Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    15-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.raketten

    Een gedicht van Cornelis Honigh 1846-1896

     

    Raketten.

    Op volant, omhoog, omhoog!
    Vlug naar boven
    Heengestoven,
    Op volant, omhoog, omhoog,
    Vlug naar boven en uit mijn oog.

    Weg, volant, weer in de lucht,
    Op en neder
    Telkens weder
    Vangt 't palet hem in de vlucht,
    Kijk, daar raakte ik de bal geducht.

    Opgevangen door 't pale,
    Mogen ballen
    Nimmer vallen,
    Handig moet dat steeds belet,
    Zo kan men zien, wie goed raket.

    Wiens volant 't nu winnen zal?
    Wie van deze
    't Hoogst zal wezen?
    Kijk, 't verschilt haast niemendal,
    Dat is het kunstigst nog van al.

    'k Zal mij bij dit aardig spel
    Nooit vervelen.
    'k Wil 't zo spelen,
    Dat ik, aan één stuk nog wel,
    Ver tot over de honderd tel.

    Op volant, omhoog, omhoog!
    Vlug naar boven
    Heengestoven.
    Op volant, omhoog, omhoog,
    Vlug naar boven en uit mijn oog.

    Nieuwe kijkjes in 't rond (1882)

    schrijver

    15-02-2016 om 18:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    14-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Een gedicht van Barthold Hendrik Lulofs 1787-1849

     

    De vroege graven.

    (Naar Klopstock's rijmlooze Ode, die frühen Gräber.)

    Peinslust-kweekster! schone en kalme speelnoot van de stille Nacht!
    Zilvren Maan, mijn welkomstgroete zij u hartlijk toegebracht!
    Hoe, ge ontvliedt mij? O,vertoef toch! Blijf een poosje nog bij mij!-
    Zie, ze blijft! Een donker wolkje gleed maar aan haar rand voorbij.

    Ach, de zomernacht, van 't maanlicht mat doorschemerd, is zo schoon!
    's Mei's ontwaken spreidt alleen nog meer bekoorlijkheên ten toon,
    Wen de dauw, als licht zo helder, uit zijn blonde lokken vloeit,
    En hij, zacht en jeugdig blozend, naar de top des heuvels spoeit.

    O gij Ed'len, om wier sterven nog mijn oog zo dikwerf weent,
    Ernstig mosdekt reeds de rustplaats van uw sluimerend gebeent'!
    O hoe zalig was ik, Dierbren! toen 'k met u, met u de Dag
    Blozend komen, en van maanlicht nog de Nacht doorschemerd zag!

    schrijver

    14-02-2016 om 19:01 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    13-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zanger

    Een gedicht van Albrecht Rodenbach 1856-1880

     

    De zanger

    De vedel aan de zijde,
    Het lied in ziel en mond
    Zo zwierf de zanger rond,
    Al in de oude tijde.
    En riep hem stem- en schalenklang
    Te midden leutig feestgedrang,
    Daar deed hij ’t snaartuig ronken
    Vol toverend' harmonie,
    En zong de zielen dronken
    Vol klank en poëzie.

    Nog zwerft alhier de zanger
    En doolt stilzwijgend rond,
    Doch, houdt hij zijne mond,
    Zijn ziel is liederenzwanger.
    Zweeg vreemd gezang en dorper lied,
    Verstiet men zijne tale niet,
    Nog zou de zwerver komen
    En rijzen in de zaal,
    Vol beelden en vol dromen
    En klang en bonte taal.

    Weer zong hij u de sagen
    Van uit de oude tijd,
    Der helden grootse strijd
    En grootser nederlagen;
    De lichte sprook met vroede zin,
    Het lied der abele dichtermin,
    Het lied ons ingeschapen
    Dat niemand zingen dorst:
    Het lied der Dietse knapen
    dat smacht in veler borst.

    Gedichten (1919)

    schrijver

    13-02-2016 om 16:57 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    12-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ziet

    Een gedicht van W.J. van Zeggelen 1811-1879

      

    Zie toe.

