Naast een goede slaaphygiëne is een bedtijdritueel een belangrijk instrument om van je kind een goede inslaper te maken.
Al wat er rond het kind gebeurt vanaf het moment waarop hij attent gemaakt wordt om naar bed te gaan tot en met het moment dat hij slaapt, noemen we het bedtijdritueel. Het omvat alle factoren die in die tijdspanne een rol spelen: de grenzen die (niet) worden gesteld, het knuffelen of wiegen, de nachtlampjes, het licht in de gang, de knuffels, de muziekjes, de fopspeen, het glaasje water, het verhaaltje, tandjes poetsen, wat verfrissen, pyjama aandoen, het bed ... Kortom, alles wat aan het slapen voorafgaat tot de overgang naar daadwerkelijk slapen.
Dankzij een bedtijdritueel krijgt je kind op een gestructureerde en afgelijnde manier wat extra aandacht. De herhaling van de handelingen en de aanwezigheid van de ouder, zelfs gewoon vanaf de zijlijn (bijvoorbeeld terwijl je in de badkamer wat opruimt en met je kind praat), zorgen voor veiligheid, rust en tijdsbepaling. Het bedtijdritueel hoeft dus vooral niet de halve avond in beslag te nemen, een halfuurtje 'quality time' is ideaal. In dat half uur heeft het kind jou voor zich alleen. Neem er je tijd voor, onthaasting heet dat. Het is zalig voor een kind om de aandacht van zijn mama of papa helemaal voor zichzelf te kunnen opeisen. Pas wanneer je als ouder het gevoel hebt dat je kind talmt of uitstelt, moet je liefdevol maar vastberaden bijsturen of ingrijpen.
Met de handelingen van het bedtijdritueel geef je je lichaam het signaal dat het tijd is om te gaan slapen. Je hebt ze jezelf aangeleerd. Als je die handelingen al lang doet, worden het automatismen, en als je voor het overige geen slaapklachten hebt, zul je je ritueel afronden met (automatisch) gemakkelijk inslapen.
Vanaf de leeftijd van 4 maanden kun je met een bedtijdritueel beginnen, het spreekt vanzelf het ritueel (de handelingen) moet passen bij de leeftijd van het kind. Geef je kind ook de ruimte om eigen handelingen te ontwikkelen. In het begin stuur je die, zo bereid je je kind voor op de nacht. Kondig dus tijdig aan dat het tijd is om naar bed te gaan en doorloop vervolgens samen met je kind het bedtijdritueel.
Door elke avond dit bedtijdritueel te doorlopen ga jijzelf zekerder in je schoenen staan. Als je het bedtijdritueel van je kind niet goed kent, zul je jezelf meer dingen afvragen, bijvoorbeeld: roept hij nu omdat hij echt dorst heeft of doet hij dat om aandacht te krijgen? De onzekerheid of twijfel die hierdoor ontstaat, maakt het moeilijker voor ouders om kordaat op te treden.
bron: Karen Spruyt, Slaapproblemen bij kinderen, Lannoo 2006.
|