg bestaat uit een hoofdgebouw en twee voorburchten, een aan noordzijde en een aan westzijde. Een lindendreef met toegangsbrug over de kasteelgracht leidt naar de imposante toegangspoort van de noordelijke voorburcht die wordt geflankeerd door twee slanke torens. Dit deel wordt ook wel aangeduid als 'eerste bouwhoeve'. De westelijke voorburcht heeft een eigen toegangspoort en is eigenlijk een boerderij, meestal 'tweede bouwhoeve' genoemd. Vandaag zijn er restauratie werken bezig en zo zal dit unieke monument bewaard kunnen blijven voor de toekomst. We wandelen verder langs weilanden en door een prachtige bomenlaan.
Het is prachtig wandelen in dit golvend heuvellandschap. Zo komen we in Euverem. De circa 35 huizen liggen rond de gelijknamige weg Euverem en de haaks daaropliggende Kampsweg richting Pesaken en Crapoel. De buurtschap bestaat uit twee straten en ligt in het dal van het riviertje de Gulp midden in het Zuid-Limburgse Heuvelland. Euverem ligt in een fraai landschap. Verschillende paaltjesroutes voeren wandelaars langs de buurtschap. Het pand Euverem 10, een fraaie vakwerkboerderij, is een rijksmonument. We wandelen verder en komen zo in Reijmerstok. Wat verder wandelen we door de mooie natuur.
Veel afwisseling bos en weilanden en ook een heel mooi. We komen ook langs het hopveld en dan maar dalen. Wat verder langs een mooie kasteelhoeve. Nog even langs een prachtige vakwerkhoeve. Dan weer eindje verder en dan langs de achterkant van het kasteel en dan komen we terug in Gulpen. Een pracht wandeling in een gezellige stadje waar de geur van koken hop overheerst. De naam Gulpen geniet bekendheid doordat de plaatsnaam in een lokaal biermerk is vernoemd: te weten Gulpener bier.
Vandaag een ADEPS wandeling. In Ombret, de gehuchten Ombret en Rawsa behoorden aanvankelijk tot de gemeente Amay. In 1842 werden de gehuchten van Amay afgesplitst in een nieuwe zelfstandige gemeente Ombret-Rawsa, met als hoofdplaats Ombret. Bij de gemeentelijke herindeling van 1977 werd Ombret ingedeeld bij de gemeente Amay en Rawsa bij de gemeente Modave. We wandelen het dorp uit en klimmen een heel eind.
Onze inspanning word beloont met een prachtig zicht op de Maas die zich door het dal slingert. We blijven klimmen en we komen langs prachtige gebouwen in lokale steen, mooi toch. We wandelen nu door het “bois de Bellegrange” een uitgestrekt bosgebied. Wel een mooi gebied met veel afwisseling groepen loofbomen en open vlakken wisselen af en het geeft alles een prachtig uitzicht en de afwisseling is welkom. We wandelen nu aan de rand van het bos en komen in “Rausa” verder door het bos en het is genieten van de natuur wat een verscheidenheid in bomen en struiken, vlinders en andere insecten. Wat verder komen we in het reservaat “ Landes d’Ombret” hier komen vele verschillende bloemen voor waardoor ook verschillende vlinders voorkomen, het is een prachtig stukje natuur met veel afwisseling. Stukken met struiken en bomen en dan weer een stuk weiland met veel verschillende grassen en bloemen. Zo komt het Vingerhoedskruid veel voor
.
Even voorstellen: Vingerhoedskruid wordt 30-150 cm groot. De plant heeft eironde tot lancetvormige bladeren, die aan de onderzijde grijs behaard zijn. De stengel en bloemstelen zijn bezet met korte, zachte haren. Vingerhoedskruid bloeit van mei tot oktober met meestal donkerrood gevlekte bloemen. Er zijn drie kleuren: donkerrood (hardroze), lichtpaars en wit. Om de rode vlek zit een witte rand. De witbloeiende planten worden soms als aparte soort gezien. De bloemkroon is 4-5 cm lang. De hommels moeten in de bloemkroon kruipen om bij de nectar te kunnen komen. Soms wordt echter een gaatje in de bloemkroon gebeten om zo bij de nectar te kunnen komen. Een plant kan meer dan negentig bloemen hebben en duizenden zaadjes.