    't Zijn nog steeds dezelfde klachten,
    Voorgeslacht en tijdgenoot
    Werken nog met de oude krachten:
    Sterken maken zwakken dood.
    Voor je naasten moet je leven,
    Is het hart maar goed geplaatst;
    Ja, zo staat er wel geschreven,
    Maar je zelve ben je 't naast.
    Eigen haard en eigenliefde
    Vragen zorg en overleg;
    Wat die levenseisen griefde,
    Moet, als steen des aanstoots, weg.

    De oude wet werd opgeheven,
    De oude vorm te niet gedaan -
    De oude zonden zijn gebleven:
    't Eigen Ik staat boven aan.
    Wee, waar d' argloosheid haar schreden
    Niet bestuurde of nauw bedwong:
    Menig loop werd afgesneden
    Door een afgerichte sprong.
    Volken, vorsten, steden, staten
    Hebben al te vaak geleerd:
    Dat de list heel mooi kan praten
    En de hebzucht graag regeert.

    't Recht moog trouw en eerbied vragen,
    Maar houdt waakzaamheid geen wacht,
    Och, het ligt zo ras verslagen
    Door de sluwheid of de kracht.
    't Oog moet over d' erfgrond wijden,
    't Oude wachtwoord heeft nog vat,
    Heeft nog vat op onze tijden:
    't Poesje rooft zo licht je schat!

    Wie behoedzaam is wordt krachtig
    Voor gevaar of ongeval,
    Ieder zij de raad gedachtig,
    Groot en klein - maar klein vooral;
    't Is maar zaak om 't aan te stippen,
    Wat de wereld al weervoer;
    's Is maar: boer pas op je kippen,
    Want de kat ligt op de loer.


    1869.

    Gedichten

    schrijver

    12-02-2016 om 21:44 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bergen
    Een gedicht van Jacqueline van der Waal 1868-1922
     

    Bergen

    Nu zien de grote bergen op mij neder.
    Ze zijn verwonderd, dat ik al zo lang
    Alleen geklommen ben, en half nieuwsgierig,
    Half spelend volgt hun oog mijn trage gang.

    Nu zien de bergen goedig op mij neder,
    Terwijl ik altijd verder, rusteloos
    Naar boven klauter naar hun kale toppen.
    Niet ongeduldig zijn ze en niet boos

    Om mijn vermetelheid; ze kijken rustig
    Zoals mijn oog soms spelend nederziet
    Op 't trage rupsje kruipend op mijn vinger,
    En doelloos zijn bewegingen bespiedt.

    De goede bergen zijn nu heel voorzichtig,
    Ze houden zich stil, opdat vooral
    Geen steentje los zou laten waar ik klauter,
    Geen steen mij treffen zoude in zijn val.

    Ze houden zich heel rustig, maar ten laatste
    Wanneer dat stille kijken hen verveelt,
    Beginnen zij een spel, dat ik zo dikwijls,
    Het arme rupsje plagend, heb gespeeld.

    Dat zag ik verder kruipen, onverdroten,
    En argeloos, terwijl ik keer op keer
    De eerste hand achter de tweede plaatste;
    En 't plagend spel herhaalde ik telkens weer.

    Zo zie ik nu de bergen met mij spelen,
    En na de top, die mij de hoogste scheen,
    Zag ik nog steeds een hoogre top verrijzen,
    En wat ik eerst een top dacht, was er geen.

    Toch klom ik voort en laat ze met mij spelen,
    Die grote bergen met hun logge kracht;
    Ze menen 't niet zo kwaad en vol vertrouwen
    Begeef ik mij weer telkens in hun macht.

    schrijver

    11-02-2016 om 16:54 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    10-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.beeld

    Een gedicht van Johan Danser 1893-1920

     

    Het Lichte Beeld

    Als wij, na nachten loom van liefde, ontwaken
    En onze droom verkwijnt in 't morgenlicht
    Zal, lief, mijn hand uw naaktheid strelend raken,
    Uw zachte leden en uw aangezicht.

    En al de dagen naar wier stil genaken
    Zo lang ons droef verbeiden was gericht
    Zullen wij samen zoete vreugden smaken
    En fluistrend gaan of mijmren, de ogen dicht.

    En als de grijze schemeringen zijgen
    Zullen wij door haar tederheid ontroerd
    Ons baden in een wijde zee van zwijgen,

    Totdat de nacht ons naar de sponde voert
    Waar mijn verlangen tot uw lach zal nijgen,
    Ons beider ziel door één geluk omsnoerd.

