Mama heeft blijkbaar geen last meer van de blaasontsteking. Ze kreeg, nadat enkel dagen geleden was vastgesteld dat haar urine opnieuw besmet was, medicijnen en dat heeft toch weer geholpen. Volgens de hoofdverpleegster kreeg mama niet meer dezelfde medicatie als die dewelke ze jarenlang kreeg voorgeschreven. Door het regelmatige gebruik van dit geneesmiddel, werd de bacterie die de ontsteking veroorzaakt, immuun voor de bestanddelen van de pillen en brachten die geen genezing meer.
Ik denk dat mama (voorlopig?) weer verlost is van alle ongemakken en pijn die een blaasontsteking veroorzaakt. Ze voelt zich duidelijk weer beter en Denise en ik vinden haar vandaag uitzonderlijk goed. Ze staat gemakkelijk recht om vanuit haar zetel over te stappen naar de rolstoel, en het kost de verzorgende en mij ook niet te veel moeite om haar haar warme jas aan te doen. Denise doet mama nog een sjaaltje om. Mama is bijzonder goedgezind.
Denise en ik gaan met mama in de rolstoel naar buiten. We kiezen na een korte wandeling een bank uit die verborgen achter een haag ons beschut tegen de felle wind. Plots zegt mama gedecideerd: Ik blijf hier niet. Als ik vraag of ze het koud heeft en weg wil, antwoordt ze dan weer: Maar neen! Toch blijven we niet lang buiten.
In de cafetaria is het op zaterdagnamiddag veel te druk, dat kan mama niet meer aan. Dus we bestellen onze drankjes en nemen die mee naar boven, naar mamas kamer waar het rustig is. Daar geniet ze blijkbaar van dit onderonsje. Ze lacht, ze praat met ons mee, weliswaar in haar Alzheimertaaltje, maar dat kan ons niet deren. Mama hoort er bij. Ze doet ons opkijken als ze, wijzend op Denises prachtige T-shirt, zegt: Schoon hé! Even later herhaalt ze dit nog een keer: Oh, dat is schoon, hé! Denise kijkt verbaasd. Dat ziet ze toch nog, hé? Jouw ma hield altijd al van mooie kleren en dat ze dat toch nog ziet!, verwondert ze zich. Ik denk dat de (tijdelijke) opmerkingzin van mama alles te maken heeft met het feit dat ze zich gewoon goed voelt. Ze is alert vandaag. Als Denise opstaat, een stap zet en hierbij met haar been mamas vooruitstekende voet raakt, voelt mama dit meteen. Met haar hand op haar hart vraagt ze bezorgd: Heb ik dat gedaan? Mama wordt door Denise meteen op het hart gedrukt dat het helemaal niet erg is.
We blijven bij mama tot ze klaar is met het avondeten. Ik zet de televisie aan en tussen een pak dikke afscheidszoenen door, vraag ik:Nu kan je voor je gaat slapen nog een beetje televisie kijken, hé? Mama kijkt me lachend aan en antwoordt: Ik peins het wel. Of mama het ook heeft over het televisie kijken weet ik niet, maar haar antwoord past deze keer perfect in het plaatje.
|