Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
09-03-2014
Er hoort toch een haan bij, vind je niet? Deze foto is van een paar jaar terug.
Hebben jullie nog belang bij een mooie gespikkelde haan op jullie erf?’, mailde onze trouwe schapenman Rob. Alle kippen die we op dit moment hebben komen bij hem vandaan. Van de eerste gespikkelde toom is er nog maar eentje over. De rest is uitgedund door steenmarter en kiekendief. Maar de volgende die we van hem kregen, donkere Barnevelders, doen het nog steeds goed. Alleen de mooie zwarte haan is gesneuveld. Kort erna, toen we in september met Rick op vakantie door Schotland trokken, kwam er onverwacht een kloek met kuikens uit de struiken zetten, vertelden Ben en Niesje die de oppas verzorgden. Daar zijn er nog vier van over. Ik denk dat er twee haantjes bij zijn. De staarten zijn nog niet helemaal ontwikkeld en ik heb ook nog geen hanengekraai gehoord, maar toch. Rob moet er maar even naar kijken als hij de Schoonebeker ooien komt omweiden. Want in mijn ogen hoort er een haan bij de kippen. Voor Wim hoeft het niet… helemaal niet zelfs, hij ziet de bui al weer hangen van broedse kippen en haantjes waar je van af moet zien te komen. Alles hebben we hier al meegemaakt. Buurman Jans heeft ons in het verleden al van heel wat haantjes afgeholpen. Nu houdt de natuur het aantal in evenwicht...
He’j et veurjaor in de kop?’, zeiden ze vroeger wel eens als je je even druk maakte terwijl je anders graag op je lauweren rustte. Zo’n dag was het vandaag. Het zwemmen vanmorgen ging uitbundig, we zongen als lijsters voor een jarige mede aqua jogsters, deden extra oefeningen in het warme bad, dronken samen koffie in ’t café en gingen daarna ieder ons weegs. Mijn bezoekje met Susan aan onze vaste stek Het Goed verliep wat rustiger. We deden ons rondje en bij de tosti Hawaii werd lief en leed besproken en daarna ging het op huis aan. Maar toen ...kreeg ik het te pakken. Ken je dat? Er moet dan gewoon wat gebeuren. Ik heb emmers vol water met azijn gebruikt om hek en tuinmeubelen met sponsjes af te boenen. Het groen zat er dik op. Morgen ga ik nieuwe buitenbeits halen om het houten tuinstel op te fleuren. Terwijl ik vanavond mijn spieren ontspan in een luie stoel merkt Wim op: ’Ie hadd’n toch gewoon de hogedrukspuite der op können zetten… geet völle makkelijker… Kön ie ok wel.’ Da’s achteraf praten… toch? Zelf was hij de hele dag in de weer voor de Voedselbank. Kan hem nergens de schuld van geven… Moet ik dan toch die apparatuur eens gaan proberen?
Dat komt ervan als je er een snoeppaleis voor de vogels van maakt. Terwijl ik nog wat na zit te genieten van de actie van de grote visser en hem zie zitten verder op het land zie ik vanuit mijn linker ooghoek een andere rover voorbij schieten. 'Den is kleiner as een buizerd', zeg ik tegen Wim. 'Wat is het?' De vogel zet zich neer op dezelfde stronk waar nog geen 10 minuten ervoor de reiger doodstil stond te staren. Deze staarde niks. Er staat vlakbij aan de rand van de vijver een grote blad-houdende struik die het speelplein van de mussen is. Ik voer ze uitbundig door vetbolletjes op te hangen en de voederhuisjes bij te vullen en na het snoepen schieten die al spelend de hulst in. Ik kon nog net een keer klikken met mijn cameraatje voor de sperwer in een flits ook die hulst indook. Even bewoog alles in de struik en toen werd het stil... heel stil. De sperwer was weg en de mussen moesten eerst van de schrik bijkomen. Met natuurlijke vijanden is trouwens te leven. Onze kippen trekken steeds half lopend, half vliegend een sprintje als ze van de ene groep struiken naar de andere verhuizen.
