38E MARCHE DES PINGOUINS. / LES PINGOUINS DE BELLAIRE. / BELLAIRE. 07/04/2012.
38E MARCHE DES PINGOUINS.
LES PINGOUINS DE BELLAIRE.
BELLAIRE.
Vandaag wandeling in Bellaire.
We verlaten het startlokaal en vlug stekken we de grens van het dorp over om in Blegny te komen, Le Motte is een deelgemeente van Blegny. Door het dorpje met een paar grote boerderijen en een eigenaardig kasteel met twee vierkante torens het draagt het jaartal 1882. Wij wandelen voorbij en langs een bloeiende boomgaard en komen in Saive. We wandelen door het dorpje en komen in Haute Saive met een mooi kasteeltje dat gemeentehuis is. Weer verder langs boerderijen en langs velden, boomgaarden en akkers.
Op het eind van het Ancien Régime werd Saive een gemeente. In 1822 werd de gemeente Parfondvaux opgeheven en aangehecht bij Saive. Hier komen langs de Kerk Saint-Pierre. Is wel een mooi gebouw. We verlaten het dorpje en genieten van de mooie zichten op de natuur in de verte de terril van de koolmijn. We wandelen een heel eind vergezeld van de mooie zichten en zo komen we in Queue-Du-Bois.
Hier wandelen door de vallei met mooie zichten op de omgeving. De natuur is hier prachtig en het ontluikend lentegroen geeft het een speciale tint. Dan komen we terug in Bellaire. Een mooie en aangename wandeling.
36E MARCHE PRINTANIERE DES STCHROUMPS. / LES HERMALLIS. / HERMALLE-SOUS-HUY. 01/04/2012
36E MARCHE PRINTANIERE DES STCHROUMFS.
LES HERMALLIS.
HERMALLE-SOUS-HUY.
Het kasteel is dichtbij de kerk gebouwd, midden in het centrum van Hermalle.
Eromheen ligt het gedeeltelijk ommuurde kasteelpark. Het huidige kasteel is in hoefijzervorm gebouwd, rond een binnenhof. Om het kasteel is een slotgracht gegraven. Verder is er een voorhof, waarrond koetshuizen en paardenstallen gelegen zijn. Deze bijgebouwen dateren van de 19de eeuw. Het rechthoekige basisplan is middeleeuws en, zoals het in die tijd gebruikelijk was, voorzien van 4 torens. Bij de heropbouw tijdens de 17de eeuw is gebruik gemaakt van zandsteen, kalksteen en baksteen. Het gebouw werd ook aangepast aan de stijl die in de Maasvallei gangbaar was, met twee rechthoekige torens. De kasteelboerderij dateert van de 17de en 18de eeuw. In 1975 werd ze stilgelegd en raakte ze in verval. De huidige eigenaars hebben de boerderij echter nieuw leven ingeblazen als toeristische site, bestaande uit een museum, een culinaire bibliotheek en het postmuseum.
Wij wandelen het dorp uit steken de Maas over en lopen langs de spoorweg. Een mooi stukje lopen we langs het water en de spoorweg dan gaan we onder de spoorweg door en komen in Amay. We komen aan de Abdij de Flone. De abdij van Flône werd gesticht aan het einde van de 11de eeuw door drie ridder-monniken, op een domein dat de bisschop van Luik hen had gegeven. Ze ligt aan de monding van de Flône-beek in de Maas. Oorspronkelijk woonden er reguliere kanunniken, tot het klooster werd verheven tot abdij in 1139. Nu zijn de Dames van het Christelijk Onderwijs er gevestigd. Enkel de abdijkerk kan bezocht worden en herbergt verschillende rijkdommen: Romaanse doopvonten (12de eeuw), koorstoelen, maar vooral de orgelkast en de orgels (Uitzonderlijk Waals erfgoed).
