Mama was steeds gefascineerd door kunst. Tekenen kon ze altijd al goed. Toen ze eind de veertig was besloot ze te gaan schilderen. Wij plaagden haar er mee dat het een late roeping was, maar haar werken mochten gezien worden. Haar voorkeur ging vooral uit naar het schilderen van stillevens. Ze beleefde er enorm plezier aan. En ieder die haar werk mooi vond, had maar een schilderij uit te kiezen. Ze gaf het met een zekere trots graag cadeau. Wij hebben haar vaak aangemaand om naar de kunstacademie te gaan, omdat wij vonden dat ze echt talent had. Maar dat wou ze niet.
Na de ziekte van pa, viel het schilderen weg. Zelf al geplaagd door de eerste tekens van Alzheimer, vergde het zorgen voor pa teveel van haar energie. Er bleef geen tijd over voor haar hobby. Na zijn overlijden, spoorden wij haar aan om opnieuw de penselen boven te halen. Zij installeerde weer haar schildersezel, kocht een nieuw doek en ging weer aan de slag. Maar wij kregen het schilderij niet te zien. Toen wij vroegen hoe het er mee stond, zei ze: Ik ben er nog steeds aan bezig, het lukt niet zo goed. Ineens was de schildersezel en al haar materiaal verdwenen uit de kamer. Mama had alles netjes weggeborgen in de kast. Weken later zag ik het doek, een beetje verstopt tussen de kast en de muur. Onafgewerkt, het doek was steeds overschilderd, lagen olieverf boven op elkaar. Arsène en ik begrepen het niet. Wij dachten toen dat het kwam door het rouwproces dat ze doormaakte. Maar mama haalde nooit meer haar schildersmateriaal uit de kast.
In het rusthuis is iedereen wel op de hoogte van mamas schilderstalent. Er hangen in haar kamer verschillende schilderijen van de hand van Mies, haar artiestennaam.
|