Weer verder met de wandeling langs de mooie natuur, is genieten. We klimmen weer een heel eind en we worden weer beloont met een prachtig zicht op de Maas. Dan komen we terug aan ons vertrek, maar eerst nog even langs de kerk van Ombret (19eeuw) ligt in puin, maar het moet worden omgezet in huisvesting. De klokken worden tentoongesteld in het centrale plein van Amay , in de buurt van het college. Nog even en we zijn terug aan ons vertrek. Een prachtige wandeling.
35E MARCHE DES AVIATEURS. / LES BERGEOTS. / CORENNE 13/06/2015
35E MARCHE DES AVIATEURS.
LES BERGEOTS.
CORENNE.
We vertrekken in het centrum van Corenne, tegenover de kerk. Een grote hoeve “Le ferme Bilandre” met indrukwekkende gebouwen daar vertrekken we. En vlug wandelen we door het prachtige landschap, groene weilanden en hier en daar stroken bos, gewoon prachtig.
We wandelen tussen Corenne en Flavion. Wel prachtig om het dorp Flavion voor ons te zien gelegen in een dal. We wandelen nu het dorp binnen, een kasteeltje duikt voor ons op maar het is vervallen eigenlijk spijtig. Chateau de Flavion ook wel Chateau Closon genoemd tegenover de 19de eeuwse neoklassieke bijgebouwen, spijtig dat alles zo vervallen bij ligt. We wandelen door het dorpje langs de kerk en wat verder langs een prachtige kapel. Dan wandelen we weer door de velden naar Rosee.
We wandelen het dorpje binnen en een grote boerderij duikt voor ons op. “Ferme de la Laiterie” een statig gebouw, kasteelhoeve prachtige ligging. Door het dorpje prachtige huizen in grijze natuursteen en een grote boerderijen, wij wandelen nu langs het militairvliegveld van Florennes. Nog een heel eind door velden en langs de mooie omgeving en we komen terug in Corenne. Een mooie wandeling in een prachtige streek.
BEZOEK AAN GIVET.
We zijn dicht bij de Franse grens en gaan nog even naar GIVET voor een kort bezoekje.
BATTLE OF WATERLOO. / LES MARCHEURS DU HAIN. / BRAINE-L’ALLEUD. 07/06/2015.
BATTLE OF WATERLOO.
LES MARCHEURS DU HAIN.
BRAINE-L’ALLEUD.
Uitzonderlijke wandeling ter gelegenheid van de tweehonderdste verjaardag van de slag van Waterloo.
De Leeuw van Waterloo kennen we nog van uit de tijd van onze schoolreizen (begod is dat al lang geleden). Vandaag kunnen we een wandeling maken en ontdekken de strategische posities van Napoleon en Wellington, en als kers op de taart een beklimming van de heuvel met de Leeuw van Waterloo.
We vertrekken en al vlug komt de heuvel met de Leeuw in het zicht. We wandelen een eind door de velden om dan aan de kasteelhoeve Hougoumontte komen
De kasteelhoeve Hougoumont speelde een grote rol in de Slag bij Waterloo op 18 juni 1815. Hougoumont had een grote ommuurde tuin, een boomgaard en een park. Hougoumont lag tijdens de slag op de rechterflank van Wellingtons positie. Napoleon slaagde er niet in, ondanks herhaalde aanvallen, de hoeve te veroveren. De boerderij is sinds 1938 beschermd als monument. Wellington zag Hougoumont als steunpunt voor zijn defensie op de rechterflank dat hij niet uit handen wilde geven. Rond de Ferme Hougoumont werd bijzonder hard gevochten tijdens de slag van Waterloo. Ze werd achtereenvolgens door de Fransen en dan door de Engelsen bezet. Dat werd weer gevolgd door een belegering van de Fransen. De schuur en het kasteel brandden daarbij uit. Van het oorspronkelijke hoevekasteel stond dus niet veel overeind na een namiddag ongemeen hard vechten. In en rond de hoeve vielen naar schatting 6000 doden.