We wandelen de Chaussee Romaine op en duiken dan tussen de rotsen in en klimmen zo naar boven. Mooie zichten hebben we hier en we blijven klimmen tot we aan de hoeve Richemont een prachtige hoeve wij wandelen verder door de prachtige natuur. Wat verder komen we aan het natuurreservaat, een grote vijver met een planken pad. Zo komen we in Ombret. Het mooie dorpje Ombret is gelegen op een steile rots aan de Maas. Het dorp is omgeven door bossen. Wij wandelen verder en genieten van de prachtige omgeving.
Wat verder komen we in Clermont s/Huy. Het dorp van Hermalle-sous-Huy strekt zich langs de Maas die de grens tussen Haspengouw en het begin van Ardennen vormt. We wandelen verder en komen terug in Hermalle. Wij zien de torens van het kasteel en zo eindigt onze wandeling.
Montzen was de bakermat voor een voorspoedige en vruchtbare geschiedenis. Het was zonder twijfel een van de oudste platteland centra van het Land van HERVE. Volgens oude kronieken uit 1075 was Montzen de zetel van een belangrijke rechtbank met bevoegdheden over o.a. de plaatsen "Kelmis, Gemmenich, Hombourg, Moresnet, Teuven en Sippenaeken." In de tijd waren er een hoog gerechtshof onder de macht van de leenheer, vijf handelsrechtbanken en een feodaal gerecht genaamd naar de H. Anna.
Dit dorpje, met een immens plein, een kiosk en een geklasseerde kerk uit XVIIIde eeuw heeft uit bouwkundig uitzicht heel wat troeven. We verlaten Montzen en wandelen door de velden en weilanden en dan komt Kasteel Broich in zicht. Gelegen midden in de velden. Dit kasteel is, vandaag genoemd "Kasteel Broich", maar zijn echte benaming is BROECK. De vijver van kasteel Broeck aan de noodwestzijde, had een oppervlak van ongeveer drie hectare. Helaas heeft men hem enkele jaren geleden grotendeels drooggelegd. Kasteel Broeck is samengesteld uit vier gelijksoortige gebouwen (opgetrokken uit natuursteen) die min of meer asymmetrisch ten opzichte van elkaar liggen en dat veel hoeken heeft. Het geheel is op een iets bredere, schuin aflopende benedenbouw geplaatst. Het zeer grillige dek dat met leisteen is bedekt, is zeer bijzonder.
Beide gevels, aan de noorden de zuidkant, hebben in het midden een ingangsdeur waarboven we, ter hoogte van de dakrand, een driehoekige timpaan aantreffen, voorzien van een ovaal venster. In tegenstelling tot de zuidgevel waar het centrale gedeelte een stuk terug ligt ten opzichte van de vleugelgebouwen, steekt het middenstuk van de noordgevel iets uit ten opzichte van de rest. Het oudste gedeelte van het bouwwerk schijnt de zuid oostvleugel te zijn. Het geheel heeft in de zeventiende eeuw ingrijpende veranderingen ondergaan, onder andere door de vergroting van de ramen, en heeft een zeer solide en sober karakter. Voordat we het kasteel binnengaan over de gemetselde stenen brug, die de vroegere ophaalbrug vervangt, zien we aan de rechterzijgevel een deurraamopening waarvan de benedenste gedeelten van de verticale stijlen uit mensfiguren bestaan; ongetwijfeld de overblijfselen van een vroegere open haard. Wij kunnen vrij rondwandelen op de binnenkoer en het kasteel goed bekijken, ook de twee vierkante torens die vroeger de toegang tot het kasteel waren zijn er nog steeds. Er staat ook nog een oude kapel, alles ziet er wat verlaten uit en moet dringend gerestaureerd worden.
