Wandelen in het Land van Loon, tijdens de fruitpluk is wel bijzonder. Op zaterdag vertrekken we in het centrum van Borgloon aan het oude station. We wandelen naar een van de oudste en bekendste boerderijen van Borgloon, nu is het een woonhuis geworden, maar een halve eeuw geleden was het een van de grootste boerenerven, met veel landerijen. Tivoli een gekend plekje in de stationsbuurt.
TIVOLI
KASTEELHOEVE DE KLEE
Wij wandelen van hieruit naar Kuttekoven, met zijn prachtige grote kasteelhoeve en kasteel De Klee. Tegenover ons in de verte kunnen we het kasteel van de Hulsberg zien. We dalen af naar het centrum van het dorpje met zijn kapel. Dan vervolgen we onze weg langs het fietspad, links een prachtig zicht op de kasteelhoeve en de kerk van Kuttekoven.
KASTEEL HULSBERG
KUTTEKOVEN
Met een prachtig zicht op de vallei, we komen aan de voormalige brouwerij Pexters, nu komen we in Graeth met zijn grote boerderijen. Langs de Gasthuiskapel en zo terug naar het vertrek.
VOORMALIGE BROUWERIJ PEXTERS
GASTHUISKAPEL
Maandagwandeling
De wandeling op maandag vertrekt in het dorpje Voort. Deze wandeling is echt een wandeling die het fruit centraal zet, langs prachtige weilanden met hoogstamboomgaarden en plantages.
We komen ook langs het kasteel van de Hulsberg gelegen op een hoge heuvel met hoogstamboomgaarden aan de voeten van het kasteel. We wandelen nu naar de Romeinse Kassei, richting Voort langs het kasteel van Voort en de Tornaco kasteelhoeve.
KASTEEL VOORT
KASTEEL PARK VOORT
TSJENNEBOOM
Verder langs de Romeinse Kassei om dan aan Tjenneboom en het monument van Tjenne de Heks te komen hier wandelen we langs de laagstam plantage die nu vilhangen met prachtige gekleurde appelen, om de plantage te bevruchten zijn er andere soort appelen nodig, nu worden sierappeltjes gebruik voor de bevruchting, het zijn kleine gele en rode appels. We mooi om te zien de overvloed van kleine appels op deze bomen.
TJENNE DE HEKS
We wandelen verder en gaan het natuurreservaat Stasveld binnen. Hier is het gewoonweg prachtig met weidse zichten over het Haspengouwse landschap. De wandeling brengt ons naar Mettekoven door het dorpje met grote boerderijen, dan terug het Stasveld in. Genieten van de prachtige natuur. Door de hollewegen als een tunnel door het groen.
NATUURRESERVAAT STASVELD
METTEKOVEN
We klimmen uit het natuurreservaat en komen terug voorbij Tjenneboom en de Romeinse Kassei met een prachtig zicht op Borgloon met zijn kerktoren. Aan de achterzijde van het kasteel van de Hulsberg en de Lorettokapel. Nog even voorbij een paar prachtige hoogstamboomgaarden waar de koeien onder grazen, Haspengouw op zijn mooist. Zo eindigt een prachtige wandeling in het Land van de Graven van Loon.
22E MARCHE INTERN. / LES GLOBE-TROTTERS / AWIRS-FLEMALLE 31/08/2008.
22E MARCHE INTERN.
LES GLOBE-TROTTERS.
AWIRS-FLEMALLE.
Flemalle ligt wat verwijderd van de Maasvallei, waarin de industriële activiteit geconcentreerd is, en spreidt zijn landelijke karakter en zijn prestigieus architecturaal patrimonium volop tentoon. Het word niet voor niks de stad met de 8 kastelen genoemd, ook de vele oude gebouwen, zoals de vele boerderijen.
Kastelen krijgen we te zien op deze wandeling. We vertrekken in Awirs, met zijn prachtige huizen uit grijze steen uit de naburige steengroeven. We komen langs een van de oudste steengroeven, waar de natuur zich hersteld heeft en stilaan terug de overhand krijgt. We wandelen langs de steengroeve en door een prachtig bos en komen zo aan een brede laan die ons naar het Chateau dAigremont brengt.
Gebouwd tussen 1717 en 1725 naast een ruïne vesting, Kasteel Aigremont domineert de linker oever van de Maas. Dit kasteel van baksteen en Maaslandse kalksteen werd gebouwd door Mathias Clercx, kanunnik van de kathedraal Saint-Lambert. Het neemt de architectonische principes van de tijd, soberheid en de "U" vorm, voldoet aan een perfecte symmetrie. Het kasteel is een mooi voorbeeld van de kasteel architectuur uit de het begin van de 18de eeuw in deze streek. Meer dan twee eeuwen lang was het in handen van dezelfde familie. De naburige hoeve opgetrokken in kalksteen uit de streek, werd gebouwd boven op de resten van een oude vesting die verschillende keren werd verwoest en waarvan de oorsprong teruggaat tot de 10de eeuw.
We wandelen verder en kunnen zo genieten van de omgeving en het kasteel. We wandelen door de bossen en klimmen de helling van de Maas op en krijgen een mooi zicht op het Witte kasteel aan de Maas.
We wandelen verder en komen zo aan het kasteel van Chokier. Gebouwd boven op een uitstekende rots, is het bekendste kasteel van het dorp. Wat verder komen langs de oude kasteelhoeve. We wandelen verder en komt Awirs terug in zicht. Zo eindigt een prachtige wandeling.
Deze dagvlinder heeft 4 opvallende oogvlekken op de bovenkant van de vleugels, die dienen om vijanden af te schrikken. De onderzijde van de vleugels is bijna eenkleurig zwartbruin. Hij is bijna het hele jaar door te zien. Meestal zijn er 2 generaties. Hij overwintert op zolders en in kelders of holen. De eieren worden in hoopjes afgezet op de onderkant van brandnetels. De rupsen leven vaak in een gemeenschappelijk spinsel. De rups is zwart met vele kleine witte puntjes en zwarte doorns. Op het kopschild staan geen doorn, wat bij de rups van het landkaartje wel het geval is. Hij komt veel voor in tuinen, maar ook in bloemrijke graslanden en wegbermen, in parken en klaver- en luzernevelden.
Dit jaar staat de Landschapsdoedag in het teken van de samenwerking tussen landbouw en natuur.