'Ik zou hier niet willen wonen'. Ik hoor het nog het Hengelose vriendje van Mark zeggen. Veel te stil... niks te beleven. We reden op dat moment richting Coevorden om hem weer terug te brengen na een logeerpartij bij ons. Het is ook wel een kale vlakte moet ik zeggen. Ik zie ook liever een bosrand. En daar zit ik nu te kijken met een kopje koffie voor het grote achterraam. De mussen zijn druk in de weer bij het voederhuisje van Jans en ineens wordt mijn oog getrokken naar de oude boomstronk die naast de vijver ligt, ooit met veel moeite door Mark vanuit het Oeverse bos hierheen gekruid. De grote visser is er. Hij staat doodstil op de stronk. Het licht hier is uit, dus ziet hij me niet. Heel even komt hij op de rand van de vijver staan en loert het water in. Ik zie niks, de vissen zitten nog diep, dacht ik. Maar ineens met een flinke graai heeft hij een dikke goudvis te pakken. Eerst dwars in de bek, maar met een elegante zwaai gaat die in de lengte de bek in en... weg. Tevreden vliegt hij weg.... dacht ik. Nog geen vijf minuten later is hij er weer. Dat wordt me te gortig. Ik geef een schreeuw en weg is hij. Dan Storm maar naar buiten, die krijgt er een taak bij. Als hij buiten is houdt hij de kiekendief al op afstand en nu mag hij die brutale reiger ook erbij in zijn pakket.
Dit plekje aan het Schoolpad, ingesloten door boerenland en de weg, is bij mens en dier geliefd. Ik doe mijn best om de vogels te helpen de winter door te komen, de Schoonebekers van Rob kijken me iedere morgen nog nieuwsgierig aan, de kippen lopen los zoals het vroeger was en verstoten lammetjes krijgen een kans. Deze week zijn we beiden niet in orde, nog steeds hoesten meneertje. Gelukkig heeft buurvrouw Anja zich net over onze Drentse fleslammetjes ontfermd. ’Ik doe de Drentjes wel, jij straks de Schoonebekers’, besloot ze begin van de week. Loedertje trakteert ons regelmatig op een muis en Storm houdt ons bezig door te melden wanneer er post, onraad of voorbijlopende wandelaars zijn. Als ik weer eens op het erf loop zie ik dat er nog meer dieren van ons plekje houden. De mollen vieren hun feestje, nee niet op het land van de boer, dat is vergeven van allerlei gif. Je wilt niet weten hoe vaak die er langs komt om de aardappelen te spuiten. Er is dan ook voor mollen geen insect in dat land te vinden. Wel bij ons. In het verleden hebben we er wat aan proberen te doen.... aan die mollen dan. Johan is al eens geweest, er zijn gaspatronen geplaatst, maar nu…? Ik maak de hopen plat en het gras groeit wel weer. Eigenlijk moet ik blij met ze zijn.
De zes Schoonebeker heideschapen lopen nu weer in onze wei.
Het zijn net baby’s … die lammeren. De drie R’s van dr Spock zijn ook hier van kracht: Rust, Reinheid en Regelmaat. Op vaste tijden de fles, lekker spelen om moe te worden, schoon bedje maken, en daarna heb je er een paar uur geen omkijken naar. Ze ontwikkelen zich alleen wat sneller, maar ja… hun leventje is ook heel wat korter dan een mensenkind. Als Jansie wakker wordt springt hij al uit de bak en Tinus weet al dat de vacht in de grote stoel heel lekker ligt. Ze zullen in elk geval een mooie zomer hebben. Mijn oude krantenvoorraad is er bijna door want wat er bij een lam ingaat komt er ook weer uit. Ze zijn er aan toe om naar de schuur te gaan. Nu is Rieksie afgelopen vrijdag al met Anja meegegaan en heb ik alleen nog Jans en Tinus. Vanmorgen belde herder Kievit alweer. ‘Ik heb-t- er weer ene of za’k Anja bellen?’ Ik liet hem Anja bellen. Vanmiddag ging ik er op kraambezoek. Ze heeft het kleine ding nog in een grote door vader Alle getimmerde kist in de kamer en Rieksie zit alleen in de stal op de deel. Daarom hebben we een afspraak gemaakt: Anja de Drentse heidelammeren en ik de Schoonebekers die er ongetwijfeld nog zullen komen. Morgen brengen we Jans en Tinus naar Anja, kunnen ze bij Rieksie in de stal totdat ze naar buiten kunnen en bij de andere schapen en geiten kunnen. Rob heeft gisteren de zes ooien gebracht die hier vanaf begin april zullen lammeren. Dat duurt nog even. De rest van zijn 200 ooien die op verschillende plekken lopen moeten dan ook lammeren. Hij gaat er van uit dat er nog wel wat flessenlammeren zullen komen. Daar wacht ik maar op. We hebben er goede afspraken over gemaakt. Ja ja… het voorjaar is op komst.
