MIKMANNENTOCHT.
WELLENSE BOKKERIJDERS.
WELLEN.
Het is nog altijd winter, sneeuw en het is nog altijd koud. Toch is het fijn om te wandelen in Wellen. De Wellenaars kregen de spotnaam Bokkenrijders. De Wellenaars kregen deze naam omdat het epicentrum van deze beweging in Wellen lag. In Belgisch-Limburg, in de 18de dat nog steeds het grafschap Loon heette was deze bende vooral actief in de Kempen en in het Maasland. Het Haspengouwse Wellen kreeg met deze benaming eerder een onfris imago van bokkenrijder opgezadeld. Het verleden heeft er zo zin redenen voor en
hieruit blijkt dat de Bokkenrijders heus nog niet de slechtste waren.
Het verhaal van het fenomeen Bokkenrijders kadert in de politieke en sociaal-maatschappelijke context van de 18de eeuw. In het begin van de 18de eeuw woedde er de Spaanse Successieoorlog en nadien kwamen in onze contreien de Oostenrijkers. Zij zorgde voor indringende veranderingen. Wellen was een onderdeel van het oude land van Loon onder de voogdij van het prinsbisdom Luik. Door dat het prinsbisdom Luik neutraal stond, kende de regio enorme nadelen. Deze vooral ten nadelen van de boerenbevolking. plunderingen door ronddolende soldaten, vernielingen van de oogsten, onschuldige slachtoffers,
Het grote kapitaal zat natuurlijk bij de kasteelheren en de grootgrondbezitters, de adel en de clerus. Het merendeel van de bevolking moest hard zwoegen en lang werken in ruil voor een karig loon. Het weinige dat ze konden verdienen en vergaren werd hen dan nog van vreemde soldaten en avonturiers op onrechtmatige wijze ontnomen. Zo moest de autochtone bevolking noodgedwongen zelf gaan stelen. Zo ontstond op deze voedingsbodem de beweging van de Bokkenrijders. Wellen is het symbool geworden van de Bokkenrijders in Zuid-Limburg is rechtstreeks het gevolg van het harde optrede van de rechterlijke macht.
De wereldlijke heer van Wellen was immers de abdis van Munsterbilzen. Hij was de clerus tegen wie de bokkenrijders hard van leer trokken. De activiteiten waren in geen enkele opzichten goed te keuren. Ze roofden en plundereden uit pure noodzaak om te overleven. Het gevreesde handelsmerk van de bokkenrijders waren de brandbrieven die zij verstuurden. Met deze brieven dreigde ze met brand en moord tenzij de bedreigde een zekere som aan de afzender overmaakt. Deze brief ondertekende ze met het kenmerkt de bokkenpoot. Ze waren echter minder crimineel en wreed dan lange tijd en algemeen aangenomen werd. De Bokkenrijders zweefden s nachts op bokken door de lucht. Het is een vertrouwde voorstelling uit het volksgeloof bij de Germaanse volkeren waarbij demonen in een dierlijke gedaante in een storm door het luchtruim raasden. In het christendom werden deze demonen assistenten van de duivel. In Wellen werden de vonnissen (1774-1776) van de 27 ter dood veroordeelde Bokkenrijders uit Wellen voltrokken op twee plaatsen. Ofwel in Munsterbilzen, ofwel in de Bonderkuil te Wellen. Negentien slachtoffers werden gewurgd aan een paal of staak, vijf personen werden levend verbrand, twee geradbraakt en één onthoofd. Achteraf werden de levenloze lichamen verbrand. .Vanaf juni 16 juni 1774 tot 5 februari 1776 werden 36 Bokkenrijders uit Haspengouw veroordeeld waarvan 31 Wellenaars. 27 hiervan werden terecht gesteld, 2 stierven in de cel, 1 ontsnapte en een ander werd vrijgelaten. In de Bonderkuil, op de grens met Kortessem en Alken, vonden de gruwelijke terechtstellingen van 19 Wellense Bokkenrijder: - 1 werd onthoofd met de bijl - 12 werden aan de paal gewurgd en nadien verbrand - 5 werden leven verbrand - 1 werd de handen afgehakt, geradbraakt en verbrand.
De wandelclub heeft de naam Bokkenrijders dan ook uit hun verleden over genomen. Wij wandelen door de gemeente met zijn weilanden en akkers. Vooral door Vrolingen, ook bekend voor zijn stroopfabriek. Wij hebben een aangename wandeling in Wellen gedaan in een echt winterlandschap.
|