De Binkelhoeve in Neerrepen (Tongeren) is deuitvalsbasis voor deze dag. En er valt weer heel wat beleven. Historische gidsen doen de geschiedenis van het kasteel uit de doeken of je kan mee met een landbouwer of natuurwachter die je doorheen het prachtige landschap rond het kasteel en de hoeve loodsen. Je kan op zoek gaan naar de geadopteerde Limburgse soorten: wie weet kom je onderweg wel een das, een eikelmuis of een steenuil tegen. Er is ook een wandeling die helemaal in het teken van vogels staat en een waar je meer te weten komt over autochtone planten.
De Binkelhoeve is een kasteelhoeve uit 1756 vind je aan de rand van het Haspengouws dorpje Neerrepen bij Tongeren. De Landschapsdoedag van het Reginaal Landschap Haspengouw en Voeren is een jaarlijk terug komend evenement waar de natuur het hoofdthema is. het is gezellig rondlopen langs de verschillende standjes en je steek er ook nog wat vanop.
Dit jaar is het wel in een bijzonder mooie omgeving de Binkelhoeve en het kasteel van Neerrepen. Gelegen in een prachtige park met grote vijvers, wat bosjes en veel landbouw.
LANDSCHAPSWANDELING VRIJHERN / NATUUR ROND DE KLUIS / VRIJHERN 23/09/2008
LANDSCHAPSWANDELING VRIJHERN.
NATUUR ROND DE KLUIS. Gele route.
VRIJHERN.
In de omgeving van Vrijhern ontspringen talrijke bronnen. Kleine beekjes vormen er samen het begin van de Demer. Dit is Vochtig Haspengouw ten voeten uit! In deze grond hebben mensen doorheen de eeuwen gezwoegd en geploeterd.
Dat heeft zijn sporen nagelaten. Een uiterst gevarieerd landschap van bronbossen, weilanden en akkers kreeg zijn huidige vorm. De landschapswandeling vertrekt aan de Kluis van Vrijhern, een prachtige lemen woning die je helemaal terugbrengt tot in de 17de eeuw. Wat je vooral moet doen tijdens deze wandeling is genieten van het prachtige landschap met vergezichten om u tegen te zeggen. Kluis van Vrijhern In de 17de eeuw vestigde zich in deze omgeving de eerste kluizenaar. Wat later werd gestart met de bouw van de Kluis.
De Kluis van Vrijhern bestaat uit een woonhuis en stallingen allen opgetrokken in leem en vakwerk. Het woonhuis was vroeger het kloostergedeelte en schooltje. Vakwerk is een houten gebinte opgevuld met vlechtwerk, waarop leem en stro werden uitgesmeerd. Het enige bakstenen gebouw is de Lorettokapel. De kluizenaars leidden hier een hard en zeer sober bestaan. Buiten het gebed stonden zij in voor onderwijs en verzorgden ze de zieken tijdens de epidemieën. De kluizenaars bewoonden de Kluis tot in 1904.
We wandelen door het domein met oude bomen en veel natuur, door de kleine voetpaden komen aan de Paulushoeve, als je hier ooit komt wandelen moet je zeker eens door het raam kijken, een kamer is volledig ingericht zoals het vroeger was. We wandelen verder en komen in het Natuurgebied Steenbroek, is een vochtig natuurgebied waar talrijke bronnen ontspringen.
Het is vroeger gebruikt om steenafval in te storten maar nu is het in ere hersteld. Op de hellingen werd een Fuctuarium of museumboomgaard aangelegd met meer dan 50 soorten appel-, peren- en pruimensoorten. Het zijn typische fruitrassen uit de streek die zeker niet verloren mogen gaan. Aan de voet van de hellingen werden een poel gegraven voor de kikkers, salamanders en padden uit de buurt. We wandelen door het natuurgebied en komen in Sint-Huibrechts-Hern een gemeente met vele grote boerderijen.
We wandelen het dorp uit en gaan naar Hardelingen, in de Middeleeuwen stond hier een herenhoeve. In de 19de eeuw werd er een kasteel gebouwd, neoclassicistisch geïnspireerd. Het park rond het kasteel werd door de voormalige kasteelheren gebruikt als jachtterrein. Gelukkig, want anders was dit stukje mooie natuur zo goed als zeker omgezet naar landbouwgrond. Om de houtreserve aan te dikken, werden destijds bomen bij geplant. Zo werd het dak van de O.L.Vrouwebasiliek in Tongeren na een brand in 1677 hersteld met hout uit dit bos.
De bossen zijn niet toegankelijk maar van op het wandelpad kunnen we genieten van het mooie zicht op enkele monumentale eiken en beuken. Nu duiken we de Holle weg in, holle wegen zijn typisch voor deze streek. Ze zijn op natuurlijke wijze ontstaan door het schurende werk van naar beneden stromend smelt- en regenwater. Aanvankelijk waren het smalle wegeltjes in het hellingsbos waar bij regenweer het water als kleine riviertjes naar benden stroomt.Hierbij worden stenen en takken weggespoeld en soms halve struiken meegevoerd. Zo word het wegeltje steeds dieper uitgesneden en ontstaan stilaan een echte holle weg.
Van bij het begin van onze jaartelling moeten die geultjes als voetpaden voor de toen schaarse bevolking hebben gediend. Later deden ze dienst als pad voor karren en wagens. Via de holle weg komen we terug aan het domein van de Kluis van Vrijhern. Een prachtige wandeling in een uitzonderlijk mooie omgeving. Zeker een bezoekje waard.
Een weekend met vrienden, wat kun je meer verlangen, samen met Etienne en Rosette naar de polderdorpjes Doel en Lillo. Het polderdorpje Doel ligt op de linkeroever van de Schelde en wordt omsingeld door de kerncentrale van Doel en het nieuwe Deurganckdok dat in 2005 in gebruik genomen werd.
DE SCHELDEMOLEN DOEL
In 2007 beslist de Vlaamse regering over de bouw van het Saeftinghedok dat de doodsteek zou betekenen voor Doel. Het is troosteloos te zien hoeveel woningen leeg staan en al gedeeltelijk ontmanteld, mooie huizen. Toch is er nog veel volk hier in doel. De overzetboot brengt personen naar Lillo. Het is hier prachtig om over de Schelde te kunnen kijken, met de boten die voorbij komen. We klimmen de dijk op en komen zo aan de oever van de Schelde. De Scheldemolen, één van de oudste stenen molens van Vlaanderen, opgericht tussen 1629 en 1656. Oorspronkelijk een korenwindmolen. Sinds 1927 in onbruik en in 1946 beschermd als monument. Na restauratie in 1958, wordt hij nu gebruikt als restaurant. Aangekocht door de gemeente Beveren in 1978.