Vandaag een prachtige gerestaureerde kasteelhoeve. Dan weer verder met Jelle is voor het eerst dit allemaal ziet en vol verwachting hoopt de heuvel te beklimmen. Achter ons de heuvel met de leeuw.
We wandelen verder en komen aan de volgende halte met info bord, de Engelse Linies. Hier hebben we een zicht over het slagveld.
Het slagveld ten zuiden van Waterloo werd al snel tot beschermd gebied verklaard en is daarom nog grotendeels hetzelfde als 200 jaar geleden. De heuvel met de Leeuw van Waterloo is na de slag opgeworpen en biedt een mooi uitzicht over het slagveld. De meeste hoeves zijn ook nog aanwezig zoals Hougoumont op de rechterflank van Wellington, de la Haie Sainte in het midden en Papelotte op de linkerflank. Er staan vele monumenten voor alle strijdende partijen en zijn er musea in Waterloo, Ligny en Genappe.
Nu wandelen we door het vlakke landschap achter ons de ommuurde kasteelhoeve en langs ons de heuvel met Leeuw.
Constructie van het monument van Waterloo vond plaats tussen 1823 en 1826. Er was 290.486 m³ zand nodig om een 40 meter hoge heuvel op te richten. Op de top daarvan werd een 28 ton zware leeuw uit gietijzer geplaatst op een sokkel van 4,5 meter. De leeuw zelf is een ontwerp van de Mechelse beeldhouwer Jean-Louis van Geel. Een ondergrondse ring van bakstenen ondersteunt het monument. De ontwerper van het geheel was architect Charles Vander Straeten, particulier architect van de Prins van Oranje en uiteindelijk (Rijks-)Architect der Koninklijke Paleizen en Landsgebouwen (eerst enkel in de Zuidelijke Provinciën, later in het gehele Verenigde Koninkrijk der Nederlanden).
We wandelen weer verder voorbij een witte hoeve met gedenkplaat. We steken de grote weg over en volgen deze even. We komen nu voorbij de kolom van Victor Hugo. Tegenover staat het monument met gewonde arend die de Franse vlag vasthoud. We wandelen nu terug de velden in en de heuvel blijft ons aandacht trekken. Wat verder tussen de bomen duikt een toren op. We wandelen verder war dalen en dan weer wat klimmen en zo komen we aan een kleine kapel. Wat verder ligt de toren. We komen aan de “Ferme de la Papelotte”
Deze aan de oostkant van het slagveld van Waterloo gelegen herenboerderij was een belangrijk steunpunt voor de Engelse troepen van Wellington. Bij de gevechten brandde ze af, maar in 1860 werd deze gesloten hoeve gerestaureerd. Samen met het kasteel van Fichermont, verdedigd door de detachementen van Oranje-Nassau, bood ze beschutting voor de komst van het Pruisische leger.
We wandelen verder en komen nog een aantal kleine gedenkstenen voorbij.
Ook nog even voorbij een klooster en dan weer verder, dan wandelen we voorbij een groot deel van het slagveld, hier zal volgende week de slag van Waterloo herhaald worden, ze verwachten 40.000 bezoekers en de tribunes zijn volop in opbouw. Nu komen we aan onze controle post. Hier even rusten en wat bijpraten met wandelvrienden. Na rust vervolgen we onze route naar het ontvangst centrum van Waterloo.
