Er zijn sommige filosofen, die , zoals dat tegenwoordig zo mooi heet , getroffen worden door " tunneldenken " Zij zitten dan opgesloten in hun eigen gedachten(tunnel)gangen. Van de grote filosoof Kant ( 1724 - 1804 ) is zijn morele, ethische stelregel alom bekend. Deze luidt in vereenvoudigde vorm: Wat gij niet wilt wat ugeschiedt ,doe dat ook een ander niet " Ik draai dat altijd om in positieve zin: " Wat gij wilt dat ugeschiedt, onthoud dat ook een ander niet "Van hem is bekend , dat hij elke dag op precies hetzelfde tijdstip uit wandelen ging. Daar kon je de klok op gelijk zetten. Op deze min of meer dwangmatige wandeltochten, nam hij voor de bedelaars , die hij tegenkwam, aalmoezen mee, en dan driemaal zoveel als gebruikelijk was. Dit had tot gevolg, dat hij door de bedelaars op den duur bestormd werd. Hij moest daardoor wel het tijdstip en de route van zijn dagelijkse wandeling verleggen. Te beschaamd om de waarheid te vertellen, verzon hij een smoes. Een slagerszoon zou hem hebben aangevallen. Hannah Arendt analyseert in haar werk ' Responsibility and Judgement'(2003) vlijmscherp deze handeling . Hij kwam namelijk lelijk in de knoei met zijn eigen filosofie. Hij kon de gewoonte om zo overdadig geld te geven op geen enkele manier verzoenen met de hierboven genoemde morele stelregel, die bekend staat als de categorische imperatief en viel zo lelijk door de mand. Maar , helaas hij was niet de enige. De volgende keer zullen we zien dat de grote filosoof Georg Wilhem Friedrich Hegel er ook wat van kon.
" We are drowning in information and starved for knowledge"
" We verzuipen in de informatie en snakten naar kennis." Dit is zo ongeveer de vertaling van deze one-liner van de Amerikaanse filosoof, psycholoog en pedagoog John Dewey ( 1859- 1952 ). Het was een gedreven pragmatist. Een gezaghebbende onderwijskundige in Amerika. Heeft hier aan verschillende universiteiten in woord en geschrift zijn sprankelende en vernieuwende ideëen over Amerika uitgestort. Kortom : de toon gezet voor het amerikaanse onderwijs van de laatste decennia. Was leerling van William James , die als pragmatisch denker , het uitgangspunt had , dat " iets waar is als het werkt ". Zo ook huldigde Dewey langs dezelfde denklijn zijn stelling: " Niemand heeft ooit verklaard waarom kinderen zo vol vragen zijn buiten de school, en zo een opvallend gebrek aan weetgierigheid vertonen over het onderwerp van de schoollessen. " Hij was de mening toegedaan , dat je pas leert door te doen. Hij richtte daarvoor zelfs een proefschool in voor een nieuw schoolsysteem. Hier moesten kinderen en volwassenen van elkaar leren door met elkaar samen te leven. Dat leren moest 'levensecht zijn' en aansluiten op de natuurlijke belangstelling van de kinderen. Dus vooral niet de hele dag stilzitten achter een kaal tafeltje , maar zelf ervaring opdoen hoe de samenleving in elkaar zit , en de praktische levenskringen werken. Deweys' school moest een vooruitspiegeling zijn van de maatschappij.
Ik word altijd weer aangenaam getroffen door innoverende denkers in t' algemeen en door onderwijs -pedagogen in het bizonder. Tegelijkertijd komen er dan ook steeds weer vragen bij me op zoals : mooi bedacht , verfrissende denkconstructies van bizondere signatuur, maar ( het beruchte " maar" ), wat is er van terecht gekomen. Als ex-praktisch onderwijsgevende zie ik me dan aan het eind van de cursus ( zo eind juni, begin juli , dus hoogzomer) vrijdagmiddag, laatste lesuur , in een snikheet noodgebouw met plat dak voor een groep , pakweg 30 turbulerende pubers staan , om hen nog enig duits te slijten. Dat is hete soep serveren, die ze met een vork naar binnen moeten krijgen. Daar krijg je echt geen trek van, in tegendeel, het is kokhalsen alom.. dat werkt niet, dus is het niet waar! Daar heeft William James een punt . Zijn alternatieven zijn prachtig en meeslepend. Je was wel gek om dat niet te beamen. Maar ze werken tot op heden nog steeds niet , dus zijn ze óók niet waar. Nog steeds zitten we opgescheept met kale tafeltjes , waar leerlingen gestressd achter toetsen , testen, proefexamens aan moeten zitten. Idem dito is het vergaan met Ivan Illichs' "Deschooling Society". Het barst nog van de scholen, de een nog groter dan de ander. Kortom , we hobbelen zo maar wat heen en weer tussen paradoxen en dilemma's. Hoe komt het toch, dat alle utopisten, dat wat ze zich voorstellen , niet tot stand kunnen brengen. Het lijkt wel een vorm van onhandig urineren tegen de wind in. Dat lucht in nood wel even op, maar daarna sta je wel in je (natte) hemd. Ik voel me daar nog steeds niet echt lekker bij. Ik stop er nu maar even mee want ik moet weer zo nodig.