De stilste geur.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ik hoor de stilte niet: ik zie ze op je lippen,
stijf opeen na de woorden
over stormen, branden en klippen,
over dingen die we wel hoorden, maar bij jou en mij anders klonken
tot we in ons moeras verzonken.
Ik hoor de stilte niet: ik proef ze op je vingers
verstrengeld na het strelen
van mijn tranen, schetsen en slingers
uit de tijden van samen spelen,
maar die geen enkele klok kan tikken,
omdat ze ons niet langer pikken.
Ik hoor de stilte niet: ik voel ze in je slapen; als in gepeins versteven
over wat te eten waar te slapen, wie beminnen en hoe te leven.
Maar als je in je eigen stilte kijkt,
is het de wind die je zeilen strijkt.
|