DE HEUVEL MET DE LEEUW
Deze 40 meter hoge heuvel werd opgericht op de plaats waar naar verluidt de Prins van Oranje (1792-1849) werd verwond, vooraleer tot Koning der Nederlanden te worden gekroond (van 1840 tot 1849). De bouw van deze enorme aarden kegel nam drie jaar in beslag, van 1823 tot 1826. De leeuw die zich op de top verheft, symboliseert de overwinning der monarchieën.
De architect zegt er het volgende over: "steunend op een wereldbol kondigt hij de rust aan die Europa op de vlakten van Waterloo heeft veroverd". De top van de heuvel biedt uitzicht over heel het slagveld.
HET PANORAMA
Het panorama, een omvangrijk rond gebouw dat zich naast het bezoekerscentrum bevindt, herbergt het doek dat in 1912 door Louis Dumoulin werd geschilderd om het eerste eeuwfeest van de slag te vieren. Deze gigantische fresco heeft spectaculaire afmetingen, het dramatische onderwerp meer dan waardig: een omtrek van 110 meter en een hoogte van 12 meter. Het panorama werd ontworpen in de XIXe eeuw. De massieve en elegante constructie is ontworpen om er grote schilderijen in te herbergen, met een omvang tot 110 op 14 meter.
Als onderwerp voor panoramaschilderijen werden gewoonlijk beroemde veldslagen, religieuze hoogtepunten of landschappen gekozen. Het panorama werd in 2008 gerenoveerd. Als één van de weinige overgebleven panorama's is het authentiek historisch erfgoed. In het begin van de XXste eeuw waren deze grote reconstructies vrij gangbaar, maar met de tijd werden ze zeldzamer.
We nemen ruim de tijd om alles eens te bekijken en samen met Jelle beklimmen we de 240 trappen naar boven om van het prachtige panorama te genieten. Na ons bezoek is het nog maar een stukje tot de aankomst. Een pracht van een wandeling. Veel mooie dingen gezien en een stukje geschiedenis beleefd.
Vier dagen voor de Slag van Waterloo in juni 1815 trok Napoleon binnen in België. Het grondgebied van België weliswaar, want ons land bestond op dat moment nog niet. De beslissende dag voor Keizer Napoleon was op 18 juni 1815. Zijn Franse leger van 124.000 man werd ingeklemd door de coalitielegers. Het Engels-Hollandse leger van 97.000 manschappen werd aangevoerd door hun generaal Wellington en de prins Willem van Oranje, de latere koning van Nederland. Het Pruisische leger telde 117.000soldaten en werd geleid door veldmaarschalk Blücher. Na 8 uur intens strijdgewoel eindigt de veldslag met de nederlaag van de Franse troepen. Er werden bijna 9.500 doden en 32.000 gewonden geteld. Voor bezoekers is het uniek dat veel bewaard is gebleven: het slagveld, Napoleons hoofdkwartier, de boerderijen en diverse gebouwen. Het platteland rond Waterloo is afgebakend met 135 gedenktekens. Een aantal onder hen zijn opgericht ter ere van elk van de naties die op het slagveld vertegenwoordigd waren. Andere werden gebouwd door families, ter nagedachtenis van de dappere strijders van Waterloo. Het Franse leger verliet het slagveld in volledige chaos en trok zich via Charleroi terug over de Franse grens.