DOEL EN VEERBOOT
Dit is een mooi plaatje de oude windreus met daarachter de gigantische koeltorens van de kerncentrale. We gaan met de veerboot naar Lillo. Door zijn unieke ligging aan de Schelde en zijn uitzonderlijk decor, blijft Lillo-Fort aantrekkelijk voor duizenden toeristen. Het miniatuurdorpje heeft dan ook heel wat te bieden. Oorspronkelijk was Lillo een fort, aangelegd in de 16de eeuw ter verdediging van Antwerpen. Later groeide het uit als een deel van een polderdorp, dat enkele decennia geleden moest wijken voor de uitbreiding van de Antwerpse haven.
LILLO
Lillo straalt nog altijd het nostalgische dorpsleven van decennia geleden uit. Dit dorpje in pocketformaat blikt in elk geval terug op een turbulent, militair verleden. Wie er de geschiedenis op naleest, weet dat in de 16de eeuw begonnen werd met de bouw van Lillo. Prins Willem Van Oranje geeft in 1578 de opdracht om twee forten te bouwen ten noorden van Antwerpen ter verdediging van de stad. De forten Lillo en Liefkenshoek worden een feit. In 1830 werd bij de onafhankelijkheidsstrijd van België 25 km² poldergebied door de 'Hollanders' onder water gezet.
ETIENNE IN ACTIE EN CHRISTIANE EN ROSETTE OOK
Lillo behoorde pas sedert 1839 tot ons land. Het duurde nog tot 1845 voor het water uit de polder verdween en de gronden opnieuw konden worden gebruikt. Ook de moderne geschiedenis laat Lillo niet ongedeerd. In het begin van de 20ste eeuw telde de rechteroever nog negen zelfstandige poldergemeenten: Berendrecht, Ekeren, Hoevenen, Lillo, Oorderen, Oosterweel, Stabroek, Wilmarsdonk, Zandvliet. Als gevolg van de havenuitbreiding en de komst van nieuwe industriële bedrijven verdwenen de meeste polderdorpen. Andere polderdorpen werden later door Antwerpen geannexeerd.
POLDERMUSEUM LILLO
Van het voormalige Lillo bleef na de grote havenuitbreiding van de jaren zestig alleen nog het gehucht Lillo-Fort over. Er is toch nog wat bewaard gebleven wat de moeite is om te bezoeken. Het Poldermuseum is uniek en onafhankelijk. Gehuisvest in een voormalige beschuitenbakkerij huisvest dit museum het verdwenen verleden van de polder. Duizenden voorwerpen zijn getuige van het harde polderleven, maar ook van de sociale samenhang en vriendschap van de verschillende verdwenen dorpsgemeenschappen. Wij bezoeken dit unieke museum met duizenden voorwerpen.
We wandelen ook een eindje door de straten en langs de grachten en komen langs het Kruidmagazijn. Een terrasje op het havenplein sluit onze fijne dag af. Terug met de laatste veerboot naar Doel.
FORT
Een pracht van een namiddag in deze twee polderdorpjes, waar wij hier in Limburg wel eens over horen in het nieuws, maar het zelf eens komen bekijken is wel een hele belevenis, Doel treft ons diep het mooie dorpje dat stilaan verdwijnt, de huizen en de mensen een heel stukje dorpsverhaal en leven dat verdwijnt.
Het kasteel van Rullingen ligt in het hart van Haspengouw, in het Land van Loon, omringd door bronsgroen eikenhout. Kortom Haspengouw op zijn best. Het prachtige landschap, waarin de weiden en velden langzaam op en neer glooien, straalt rust uit. Alles spreekt van vruchtbaarheid en onbekommerd leven. In deze schitterende omgeving ligt het domein van Rullingen. Aan de horizon tekenen zich de kerktorens van enkele ingedommelde dorpjes af. Het charmante stadje Borgloon ligt slechts een middeleeuwse boogscheut ver.
Voor 1920
In de Middeleeuwen, tijdens de heerschappij van de Graven van Loon en het Prinsbisdom Luik, stond er op deze plaats een "mottoor" of torenburcht. De gewelfde kelders en de onderbouw van het huidige kasteel zouden nog resteren uit die tijd. In de versterkte toren bevond zich een waterput die toeliet lange belegeringen te doorstaan. Deze bron voorziet ook nu nog het kasteel van eigen water. In 1640 werd het huidige kasteel gebouwd in Maaslandse Renaissancestijl. Barokinvloeden vindt men nog terug in de frontons boven de datumsteen, de ingangsdeuren en de vensters. De brug uit smeedwerk, de lantaarnpaaltjes en de zwanen op het water van de slotgracht zijn van latere datum. Een ander opmerkelijk detail is de zonnewijzer. Na een brand in 1920 werd het kasteel tussen 1921 en 1935 gerestaureerd door architect P. Langerock uit Leuven, die al naam gemaakt had door verschillende andere geslaagde kasteelrenovaties. De bij het kasteel horende Haspengouwse hoeve werd onder andere door zijn toedoen vervangen door een Franse geometrische tuin.
Het domein kende al verschillende eigenaars. Van de families Hulsburg en de Voordt ging het in de 18 e eeuw over naar Baron de Zeegraede en zijn afstammelingen. In 1910 werd het kasteel en zijn omgeving eigendom van de familie Pangaert d'Opdorp. Op dit ogenblik maakt het domein deel uit van het historische erfgoed van de Provincie Limburg. De Provincie Limburg heeft op de terreinen rond het kasteel een arboretum en een fructuarium aangelegd. Naast een wetenschappelijk interessante verzameling houtgewassen vinden we er 142 verschillende hoogstamfruitvariëteiten. In mei 2005 werd een nieuwe wijngaard aangelegd van 1,3 hectare bestaande uit 6000 wijnranken (5km). Vijf variëteiten werden aangeplant waaronder: 2000 Pinot blanc, 3000 Tokay Pinot gris, 200 Kerner, 200 Riesling, 600 Pinot noir. Tevens verblijven er twee Friese merries in de weide achter het kasteel. Het domein beslaat door deze uitbreiding ongeveer 16 hectare.
LANDSCHAPSWANDELING HEKS / LANGS BOERENERVEN / VECHMAAL 19/09/2008
LANDSCHAPWANDELING HEKS.