Vandaag is het Valentijnsdag en in tegenstelling tot de jeugd in andere landen ben ik er niet mee groot geworden. In Nederland heeft deze gewoonte intussen wel zijn intrede gedaan. Op het Carmelcollege kwam het op een gegeven moment ook in de mode. De kinderen konden bij de jeugdraad voor 1 euro een roos kopen die dan op de 14e februari aan hun stille geliefde in de klas afgeleverd werd. En daar zag je ze lopen. De mooie sexy meiden met een bos rozen in de arm, sommigen met eentje maar de rest met niks. Ik hoorde wel fluisteren dat meisjes ze ook wel voor elkaar kochten omdat het zo sneu was om niks te krijgen. Friso Bavinck had dit dus ook van dichtbij gezien tijdens zijn leven als docent en dat gaf hem inspiratie voor het volgende gedicht. Hij had het op Valentijnsdag in de docentenkamer uitgedeeld en het bracht hele discussies op gang.
Valentijnsdag
Ik ben niet vlot en eigenlijk verlegen Ik ben gewoon en niet zo’n ster, Bij jongens dus ook niet zo populair Ik heb vandaag geen roos gekregen.
Ik heb vandaag geen roos gekregen En toen mijn moeder vroeg: ’Waar zit je mee, Was het niet leuk vandaag op het AC?’ Toen keek ik weg en heb ik maar gezwegen.
Ik ben maar gauw naar boven toe gegaan En heb mijn huiswerk half gedaan Steeds moest ik tranen uit mijn ogen vegen.
Nu lig ik in het donker op de slaap te wachten Met steeds maar in mijn hoofd die pijnlijke gedachte: Ik heb vandaag geen roos gekregen. FB
Je kunt nu vast wel raden wat deze neerlandicus kreeg aan het eind van de mooie poëzie-middag.
Onze werkgroep ‘Ontmoeting en Inspiratie’ van de Schepershof in Emmen- Oost had de neerlandicus Bavinck uitgenodigd om een poëzie-middag te verzorgen met als thema: ’Liefde in de Poëzie’, met een knipoog naar Valentijn. Dhr Friso Bavinck kwam vanuit Haren onze kant op en had een mooie verzameling gedichten uitgezocht die deels voorgelezen werden en deels met de beamer werden voorzien van beeld en geluid. Co had het boekje met de gedichten verzorgd. Er was behoorlijk animo voor deze middag, al moet ik ook zeggen dat me toevertrouwd is dat een gespreksgroep deze middag spontaan hierheen kwam. Er zijn zoveel soorten liefde dat Dhr Bavinck ze in hoofdstukjes aanbood, liefde tussen een paar, liefde voor kinderen of juist ouders. Hij bracht het allemaal met de nodige humor. Er was één gedicht bij die mij nogal aansprak en meerdere moeders met mij die voor het eerst zonder kinderen op vakantie gingen.. typisch de humor van Ivo de Wijs.
De moeder Ze is op reis, maar min of meer gedwongen. Haar man zei: Kom de caravan staat klaar. Nu zit ze ergens in het Schwarzwald, maar Ze wordt door zorg en zenuwen besprongen.
Ze mist haar teerbeminde kinderschaar. De één is naar een scoutingskamp in Dongen, De tweede zit in Spanje- met een jongen, De derde zit in Griekenland maar wáár.
Hoewel haar echtgenoot intens geniet Van alles wat het Zwarte woud hem biedt Kijkt zij niet naar de hoge boomgevaarten
Maar naar de brievenbussen langs het pad. Het moederhart verlangt naar ansichtkaarten Die liggen thuis in Makkum op de mat.
