Zaterdagnamiddag, zoals gewoonte even naar mama. Arsène en ik zijn s morgens kleren gaan kopen voor haar. De zomerbroeken zijn besteld, maar ik heb wel al twee bloesjes voor haar mee. Voor Moederdag, mama. Ze vindt ze mooi en is er zo gelukkig mee, dat ze terug weent. Dat ik dat krijg
, snikt ze, ik ben toch zo blij
Ik vertel haar dat Arsène en Denise op ons wachten op het terras van de cafetaria. Het stappen gaat zeer moeilijk, ze hangt aan mijn arm, ze sloft de gang door, de lift in. Bij de ingang van het terras praat ik nog even met Rozette. We zijn lotgenoten, ook zij komt regelmatig op bezoek bij haar demente moeder. Als mama plots de stem van Arsène hoort, is zij niet meer te houden en stapt alleen op hem af. Wat een weerzien, wat een gezoen, precies of zij Arsène in jaren niet meer heeft gezien.
Mama drinkt eerst een fruitsapje. Arsène vindt dat het echt een weertje is voor een ijscrème, en daar gaat mama zeker mee akkoord. Maar vandaag kost het haar de grootste moeite om die op te eten. Ze snapt ook helemaal niets van wat er wordt verteld. Denise zit even te rekenen hoe oud haar auto is, en hij blijkt al een respectabele leeftijd te hebben. Negentien jaar! zeg ik verbaasd. Waarop mama antwoordt: Ja, maar het is al een groot beest. We kijken wat verbaasd naar mama, dan naar elkaar, maar niemand van ons reageert. Wat later breng ik haar terug naar haar kamer. Arsène verzekert haar dat hij morgen terugkomt: t Is morgen moederkensdag, ma.
Maar morgen geen Moederdag meer zoals vorig jaar. Het plan was er wel, ik dacht er gans de week aan. Ik zou weer duifjes bakken, wat fruit erbij, een stukje Frans brood en een glaasje rode wijn. De duifjes zitten al enkele maanden in de diepvriezer, speciaal bewaard voor die dag. Maar het kan niet meer, we zetten weer verplicht door Mijnheer Alzheimer een stapje achteruit. Dus geen duiven morgen, want zonder mama vinden wij er niets aan.
|