We wandelen een eindje verder en uit de mist komt kasteel de Graaf tevoorschijn. Vroeger maakte die middeleeuwse burcht deel uit van een door de Limburgse hertogen gebouwde verdedigingsgordel om de talrijke plundertochten van de Eifelbaronnen te beletten. Later werd ze tot hoeve omgebouwd. We wandelen weer verder door de weilanden en komen zo aan het Bois de Hees hier moeten we klimmen en door het bos wandelen. Verder komen we in Henri-Chapelle. Op een moment komen we aan het panorama van de 3 valleien van de Berwinne,Gueule en Vesdre. Spijtig dat het zo mistig is en we niet van het panorama kunnen genieten gelukkig staat er een info bord dat ons de weg wijst.
We wandelen weer verder door het volgende dorpje dan weer verder en wandelen door de prachtige natuur. We wandelen nu terug Montzen binnen en nog even door het dorp om zo terug op het prachtige plein komen waar onze wandeling eindigt. Spijtig dat het weer wat tegen zit en er wat mist hangt waardoor we de mooie uitzichten hebben moeten missen.
KUTTEKOVEN (Borgloon) Zelfs op een bewolke dag kan de bloesem mooi zijn.
BLOESEMS IN KUTTEKOVEN
Het is zeker nu het moment om Haspengouw te bezoeken de kersen bloesem is nu op zijn best, de peren beginnen nu mooi te worden en de appelen zijjn met enkele dagen er ook. Zelf op een bewolkte dag zijn de bloesem prachtig enkele sfeer beelden uit Kuttekoven.
1ERE MARCHE DU PRINTEMPS. / LES AMIS DU HENRY FONTAINE GRAND-HALLET. / GRAND-HALLET 28/03/2012.
1ERE MARCHE DU PRINTEMPS.
LES AMIS DU HENRY FONTAINE GRAND-HALLET.
GRAND-HALLET.
Grand-Hallet is een landbouwdorp in Droog-Haspengouw met nog veel akkerbouw en veeteelt.
Vanaf de 9de eeuw maakte het dorp deel uit van het graafschap Avernas. Na van de opheffing ervan ging Grand-Hallet deel uitmaken van het baljuwschap Hannuit in het hertogdom Brabant. Het dorp was deels in het bezit van het kapittel Sint-Lambertus van Luik en deels van de abdij Maagdendaal van Oplinter. Bij het ontstaan van de gemeenten in 1795 werd Grand-Hallet een zelfstandige gemeente. In 1965 werden de voormalige gemeenten Petit-Hallet en Wansin aangehecht maar in 1977 werden de drie dorpen allen deelgemeenten van Hannuit. De Sint-Blasiuskerk is de parochiekerk en in de dorpskom staan nog verscheidene gerestaureerde oude huizen die gebouwd werden in tufsteen die in de plaatselijke groeve gedolven werd. Wij wandelendoor het dorpje en bekijken de huizen die in tufsteen gebouwd zijn. dan wandelen we de velden in en gaan dan weer het volgende dorpje binnen dan wandelen we naar Lincent, ook hier weer groet boerderijen.
Op de hoek van de straat een huis met een mooi beeld op de voorgevel een engel met pijl en boog, wel mooi. Dan komen we aan het kasteel van Lincent. Tussen de kerk en de Kleine Gete ligt het kasteel van Linsmeel (Lincent) dat gebouwd werd in de tweede helft van de 14de eeuw en opvalt door zijn massieve torens. Dit kasteel was vroeger eigendom van de heer MICHAUX. Daarom wordt het nog steeds het kasteel Michaux genoemd. Naast het kasteel bevindt zich een gesloten hoeve, de boerderij Michaux. Wij wandelen door het dorp en keren dan terug langs een klein pad waardoor we weer achter het kasteel komen. Ook hier weer prachtige oude gebouwen in gele tufsteen.
Dan komen we aan de Romaans-Gotische kerk Saint-Pierre. Wij wandelen naar de kerk om er even naar te kijken, je kunt door de deuropening naar binnen kijken en je zie de mooie ronde pilaren waar vroeger het dak op ruste vandaag is de ruïne een rustplaats voor de inwoners een mooi parkje rond de kerk, gewoon mooi.
