Universalien strijd.
Echte kennis is weten hoever je eigen onwetendheid reikt!! ( confucius )
Met universalienstrijd wordt de EEWIGE strijd met betrekking tot de status van algemene
begrippen ( universalia ) bedoeld. Het is een talig probleem, dat feitelijk onoplosbaar is gebleken. Wij spreken ,zoals Nietzsche al constateerde , (een van de grootste filologen in de filosofie) in een optocht van metaforen**. Wij kunnen niet anders spreken dan in generalisaties (algemeniserende woorden). Ons talige brein (het spraak vermogen in de precortex van ons brein) is begrensd . U,ik, en wij allemaal, dus de mensheid zit geklemd in een een spraakmakende tang.
Bij het spreken en ook bij het schrijven van alledag zijn we ons daarvan niet bewust.
Pas bij serieuze diepgravende betogen discussies,politieke sociaaleconomische ,wetenschappelijle,
psychologische, filosofische ,beeldende , musische kunst, ethiek en ga zo maar door ontstaan er conflicten. Als u een gezellige avond wilt hebben en houden kunt u het best maar over koetjes en kafjes hebben, geflankeerd met veel humor , geflambeerd met wijn en smakelijke snacks. Wanneer er dan toch de drie K's van Kerk, Kunst en Kapitaal aan de orde komen is het lastig om het schip op de roerige baren van de woelige woordenvloed op koers te houden. Ik kom daar later nog uitgebreider op terug.
Maar nu eerst terug naar de status van de aan het begin gestelde vraag van de Universalia?.
Zijn dat slechts namen, die wij aan de dingen om ons heen geven, of bestaan ze onafhankelijk van ons denken?? Zijn het reeel bestaande dingen?? Ik kijk bijv naar de stoel tegenover mij:
ja, hoor , die bestaat echt, ik zit er elke avond heerlijk op. Maar nu vraagt u , hoe ziet 'tie er uit.
Ik ga hem dan beschrijven, klein groot, mooi bekleed ,2 armleuningen 4 poten etc etc .Die beschrijvende woorden , (percepties ) daar kunt u zich een voorstelling van maken dus dat levert geen probleem op. Ik maak er nu een foto van en neem die mee naar een volksstam die diep in het oerwoud woont een stam ,die nog nooit een stoel heeft gezien. Die begrijpt totaal niet wat het is. Ik weet ook totaal niet wat hij ervan denkt , hij kan het niet plaatsen omdat hij niet in zijn NATUURLIJKE leefwereld van alledag nooit in de gelegenheid is geweest om die voorstelingen ( percepties ) van zo'n stoel als begrippen( concepten ) in zijn brein op te slaan. Omgekeerd toont hij mij voorwerpen waarvan ik mij geen voorsteling(perceptie) kan maken. Ik heb er geen notie van en kan er hooguit via het model van gissen en missen er misschien achter komen.
De wortels van dit filosofische conflict zijn terug te voeren op verschil van opvattingen tussen PLATO ( circa 427 en 347 v. Chr. ) en ARISTOTELES (384 - 322 v.Chr ).
Plato leerde bijv. dat die stoel een niet geheel volmaakte afspiegeling van die werkelijke , ideale stoel is . Zeer sterk samengevat leerde Plato ,dat de werkelijkheid slechts een afschein van de werkelijk bestaande ideeen is. Deze zouden dan bestaan "in de hemelen" Elke stoel is dan , om het zo maar eens te zeggen , een niet volmaakte afspiegeling van de werkelijke ideale stoel. Plato is dus een idealistische denker en het kenmerk van idealistische , ja utopische denkers is , dat daarvan ons de geschiedenis heeft geleerd , dat daar nooit iets van terecht gekomen is.
Aristoteles ,daarentegen, leerde dat het individuele een werkelijk bestaan heeft. Voor hem bestaan de afzonderlijke stoelen ,reeele stoelen echt en het algemene begrip (universale ) hebben wij in en met ons brein er rationeel van afgeleid .
En dan verschijnt Roscellinis van Compiegne , een Frans filosoof en
theoloog (ca- 1050 - ca. 1124 ) op het reeds eeuwen durende strijdtoneel. Die stelde , dat universalien slechts gearticuleerde luchtstoten waren ( flatus vocis = letterlijk lucht scheten). Dat houdt in dat alleen individuele objekten bestaan en die universalia van Plato en Aristoteles zijn alleen maar lucht . Maar Roscillines positie is moeilijk te bepalen, want van zijn eigen werk is slechts EEN brief , aan Abelard overgebleven. Jammer: " filosofen, die menen dat er geen universalia zijn moeten volstrekt worden weggeduwd uit de discussie over spirituele zaken" , zo luidde ongeveer de algemene filosofische stemming . En zo ging toen Rocsellinus posthuum als de zondebok af, de geschiedenis in.
Feit is dat dit filosofische probleem tot op heden niet is opgelost.
** Het boven deze essay staande motief van confucius is een Metafoor. Het is een talige stijlform waardoor ons sprekende denken wordt bepaald, wij spreken in beelden. " De interne grens van elk denken is , dat de denker nooit kan zeggen wat hem het meest eigen is ómdat het zegbare woord zijn bestemmijng ontvangt uit het onzegbare. ( Nietzsche )
Hier volgen er nog een paar:
* De voetbal op het veld des levens krijg je nooit in het doel.
* Om je dromen waar te maken moet je eerst wakker worden
* Praten en bidden in het heelal is zinloos , want je hoort daar niks, het is echt gelul in de
ruimte en een gebed zonder end.
* met oordelen, veroordelen en beslissen moet je de tijd de ruimte geven.
Tot de volgende keer over een paar weken.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-==-=-=-=-=-=Maup-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Hartelijke Groet Maup
+31 346261816
+31 630423792
|