LANGS BOERENERVEN.
VECHMAAL.
Vandaag volgen we de Oranje Wandelroute. De zon schijnt en er heerst een aangename rust in het vredige dorpje in Haspengouw, we zijn in Vechmaal. In het gehucht Horne.
HERBERG DE HORNE
Vanaf een authentieke herberg vertrekken drie bewegwijzerde wandelingen het landschap van Haspengouw binnen. Een buitengewoon boerenland met uitgestrekte akkers en spaarzame bosjes die als koepels boven de horizon uitsteken. Dankzij de goede samenwerking met de graaf van Hex konden deze nieuwe wandelpaden worden aangelegd waardoor dit buitengewone boerenland nu ook toegankelijk is voor de wandelaar.
HEERLIJKHEID SATENBERGH
De landelijke sfeer van weleer vind je terug in oude dorpskernen; omringd door monumentale vierkantshoeves en kastelen. Deze omgeving met holle wegen en heerlijke uitzichten vormt een ideaal wandeldecor. We vertrekken aan de oude afspanning De Horne. Reeds in het midden van de vorige eeuw deed het pand, de Horne, dienst als afspanning en herberg. Vroeger noemde men de herberg "au passage du Jourdain" omdat er een, helaas dichtgemaakt, beekje voor het huisje kabbelde. De Franstalige gasten waanden zich hierdoor, waarschijnlijk, na een behoorlijke dosis alcohol, aan de oevers van de bijbelse Jordaan. Vanaf het begin van de tweede wereldoorlog lieten de vorige eigenaars het gebouw echter volledig verkrotten. In 1988 werd begonnen met de restauratiewerken. Herberg de Horne situeert zich in Horne (vandaar de naam) of Heurne St.Pieter; een gehucht van Vechmaal en vroegere Heerlijkheid van het Land van Loon.
KASTEEL DE HORN
Het is nog één van die typische rustige Haspengouwse dorpjes, gelegen in een prachtig en gevarieerd heuvellandschap. Dit stukje vochtig Haspengouw heeft nog veel weten te bewaren van de sfeer van weleer en ademt nog steeds op het ritme van de seizoenen. Wij hopen dat u, samen met ons, zult genieten van de sfeer van dit unieke stukje Zuid-Limburg, met respect voor de natuur, denkend aan de generaties die ons zullen opvolgen. We verlaten het vertrekpunt en kijken even naar "De heerlijkheid Satenbergh" ligt op een zeer kleine afstand van Herberg De Horne. De oude vierkantshoeve uit 1648 en het aangrenzende kasteeltje uit 1892. En vervolgen onze naar het volgende monument het Kasteel van Horne. Het Kasteel van Horne werd reeds herhaaldelijk gerestaureerd, en is nu in het bezit van de kunstfamilie Gerbrand-Van Tijn. De bijhorende hoeve dateert van 1743 en werd gebouwd door de familie Bosch, wiens wapenschild nog steeds boven de ingangspoort van de kasteelhoeve prijkt. Vroeger bevond er zich nog de Kasino, een verdwenen huisje in de speciale (Engelse ?) stijl dat dienst deed als jachtwachtershuis, waar ook de seizoenarbeiders voor de bietenoogst logeerden. Het bijhorend bosje wordt Bosquet genoemd.
We wandelen verder door het prachtige Haspengouwse landschap, en duiken een holleweg in zo komen we aan de grotten van Vechmaal. Deze Grotten dateren waarschijnlijk van voor de tijd der Romeinen. Ze maken een geheel uit met de mergel- en silexgroeven van de Jekervallei. de grotten van Hinnisdael, zo genoemd naar de vroegere eigenaars. Daar men de grotten ook "kuilen" noemt, is het duidelijk dat de silex aanvankelijk aan de grond gewonnen werd. Pas later is men begonnen met de horizontale uitbating via gangen. Het landschap aan de kuilen is hiervan een treffend voorbeeld. Zo vindt men in dit deel van Vechmaal gangen genoeg onder de grond tot in de gemeenten Zichen-Zussen-Bolder, Valmeer, Kanne en andere...
HENISDAAL GROTTEN
Wij wandelen verder door de hollewegen waar de doornhagen vol hangen met rode bessen die druk bezocht worden door de vogels. Nu wandelen we richting Henisdaal en komen langs de kasteelhoeve. We wandelen terug door de straten van Vechmaal, langs de kerk en zo terug naar de Horne.
Een prachtige wandeling door het Haspengouwse landschap. Als Greenspotters lopen we deze wandelingen van het Regionaal landschap Haspengouw regelmatig om de bewegwijzering te controleren en toch genieten we telkens van de wandeling.
MARCHE DES ASCENSEURS / MARCHING TEAM SAINT GABRIEL MAURAGE / STREPY-BRACQUEGNIES 30/08/2008
15E MARCHE DES ASCENSEURS
MARCHING TEAM SAINT GABRIEL MAURAGE.
STREPY-BRACQUEGNIES.
Een wandeling in Het park van kanalen en kastelen is zeker de moeite waard. Waar kanalen en waterwegen kriskras door het landschap lopen en waar een bijzonder erfgoed bewaard word. Zo belangrijk dat het erkend werd als UNESCO werelderfgoed. Op het Historische Centrumkanaal zijn tussen La Louviere en Thieu zijn er al een eeuw lang vier hydraulische scheepsliften in bedrijf. Ze werden tussen 1882 en 1917 gebouwd en overbruggen elk een niveauverschil van pakweg 17 meter. Alle vier werken ze op één en dezelfde energiebron: WATER.
KANAAL MET OP DE ACHTERGROND DE KABELLIFT
ASCENSEUR 3
Dit unieke hydraulisch patrimonium, werelderfgoed, kunnen we vandaag op de wandeling bekijken. Ons vertrek in Bracquegnies aan het kanaal met de oude ijzerenbrug uit 1891. Tegenover staat de nieuwe kabellift van Thieu. We wandelen langs het kanaal en genieten van de mooie omgeving. We komen zo aan Ascenseur 3. We wandelen naar het prachtige gebouw van de lift. Een prachtig gebouw met twee vierkante torens, hier kunnen we vandaag ook eens gaan naar de machinekamer. Wat al een hele ontdekking is.
MACHINEKAMER LIFT 3
De honderd jaar oude machines werken nog altijd wij kunnen de werking van de lift gade slaan, er word een plezierboot naar beneden gelaten. Alles werk op water terwijl de ene lift daalt gaat de andere omhoog. Dat deze liften werelderfgoed zijn betekend dat ze van bijzondere waarde zijn.