    De Beweging (1916)

    schrijver

    10-02-2016 om 23:02 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.schat

    Een gedicht van Frans de Cort 1834-1878

    Mijn schat is weg

    Duitse melodie, langzaam en treurig.

    Mijn schat is weg, naar de vreemde heen -
    Ik weet niet, ik weet niet waarom ik ween.
    Misschien is hij dood, en stijf en stom -
    Dies breng ik mijne dagen zo treurig om.

    En als me mijn schat wou leiden ter kerk,
    Veel nijdige tongen er deden haar werk.
    Men zeide van dit, men zeide van dat -
    Het maakt er nog heden mijne ogen nat.

    De dorens en distels die steken zo zeer,
    Maar nijdige tongen die steken nog meer...
    Geen vuur op aarde brandt er zo heet
    Als heimlijke liefde, waar niemand van weet...

    Waar dachten mijn vader en moeder toch aan -
    Zij hebben de bede mijns harten niet verstaan.
    Zij hebben mij gegeven ene brave man,
    Ene brave man, dien ik niet minnen kan.

    Ach zoete schat, ik bid u, kom,
    Wanneer ik zal liggen stijf en stom,
    Kom mee ter begraafnis, ach zoete schat,
    Omdat ik u immer zo lief heb gehad!

    Zingzang (1866)

    schrijver

    08-02-2016 om 18:45 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    07-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.mijn lief

    Een gedicht van P.C. Hooft 1541-1647

    Mijn lief, mijn lief, mijn lief,’ zo sprak mijn lief mij toe

    ‘Mijn lief, mijn lief, mijn lief,’ zo sprak mijn lief mij toe,
    Terwijl mijn lippen op haar lieve lipjes weidden.
    De woordjes alle drie, wel klaar en wel bescheiden
    Vloeiden mijn oren in, en roerden ('k weet niet hoe)

    Al mijn gedachten om, staag malend nimmer moe;
    Die 't oor mistrouwden en de woordjes wederleiden.
    Dies ik mijn vrouwe bad mij klaarder te verbreiden
    Haar onverwachte reên; en zij herhaalde het doe.

    O rijkdom van mijn hart dat overliep van vreugden!
    Bedoven viel mijn ziel in haar vol hart van deugden.
    Maar toen de morgenster nam voor de dag haar wijk,

    Is, met de klare zon, de waarheid droef verrezen.
    Hemelse goôn, hoe komt de schijn zo na aan 't wezen,
    Het leven droom, en droom het leven zo gelijk?

    schrijver

    07-02-2016 om 14:00 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    06-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.noordzee

    Een gedicht van Emanuel Hiel 1834-1899

    NOORDZEE

    Wie kust er zo driftig der duinen zand?
    Wie klotst er zo blij, zo juichend aan 't strand?
    Wie geeft er ons zout in het bloed,
    En moed in het krachtig gemoed?
    Hoezee! dat is de Noordzee!
    Hoezee, dat is de Noordzee,
    De zee van Nederland!

    Wie omsluit in ene heilige band,
    België, Nederland, old merry England?
    Wie stuurt hun volk de wereld door,
    Met weelde en vrijheid op hun spoor?
    Hoezee, dat is de Noordzee!
    Hoezee, dat is de Noordzee,
    De zee van Nederland! 

    Wordt ze ooit door de vijanden aangerand,
    Dan walst rood van bloed haar zilvren golvenbrand...
    We weren de vijanden af
    Of zinken met hen in het graf...
    Hoezee! de wilde Noordzee!
    Hoezee! de wilde Noordzee,
    De zee van Nederland!

    schrijver

    06-02-2016 om 22:35 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    05-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.nijmegen

    Een gedicht van Edward Koster 1861-1937

    NIJMEGEN.

    0 stad van licht, met zilver-gouden gloor,
    Op 't spieg'lend water, dat, vlak uitgespreid
    In nachtvreê, tot ontvangenis bereid,
    Uw pijlend glansgetril in zich verloor!

    En opwaart slingert zich de straat, waardoor
    Geel-rode stippen gloeien; majesteit
    Omgeeft het Valkhof, dromend van de tijd
    Toen keizer Karel daar zijn rust verkoor.