Meer over 'Weerspiegeling' en liefde voor poëzie op www.hettysite.nl weblog 2
als het op eten aankomt zijn ze allemaal van de partij. Wim maakt vaak een broodje ei tussen de middag en als ze allemaal binnen zijn dan weet je het wel. 'Dat kump der van a'j ze één keer wat geeft.' Suze meldt zich voor een flintertje kaas, Storm en Queeny lusten alles en Rieksie wil alleen maar dichtbij zijn. Die krijgt zo weer z'n flesje.
Suze moet trouwens niet veel van die kleine indringer hebben....
Er werd al gesuggereerd om dit huis maar Huize Beestenboel te noemen.
Het werd een rustig dagje, vonden we. Lekker uitslapen, telefoontjes plegen en Mark kwam langs om Storm te brengen. Die had het prima gehad bij zijn pleeggezin. Ook in Sleen voelt hij zich thuis, wel zo gemakkelijk. Maar fijn om hem terug te zien. De koffers zijn uitgepakt en de wasmachine draait op volle toeren. Dan hoor ik die eerste avond de bel bij het hek. Geen idee wie daar in het pikkedonker staat te klingelen. Als we geen bezoek verwachten is ook de buitenverlichting uit. Ik heb gelijk, het ìs de bel. Wim komt terug en zegt: ’Het is de herder uut Zwartemeer met een lam. Dat gao’j toch zeker niet doen.’ Vorig jaar hadden we slechte ervaringen met die fleslammeren van hem. Ze gingen op één na dood. Toch laat ik herder Kievit even komen en hij verzekert me dat hij vorig jaar pech had met de lammeren maar dat dit een goed lam is. Hij heeft al melk gehad, maar de moeder wil niks meer van hem weten toen het tweede lam geboren was. Dat kennen we. Even later haalt hij het kleine ding op dat houdt zijn kopje fier rechtop en kijkt helder uit z'n ogen. Lijkt goed. Wim haalt de latten al uit de schuur om het nest op te zetten. Ik heb nog biest in huis en geef dat voor alle zekerheid toch. Hij klokt het goed weg. Het is een Drents heide lam en die moet een Drentse naam, vind ik. Dat wordt Rieks. En zo hebben we vandaag een dag vol leven. De jarige Storm weer over de vloer en Queeny die een paar nachtjes komt logeren. Gerhard komt lopend vanuit de Rietlanden langs met Ziva en Rieksie zit in het nest naast de open haard. En Rick komt op zijn vaste zaterdag ook nog. Een wereld van verschil. Maar het went snel.
Reizen blijft een vermoeiende bezigheid, maar heel tevreden zijn we met zo'n mooie vakantie met Johan en Joke. Want zo'n ontspannen vakantie samen is ook heel gezellig. Zo vaak zien we elkaar niet en op deze manier kom je weer dichter bij elkaar. Het vliegen blijft voor mij wat lastig maar Wim èn Johan en Joke genoten van de vlucht. Vooral bij het stijgen op Arrecife toen de zon net onder wilde gaan en bij de landing op Schiphol toen we de lichtjes allemaal dichterbij zagen komen, verdrongen Johan en Joke zich voor het raampje om maar niets te missen. Nu zijn we weer thuis. De kippen, op één na, doen het goed. Storm komt vanmiddag weer deze kant op en de koffers zijn uitgepakt. Deze foto is van de laatste ochtend. Na de koffie wilde Joke ons op ons balkon fotograferen, maar de Noorse familie die beneden het appartement huurden, vonden dat ze er zelf bij op moest. Dus... met dank aan de Noren, die hier overwinteren en de kou zo zes weken lang ontvluchten.
Wie nieuwsgierig is kan vast op www.hettysite.nl klikken ... weblog 1
Wat een overgang. Gisteren alles nog groen en nu.... alles wit. Storm gaat kennis maken met de eerste sneeuw in zijn leven. Dat wordt wat!
Net op tijd kwam ze aan, onze dominee Janneke de Valk. De hele kerk zat stampvol, we hadden vanmorgen een oecumenische dienst samen met de parochies van Barger Oosterveld en Emmerschans. Er werd al gauw afgekondigd dat de dominee eerst een kopje koffie had gekregen, ze kwam vanuit Peize en de 100 km weg was door de ijzel en sneeuw lastig te berijden vanmorgen. Ineens is het winter hier in het noorden.
