Over filosofie en fotografie Afwisselende teksten over filosofie en fotografie en teksten met een knipoog.
27-03-2007
De grote teen als reli-speen
In Documents 6 ( 1929) verklaart onze ludieke filosoof Victor Bataille ( 1897 - 1962 ) de grote teen tot het meest menselijke deel van het menselijke lichaam. Over het algemeen beschouwt men de grote teen als lelijk en onsmakelijk. Bij de Chinezen is het de man zelfs verboden naar de voeten van de vrouw te kijken en in Turkije is het bij bepaalde bevolkingsgroepen een plicht met de sokken aan te slapen. Jawel , en let op: Het kan nog erger. De Spaanse graaf van Villamediana is smoor verliefd op koningin Elisabeth. Hij wil dan ook niets liever haar tenen aanraken . Daartoe bedenkt hij een list . Hij steekt haar huis in brand om daarna de koningin in zijn armen het huis uit te dragen. Maar helaas , een loederige dienstbode ontdekt het en veraadt hem bij de koning. Deze jaagt de graaf genadeloos een kogel door het hoofd.
Hoe anders bij de Heilige Petrus ( = rots). Hij zit daar in de St Pieter in Rome al vele jaren lang rotsvast en vol trots met naar voren gestoken tenen heilig te wezen. Een niet AFLAATbare stroom van rotsvaste gelovigen vloeit handtastelijk en soms likkebaardend aan zijn tenen voorbij. Al aaiende en soms kussende worden de likdoorns verlikt tot relict-doorns. Door deze collectieve eroserende reli-trance -dans heeft de arme heilige geen teen meer over en geen voet meer om op te staan. Dit maakt hem echter nog heiliger , want hij heeft geen lange tenen meer . Het maakt hem daardoor bij elke fragiele aai en kus weer een stukje onaantastbaarder. Ik stond er tijdens mijn bezoek aan Rome bij en keek er vol verbazing naar. Nadat ik de ontspanknop van m'n camera had ingedrukt , ik weet niet hoe het kwam, heb ik hem toch een kushandje gegeven. Direct daarna trapte er in het gedrang zo'n volgewicht gelovige op mijn grote teen. Helaas, Petrus, ik kon en kan er echt niet bij. Het enig wat voor mij klopt is mijn teen ! Jankend van pijn heb ik het pand strompelend verlaten.
Het gevecht van hard tegen hart, daar gaat het om bij al die mooie -ismen ( parallelisme monisme , dualisme en nog vele, vele meer). Het gaat daarbij (let op de spelling ) telkens weer van hard tegen hart. Hard staat dan in mij optie voor het materiële en hart voor het mentale, of zoals het tegewoordig het bewustzijn wordt genoemd. Rene Descartes (1641) in zijn Meditaties zegt het in wat andere bewoordingen: " Op de eerste plaats bestaat er een groot verschil tussen lichaam en ziel(bewustzijn), doordat het lichaam naar zijn natuurlijke staat steeds deelbaar is , terwijl de ziel geheel ondeelbaar is " Het probleem , dat deze twee toch geheel verschillende entiteiten van de mens (dier??) zo nauw met elkaar verbonden zijn , ziet hij in de cruciale en vruchtbare rol van de pijnappelklier ( de epifyse), die als een mooi symmetrische vrucht aan onze hersenen bungelt. Het grote verschil bij Descartes' opvatting is dat het harde, stoffelijke lichaam deelbaar is en het zachte bewustzijn ondeelbaar is ." Het lijkt alsof de gehele ziel met het gehele lichaam verenigd is ; maar verlies ik een voet , een arm of een ander lichaamsdeel , dan bemerk ik niet dat er iets van mijn ziel is weggenomen.", zo zegt hij in zijn 6 de meditatie. Ja, en daar heeft hij een sterk punt. ( zie ook mijn vorig artikel ). Maar of dat allemaal gelinkt kan worden door dat pijnappeltje, vind ik een geklier dat typisch is voor de 17de eeuw, die gekenmerkt wordt door de grote systeembouwers zoals Leibniz ,Spinoza , Geulinckx en Malebranche. Deze laatste, ( 1638 -1715 ), een frans filosoof en theoloog en de belangrijkste uitwerker van het cartesiaanse denken, heeft de oplossing van het probleem van het cartesiaanse lichaam en geest in het zgn. occasionalisme gezocht. Als goed ? theoloog neemt hij god als de verbinding en het oorzakelijk verband tussen lichaam en geest. Zo komt het dat, wanneer mijn lichaam beschadigd raakt, dan voel ik pijn; als ik de gedachte heb mijn arm op te tillen , dan gaat mijn arm omhoog. Achter elke gelegenheid ( occasion) is god te vinden. Geulinckx, een tijdgenoot van Malebranche, probeert dan het occasionalisme , als zijnde de oplossing voor het probleem ( wat het natuurlijk niet is) met wat geknutsel " duidelijker " te maken. Hij zegt dan : " Stel er zijn 2 klokken die in perfecte harmonie gelijk lopen.: als de de wijzers van klok A het hele uur aanwijzen, dan slaat klok B . Als je alleen klok A ziet en klok B alleen hoort , zou je kunnen denken dat klok A de oorzaak van het slaan van klok B is. Zoiets is er ook met lichaam en geest aan de hand . Ze zijn als 2 klokken die door god worden opgewondenen die synchroon worden gehouden door goddelijk handelen. Telkens als ik mijn arm wil bewegen, zorgt god ervoor dat die arm beweegt.