Napoleon keerde terug naar Parijs, dat hij op 21 juni 1815 bereikte, maar hij werd niet meer als keizer erkend. Een paar weken wachtte hij werkloos op het landgoed Malmaison bij Parijs. Een poging om naar Amerika te vluchten werd verijdeld omdat de Engelsen alle havens hadden afgegrendeld. Vervolgens vroeg hij politiek asiel aan in Engeland. Hij probeerde dat op diplomatieke wijze: Laat ik mij onderwerpen aan de edelmoedigste van mijn vijanden. Sint-Helena Napoleon kreeg asiel van de Britten, maar anders dan hij had verwacht. Hij werd als gevangene aan boord van het marineschip Northumberland vervoerd en na een tocht van 70 dagen afgezet op het afgelegen, verlaten Britse eiland Sint-Helena, in het zuidelijke deel van de Atlantische Oceaan. Nog zes jaar bracht Napoleon daar door voordat hij op 5 mei 1821 stierf. In 1840 werd zijn stoffelijk overschot naar Parijs overgebracht, en bijgezet in de Dôme des Invalides.
38E GRANDE MARCHE DE L’AMITIE. / LES MARCHEURS DE L’AMITIE LANDENNE ASBL. / SCLAY. ANDENNE. 06/06/2015
38E GRANDE MARCHE DE L’AMITIE.
LES MARCHEURS DE L’AMITIE LANDENNE ASBL.
SCLAY. ANDENNE.
De Grand-Place (Grote Markt) van Sclayn is eveneens een belangrijk architectonisch ensemble met onder andere de voormalige kapittelkerk van Sint-Mauritius, in oorsprong romaans, maar in de 18e eeuw verbouwd.
Nabij Sclayn ligt ook een belangrijk natuurgebied, waar zich in de nabije grotten het archeologisch reservaat Scladina bevindt, waar in 1993 resten van Neanderthalers zijn gevonden. We wandelen voorbij de kerk en een paar merkwaardige gebouwen, dan wandelen we de natuur in langs kleine wegjes en dan door de velden en langs bosjes. Dan komen we aan de steengroeve het is herschapen in een klein natuurreservaat met een grote vijver, de natuur neemt stilaan over van de mens.
Wat verder komen we langs de mooie huizen met stenen uit de nabij gelegen steengroeve. We wandelen wat verder en komen zo in Bonneville. Voor ons het kasteel. Het Kasteel van Bonneville was vroeger een boerderij bestaande uit een donjon uit de vijftiende eeuw. In 1617 kocht Jacques de Zualart, burgemeester van Namen, het landgoed. Hij werd heer van Sclayn-Bonneville en begon met de bouw van de noordelijke vleugel van het hoofdgebouw: een renaissancegevel gekenmerkt door een afwisseling van baksteen en kalksteen.
Tilmant van Zualart, zoon van Jacques, ging failliet tijdens de lopende bouw en ridder Jean-Hubert van Tignee, de belangrijkste schuldeiser, werd in 1690 de nieuwe eigenaar en heer van Bonneville. Nog steeds, gedurende meer dan tien generaties, behoort het kasteel toe aan een directe afstammeling: ridder Boudewijn van Theux. Het pand is nauwelijks veranderd qua uiterlijk, uitgezonderd de achttiende-eeuwse salons en de Franse tuin. Tegenover de Kerk Saint-Firmin, Deze mooie romaanse kerk uit lokale steen is omgeven door een kerkhof. Zeker de toren en het stuk voor het schip dateren uit de 11e eeuw. In de 15e eeuw werd het kerkje vergroot met twee traveeën en een driezijdig koor. Het meest opvallende element aan de buitenzijde van de kerk is de massieve toren. Oorspronkelijk had deze toren een defensieve functie. Vandaag de dag kan je nog steeds de kleine openingen in de muur zien van waar men de vijand met verschillende projectielen kon beschieten. Binnenin bezit de kerk enkele opmerkelijke werken die men zeker van dichtbij moet bekijken: onder meer een gotische Piëta uit de 16e eeuw; een 18e-eeuws paneel, afkomstig van de oude preekstoel, werd geïntegreerd in het huidige altaar; de grafstenen van Jean de Namur (over-leden in 1569) en van F. de Ronvau (overleden in 1603). De doopvont werd in 1963 vervaardigd door J. William. In 1976 werd het kerkhof geklasseerd als beschermd monument. De omliggende woningen uit dezelfde steen geeft dit geheel een bijzonder uitstraling. We wandelen langs het kasteel om aan de grote hoeve te komen, samen met het kasteel vormt het een prachtig geheel.