Het werd een bijzonder dienst met een kinderkoor, muziek, jongelui die mee hadden gedaan met de voorbereiding. Het geeft een band en daarover ging ook de hele kerkdienst. Kijk naar hetgeen je samen bindt. Ook de vier windstreken en de vier seizoenen speelden een rol in de uitleg samen met de kinderen. Bij die 4 windstreken werden stenen gelegd om het visueel te maken. Eén van die stenen gaat mee in de rugzak van een van de jonge mannen die de voettocht naar Santiago de Compostella gaat lopen.
Erg mooi om te zien hoe Pastor Wielens en ds Janneke de Valk samen de zegen uitspraken. Heel bijzonder. Van mij mag er elke week een oecumenische dienst zijn. Wim was het er helemaal mee eens
‘Ach ja… als ik de een zie… zie ik de ander.’ Ik sta zoals vaak op donderdag met Susan tussen de boeken bij Het Goed te snuffelen. ‘Doen jullie alles samen? Of gaan jullie ook samen op vakantie?’ We moeten hem teleurstellen. Maar dit is wel ons vaste moment in de week dat we ons rondje doen. Eerst even langs de prullaria… je weet maar nooit, dan langs de kleding… waren we vandaag snel klaar mee… dan langs de boeken en daar worden we nu betrapt door de man die hier alles op orde houdt. Keurig is alles gesorteerd, romans, spanning, vreemde talen, kinderboeken, reizen, natuur, een uitgebreide tafel met stapels tijdschriften. Op de grote tafel midden in de bibliotheek, zo zal ik deze plek maar noemen, liggen allerlei interessante boeken om in te kijken, net als langs één muur. We nemen meestal een paar tijdschriften mee voor bij de koffie en soms een paar boeken om daar te beslissen om er een wel of toch maar niet mee te nemen. Daarna gaan we verder langs de meubels, kleden en de aparte hoek met kinderspullen, gordijnen en ander textiel, de bedden, de lampen, de onderdelen, kantoormeubelen en tuinspullen. Vlakbij de koffiecorner pak ik vaak nog een knuffel mee voor Storm. Dit keer een aapje met lange poten en een staart. Daar is hij vast een poosje zoet mee. En dan is het tijd voor een kopje cappuccino en thee mèt een tosti Hawai. Lekker hoor! En ook: waar kun je tegenwoordig nog lunchen met z’n tweeën voor €6,45.
Aan de grote tafel hebben we meteen contact met een echtpaar van de vorige week die hier ook vaste klant zijn en meteen komt het gesprek op onze honden, altijd een dankbaar onderwerp. De vrouw vertelt beeldend hoe haar kleine Spaanse hondje thuis de dienst uitmaakt. Met haar ogen dwingt ze zelfs de grote Rhodesian Ridgeback waar die moet gaan liggen: vrouwtje hè, besluit ze.
Op weg naar de uitgang zien we het klapstoeltje waar Susan de opdracht voor had meegekregen, knalrood en helemaal goed. Tevreden nemen we afscheid.
‘Azze wij thuus komt trekke wie’j eerst de kaste lös’, hoor ik een van de dames zeggen. En een ander: ’Dat wordt morgen om 9 uur in de rij veur het Goed’.
Het is al weer het eind van een leuke, gezellige èn nuttige avond. We zijn als Passageleden te gast bij de Protestantse Vrouwengroep van Zuidbarge. Eenmaal per jaar hebben we een avond samen en deze avond is het volle bak. Joke Kompier, de voorzitster staat wat uit, want er moeten stoelen bij gesjouwd worden. Mooi toch! Niemand vindt het erg dat het wat vol wordt.
