Obstructieve slaapapneu bij kinderen gaat gepaard met een geringere (natuurlijke) daling van de bloeddruk 's nachts en met het optreden van pieken van bloeddrukstijging 's nachts.
Obstructieve slaapapneu (stoppen met ademen tijdens de slaap door het toeklappen van de luchtweg) is vrij frequent bij kinderen. Ongeveer 3% van de kinderen vertoont voor de puberteit tekenen en symptomen van obstructieve slaapapneu. Recentelijk werd obstructieve slaapapneu in verband gebracht met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Bij kinderen die snurken maar 's nachts geen zuurstofdaling in het bloed vertonen en ook geen afwijkingen van de slaaparchitectuur, spreken we van primair snurken. Dit komt heel vaak voor (10 tot 12% van de schoolgaande kinderen).
Bij kinderen verdwijnt de obstructieve slaapapneu vaak na het verwijderen van de obstructie (meestal te grote keel- of neusamandelen). Obstructieve slaapapneu bij volwassenen veroorzaakt hart- en vaataandoeningen. Dat heeft te maken met het intermitterend zuurstoftekort en een stijging van de circulerende stresshormonen. Bij kinderen worden weinig studies uitgevoerd. In een reeks casussen worden wel belangrijke complicaties beschreven thv de long-hartcirculatie. Ze zijn het gevolg van een ernstige obstructie van de ademhaling tijdens de slaap bij kinderen.
Prof. Silke Weber van de NKO-afdeling van de School voor Geneeskunde van Botucatu (Sao Paulo, Brazilië) heeft de 24 uursbloeddruk gemeten bij kinderen met obstructieve slaapapneu, voor en na chirurgische wegname van de amandelen. De studie werd uitgevoerd bij 26 kinderen van acht tot twaalf jaar met ademhalingsstoornissen tijdens de slaap. Alle kinderen vertoonden te grote neus- en keelamandelen en werden verwezen voor een wegname ervan. Bij alle kinderen werd een standaardslaaponderzoek uitgevoerd, gevolgd door een 24 uursmeting van de bloeddruk thuis. Het onderzoek werd zes maanden na de operatie herhaald.
De kinderen werden in twee groepen ingedeeld. De groep met obstructieve slaapapneu telde 14 kinderen. De tweede groep telde twaalf kinderen met primair snurken (zonder ademstilstand).
De kinderen uit de groep met obstructieve slaapapneu hadden een gemiddelde bloeddruk van 93 mmHg (overdag) en 85 mmHg ('s nachts). Bij tien kinderen (70%) daalde de bloeddruk 's nachts niet meer en vier kinderen vertoonden pieken van te hoge bloeddruk 's nachts. De kinderen met primair snurken hadden een bloeddruk van 90 mmHg (overdag) en 77 mmHg ('s nachts). Slechts twee kinderen (16,7%) vertoonden geen daling van de bloeddruk 's nachts.
Bij achttien kinderen werd een ambulante 24 uursbloeddrukmonitoring uitgevoerd, zes maanden na de wegname van keel- en neusamandelen. Alle kinderen op één na vertoonden weer een natuurlijke daling van de bloeddruk.
"In onze studie hebben we aangetoond dat kinderen met een obstructieve slaapapneu een hogere bloeddruk en minder variabiliteit van de bloeddruk tijdens de slaap vertonen dan kinderen met primair snurken. Ook hebben we aangetoond dat de meeste kinderen na behandeling van de obstructieve ademhalingsstoornis tijdens de slaap weer een natuurlijke daling van de bloeddruk 's nachts vertonen."
"Die resultaten weerspiegelen vroege stadia van bloeddrukontregeling bij kinderen met obstructieve slaapapneu. Bij volwassenen gaat een verlies van de nachtelijke daling van de bloeddruk gepaard met eindorgaanaantasting en een hoger risico van hart- en vaataandoeningen."
"We hebben een ontregeling van de bloeddruk aangetoond bij kinderen met een obstructieve slaapapneu, die zich tijdens de slaap manifesteert en vaak niet wordt opgemerkt. Het wordt almaar duidelijker dat kinderen met symptomen van luchtwegobstructie tijdens de slaap een risico lopen van hart- en vaataandoeningen. NKO-artsen en kinderartsen moeten zich dan ook bewust zijn van dit behandelbaar probleem."
Artsenkrant Nr. 2115 - 29.10.2010. Dr. Jacek Sierakowski. Naar de presentatie van Prof. Silke Weber: Nocturnal blood pressure dipping in children with obstructive breathing disorders, before and after adenotonsillectomy. Abstract 2395.
Geschreven op
04-02-2011 door Bruno Ariens
|