ASCENSEUR 3
We klimmen omhoog en komen boven aan de lift waar we een prachtig zicht hebben op het kanaal. Wat verder komen we aan Ascenseur 2. Aan elke lift staan twee huizen van de liftbewakers deze zijn ook als monument beschermt. Alle gebouwen hebben dezelfde stijl en zijn bijzonder mooi. Wat verder verlaten we het oude kanaal en gaan even de dorpjes verkenen, wij zijn nooit ver weg van de scheepsliften. Controle in de school en dan klimmen op naar het nieuwe kanaal.
NIEUWE KANAALBRUG
KABELLIFT
We komen langs de nieuwe brug over de straat en het is wel eigenaardig als je een boot over de straat ziet varen. De rechte waterloop gaat naar de kabellift van Strépy-Thieu. We naderen de scheeplift en moeten nog even afdalen, op de berm is een schaapherder met zijn schapen een mooi zicht. We komen aan de scheepslift wij genieten van de mooie omgeving en we kunnen de lift in werking zien.
Heel indrukwekkend hoe de waterbak naar beneden komt terwijl aan de ander zijde de waterbak klimt. Door het mooie weer is het aangenaam om hier even te blijven staan en het spektakel gade te slaan. We wandelen verder en komen zo terug aan het oude kanaal waar we langs wandelen en zo komen we terug aan op onze vertrekplaats.
BRUG UIT 1891
Een prachtige wandeling. We zijn hier in een streek waar veel industrie geweest is en zeker de kolenmijnen. Er zijn nog een paar bewaard gebleven zoals de mijnsite Du Bois-Du-Luc. Maar ook de mijnsite van Grand Hornu we gaan deze even bezoeken.
LE GRAND HORNU
Le Grand-Hornu is een oude steenkoolmijn, die representatief is voor de industriële ontwikkeling in de XIXde eeuw.
1774
1852
1852
1852
1852
1900
1900-1910
1990
De site werd tussen 1810 en 1830 opgetrokken door Henri DE GORGE, een Franse captain of Industry, en is met haar activiteiten opgehouden in 1954. Nu treed het verval van de site op en uiteindelijk in 1989 word het eigendom van de provincie Henegouwen en de heropbouw en conservering van deze unieke site.
Het complex werd gebouwd in pure neoklassieke stijl en omvat het industriële mijncomplex, de arbeiderswijk met 450 huizen en de residentie van de bestuurders, dat nog steeds het Chateau De Gorge word genoemd. Een bezoek aan de mijngebouwen waar nu het MAC Museum voor hedendaagse kunst gevestigd is op zijn eigen niet zo boeiend, maar de wandeling die uitgezet is rond de hele site is bijzonder interessant.
ARBEIDERSWIJK
Het begeleidend boekje in het Nederlands bevat heel veel info en is een gids op de wandeling. Er staan ook vele mooie oude fotos in van de vroegere gebouwen. Wat ons opvalt op deze wandeling zijn de vele schachten die er zijn gegraven.
Op de wandeling komen verschillende boorputten - schachten tegen, uit de uitleg verstaan we dat de eerste mijnen niet verder ontgonnen werden dan 100metyer van de schacht. We wandelen door de arbeiderswijken, de groene parkjes het kasteel en de terriels.
CHATEAU DE GORGE
Het is een mooie wandeling door de straten en langs de schachten. Ze zijn afgedekt met een betonnen platen maar op elke put staat zijn nr en jaartal. Wij hebben veel geleerd over het mijnverleden van deze bijzonder mijn, ook de speciale bouw en de vele nog bestaande arbeidershuizen. Een bezoek aan Grand Hornu brengt een nog grotere respect voor de mannen en vrouwen die gedurende hun leven in de mijn gewerkt hebben en welstand gebracht hebben in ons land. Het is daarom ook belangrijk dat de getuigen uit het mijnverleden in ons land bewaard blijven. In Wallonië zijn de mijnen veel ouder dan in Vlaanderen.
32e MARCHE PROVINCIALE DU HAINAUT / COMINTE PROVINCIALE DU HAINAUT / TRAZEGNIES 24/08/2008.
32E MARCHE PROVINCIALE DU HAINAUT
COMITE PROVINCIALE DU HAINAUT.
TRAZEGNIES.
HET KASTEEL VAN TRAZEGNIES EN ZIJN BEWONERS EEN STUKJE GESCHIEDENIS.
Trazegnies was de zetel van een machtig, vrij en frank heerschap en ook het begin van een van de meest bekende families van Europa: sommige heren van Trazegnies namen deel aan de kruistochten, één van hen was maarschalk van Frankrijk onder de regering van Lodewijk IX, een andere trouwde bij volmacht op bevel van Karel de Vijfde met princes Isabella van Portugal, Jan III werd Ridder van het gulden Vlies benoemd en anderen kregen hoge ambten van Gouverneurs van de Nederlanden.
Het huis van Trazegnies bezat een kasteel dat zijn naam waardig was. Van de vesting die door Gilles I gebouwd werd, bestaan nog alleen romaanse kelders voort die een zeldzame getuigenis zijn van de XIde eeuw. De vesting werd vernield en verbrand in 1554 door de troepen van de Koning van Frankrijk Henri II. Het geheel werd weer opgebouwd aan het einde van de XVIde eeuw maar het onderdeel van het ingangskasteeltje is een overblijfsel van de XIIIde eeuw. In het begin van de XVIIde eeuw liet Gillion-Othon van Trazegnies een prachtig hoofdgebouw oprichten, dat het juweel van het huidige kasteel is en een uniek voorbeeld in België van de Louis XIII stijl in de bouwkunst.
Toen de laatste markies Alexandre stierf, erfde zijn nicht de bezitting die ze later overdeed aan een kolenmaatschappij die het goed in percelen verdeelde en dan aan particulieren verkocht die het goed in 1913 aan de staat overdeden. Na het instorten van de hoektoren in 1922 bleven alleen de grondvesten met de Gotische kelder over. Daar kan men de centrale peiler zien met het typisch Gotisch lijstwerk van de XIde eeuw. Kapiteel met onderbroken vlakken, zuil monostijl volledig in de lokale blauwsteen. Deze zuil ondersteunt de ribben die het gewelf in zes delen verdeelt. In die tijd werd de verenigin "De Vrienden van het kasteel" gesticht onder de verantwoordelijkheid van de architect Marcel Simon. Het doel was de restauratie, de bewaring, het onderhoud en inrichting van het kasteel en het park. Een gigantisch consolidatiewerk werd dadelijk aangevat en de meest dringende restauratiewerken werden uitgevoerd. Het is pas na de tweede wereldoorlog dat het hoofdgebouw Louis XIII gerestaureerd werd en dat de enige overblijvende koektoren uit de XVIde eeuw heropgericht werd. In 1972 werd het schitterende kasteeltje dat de kasteeltoegang vormt en dat dreigde in te storten, gerestaureerd.