Ze heeft een mooi lied dat ze voorleest als opening en dan zijn de dames Margaret Jager en Jopie Kingma uit Assen aan zet. Hun motto is: Van Vod tot Vlot en hun attributen staan al klaar. Ik zie een rek vol oude kleding maar stuk voor stuk ontvouwt zich een metamorfose. Margaret legt stap voor stap uit wat ze met een oude trui, broek, jas of jurk kan doen. Zelfs een tricot lange mannenonderbroek is omgetoverd tot een eigentijds hesje, mooi groen geverfd, dat wel. Zelfs de gulp, pontificaal midden op het voorpand heeft een functie als zak. Iedereen heeft wel kleding in de kast, te goed om weg te doen of indertijd aangeschaft voor een gelegenheid, maar wat doe je er later mee. ‘Nou … gewoon’, zegt Margaret, ’je knipt er een stuk af, maakt er een sjaal van. Of een broek die niet lekker zit? Maak er een rok van… de originele details wel laten zitten alsjeblieft.’ Zelfs een kanten jurk combineerde ze met stukken uit een leren jasje… perfect… een topper. Kijk maar zelf. Bijzonder was ook het tafelkleed dat door een paar lintjes een erg leuke omslagdoek werd. Ik vond het spijkerjasje dat ze gemoderniseerd had erg leuk. De dames kregen verscheidene keren applaus. De tijd vloog voorbij en de voorzitster bedankte de dames voor hun leuke en praktische show. Ze eindigde met een gedicht over het rugzakje dat je toch vooral ’s avonds naast je neer mag leggen. Dank aan de Prot, Vrouwengroep Zuidbarge voor een heel mooie avond samen.
En morgen….? Toch maar een kritische blik in de kledingkast. Of zal ik de zak, die klaar staat om weg te brengen, weer doorkijken? Misschien dat ik donderdag na het zwemmen even langs het Goed ga om naar zo’n kleed uit grootmoeder tijd te kijken… als de anderen me tenminste niet voor zijn.
Hebben jullie ook meegedaan? Het was vogeltellingweekend. De bedoeling was om een half uur lang de vogels in je tuin te tellen en dan door te geven op de site van de Vogelbescherming. Zo houden ze bij wat de meest voorkomende vogels zijn en of daar verschuivingen bij zijn. Dus ik zette mij zaterdag tegen 1 uur in de stoel bij het grote achterraam en bewoog me niet. Natuurlijk had ik wel gezorgd dat er genoeg vogelvoer hing. Het is raar dat je als je bewust gaat kijken er een soort toneeltje ontstaat. Ik kan je vertellen dat de koolmezen duidelijk de baas zijn. Zij waren de sterkste en de pimpelmeesjes moesten hun best doen om hier en daar een graantje mee te pikken. Later kwamen de mussen voorbij. Die scharrelden op de grond, net als de merels die in de struiken heen en weer schoten. Niets anders dan anders eigenlijk. De geelgorsjes lieten zich niet zien, ook de staartmeesjes niet. Die zijn er wel en dan met een hele groep tegelijk. Net toen ik dacht dat er niet veel bijzonders meer kwam, verscheen hij. Een prachtig gouden donsballetje, donkere vleugels en een streepje op z’n kopje. Hij bleef wel een kwartier zitten, het goudhaantje. Als ik niet bewust was gaan zitten had ik hem vast gemist. Ik heb het voor alle zekerheid nog even opgezocht. Ooit was het vuurgoudhaantje hier ook, spinnetjes vangend onder de rieten kap, een knaloranje streepje op de kop. Dit was het gewone goudhaantje. Hij was prachtig. Toen het half uur bijna om was liep ik nog even een rondje op het erf en spotte de grote bonte specht, onze dagelijkse gast. Ik weet dat de nijlganzen nog steeds in de buurt zijn maar die zag ik even niet. Net als de buizerds en de grotere kiekendief. Die laatste komt altijd onverwacht. Als ik de kippen onder de struiken zie sprinten dan weet ik dat er gevaar dreigt en zie ik hem wel eens, maar nu even niet. Uiteindelijk kon ik het lijstje invullen. Ik besef dat ik bevoorrecht ben om zo midden in de natuur te wonen, een goudhaantje...
Nee.. ik ben niet de enige die het leuk vindt om foto’s uit het verleden te zien en herinneringen op te halen. Op FB is een nieuwe groep ontstaan. Tot mijn verbazing draagt die de naam: Je bent een Vordenaar als…. Ik kon het niet laten en meldde me aan als lid en begon mee te doen met de foto’s en herinneringen. En wat blijkt? Behalve de Harwigs uit mijn familie, zijn de meeste van de leden allemaal minstens 10 à 15 jaar jonger dan ik. Een enorme hoeveelheid aan foto’s en krantenknipsels komt te voorschijn. Mensen gaan aan het snuffelen in de vergeten schoenendoos met oude foto’s en plakboeken van hun ouders. Heel oude ansichten uit de tijd dat er nog een tram reed komen voorbij. Dat is al lang voor mijn tijd. Wat was Vorden toch een origineel mooi oud dorp. Veel is veranderd. Er is geen gemeentehuis meer. Daarvoor moet je naar Hengelo waar nu het gemeentehuis van Bronckhorst gevestigd is, waar ook Vorden onder hoort.