    Laag hangt de maan, een oogstmaan, rossig-goud,              
    Allangzaam nederdalend op de stad,
    Terwijl zij ernstig in het water schouwt.

    Hoog rijst de hemelwelving, blauwig-teer,
    Die wolk'loos toont haar ganse sterrenschat,     
    En 't water kaatst hen alle lief'lijk weer.

    Gedichten

    schrijver

    05-02-2016 om 21:53 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    04-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.aan

    Een gedicht van Isaac da Costa 1798-1860

    AAN MIJN VADER

    (OPDRACHT VAN DE BUNDEL ,POEZY’)

    Gunt gij 't, hoog vereerde Vader!
    dat een zoon U hulde bied'
    met de eerstling van een ader,
    die nog ruwe zangen schiet?
    Dat bij drie en twintig jaren,
    in uw weldaan doorgebracht,
    met de galmen van zijn snaren
    (ach! hoe min!) te erkennen tracht?

    Voor het sterflijk oog verborgen,
    richt de Koning van 't Heelal
    met in al voorziende zorgen
    heel de loop van 't Lotgeval!
    Door Zijn ondoorzienbre wegen
    worden wij hier rondgeleid!
    De aardse beeldtnis van die zegen
    is eens Vaders tederheid!

    Wat die teerheid kan omvatten,
    o mijn Vader! toondet Gij!
    'k Loonde met geen aardse schatten,
    met geen wereldheerschappij,
    al uw zwoegen, al uw pogen
    in de vorming van mijn jeugd,
    immer zwevend voor mijn ogen,
    met het voorbeeld van uw deugd.

    't Bloed vooral, dat in mijn aderen
    met een deel uws aanzijns vloeit;
    kostbaar erfdeel onzer Vaderen,
    die, met Oosters vuur doorgloeid,
    daar, waar Taag en Ibex vlieten,
    eenmaal schitterden op de aard,
    en wier grootheên ons verlieten;
    doch - hun eer bleef nog bewaard!

    God beschouwt het uit den hogen,
    wat Gij voor mij waart en zijt!
    Ik, ik bloos van ’t onvermoge
    der erkentnis, U gewijd.
    Ik bied vruchten aan, voor danken,
    in der Muzen hof geplukt:
    klanken, ja! maar in die klanken
    heeft mijn ziel zich afgedrukt!

    0 mijn Vader! 'k leg dan heden
    met een diep geroerd gemoed,
    (stell' mijn zucht uw recht te vreden!)
    hart en dichtlier aan uw voet!
    Wil die van elkaar niet scheiden,
    neem ze beiden gunstig aan,
    schenk uw zegening aan beiden,
    en mijn wensen zijn voldaan!

    Kompleete dichtwerken, deel 1  [1881]

    schrijver

    04-02-2016 om 22:01 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    03-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.man

    Een gedicht van Karel van de Woestijne 1878-1929

    De vliegende man

    Norselijk-krommende schroeve
    die telkens, in duizelig buitlen,
    biedt viervoudig de wind
    neigend een nijdige nek:
    'k zinge u; en 'k zinge u, o vlerken
    die spant als den schoft van een trek-os,
    maar die teder en licht
    zijt als de vlerk der kapel;
    motor, 'k zinge u en ronk
    in me-zelf als het dommelig ronken,
    ('lijk aan de deur van een bie-
    korf gonst hommelen-ronk,)
    schuddend uw binnenst, en schuddend
    de schuite en schuddend het want-werk,
    schuddend als de aêm van de hengst
    waar hij de meester verwacht;
    — 'k zinge u; en naar me in het brein
    de begeerte van 't zingen bemeestert,
    duizel 'k als dronken, omdat
    boud ik te zingen u durf.

    Interludiën I (1912)

    schrijver

    03-02-2016 om 22:00 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    02-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.morgen

    Een gedicht van Hein Boeken 1861-1933

    FEBRUARI-MORGEN IN 'T WOUD.

    Wat macht'ge dromer en al-muzikant
    En beelder heeft zijn tent weer opgeslagen
    En weer betrokken na de winter-dagen?
    Of sliep hij toen ook op het barre zand

    En in 't nat loof, door koude onaangerand
    Of vocht, hij, die het alles kon verdragen:
    De koele hoogt', de felle wanhoops-vlagen
    Der Onbetembre, haar zo nauw verwant?

