Australiërs spreken hun eigen Lingo: Strine geheten. Dat is Australies snel uitgesproken. Wat bedoelt een Aussie als hij zegt: He bludger, if yourattle your dags, we can have a barbie this arvo? Dit betekent vrij vertaald: Hee, luiaard, als je eenbeetje opschiet , kunnen we vanmiddagbarbecuen. Ja , de vele afkortingen zijn kenmerkend voor het Strine, zoals barbie voor barbecue,arvo voor afternoon,garbo = vuilnisman van garbage-collector , rellies = verwanten voor relatives,sparkie = electriciën , van spark = vonk en sunnies = zonnebril, van sunglasses en er komen er voortdurend nieuwe bij. Het eerste Engels dat in down under gebruikt werd , werd gesproken door criminelen, die daar tussen 1788 en 1840 voor straf vanuit Londen naar toe werden gestuurd. Na een opstand in Ierland in 1798 kwamen er ook nog veel Ieren bij. Dit verklaart waarom het Australisch accent gelijkenissen vertoont met het londense Cockny-accent en waarom de taal ook Ierse trekjes vertoont . Nog weer later heeft het woorden overgenomen uit de aboriginaltalen en recentelijk ook uit het Amerikaans - Engels.
Sinterklaas is weer vertrokken. Voor sommige kinderen spijtig, voor de wat strenggelovigen onder hen ook wellicht een opluchting , dat de zak en de roe weer aan hen is voorbijgegaan. Sinterklaas een feest van de contrasterend kleur van de sneeuwitte baard en het dreigende zwart van de Piet. Wit , de symboliek van het goede en zwart van het kwade. De kortzichtigen onder ons die ongevoelig zijn voor de symbolieken , die dit uitbundig kinderfeest omvangen, rangschikken dit kinderachtig onder een vorm van rassendiscriminatie. Zover kom je dan wanneer je door de korte blik niet verder kunt kijken dan je neus lang is. Een vorm van wijsneuzigheid , waartegen geen snotlap bestand is . Nu zijn de meeste ouders wel zo verstandig , dat ze die contrastwerking van die dreigende roe van Klaas en de angstaanjagende zak van Piet om opvoedkundige redenen neutraliseren door te weigeren dat overbekende oude liedje te laten zingen. Sinterklaas en Zwarte Piet zijn nu vooral twee lieve goedzakken; elk kind , stout of niet , krijgt cadeautjes. Zo ook wijst de filosoof Rein Nauta in " Over zonde en zonden " ( 2002 ) op de ontwikkeling in het christelijke geloof. Daar valt ook een toenemende nadruk op het goede en juist niet op het slechte waar te nemen . Sommige theologen wijten de teruggang van het christendom hieraan. In de Middeleeuwen was dat wel anders. Daar hingen zware en zwarte wolken van hel en verdoemenis boven de door angst gespleten hoofden. Men bad zich de blaren op de onafgebroken prevelende lippen. De vingers kronkelden zich langs de gladgesleten kralen van de rozenkrans. Men sloeg zich drie keer in de rondte om toch maar aan de helse vuurhaarden te ontkomen. De kerk dreigde met hel , duivel en verdommenis. Er was geen plaats daar voor zoenen , alleen voor verdoemen. Ja ,ja, dat waren nog eens tijden van het kastijden. Sinds vandaag aan een stuk dat prachtige boek van Jan Siebelink " Knielen op een bed violen " uitgelezen. Hij beschrijft daarin met woorden standen van zaken waar eigenlijk geen woorden voor zijn. De hoofdpersoon Hans gaat door de geraffineerde woordbrallerij van de "oefenaars" met alle goedwillenden om hem heen naar de verdommenis. Dat komt ervan . Weliswaar was er in den beginne het Woord , maar dat was wel van God. Dat , hoe lastig het ook is, vereist luisteren. Waar haalt die hele Santekraam de arrogantie vandaan dat Woord over te nemen. Weg ermee , geen preken want we zijn allemaal leken. Onze door dogma's verstopte oren laten uitspuiten en ons niet meer laten uitbuiten door geestvervuilend gepraat en geblaat. Preek- en biechtstoelen weg, als ze de orgels maar laten staan, die doen er alleen nog toe om naar te luisteren en zo " hoort " het.!! Maup
Dadelijk hangen ze er weer, de ballen tussenhet prikkelende groen. Vier Euro voor een Piek on top of it. Alles omrangd met glitterend engelenhaar. Voor velen gezelligheid alom . Voor anderen diepe eenzaamheid. X-Mas, al eeuwenlang een denkend zoeken naar die grote onbekende X. De filosofen hebben al hun rationele trouvailles hierop losgelaten o.a. te beginnen bij Anselmus ( 1033 - 1109 ) met zijn scherpgeslepen maar niet totaal dekkend godsbewijs. Natuurlijk gevolgd met nog betere argumenten en daarop weer tegen-argumenten zoals onder meer te lezen valt bij Thomas van Aquino, Descartes, Hume Hobbes, en nog velen meer. We komen dan tenslotte uit bij Lewis( 1898 - 1963 ) , hoogleraar Engelse literatuur en filosoof. Hij was weer bevriend met Tolkien ( 1892 - 1973 ), de bekende schrijver van In de ban van de ring beiden overtuigend Christen, maar Lewis moest lang filosoferen voordat hij tot de Anglicaanse Kerk toetrad. Hij werd doortoe gebracht door het inzicht , dat zoeken naar kennis alléén volstrekt leeg is. Je kunt nooit, zo redeneerde, hij tot doorzicht komen, want wie alles doorziet , ziet niets Tolkien , zijn hele leven katholiek, vond het helemaal niets om met argumenten aan te komen in zake het geloof. Hij hield zich verre van die filosofische scherpslijperij. Wie alles doorziet,ziet juist niets verwees voor Tolkien dan wel naar God, maar alleen als goddelijk kader waarbinnen je met anderen in vertrouwen kunt communiceren. Dit kader komt dan aardig in de buurt van Cassirer ( 1874 - 1945 ) , de filosoof van de symbolische vormen. Volgens zijn gedachten leven wij mensen ingevlochten in een web van symbolen van taal, mythen, kunst, religie, wetenschap en geschiedenis. Alleen door die symbolische vormen kunnen wij met elkaar van gedachten ( symbolen) wisselen. Wij kunnen elkaar niet aanspreken op de rede , want die schiet altijd te kort voor de voornoemde domeinen. Die hooggeprezen rede wordt overgewaardeerd voor de vormen van de menselijke cultuur om die in zijn volheid en veelvuldigheid te omvatten. De mens is in zijn visie meer een animal symbolicum dan een animal rationale. Zo worden de kerstdagen doorwaaid met symbolische windvlagen, die niet, door welke rationele weer-centra dan ook, kunnen worden getraceerd. Maup