We wandelen verder en verlaten Lincent om terug naar Grand-Hallet. We komen aan het kasteel met grote hoeve. Het hele complex is wit geschilderd en oogt mooi vanop een afstand. Het is een indrukwekkend geheel. Op de boerderij is nog altijd een landbouwbedrijf gevestigd. Nog even en we zijn weer terug op ons vertrekpunt. Een mooie en aangename wandeling.
MARCHE DU PRINTEMPS. / MARCHEURS COUDE A COUDE NEUPRE. / NANDRIN 25/03/2012.
MARCHE DU PRINTEMPS.
MARCHEURS COUDE A COUDE NEUPRE.
NANDRIN.
De gemeente Nandrin strekt zich uit in de Luikse Condroz, de vierbaanse N63 doorsnijdt het hart van de gemeente. Zowel links als rechts van die weg liggen fraaie landschappen met evenwijdige, vruchtbare dalen en vlakke, soms beboste heuveltoppen.
Nandrin bezit een aantal bezienswaardige gebouwen, die opgetrokken zijn in het grijze kalksteen van de streek. Soms wordt ook psammiet gebruikt, het harde zandsteen van de Condruzische heuveltoppen, zoals mooi te zien is in de fraaie romaanse kerk van Saint-Séverin. Op het gemeenteplein heb je de prachtige kasteelhoeve uit de XVII eeuw en de donjon uit de XIV eeuw. Nandrin is nog steeds een landelijke gemeente veel weilanden en akkers.
Wij wandelen verder en komen in Soheit-Tinlot. We komen aan de kasteelhoeve. In 1247 maakt een charter gewag van een maison forte, bewoond door de weduwe van ridder Gérard de Soheit, heer van Soheit. Deze 13de eeuwse donjon, die tot op vandaag nog steeds bewaard is gebleven, gaf oorsprong aan dit grootse gebouwenensemble dat gedurende de 17de eeuw in drie stappen uitgebreid werd, met als sluitstuk de constructie van een hoektoren met vierkante basis. Het woongedeelte bevindt zich op de noordwestelijke hoek van het gebouwencomplex dat beschikt over een centrale koer, poortgebouw, bakhuis en een cluster van 18de eeuwse stallingen en een monumentale schuur met een spectaculair dakgebinte, eveneens daterend uit de 18de eeuw (1757). Vandaag zijn de restauratie werken volop bezig en word die bijzonder gebouw bewaard voor de toekomst. Er is nog veel werk aan om de restauratie te voltooien, maar eens gedaan zal dit een juweeltje van het dorp worden.
We wandelen weer verder door de velden en langs akkers geregeld komen we prachtige huizen tegen in lokale steen, gewoon mooi. Wij wandelen weer verder en komen in Fraiture, een bijzonder mooi dorpje met de overblijfsels van het kasteel. Chateau Neuf een Louis XVI stijl gebouwd in 1778 brandde af op 31-07-1963, nu blijven er alleen nog wat bijgebouwen en de prachtige hekken over. Wij hebben hier controlepost. We wandelen weer een eind verder en komen door de prachtige natuur, hier meer bossen op de heuvelflanken en in de dalen weilanden, in het bos staan de wilde anemonen die de bossen wit kleuren.
Wat verder komen we terug in Nandrin terug op het plein met zijn vijver, de omgeving van het plein is werkelijk mooi, het kasteel en hoeve en verschillende prachtige oude huizen. Een mooie en aangename wandeling.
TER HEIDE TOCHT. / W.S.V. WINTERSLAG. / GENK-WINTERSLAG. 24/03/2012.
TER HEIDE TOCHT.
W.S.V. WINTERSLAG.
GENK-BOKRIJK.