Ook de kapel, de bibliotheek en twee zalen werden in hun oorspronkelijke staat hersteld. In een van de zalen kan men een zeer mooie penant van de XVIIIde eeuw bewonderen en in de andere zaal een schoorsteenmantel in blauwsteen en typische Renaissance stijl van begin XVIIde eeuw. De nieuwe inrichting van het park die in 2004-2005 gerealiseerd werd, geeft aan het kasteel een luister sinds de XIXde eeuw verloren. De sporen van de opgravingen werden op de grond gematerialiseerd : een dolomiet weg volgt de droge gracht die het kasteel omringde en de primitieve wal uit de XIIIde eeuw wordt door een beukenhaag gesignaleerd. Een plataan die bijna drie honderd jaar oud is, in het midden van het voorplein, werd als merkwaardige boom van België geklasseerd.
De salons zijn met Louis XV en Louis XVI meubels versierd en met een verzameling van porseleinen van Doornik, zilverwerk, Chinese voorwerpen. Er is ook een museum, uniek in België "Leven en Werk van onze Voorouders": onder het XVIde eeuwse timmerwerk ziet men een belangrijke en merkwaardige verzameling van 3.000 werktuigen en voorwerpen uit het einde van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw die 40 ambachten voorstellen.
DE WANDELING
Soms kiezen we een wandeling zomaar ook deze, niet weten wat je te wachten staat. Deze wandeling is een schot in de roos. We vertrekken aan het gemeentehuis, wat op zijn eigen al een heel mooi monument is, de restauratie is volop bezig. Je kunt zien dat dit een belangrijk dorp was alleen al aan de grote van het gemeenthuis.
Gemeentehuis
Pastorij
Later op de wandeling kunnen we zien waarom. Daarom heb ik ook het verhaal van het kasteel hier boven verteld. We wandelen voorbij het gemeentehuis en komen langs een oude waterfabriek waar men bruiswater op flessen trok. Langs een klein kapelleke met een bijzonder mooie St Babara de patrones van de mijnwerkers, hier zijn verschillende kolenmijnen geweest. Zo komen we aan de kerk van Trazegnies. Langs de ommuurde pastorij en kapel.
De kerk is uitzonderlijk open en we kunnen de praalgraven van de markiezen gaan bewonderen. We nemen onze tijd om deze prachtige gebeeldhouwde graven te bekijken. Nog even door een landelijke omgeving en komen in het centrum van het dorp met zijn prachtige grote huizen en dan staan we voor de ingangpoort van het kasteel. In de grote hal is controle, op de binnenkoer is een dorpsfeest bezig. We kunnen rustig rondkijken naar het prachtige kasteel, hier is ook een museum, spijtig hebben we niet de tijd om dit te bezoeken. We wandelen door de straten en gaan door de poort van de stad. Zo wandelen we verder en komen aan een extra controlepost.
Toegangspoort
Een gratis Duvel smaakt wel. Zo komen we de oude mijn, veel schiet er niet van over alleen een gebouwtje. We wandelen verder en komen in Gouy. We wandelen even door de prachtige dreef van het kasteel van Gouy ze leid ons naar de kasteelboerderij.
Chateau Gouy
We wandelen terug en genieten nog van de prachtige wandeling en komen uiteindelijk terug in Trazgnies. Een pracht van een wandeling met mooie gebouwen en erfgoed.
LES CULS DE JATTE DU MAUGE / BAILLONVILLE 23/08/2008.
LES CULS DE JATTE DU MAUGE.
BAILLONVILLE.
Baillonville vormt het centrale dorp van de gemeente Somme-Leuze. Baillonville, en zijn gehucht Rabozée, is bij de historici wel bekend omwille van zijn kasteel. Het dorp was ooit eigendom van de familie de Waha. Tijdens de Franse revolutie werd het kasteel verkocht aan een handelaar. Een van de laatste eigenaars was het bisdom Luik.
KASTEEL BAILLONVILLE
KERKJE BAILLONVILLE
Het kasteel van Baillonville werd voor het eerst beschreven in 1525 in de erfenis van de heren van Waha. Het kasteel werd drie keer op een andere plaats heropgebouwd en veranderde vaak van eigenaar. Het huidige kasteel is het derde in de rij, het dateert uit 1804. De familie Massange houdt het in bezit van 1824 tot 1958 tot de laatste erfgename het voor een goed doel wegschonk. In 1967 werd het kasteel verkocht en opgedeeld in 13 appartementen. Achter het kasteel is nog een ijskelder te zien. Het paviljoentje er boven op is afgebrand in 2005. Zowel het kasteel als de kerk van Baillonville zijn opgenomen als beschermde monumenten en sites.
Pittoreske wegen en het bos van Baillonville zijn van esthetisch, geografisch en botanisch belang. De wandeling vertrekt bijna aan het kasteel en dan wandelen we langs het prachtige kerkje van Baillonville. Langs de prachtige velden en bossen. Zo komen we in Waillet. Het dorp Waillet is het kleinste van de gemeente ligt met z'n zeven straten, aan de oevers van de Ourgnette. De naam betekent, het "huis van Waillia".
KASTEEL EN HOEVE WAILLET
Het economisch leven van dit kleine dorp op de grens met de provincie Luxemburg werd grotendeels bepaald door land- en bosbouw. De kapel van Waillet, een klein gebouw uit natuursteen, heeft een schip uit de 18de eeuw. Het kasteel van Waillet ligt aan de ingang van het dorp, komende van Rabozée. Het ligt half verborgen achter eeuwenoude bomen en dateert uit 1557. Het werd dikwijls verbouwd. Naast het kasteel ligt een mooie, grote boerderij. Beide gebouwen zijn, met stip, opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het kasteel en boerderij zijn privé eigendom en dus niet publiek toegankelijk.