Ook de vraag die ons vroeger wel gesteld werd:’Waor bu’j der ene van’, kreeg heel wat reacties. Meestal zei ik dan: 'Ik bun van Eggink uut Linde', waarop dan meestal het weerwoord kwam:'O... dan bu'j der ene van Hein en Coba van de Boomgaard.'
Ik weet nu ook dat wij niet de enigen waren die behalve je eigen ooms en tantes, ook buren en bekenden oom en tante noemden. En alle ouderen in de buurt waren voor ons als kinderen ook opa en opoe. Oma’s is van later tijd.
Alleen mijn buurvrouw is voor haar achterkleinkinderen weer opoe. Verschil moet er zijn.
Wat een ervaring! Ik was al bijna vergeten hoe groot het scherm in Utopolis was en hoe aangenaam de stoelen waren. ’t Zal eers wel allemaole reclame wean’, zei Wim nog. Die was nog wat voorzichtig in z’n uitlatingen toen we gisteravond zaal 5 betraden van deze moderne bioscoop. Ach… maar ook de reclame en de voorfilmpjes waren leuk. En Soof…?? We hebben ons beiden enorm vermaakt. Een heerlijke film die je laat verlangen naar meer… Wim z’n belangstelling gaat meer uit naar spektakelfilms maar deze kon hij ook waarderen. Wouter had gelijk.
‘Moeten we vaker doen’, besloten we toen we in de miezerige regen naar huis reden en ons voor de tv zetten voor een oudere aflevering van Midsummer Murders.
Vanmorgen na het zwemmen vertelde ik over Soof en hoorde over het Filmhuis waar je speciaal uitgezochte films kunt kijken op maandag en woensdagavond, ook in Utopolis. Lijkt me wel wat. Joke vertelde over haar zorgen in haar familie, Grietje vertelde over haar verzameling suikerzakjes en Ria zette de boel op stelten met de mededeling dat ze hun kerstboom plus kerststal nog had staan en dat in de derde week van januari. Zij en haar Jan hadden iets bedacht. Hun kinderen die nu wegens stage en vakantie wat verder weg zitten wilden ze twee foto’s sturen van Jan bij de kerstboom. De ene foto met z’n oude bril en de andere met de nieuwe. En zien of de kinderen iets opvalt. Maar ja… de nieuwe bril was in december al wel uitgezocht, maar is er nog niet. Nu het zo ver is besloot Ria: ‘En nu laten we hem staan ook.’ ‘Die kinderen zien het verschil echt niet’, vond Nel. ’Daar hoef je de boel niet voor te laten staan. Maar later als jullie zijn gaan hemelen, zullen ze zich hun malle ouders nog wèl herinneren.’
Het gaat eindelijk weer eens gebeuren, samen naar de bioscoop. Na de Bruidsvlucht, alweer een jaar of 6 geleden hielden we het bij de tv. Maar nu kregen we kaartjes aangeboden van de Postcodeloterij. De film Soof zou het zijn en die draait ook hier in Emmen in Utopia. Toen we zondag op Wim z’n verjaardagsfeestje het onderwerp aansneden, had ik mijn twijfels en ik vroeg me af of het wel iets voor Wim zou zijn. Bij hem is het helemaal geweldig als er maar oorlog of boksen in voorkomt. Toen ik het ter sprake bracht bleek Joke er al met Joanne naar toe te zijn geweest en die waren lovend. Maar Soof… wat een naam en de inhoud… leek mij wel wat, maar zou Wim ook….? ‘Daor ku’j geröst met Wim hengaon’, meldde Diny, ‘Wouter is der ok hen ‘ewes met Maaike en die von em de muuite weerd.’ Dat gaf de doorslag.