We laten Bonneville achter ons door de prachtige velden, midden in het veld een kapel met twee enorme bomen en een kunstwerk onder de bomen. Verder door de velden en zo komen we in Thon. Het dorpje Thon in de vallei van de rivier de Samson is opgenomen in de lijst van mooiste dorpen van Wallonië (Les Plus Beaux Villages de Wallonie). In het dorp zelf staat de barokke Sint-Remigiuskerk en in de omgeving bevinden zich het kasteel van Forges en een rotsformatie genaamd Les Demoiselles. Tegenover de kerk een prachtig kasteel met aan de overzijde van de weg een ommuurde tuin.
We hebben geluk de kerk is open en we kunnen even binnenkijken. We verlaten het dorpje en weer een eind door de velden tot we aan “la ferme de Crevecoeur” een grote hoeve weerzijde van de weg deze 18 -19 de eeuwse boerderij is een parel van bouwkunde.
Weer verder, weer verder door de velden en we komen aan een veld met klaprozen wauw wat mooi. Wat verder en we komen terug aan ons vertrek. Een pracht van een wandeling, veel gezien en genoten van de prachtige natuur.
We vertrekken met de wandeling in het Bungalowpark Simpelveld. Al sinds oudsher wordt de streek rondom Simpelveld bewoond. Rond 4000 v.Chr. woonden in deze streek de zgn. Bandkeramiekers. Genoemd naar het soort versiering op hun aardewerk. Omstreeks het jaar 100 vestigden zich oud-strijders uit het Romeinse leger in herenboerderijen (villa’s). Uit deze tijd stamt de wereldberoemde sarcofaag van Simpelveld. De kist is nu één van de pronkstukken van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden. Een kopie staat in de hal van het gemeentehuis.
Ook in Bocholtz is in oktober 2003 een bijzondere askist gevonden, midden in een cirkel met een straal van één kilometer waarbinnen de restanten van vier Romeinse villa’s zijn gelegen. Wij wandelen vandaag in het “groen” van Simpelveld. Maar eerst wandelen we voorbij het station van de Miljoenenlijn. Met trots presenteert de gemeente Simpelveld zich als Stoomstadje Simpelveld. Vanaf hier kunt u met de nostalgische stoomtrein de omgeving bewonderen over de enige "berg" spoorweg die Nederland rijk is. De Stichting Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij heeft zich voor het behoud van de lijn ingezet.
Volgens het rittenschema stoomt deze trein met Zweedse locomotieven door Zuid-Limburg. Vandaag is het rijdag, wij horen soms de stoomfluit door het dal klinken, maar we zien de stoomtrein vandaag niet. We wandelen door de mooie natuur om in Waalbroek te komen. De naam Waalbroek is afgeleid van Waal (Franstalige) en broek, een moerassig gebied. De buurtschap ligt in het dal van de Eyserbeek. In de buurtschap staat de Waalbroekerhof, oorspronkelijk een laathof van de cisterciënzerinnenabdij Val-Benoit uit Luik. Naar het noordelijk gelegen natuurgebied Groeve Sweijer loopt een wandelpad. Wij wandelen over dit pad in het natuurgebied. Weer een heel eind door de prachtige omgeving en dan steken we de miljoenenlijn over.
We wandelen verder en komen zo in Molsberg. Een lang gerekte natuurgebiedje waar vele lupine staan wel mooi en een heel eind door een prachtige laan. Langs een prachtige boerderij en komen we in Huls. We klimmen een beetje en we krijgen prachtige vergezichten over het groene landschap. In de verte staat een prachtige windmolen. Weer verder en we wandelen Hulsveld binnen met een prachtige oude boerderij. Weer verder we komen aan de oude watermolen, daterend uit 1774, is een nationaal monument. Van de oorspronkelijke molen zijn onder andere het molenhuis en het ijzeren middenslag waterrad, met de bijbehorende watergoot, nog zichtbaar. De watergoot staat vol met witte bloemen tegenover een oude boerderij.