    En heeft hij haar bedwongen en verwonnen
    Door macht'ge min en steigerende gloed,
    Dat ons nu wachten harmonien-stromen,

    Waarover lichte melodieën komen?
    Of blijft het nog een worsteling, verwoed,
    Wat nu ons dunkt een hoge vreê, begonnen?

    12 Febr. 1910

    Verzen (1920)

    schrijver

     

    02-02-2016 om 21:31 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    01-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.geboorte

    Een gedicht van Willem de Merode 1887-1939

    Geboorte

    Reeds was in haar het afscheidnemen
    Begonnen tussen haar hart en het kind,
    Misschien zou ze in 't licht als een vreemde
    Aanschouwen, die ze in 't donker had bemind.

    Zij dacht aan het wonder, dat ze open
    Zou wezen en wijd voor leven en dood.
    Zij bewoog zich niet meer; maar haar hopen
    Op het kind en God was één en was groot.

    Later; haar handen nat van tranen
    Verhieven zich met zoveel majesteit
    Als engelen, naar het kind gaande
    Dat aan hun witte vleugelen had geschreid.

    Doodenboek (1932-1933)

    schrijver

    01-02-2016 om 21:32 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    31-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Een overdenking op zondagmiddag na veel spreken van allerlei mensen
    met hun eigen wensen
    Rechten
     
    Er wordt veel gesproken
    Ja, over mensenrechten
    Maar mijn idee is
    Als er iets mis is
    Dan hebben we nog weinig rechten
    Dus ook geen mensenrechten
    Vele mensen filosoferen
    Maar als je God niet kan eren
    Wat moet je dan nog met mensenrechten
    Hij verwierf mensenrechten
    Door geestelijk zwaar te lijden
    En de strijd te beslechten
    Maar helaas waren er voor
    Hem geen mensenrechten
    Omdat mensen het slechte
    voor een ander bedenken
    We zijn overgegaan naar humaan
    Humaniteit maakt juist dat de mens lijdt
    Want daarin zit iets verborgen
    En dat is een slappe hap
    Geen strenge pap
    Want ware rechten
    Zijn de gestrengheid van God
    Die gaf ons een heel ander
    gebod of geboden
    Maar die worden niet aangenomen
    vanwege de afgoden!
    Vluchtelingencrisis ten voeten uit!
    Maakt alles glad en iedereen glijdt uit
    Men heeft vaak te ver doorgeleerd
    En soms nog jong al aan het woord
    Dan zie je dat de jonkheid
    heel snel is ontspoord!
     

    31-01-2016 om 14:18 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    29-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.straten

    Een gedicht van Frederik van Eeden 1860-1932

     

    DUISTERE STRATEN

    Regen zie ik, mist en regen,
    grauwe mist en kille regen
    En de natte mensen lopen
    rustloos op de natte wegen.

    D'eeuw'ge veerman in zijn pontje
    vaart nog altijd op en neder
    Lange schuiten deinen langzaam
    en landziekig heen en weder.

    'k Hoor een treurig orgel jamm'ren
    schorre joden klagend schreeuwen.
    Krijsend boven 't grijze water
    vliegen kleine, witte meeuwen.

    Ach! die grauwe sombre huizen,
    ach! die glimmend zwarte bomen,
    Kille mist omhult mijn ziele ....
    dof mijn denken, grauw mijn dromen ....

    En ik zie een andre nevel
    droever nog en meer te vrezen
    die is kil en ondoordringbaar
    en die ligt op liefste's wezen.

    Angstig staar ik in haar schemer
    zoekend in de koude, dichte,
    diepte — bang de handen strekkend
    schreiend om mijn zon — de Lichte!

    Tot dan plotsling scheurt de sluier
    warmte schijnt uit donkere ogen
    en mij nadert, droef vertrouwlijk,
    't hoofdje, half ter zij gebogen.

    Zachte blikken zoeken mijne
    en de lieve lippen vragen
    Liefste! liefste dan! — mijn zonne
    komt weer dagen! komt weer dagen!

    1884

    Jeugd-verzen (1926)

    schrijver

    29-01-2016 om 19:00 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vogels

    Een gedicht van J.J.L. ten Kate 1819-1889

      

    DE VOGELS.