Waterschei was in de middeleeuwen één van de zes gehuchten van het toenmalige Genk dat voornamelijk uit heide bestond. In de 15e eeuw kregen de gehuchten, en dus ook Waterschei, een eigen burgemeester die de belastingen inde en die in gezamenlijk overleg beslissingen van bestuurlijk aard nam.
Waterschei bleef een arm Kempens heidegebied. In de 16e eeuw werd er te Waterschei een kleine schans gebouwd om de inwoners te verdedigen tegen vreemde troepen. Waterschei een dunbevolkt heidegebied met arme landbouwers. Met de ontdekking van steenkolen in 1901 door André Dumont in buurgemeente As zou het uitzicht van Waterschei grondig veranderen. In 1909 werd te Waterschei begonnen met de boringen. Deze boringen waren technisch moeilijk omwille van het grote gevaar op waterdoorbraak en pas in 1921 werd de eerste kolenlaag op een diepte van 658 meter bereikt. Waterschei werd één van de zeven mijnzetels uit het Kempens steenkoolbekken en de steenkoolproductie in de mijn van Waterschei startte in 1924. De heidegronden waren ideaal om een volledige site rond de mijn te ontwikkelen. De aanleg van de cités of tuinwijken startte in 1914 maar werd stopgezet tijdens de Eerste Wereldoorlog en pas in 1925 hervat. Zij werden gebouwd in de typische Engelse cottagestijl uit het begin van de 20e eeuw. Onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog werd er nog een nieuwe tuinwijk aangelegd. Om het vele werk te kunnen uitvoeren werden gastarbeiders aangetrokken. De mijnen waren echter zwaar verlieslatend en als gevolg hiervan werd de mijn van Waterschei gesloten in september 1987.
Vandaag zijn er nog getuigen van het rijke mijnverleden. De mijnterril werd in 1999 geklasseerd als beschermd landschap. Zij werd op het einde van de twintigste eeuw beplant en aangelegd als natuur- en wandelsite. Vandaag doen we hem niet aan maar krijgen hem wel in het zicht. Wij wandelen door de bossen van de gemeente en een enkele keer komen we in Waterschei waar controle is.
We steken de spoorweg over waar het stationnetje van Waterschei dat vlak bij de mijnsite ligt, is een stopplaats op de toeristische stoomspoorlijn As-Waterschei-Eisden die door de vzw Kolenspoor wordt uitgebaat. Deze maatschappij legt ook bij elke thuiswedstrijd van KRC Genk een supporterstrein in vanuit Eisden en As. Na controle terug door de bossen en heide. Wij wandelen het Teut & Ten Haagdoorn natuurpark binnen. Hier grote heidestukken en wat bosjes. Een prachtig stukje natuur. Zo komen we terug op ons vertrekpunt. Een mooie en aangename wandeling.
21E MARCHE DES DJOYEUS. / LES DJOYEUS D'A TULTAY. / HODY 18/03/2012.
21E MARCHE DES DJOYEUS.
LES DJOYEUS DA TULTAY.
HODY.
Bij het naderen van de Ardennen ontplooit er zich voor ons een landelijke streek waar water en steen de landschappen hebben gebeeldhouwd en hun stempel op het leven van de mens hebben gedrukt.
Wij ontdekken de rijkdom van het architecturale erfgoed en de eeuwenoude traditie eigen aan de exploitatie van steengroeven. We vertrekken met de wandeling in het centrum van Hody met zijn prachtige Neo- classicistische kasteel uit 1770 gebouwd door een Luikse Bisschop. We wandelen door de velden, genieten van de prachtige omgeving komen zo in een klein dorpje Vien, met zijn prachtige kasteel en zijn park dat nu geel ziet van de narcissen, dankbaar dat we door het domein mogen wandelen en genieten van al het moois.