Nou ja, u begrijpt hopelijk wel dat ook het occasionalisme het mind - body probleem geheel niet oplost. Het was dan ook ( en is het nog steeds ) niet bij denkers populair.
Ook Leibniz ( 1646 - 1716 ) , de geniale bedenker van de differentiaal calculus, ( elke middelbare scholier met wiskunde in zijn pakket heeft daaronder geleden), schiet in zijn denken zover door dat hij tot de platitude komt " Als God rekent, dan wordt de wereld!!!
Nou, zo kan het wel weer. Laat de scheidsrechter ( Niclaas van Cusa ( 1401 - 1464 ) ) nu de gong maar luiden. Hij beweerde nl al veel eerder ( zie de jaartallen) in zijn docta ignorantia ( van de geleerde onwetendheid) , dat als je de wereld probeert te doorgronden, je juist met steeds meer vragen komt te zitten. We weten nl. wat iets niet is , maar wat het dan wel is , dat is een een stuk gecompliceerder.
Zo, eerst ga ik even een weekje naar Zeeland , de frisse zeelucht snuiven, maar let op: daarna kom ik door(ge)lucht terug en dan weet ik het !! En om dat " het" gaat het , het het, het, .... ad infinitum
Circa 2/3 weken geleden vond er in het TV- programma "Tegenpolen" een discussie plaats over het tegenwoordig in het spotlicht staande onderwerp geloven . Gespreksleidster ,de theologe Jacobine Geel , zat keurig in het midden met aan de ene zijde de rabbijn Raphaël Evers met daartegenover de hersenspecialist Dick Swaab . Deze laatste beweerde op basis van klinisch researchwerk, dat de hersenen d.m.v chemische verbindingen ons totaal gedrag bepaalden , waaronder ook het geloven viel en nog veel meer mentale verschijnselen. Wij werden gereduceerd tot slechts materie , dat werd aangestuurd door een vat (ons brein ) vol chemische processen, en dat was het dan . Ik vond persoonlijk het verweer van de Rabijn interessant , die stelde dat Swaab daarbij vergeleken kon worden met een radioluisteraar die het apparaat radio gelijkstelt met de muziek of gesproken stem. Die zouden dan ook niet meer zijn dan de transmittertjes en de electrische vonken die in het radioapparaat plaats vonden. Daar had de rabbijn wel een punt. Het is het probleem van verhouding /verbinding tussen lichaam en geest, dat al vanaf de vroegste tijden het denken van de mensen bezighoudt nl. hoe kan het bijv. dat een geamputeerde nog steeds pijn voelt in de afgezette ledematen (arm en/of been), het zgn Phantoom verschijnsel. Het wordt nog complexer: Er zijn Softenonkinderen geboren zonder armen en/of benen , die precies voelen of ze die ledematen wel hebben , met vingers, tenen en pijnen en al. Ook de zgn "tweelingenpijn", waarbij de ene eeneiïge tweeling soms precies de pijn voelt die de andere helft heeft, hoe groot de afstand tussen die twee ook is. En zo kunnen we nog wel even doorgaan met nepmedicijnen(Placebo's) , die toch soms werken. Zo ook met het op afstand aanvoelen dat er met een sterk emotioneel gebonden persoon ( bijv: ouders en kind , geliefden ) iets ernstigs is gebeurd. Nou ja, u kunt uit eigen transpersoonlijke ervaringen, zo denk ik, nog wel meer aanvullingen geven, waarvan u achteraf zegt hoe dat mogelijk was.
Ook wetenschappelijk heeft men al eeuwen met dit probleem geworsteld en die "struggle for knowledge" is nog steeds niet tot een eind. Resultaat is dat er veel "ismen' op de worstelvloer zijn achtergelaten. De 2 belangrijkste zijn : 1) Het Dualisme: Hierbij heerst de opvatting dat geest en lichaam afzonderlijk bestaan o.a neergelegd door Plato, Aristoteles en René Descartes.
2) Het Monisme: Hierbij heerst de opvatting dat er maar een substantie is o.a. neergelegd door Parmenides en Spinoza.