Wij klimmen weer Simpelveld in en op de hoek van de straat een prachtig gebouw. Verder klimmen tot aan de spoorweg steken deze over langs de het seinhuisje en dan keren we terug naar ons vertrek. Een mooie en aangename wandeling die we kunnen maken in Simpelveld.
Vandaag een wandeling met ADEPS. Vertrek met de wandeling aan het voetbalveld. Al vlug komen we aan de Kasteelhoeve Limont.
Tussen 1220 en 1230 ontving ridder Robert de Limont het land van Limont uit handen van zijn vader. Hij zette er een hoeve neer dat het huis werd van meerdere generaties ridders en schildknapen. Enkele jaren geleden werd deze kasteelhoeve volledig gerenoveerd tot het juweeltje dat het vandaag de dag is. De natuur rondom Château de Limont aan het begin van de prachtige Ardennen is ronduit adembenemend. De Kasteelhoeve van Limont is omringd door een 9ha groot park met honderdjarige bomen.
We wandelen het kasteeldomein op en er is een wandel parkoers op uitgezet dat ons door het domein leidt. Langs de prachtige oude bomen, de ijskelder en de merkwaardige toren. Zo geheel rond het domein, is gewoon prachtig om te lopen waar bijna 900 jaar geleden ridders op rond liepen. Zo wandelen we het kasteeldomein uit langs grote haspengouwse hoeven. Langs de kerk en het kerkhof met een mooie grafkapel spijtig dat ze zo onderkomen is.
Wat verder komen we aan Het Kasteel van Limont of Donjon van Limont
In 1230, schenkt Libert Jeneffe, heer van Borgworm, het land van Limont aan zijn zoon Robert. Het land is afgescheiden van het domein Warfusée-Donmartin. Robert draagt de titel van Limont, kiest een nieuw wapen en bouwt de donjon. Robert wordt gedood tijdens de verdediging van het kasteel van Borgloon in 1276 gedurende de Awans- en Warouxoorlog . De donjon onderscheidt zich door een uitzonderlijke regelmatigheid van de vuurstenen parementblokken gebruikt als gevelbekleding. kalkstenen hoekstenen versterken de muren. Gebouwd op een vierkante plattegrond van 8,50 meter bij 8,50 meter was het gebouw waarschijnlijk oorspronkelijk vier verdiepingen. Nu kan men nog steeds twee verdiepingen zien en de basis van de derde verdieping. De deuropening is gelegen op 1ste verdieping die te bereiken was met een houten trap, In het geval van bedreiging kon de trap worden ingetrokken. Op de eerste verdieping, de woonkamer, bevindt zich een grote open haard en twee ramen met vensterzetels. Het plafond was een kruisribgewelf. Een luik in de vloer gaf toegang tot een afgesloten kelder. Het gewelf van de kelder is gemaakt van kalktuf. Een stenen trap ingebouwd in de noordelijke muur leidt tot privéverdiepingen. Het dakterras was oorspronkelijk bekleed met kantelen ter verdediging.
We wandelen verder een heel eind door de velden en langs de akkers om zo in Donceel te komen. Aan het kasteel van Donceel.
In 1456 kocht Godefrein van Donceel twee eigendommen in de vallei van de Yerne om er een kasteel op te bouwen. Het huidige kasteel, gelegen in het centrum van het dorp onder de voormalige parochiekerk, dateert van de 17de eeuw en begin 18de eeuw. In de 17de eeuw ging het kasteel over in de handen van de familie de Hemricourt en daarna van de familie de Chestret die het tot op heden nog altijd bewoont. Jean-Remi de Chester renoveerde het kasteel, tussen 1767 en 1769, tot het kasteel dat we nu kennen. Het kasteel, gebouwd in bak- en kalksteen en omringd door een fraai park, bestaat uit een landhuis en twee landbouwbedrijven rond een driehoekig plein met bomen.