We dalen af naar de kerk. Het dorpje heeft verschillende oude traditionele huizen uit lokale steen, de boerderijen zijn versterkte hoeven met ronde hoektorens. Het is stil in het dorpje of de tijd er heeft stil gestaan. We wandelen verder en laten Vien achter ons en komen in Les Floxhes. Het is een landelijk dorpje met veel velden, akkers en bos. Gewoon genieten van de natuur en de mooie dingen die we tegen komen, we wandelen verder door het bos. En komen zo in La Rock, het volgende landelijk dorpje ook hier weer natuur volop. Door de velden en de uitgestrekte bossen en ontdekken de typische gehuchten.
Dan komen we Anthisnes. Indrukwekkend zijn de straten van deze vroegere kerkelijke heerlijkheid. Eerst is er de imposante vierkante massa van LAvouerie, het oud kasteel dat trots pronkt met zijn vijf verdiepingen, en zijn meestertoren uit de XIIde eeuw. In het woongedeelte bevindt zich een heemkundig museum. Voorts zijn er de prachtige gewelfde kelders, hier hebben we controle van de wandeling.
Aan de overkant van de straat staat de herenhoeve van Saint-Laurent. De enorme gebouwen hebben kranig de tands des tijds weerstaan. Vandaag zijn de hoeve en poortgebouw prachtig gerestaureerd. De kerk en overige gebouwen wachten op restauratie. De vroegere kerk, de hoektorens, de donjon uit de XIIIE, het poortgebouw met zijn nog steeds zichtbaar middeleeuws blazoen zijn een deel van het geheel.
We verlaten Anthisnes en wandelen terug naar Hody waar we even gaan kijken naar het kasteel. Een prachtige wandeling in een streek die vol bouwkundige wonderen, prachtige kastelen, boerderijen en huizen in de steen uit de lokale steengroeven.
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT. / LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT. / AUBEL 17/03/2012.
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
AUBEL.
Aubel, dat in het hart van het Land van Herve ligt, is sinds 1630, toen voor het eerst de wekelijkse markt werd georganiseerd, het handels- en ontmoetingscentrum voor de dorpen in de omgeving.
Rond de Place Nicolaï getuigen rijke burgerhuizen nog steeds van de voorspoed van de stad. In het centrum herinnert het kapelletje van Saint-Hubert (1760)eraan hoezeer de heilige verbonden blijft met de geschiedenis en de folklore van dit stadje. Je ziet het ook aan de naam van de wandelclub hoe zeer de heilige nog verbonden is met de mensen uit Aubel. Uit vroegere tijden hebben de inwoners talrijke gebouwen bewaard, die soms diep verscholen zitten in een steegje. Een paar stappen van het marktplein en het vertrekpunt van onze wandeling bevindt zich de herberg Vieil Aubel (1500), die door de inwoners wordt gekoesterd. Eens we buiten het dorp zijn eist de verspreide bewoning die zo kenmerkend is voor het Land van Herve, weer zijn rechten op.
Op onze wandeling zijn schitterende hoeven te zien die aan een voorvaderlijke architectuur herinneren. Door hun venster met kruiskozijn in steen laten ze zien hoe de Maaslandse Renaissance hier een belangrijke invloed heeft gehad. We wandelen verder door het prachtige landschap van Herve en komen in het dorpje Saint-Jean Sart een van de mooiste plekjes is de kapel van Sint Rochus, deze was de beschermheilige voor de inwoners tegen de pest en besmettelijke ziekten. De boeren riepen deze heilige aan als bescherming voor hun vee en hun familie. De kapel gelegen op een heuveltje en bewaakt door twee lindenbomen, gewoon mooi. we wandelen even verder en komen langs een plantage van de cider van Stassen.