HEURE
We wandelen verder en genieten van de prachtige natuur en komen zo in Heure en gehucht Moressée hebben het meest te bieden qua toerisme en ontspanning: een "Maison de la Nature"; het educatief centrum "Domaine de Jalna", eigendom van de liga voor de vogelbescherming, en een moestuin met 'vergeten' groenten. Historisch gezien heeft Heure toebehoord aan Duitse keizer en daarna aan de abdij van Waulsort. Er werd aan mijnbouw gedaan (schist, lood, ijzer). De vierkante toren van de kerk Notre-Dame, gedateerd 1611, is een beschermd monument.
HEURE
De pastorie staat op de inventaris van waardevolle gebouwen, evenals een schuur in vakwerk en een pas gerenoveerde boerderij met houten wand in het centrum van het dorp. We wandelen door het prachtige dorp en dan weer een stukje door de natuur. Zo komen we terug in Baillonville. Langs de prachtige kerk en wat klimmen en zo zijn we terug op ons vertrekpunt. Het is een prachtige wandeling met mooie en historische gebouwen, maar ook prachtige natuur. Wat kan je als wandelaar meer willen dan zo een pracht van een wandeling.
LANGS DEZE WEG WIL IK TOCH NOG EVEN MIJN VRIENDEN ETIENNE EN ROSETTE BEDANKEN VOOR DE SUPRISE OP HET BLOGJE VAN KATRIEN10USJES. WIJ WAREN ZEER BLIJ VERRAST. ROSETTE EN ETIENNE ZIJN VOOR ONS DIERBARE VRIENDEN DIE WE IN ONS HART KOESTEREN. KATRIEN WIL IK BEDANKEN VOOR DE MOOIE AFBEELDING, EN DAT ZE ONS JEFKE NIET VERGETEN IS DAT TROF ONS ZEER. LIEVE VRIENDEN BEDANKT!
TSJAFFELTOCHT / DE LOONSE TSJAFFELEERS / BORGLOON 17/08/2008
TSJAFFELTOCHT
DE LOONSE TSJAFFELEERS.
BORGLOON.
De wandeling van de Tsjaffeleers vertrekt in de school De Linde. Tegenover het vertrek staat het huis van Dokter Donkers uit de TV Serie Katarakt wij wandelen verder en komen zo op het Puthofveld. De perenplantage zijn gereed om geplukt te worden.
Katarakt huis Donkers
Pastorij Kuttekoven
We wandelen langs de oude spoorweg naar Kuttekoven. We komen aan de oude Pastorij, nu een woning maar wel beschermt. We steken onder de spoorweg door en komen aan het kapelleke van Kuttekoven. We wandelen nu richting Rullingen langs de oude hoevens.
KUTTEKOVEN
Dan weer een stuk langs de oude spoorweg. We komen zo aan de ingang van het kasteel van Rullingen door het park en langs het jachthuis. Langs het kasteel en zo richting Gotem.
KASTEEL RULLINGEN
We steken de steenweg over langs de kasteelhoeve van het kasteel van de Hulsberg. We wandelen Gotem binnen, het pleintje met de kerk en de laan van het kasteel liggen voor ons. Kasteel Fonteinhof heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het dorp en van de Looza.
GOTEM
We wandelen verder en wandelen richting Hendrieken Voort, een stuk langs de Romeinse Heerbaan. Hier hebben we prachtige vergezichten over het mooie landschap van Haspengouw. In de verte het kasteel de Hulsberg en we wandelen langs de Loretto kapel.
We wandelen verder en komen zo terug in Borgloon, wij maken nog een kleine lus naar de Abdij van Colen langs de fruitlijn, een bezoekje aan het klooster en de prachtige Colenvallei, dan keren we terug naar de startplaats en komen nog even langs de Stoomstroopfabriek, waar de restauratie aan het plein begonnen is. Zo eindigt een prachtige wandeling in Borgloon de stad van de Strooplekkers.
ABDIJ COLEN
STOOMSTROOPFABRIEK
Voor het fotoalbum op de link hier beneden klikken
30E MARCHE INTERNATIONAL / CLUB DES MARCHEURS DE BELLEVAUX / BELLEVAUX 16/08/2008.
30E MARCHE INTERNATIONAL
CLUB DES MARCHEURS DE BELLEVAUX.
BELLEVAUX.
Het charmante dorp Bellevaux (Belva ) synoniem van mooie vallei, is met zijn pittoreske gehuchten verscholen in een dal. De geklasseerde kerk uit 1435 is toegewijd aan de heilige Albinus. Uit 1592 is ook het huis Maraite, een geklasseerde woning, alsook de oude molen van Bellevaux uit 1387 maar niet meer in gebruik sinds 1963. Een recent gevestigde brouwerij in het dorp BRASSERIE DE BELLEVAUX brouwt een lekker biertje.. De amateur alpinisten kunnen zich uitleven op de rotsen van de Warche.
We wandelen door het prachtige landschap met zijn weidse zichten over het landschap. Hier en daar komen we langs nog intacte vakwerkhuizen. Wij wandelen verder en komen in Ligneuville. Het onstuimige water van de Amblève dringt zich door het weidelandschap, en het is moeilijk ongevoelig te blijven voor de charme van die natuur. Sinds 1984 is Ligneuville, de plaats waar forellen gekweekt worden, vandaar zijn naam (Capitale de la Truite). In de forellen kwekerij is de controlepost.
Ligneuville, strekt zich uit in de vallei van de Amblève een groene oase omgeven door beboste heuvels waar men gezonde lucht inadement. Dit landelijke paradijs vormt met Pont en Bellevaux één gemeente. We wandelen verder en komen in Pont. In Pont, in de schaduw van reusachtige bomen hebben we de kapel van de heilige Donatius ingehuldigd in 1752.
Ze behoort tot het geklasseerde patrimonium van de gemeente. In dit kleine dorp is er eveneens het Huis Micha, de grot van de Maagd Maria in een mooi park niet ver van het riviertje van Recht, en ook een forellenkwekerij. We komen langs een prachtige Mariagrot, gisteren is hier zeker een bloemenhulde geweest, voor 15 augustus. De grot is prachtig bebloemd. We wandelen nu een heel eind door het bos en volgen het riviertje. Dan komen we terug in Bellevaux. Een pracht van een wandeling.
Eén keer per jaar lukt het om de familie samen rond de tafel te brengen en dit is op het verjaardagfeestje van ma.Ook een moment om mijn broer en zuster met hun kinderen aan jullie voor te stellen.