Ook dit domein staat open voor de wandelaars we wandelen voorbij het hoofdgebouw en we komen de eigenaar tegen, wat een vriendelijke man hij zegt dat we overal mogen gaan kijken, wij blijven natuurlijk op het uitgezette parkoers. Zijn al blij dat we op dit privé domein mogen wandelen.
We verlaten het domein en komen weer langs een prachtige hoeve. In het wapenschild boven de deur het jaartal 1662 en een afbeelding van Sint Michiels met draak. Wat verder en we komen zo terug aan ons vertrek.
Een mooie wandeling in Limont een pracht van een organisatie van Adeps.
37E MARCHE DES CORSAIRES. / LES CORSAIRES DE SART-LEZ-SPA. / SART-LEZ-SPA. 30/05/2015
37E MARCHE DES CORSAIRES.
LES CORSAIRES DE SART-LEZ-SPA.
SART-LEZ-SPA.
Sart-Lez-Spa een deelgemeente Jalhay, de westelijke poort tot de Hoge Venen. De verschillende typische dorpjes waaruit de gemeente JALHAY bestaat, kijken uit over het meer van de Gileppe en zijn opgetrokken aan de rand van de bossen. Merk hoezeer de makkelijk toegankelijke plaatsen geschikt zijn om wandelingen te maken, zich te ontspannen, te rusten... en lekker te eten.
In een dergelijke omgeving moet men er zich niet over verbazen dat de tradities nog levendiger blijven dan elders: het carnaval, het feest van de kool, het feest van het rund, maar ook het feest van de oude ambachten (Sart) trekken ieder jaar een steeds talrijker publiek. En dit alles in een grootse omgeving die haar natuurlijke zuiverheid en woestheid heeft weten te bewaren. De inwoners, trots op hun verleden en hun tradities. Woonplekjes, in de verschillende dorpjes en gehuchten, die met liefde in stand worden gehouden …Het vroegere plattelandsleven toonde niet graag zijn rijkdommen, als men die al had.
Er zijn slechts enkele monumenten, die ons herinneren aan het verleden van deze dorpjes en hun vaak nogal roerig verleden. Ze zijn beslist de moeite waard om te ontdekken, zoals de versterkte kerktoren van Sart, zijn romaanse doopvonten, de prachtige maagd uitgesneden in hout in de kapel van Wayai; „lès Hôts Egrés” op de markt van Sart, een uniek huis, daterend uit de 17e eeuw. Ook een bezoekje waard zijn het oude gerechtsgebouw en de perrons van Surister en Sart met vrijheidssymbool; voorheen misschien meer een symbool van trouw aan het Luikse Prinsdom van het oude regime.
De geschiedenis van de dorpen is altijd leuk om te ontdekken en als je dan kunt wandelen door deze dorpjes en de huizen en boerderijen ziet weet je dat dit een eerlijk landelijk streek is waar mensen houden van eenvoud maar ook trots zijn op hun verleden. Al vlug wandelen we door de prachtige natuur, veel afwisseling en weer eens dalen en dan klimmen golvend landschap met verre zichten over de groene weilanden met wat bomen en een uitgestrekt bos. Prachtig toch. Door het bos naar Balmoral en dan war verder naar Jalhay-Sart. Een afwisselend landschap door het bos van “Bois de Staneux” we komen langs een mooi kapel in vakwerk prachtig gelegen.
Dan komen we aan de kerk van Tiege. Dan weer terug richting Sart langs een prachtige kasteel. Wat een pracht van een gebouw. Dan nog langs een mooi gebouw en dan komen we terug aan ons vertrek wat een mooie wandeling.