Wij wandelen verder door de weilanden steeds weer klimmen en dalen door het golvend landschap. In de verte duikt een ronde toren van een kasteel op door de mist en lichte regen lijkt het wel een sprookje. We wandelen verder en voor ons duikt de Abbaye de Val Dieu op. Ze is in het begin van de dertiende eeuw gebouwd door monniken van de orde van Citaux, de cisterciëzers. Een woordje geschiedenis De Heilige Robertus van Molèsmes wilde terug naar de zuivere beleving van de regel van Benedictus. De cisterciënzermonniken vestigden zich op geïsoleerde plekken. Hun doel was om zich terug te trekken van de wereld en te kiezen voor een omgeving die onbewoond was, meestal in valleien. De enige mogelijkheid om te overleven was het bewerken van de gronden, zodat deze zich ontwikkelden tot vruchtbare gebieden. De vallei van de rivier de Berwinne voldeed aan deze voorwaarde. Gelegen op de grens tussen het Hertogdom Limburg en het Graafschap Daelhem, onstond door de oprichting van de abdij van Val-Dieu de karakteristieke omgeving van het land van Herve.
Wij komen naar de abdij toe gewandeld door het park. Achter de abdij bevindt zich een monumentaal park uit de achttiende eeuw, dat de status van historisch monument heeft. In het park staan achttien bomen die beschouwd worden als Waals erfgoed. De aanleg is van zo'n bijzondere stijl dat je er verschillende biotopen kunt terugvinden. Rekening houdend met dit bijzondere kader en de staat waarin het park is gerestaureerd, deed een project ontstaan van een beschermd park, dat toegankelijk is voor publiek en vandaag mogen wij er door wandelen en genieten van de prachtige bomen. Als we door het park wandelen komen we aan de brouwerij, deze opende zijn deuren in 1997 en is ondergebracht in verschillende gebouwen van de abdij. Het bier is geïnspireerd op een recept van de monniken. Het betreft dus een echt ambachtelijk abdijbier van hoge gisting en zonder kunstmatige toevoegingen!
Wij nemen de tijd om wat rond te kijken op deze wel mooie site. Verlaten de abdij door het poortgebouw en steken de weg over om aan de Molen van de abdij te komen. Deze watermolen werd in 1354 afgestaan aan de abdij van Val-Dieu door Renard de Bombaye. Het huidig gebouw werd opgetrokken in 1716 en 1731. Het groot metalen bovenslagrad heeft een diameter van 6 meter en is 1,5 meter breed. Het werd in 1965 hersteld. In de jaren 1980 was de molen nog beroepsmatig in gebruik. Op 10 februari 1942 werd de abdij van Val-Dieu beschermd als monument, terwijl het park en omgeving (waaronder de watermolen) als site werd beschermd.
Thans is in de molen een drank- en eetgelegenheid en een winkeltje met streekproducten gevestigd. Het gietijzeren raderwerk is nog draaivaardig. Er is ook een nog bedrijfsklare mechanische maalderij aanwezig. Die levert o.m. het meel ten behoeve van het restaurant, de abdij en voor particuliere bakkers uit de omgeving, met als merknaam "Abbaye Val Dieu". Het is mooi om even binnen te gaan en te kijken naar de nog maalvaardige molen.
We verlaten de site van Val Dieu en klimmen uit de vallei. Wij wandelen door het prachtige landschap en komen aan een monument uit de oorlogsjaren. De bunker en de omgeving zijn prachtig in orde gebracht en behouden voor de volgende generaties, er is een Panoramawijzer op de veldlocatie Knuppelstok. Te zien op de hoogtes van Saint-Jean-Sart, op de veldlocatie " Knuppelstock" , in de gemeente Aubel.
Op basis van de cartografie van het Nationaal Geografisch Instituut werd het hele landschap dat zich aan de wandelaar voordoet in een blauwe hardsteen van anderhalve meter doorsnee gegraveerd en versierd met bronzen details. Het geheel weegt ongeveer één ton. Wij bezoeken even de bunker en keren dan terug naar ons parkoers. Nog even door de weilanden om dan weer in Aubel aan te komen, het was een pracht van een wandeling in Het Land van Herve.