Het merendeel van de Haspengouwse landbouwgrond wordt ingenomen door de fruitteeld. In het midden van de vorige eeuw werden de weilanden op de hellingen omgezet tot meer rendabelere hoogstamboomgaarden.In die periode ontwikkelde vaak elke gemeente of dorp zijn eigen fruitvariëteit. Enkele voorbeelden hiervan zijn de Polse kers uit Borgloon, de Wimmertingse Kers of de Kernielse Zwarte. De laatset 50 jaar werd een opvallende groot areaal hoogstamboomgaarden omgezet naar de meer productieve laagstamplantage.
Laagstam perenplantage
Bijzonder op deze wandeling is dat de peren en appel pluk al bezig is en dat je nu goed kun zien hoe deze vruchtren geplukt worden. De fruitboeren plukken de peren en apellen in grote houten kisten van een 400kg. Met een plukwagen worden de vruchten in de toppen van de bomen geplukt. De houten kisten worden naar een centrale plaats gebracht en dan opgeladen op grote wagens en naar de koelcellen gebracht waar ze voor lange tijd bewaard kunnen blijven. Het is zeker interessant om deze bedrijvigheid gade te slaan.
Het is bijzonder om de verscheidenheid van soorten apellen en peren te zien en nu beginnen ze hun uiteindelijke kleur te krijgen het is een kleurrijk zicht.
Niet alleen veel fruitplantages zijn er op deze wandeling te zien, je kun de 3 mooiste kastelen van de omgeving zien, kasteel Rullingen waar de wandeling vertrekt, Kasteel de Klee met de Kasteelhoeve en Kasteel de Hulsberg zien we vanop de wandeling.
Kasteel Rullingen
Fructuarium Kasteel Rullingen
Kasteelhoeve De Klee
Als je even van de route afstapt naar het cetrum van Kuttekoven zul je zeker niet telleurgesteld zijn even voorbij de Spoorwegbrug van het voormalige Fruitspoor kom je aan de geklasseerde pastorij en wat verder op de berg ligt de kerk, op het kerkhof staan nog prachtige stenen kruizen. Hier kun je ook nog verschillende prachtige hoogstamboomgaarden zien.
Pastorij Kuttekoven
Hoogstamboomgaarden
Het is genieten van de prachtige wandeling, je zou denken als je hier woont dat het niet meer fijn is maar wij kunnen nog altijd van onze eigen streek genieten.
27 MARCHE NATIONALE DE MARCHE POPULAIRE / FEDERATION LUXEMBORGOISE DE MARCHE POPULAIRE / REMICH LUX. 15/08/2008
27E JOURNEE NATIONALE DE MARCHE POPULAIRE
FEDERATION LUXEMBOURGEOISE DE MARCHE POPULAIRE.
REMICH. LUX.
Remich is de kleinste gemeente van het Groothertogdom in oppervlakte. Het huidige Remich dat hoofdzakelijk van de wijnbouw en toerisme leeft. Kwam pas in de 18de eeuw volop tot ontwikkeling. Hiervan getuigen nog de porte Saint-Nicolas aan de Esplanade langs de Moezel en de smalle straatjes met 18de eeuwse huisjes in het centrum.
Wij wandelen het centrum uit en we komen zo in het prachtige heuvelachtige landschap. Eerst een stuk door velden en bos en dan worden we door de wijngaarden geleid, hier is het prachtig met zichten over de Moezel. Langs de vele wijngaarden die schitteren in de zon. We komen aan de Scheierbierg met prachtige vergezichten over het Moezellandschap. Tot ver over de landsgrenzen kunnen we hier kijken.
We dalen af en hebben een prachtig zicht op Remich, stilaan komen de eerste huizen van Remich in zicht. Langs het park en dan richting Esplanade, deze brede promonade waar nu een vlooienmarkt bezig is, met prachtige beelden en fonteinen. Wij wijken af van het parkoer en verkennen de markt. Langs de Moezel terwijl de toeristenboten aanleggen en voorbij varen, heel mooi om gade te slaan. De vele terrasjes nodigen uit om even te verpozen, wij wandelen nog wat en kijken wat rond.
Dan wandelen we het oudste gedeelte van Remich binnen, 18de eeuwse huizen en smalle straatjes zijn bijzonder charmant. Wat verder komen we aan de bekende Caves St Remy, Remich is bekend voor zijn wijn en hier is ook het Institut Viti-vinicole gevestigd. Nog even en we zijn binnen.
Een prachtige nationale wandeldag met de FLMP Luxembourg.
Na de wandeling gaan we nog even naar RODEMACK Frankrijk.
Rodemack is un des 152 Plus Beaux Villages de France Gelegen in het hart van het Land van de drie grenzen, de grenzen van Luxemburg (6kms) en Duitsland (20kms),
Rodemack, charmante middeleeuwse stad, draagt de bijnaam van La Petite Lorraine Carcassonne Omgeven door een muur van 700 meter, heeft de stad het uitzicht van weleer met zijn karakteristieke straatjes, zijn architectonisch erfgoed en de "Art of Living". Door deze troeven verdiend het de titel van één "De Mooiste Dorpen van Frankrijk".
In 1977 verwerft Rodemack dat de titel van "Dorp van Frankrijk", in 1987 tot een volwaardig lid van de vereniging label van "Mooiste Dorpen van Frankrijk", die nu 152 dorpen. Wij wandelen rond het dorp, eigenlijk rond de muren van de stad en komen in de middeleeuwse tuin. De beek loop rond het stadje en wij steken ze geregeld even over. Wij wandelen het stadje zelf binnen, komen aan het huis van de Baillis of klein kasteeltje -1560-tegenover is de toeristische dienst.
Langs de wasplaats en dan zien we de citadel boven de stad, spijtig dat deze alleen bezocht kan worden met de open monumenten dag. We hebben een prachtig zicht en wandelen door de stad komen zo aan de kapen Notre Dame uit 1658. We wandelen verder en komen terug langs het kerkhof met de kerkhoftoren juist buiten de muren van de stad.
We komen terug aan de toegangstoren uit de 13-14de eeuw. Het is werkelijk een prachtig stadje om in te vertoeven en wij nemen al de tijd om al dat moois te bekijken. Een stuk van de muur kan nog bewandeld worden. We komen ook aan de Distillerie communale een klein gebouwtje waar de inwoners hun alcohol kunnen stoken. Een bijzonder mooie plek is het wel.
Wij hebben genoten van deze prachtige dag met een wandeling in Remich en het stadje Rodemack.