De tak van wetenschap die zich met hersenonderzoek bezighoudt ( de zgn. Frenologie ) houdt het erop dat aanleg en karakter worden bepaald door de groei van hersendelen .( Denk hierbij bijv. aan de in ons taalgebruik gangbare uitdrukkingen : een talen/wiskundeknobbelhebben.). Neurobiologen zoeken daarbij met de steun van zeer hoogwaardige technische apparaten naar impulspatronen , die in de hersenen ontstaan als u bijv. kijkt naar een mooi schilderij. Maar die impulspatronen zijn toch iets anders dan de ervaring " Ik zie een mooi schilderij " (vgl. ook het radiovoorbeeld van de rabbi hierboven) De verwondering die bijv. studie , kunst of een mooi muziekstuk oproepen zouden dan teruggebracht worden tot slechts een bio-chemische reactie in je hoofd. Ja , was dat maar zo , dan was het Mind -Body probleem gauw opgelost. Maar zo eenvoudig gaat dat niet. Je kunt de werkingen van de menslijke geest /bewustzijn niet slechts reduceren tot een biochemische reactie . Nee, nee Dr Swaab , zo rijden we niet de tunnel van uw- door al die mooie , techniek verblindend - denken binnen. Dat gaat nl. niet goed.!!! Hier zie je hoe het simplificeren van de werkelijkheid ook in de wetenschap aan het werk is . Uit naam van de wetenschap ( sciënce) wordt hier de werkelijkheid gesloten i.p.v. geopend. Dat verschijnsel is bekend in de filosofie onder de naam "sciëntisme"
Eén " isme " heb ik uit het brede assortiment geselecteerd, omdat daarbij gezellig en mooi geraffineerd met diverse "houdgrepen " wordt geworsteld. U ziet het a.h.w. al op het billboard achter de ring met grote letters staan: OCCASIONALISME!!
De volgende keer zullen we zien hoe dat afloopt. Tot dan. Maup.
" We zijn als eilanden in de zee , aan de oppervlakte gescheiden, maar in de diepte verbonden " ( William James) .
Het onder water zijn schept een band tussen duikers en snorkelaars. Ademnood en dood komen hier uiterst dicht bijelkaar, hetgeen in de dagelijkse leefwereld met de op lucht werkende ademtocht minder het geval is . In geval van nood zijn daar dan de puf -medicijnen en luchtweg- verruimende middelen voor. Waarom dan toch altijd weer die aantrekkingskracht om kopje onder te gaan. Eén van de redenen daartoe is wellicht dat je in een andere motoriek terecht komt en daarbij je blikken gericht worden op zaken die je hier anders ziet en beleeft. Zo zie je daar in heldere (water)-momenten in de diepte de meest prachtige koralen liggen, waar je alleen met duikersuitrusting "bij" kunt. Dat doen wij dus niet, want dat vergt enige training. Zelf heb ik tijdens mijn studie wel een duikerspak aangereikt gekregen en de prachtigste koralen( het klinkt lekker sacraal) bekeken. Vooral de veelvuldig en mooi gekleurde koralen van de godsbewijzen trokken mijn aandacht.. Dat gaan we nu niet doen, want ik moet zeggen , dat die allemaal mooi zijn maar door de huidige wetenschappelijke ontwikkeling als "verzopen" (let wel dus niet als 'bezopen' ) worden beschouwd. Neen , wij houden nog even onze adem in om op snorkeldiepte de geweldige stroom aan informatie te bekijken die daar aan ons voorbij drijft.. Je loopt wel daarbij het risico te verzuipen. We gaan daarom dan ook weer snel naar boven om op het droge te bezien wat we uit die stroom hebben opgepikt om onze dorst naar kennis te kunnen lessen. We zullen dan geleidelijk inzien dat de huidige wetenschap , die met haar ter beschikking staande geavanceerde onderzoeksmiddelen, een verschuiving van denkkaders (Paradigmata) heeft ondergaan ( of nog moet ondergaan), die o.a de problemen , die al in voorgaande blogs van mijn hand zijn aangetipt , van een andere niet eerder be-en gedachte kant benaderen. Eén, en naar mijn menig , het belangrijkste probleem is dat van hoe het zit met de " verbinding" tussen lichaam en geest. Ook het vraagstuk omtrent ons bewustzijn speelt daarbij een niet geringe rol. Hoe is het mogelijk dat stof (in dit geval ons lichaam ) invloed uitoefent op iets onstoffelijks ( onze geest ) en omgekeerd. We kunnen daarbij concreet denken aan zoiets als het van angst in je broek doen, het gebruik van geestverruimende middelen zoals drugs en alcohol. Wel, ik ga me nu eerst weer omkleden en dan een lekker rood wijntje pakken. Proost en graag tot de volgende keer maar weer , waar vele bewonderingswekkende ontwikkelingen aan de orde zullen komen