Dus… vanavond wordt het Soof avond. Nou ja… niet helemaal. ‘Ik wil der wel op tied weer wean’, zei Wim, ‘ want um half 10 begint Midsummer Murders.’
In onze dinsdagochtendgroep bij Ellen Kroeze zijn we met een nieuw project begonnen. Begin volgend jaar mogen wij als cursisten van Ellen exposeren in het CBK gebouw in Assen. Ellen en Dick zijn al wezen kijken naar de ruimte daar en vanmorgen zijn we gaan brainstormen over ons onderwerp: de rode draad in je leven. We zijn met z’n tienen en dan blijkt toch dat die rode draad voor iedereen helemaal anders is. De een wil juist iets met kleur en brocante gaan doen, een ander met bomen en de drie dochters. Liesbeth heeft iets met gekleurde lapjes en verhuizen, Carolien met een letterlijke levensweg na haar wandeling afgelopen zomer naar Santiago de Compostella. Jantje is gefascineerd door de winter en alles wat daarmee te maken heeft, ook van vroeger. Het verbaasde niemand dat ik iets met dieren heb en dan de dieren in en rondom het huis. Ik vroeg me wel eens af hoe ik daar toch bij kwam. Ja honden en katten snapte ik wel. Die hadden we op de Haar en op de Boomgaard genoeg, maar waar mijn liefde voor schapen vandaan kwam begreep ik pas toen ik zo’n 15 jaar geleden een foto van tante Hermien kreeg toegestuurd waarop mama met een lammetje in het gras zit en Gerke en ik als peutertjes erbij. Toen herinnerde ik mij de Texelaars van opa Bijenhof. Hij had een ram waar we bij weg moesten blijven. Die had een driehoek van latten om z’n nek zodat hij niet uit kon breken. Toen we dan 20 jaar geleden hier kwamen wonen was het aanschaffen van een paar schapen met lammeren het eerste wat we deden. De combinatie van die heel oude foto en de schapen en lammeren van de laatste jaren, misschien aangevuld met honden, dat moet em worden: mijn rode draad.
Zondagmorgen--Iedere tijd heeft zijn eigen gewoontes en dat zal ook per streek en zelfs per gezin verschillend zijn. Ik lag er vanmorgen aan te denken toen ik naast mijn jarige wederhelft wakker lag te worden. Op de Boomgaard en waarschijnlijk ook op De Haar werd er in de vroege ochtend de stoel van de jarige versierd met bloemen uit de tuin. En ik lag me ineens af te vragen hoe we dat met opa’s verjaardag deden. Opa Bijenhof verjaarde op 21 februari. Ik kan me niet meer voorstellen wat we dan gebruikten. Misschien waren het de zelfgemaakte papieren roosjes die ook bij andere feestelijke gelegenheden gemaakt werden. Ik heb daar nog steeds handigheid in.
Onder het melken ’s morgens doken Diny en ik de bloementuin voor het huis in. De te versieren stoel werd op het stoepje voor de voordeur gezet. Die deur werd alleen geopend, en dan nog alleen het raampje, voor het gesprek van mama met de sint die met paard en al naar die voordeur gekomen was. Even daarvoor hadden we de paardenhoeven in het grind gehoord en de schimmel van de sint vaag voorbij zien komen. Het was Jonita die met een laken over de rug mee mocht doen aan deze activiteit.
Verder werd die voordeur alleen bij het stoel versieren gebruikt zodat we, ongezien door de jarige, de versierde stoel weer naar de keuken konden verplaatsen. Best spannend!
In ons gezin werden er lampionnen voor het raam gehangen met de kerstverlichting er in. Stond best mooi. Later kwamen de slingers en dat was een hele heisa om die ’s avond voor de bewuste dag goed op te hangen.
Vandaag hangt er niks. Kinderen groot. Wim lag al te pitten toen ik gisteravond na het late journaal bij hem aan schoof. ‘Gefeliciteerd en nog völle jaoren,’ kreeg hij nog wel mee, maar de rest van de binnengekomen berichtjes niet meer.
Op zijn nieuwe lichte schoenen ging hij vanmorgen richting kerk. Ik gunde me geen tijd. Tja… wel even hiervoor. Dat kan ik niet laten. Als me iets te binnen schiet…moet ik het even vertellen. Ken je dat?