NAZOMERTOCHT.
WANDELSPORTVERENIGING EUREKA BILZEN.
HOELBEEK-BILZEN.
Hoelbeek werd voor het eerst vermeld in 1178 onder de naam Hulobeken waarbij het woord hulo staat voor diepte of dal, en baki voor beek, dus feitelijk: diepenbeek. In 1974 werd, op Ketelveld aan de Maastrichterstraat, een Romeinse tumulus gevonden. In 1178 was Hoelbeek een Loons leen. Vanaf de 14e eeuw werd het een onderdeel van een grotere heerlijkheid, die vanuit de burcht van Jonckholt bestuurd werd. In 1795 bij de vorming van de gemeenten werd Hoelbeek een zelfstandige gemeente. We wandelen vanaf de Sint-Adrianuskerk uit 1926 het veld in om zo bij de ruïne van Kasteel Jonckholt te komen: een ruïne van een versterkte burcht die in de 14e eeuw werd opgericht op funderingen van een 11e-eeuwse strategische nederzetting. De burchtmuren zijn tot ongeveer een meter hoogte terug opgebouwd. Opmerkelijk is de aarden wal met dubbele slotgracht. Deze omwalling werd aangelegd bij de opkomst van het buskruit. Het geschut kon op die manier niet rechtstreeks de één meter dikke stenen muur treffen. De ingangspoort werd dwars op de aarden wal aangebracht. In de aarden wal maakte men vier ronde torens waarin men de verdedigingslinie met geschut plaatste. Dit is nu nog steeds duidelijk zichtbaar. Dat Hoelbeek in Vochtig-Haspengouw is kunnen we duidelijk zien, en de Meersbeek heeft haar bron iets ten zuiden van het dorp. Hoelbeek was en is een landbouwdorp zonder noemenswaardige industrie. Ten noorden van de kom liggen de bossen en landgoederen van Kasteel Jonckholt en Kasteel Groenendaal. In de onmiddellijke omgeving, op het grondgebied van de gemeente Waltwilder, ligt het kasteel Groenendaal verborgen in de bossen. Het kasteel was vroeger via een dreef verbonden met de burchtruïne van Jonckholt. Oorspronkelijk heette dit goed Croenendael of Croonendael. Later kreeg het de huidige, feitelijk foutieve, naam. Het was een Loons leen, dat ook Hoelbeek en Jonckholt één leengoed vormde. Dit werd eind 14e eeuw gedeeld en Croenendael kwam in bezit van Aleidis van Jonckholt, die gehuwd was met Godenoel van Elderen, die reeds heer van Elderen was. In 1477 kwam Croenendael in bezit van de familie Lamboy. [Op kerstdag 1693 stierf een niet nader genoemde "villicus in Croonendael"; in mei 1730 had Godefridus Danzel die functie, getrouwd met Joanna Rosseau; in november 1736 was het Egidius Pacquaij, getrouwd met Margareta Iaddoul; in december 1739 was het Joannes Leonardus Du Mont getrouwd met Barbara Broeffaer - - in 1744 geschreven als Lemont en Mouffar - PR Waltwilder.] In 1757 kwam het aan de familie De Grady. Michel Joseph de Grady, die overleed in 1786, verbouwde het toenmalige 17e-eeuwse kasteel, dat uitgevoerd was in Maaslandse renaissancestijl, omstreeks 1761 tot een classicistisch gebouw. Ook de bijbehorende boerderij werd in deze stijl verbouwd. In 1861 kwam het landgoed aan Emile de Rosen de Borgharen, en het is nog steeds in bezit van particulieren, en wel van de familie Rosen de Borgharen. Er werd een park aangelegd in Engelse landschapsstijl en daarin werden restanten van de vroegere omgrachting verwerkt. Vandaag kunnen we het kasteel goed zien van aan de ingang. Weer verder met onze tocht we steken de oude spoorweg over waar nu het railbikespoor loopt. Op het gehucht het Heyken ten noorden van de dorpskom vinden we de Kapel Geheim Leger van de weerstand tegen de Duitse bezetter uit 1944-45. In het Munsterbos verschuilden de weerstanders uit de Tweede Wereldoorlog zich tijdens de oorlogsjaren. Het eenvoudige bakstenen kapelletje draagt het embleem van de verzetsbeweging Geheim Leger. Het is gebouwd op de plaats waar een voormalige schuilplaats van deze verzetsbeweging was en waar een aantal leden van deze beweging door de bezetter werden geëxecuteerd. De kapel wordt aan beide zijden geflankeerd door een marmeren gedenkzuil met daarop de namen van 54 vermoorde verzetsstrijders. We keren terug naar Hoelbeek via Waltwilder. Een mooie nazomer tocht. Genoten van de natuur en het erfgoed op onze tocht.
|