    De winter scheert de lustwaranden            
    En schudt de naakte lindentop:
    De vogels slaan aan andere stranden
    Het schommelende nestje op;
    Maar, waar ze ook elders nederstrijken,
    Vergeten doen ze ons nimmermeer -
    De winter doet de vogels wijken,
    De lente brengt de vogels weer.

    Nu laten ons met stil verlangen
    De ontvloden ballingen alleen!
    Hoe vrolijk klonken eens hun zangen
    Door hutten en paleizen heen!
    Ginds, waar de vreemde bloemen prijken,
    Klinkt nu hun feestlied heinde en veer:           
    De winter doet de vogels wijken,
    De lente brengt de vogels weer.

    Wij, aan dit logge stof gekluisterd,
    Benijden haast hun vrije vlucht.
    De glans van 't zonlicht is verduisterd,
    De nevels rijden door de lucht:
    0, wie de vogel mocht gelijken,
    En ijlen naar een warmer sfeer! ...
    De winter doet de vogels wijken,
    De lente brengt de vogels weer.

    Zij denken aan hun verre vrinden;
    En wijkt in 't end de laatste orkaan,
    Dan zoeken zij hunne oude linden,
    Die weer in volle bloesems staan.
    Zij zijn voor armen en voor rijken
    Geluksprofeten van de Heer...
    De winter doet de vogels wijken,
    De lente brengt de vogels weer.

    De Dichtwerken (1872)

    schrijver

    28-01-2016 om 21:57 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    27-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.oceaan

    Een gedicht van Jan Veth 18654-1925

    Op de oceaan.

    De zee jacht òp een heir van vlugge kuiven,
    Waar zilte zoomen van smaragd in schijnen;
    Zij rimplen, rijzen, wentlen en verdwijnen,
    In wisslend spel van schittren en verstuiven -

    En in de branding van dat stage schuiven,
    Laat golf na golf haar donkre diepte deinen, -
    Tot indigo en brons in grijs verdwijnen,
    Om zilvren kuiven weer omhoog te kruiven...

    Ai mij, is zó de maatgang van dit leven,
    Moet elk licht dùs in nieuwe vloed bedolven,
    Smelt iedre kleuring weer na luttel tijd?...

    Zijn liefde en schoonheid enkel schuim van golven,
    Verstuivend in de drift van rustloos streven,
    En woont alleen in wissling eeuwigheid! -

    Nov. '09 De Gids. jrg 74 (1910)

    schrijver

    27-01-2016 om 21:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.stil

    Een gedicht van G.W. Lovendaal 1847-1939

    Stil van wind.

    Daar lei een scheepje gemeerd in het Diep.
    De wind was ter ruste, het watertje sliep
    En 't scheepje moest liggen tot later;
    Het spiegelde intussen voor tijdverdrijf
    Zijn mast en zijn want en zijn ranke lijf
    In 't klare kristal van het water.

    Geputst had de schipper, gegutst had het nat
    En gangboord en stuurboord en alles was glad
    En fris van het stromende water.
    Toen floot hij een deuntje en draaide gezwind
    Een zon uit zijn zwabber en keek naar de wind,
    Maar 't wimpeltje druilde: - tot later!

    Kindergedichten (1914) 

    schrijver

    26-01-2016 om 21:10 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    25-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tijd

    Een gedicht van P.C. Boutens 1870-1943

    Waar tijd en eeuwigheid elkaar beroeren

    LXIV

    Waar tijd en eeuwigheid elkaar beroeren,
    Worden de sterren in de nacht geboren,
    Vuurbloemen die de rijzendranke roeren
    Van donkre aardtochten naar Gods ooglicht boren.

    En waar de heemlen van voor Hem vervloeren
    Tot glazen glansbaan eindelozer koren,
    Lijnen der stelslen weemlende contouren
    Door 't klaar kristal donkervermoede voren:

    Door weêrzijds-open venstren als door ogen
    Schijnen de heemlen in elkaar en de aarde:
    Liefde met liefde wisslen wondre waarden,
    Aarddonker tegen Godslicht opgewogen...
    In evenwicht van gulden ruil geheven
    Wandelt de wereld vleugelloos te zweven.

    Sonnetten (1920)

    schrijver

    25-01-2016 om 21:05 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!