De lente heeft nu wel duidelijk voet aan de grond. De Bloesems beginnen nu volop in het Haspengouwse landschap te verschijnen, de vroege pruimenlaren, peren en vroege kersen staan volop in bloei, nog een paar zonnige dagen de de rest volg. Een paar mooie beelden van de bloesem in Borgloon - Kuttekoven.
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT / LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT / AUBEL 12/03/2011
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
AUBEL.
Aubel biedt aan de toerist in het hart van het Land van Herve niet alleen een landschap van boomgaarden en wandelroutes, maar ook een bijzonder patrimonium dat zeker niet onopgemerkt mag blijven. In het centrum herinneren enkele opmerkelijke woningen aan het rijke verleden van het stadje. Eeuwenlang was de markt van Aubel het belangrijkste handelscentrum van het Land van Herve. Onze wandeling vertrekt in het centrum van Aubel.
Het is wel een prachtig landschap met de koeien in de wei, het golvend landschap. Wij wandelen verder en komen op de oude spoorlijn 38. De oude NMBS lijn 38 (genoemd "van het land van Herve ") was vroeger de verbinding tussen Luik (Chênée) en Plombières (Bleyberg) over Hombourg, waar in het oude station het toekomstige spoorwegmuseum ontstaat met een verzameling van oude spoorwagens en locomotieven op een vernieuwde spoorinfrastruktuur. De lijnen 38 is een groen juweeltje die men te voet kan doen. Wanneer men het land van Aubel verlaat door tussen de hagen en de weiden van deze grasstreek te sluipen en kort vóór het binnenstormen onder de brug van de straat die Henri-Chapelle met Visé verbindt, loopt het spoor over een betonbrug bestaande uit een enkele boog, die het belangrijkste kunstwerk van de lijn is. Een tiental meters verder bevond zich de halte van "Merckhof", geopend van 1902 tot 1920. Vandaag word de plek gemerkt met een naamplaat Merkhof wij verlaten de spoorweg en gaan nu naar Merckhof Aubel.
Hier word op het nieuwe rondpunt het verhaal verteld van Merckhof gedurende de oorlog 1940-44. Op een oude postkaart is te zien dat hier de grens was tussen Duitsland en België. Op het nieuwe rondpunt staan de 3 grensstenen. Wij wandelen het prachtige landschap in. En komen aan Ferme de Belieren een pracht van een hoeve gelegen in een mooie dal met een kabelend beekje dat er door vloeit. Dan een heel eind door de velden en we komen terug op de spoorweg Ligne38. We verlaten wat later de spoorweg om het dorp in te wandelen dan komen we langs de boerderij waar Ardense Trekpaarden gekweekt worden zo word hier een stukje Ardens erfgoed bewaard.
Een beetje verder komen we aan Chateau de Vieljaeren uit de XIII eeuw. Veltjaeren ligt verscholen in een lagergelegen gebied ten zuiden van de weg Aubel-Hombourg en ten westen van de weg Henri Chapelle-Teuven. Van alle oude versterkte burchten uit het hertogdom Limburg, is dit misschien een van de interessantste. Het heeft namelijk zijn oorspronkelijke karakter behouden; een kleine ringmuur omsluit een woongedeelte en twee naar achter toe gebouwde vleugels, twee rijen grachten liggen om het geheel heen waartussen een muur stond die niet meer bestaat.
Alleen de eerste gracht is nog geheel intact en met water gevuld. De tweede gracht is gedeeltelijk drooggelegd. Het woongedeelte is vanuit het zuiden bereikbaar over een stenen gemetselde brug met twee gotische bogen, die gevolgd wordt door een smal bruggetje dat de vroegere ophaalbrug vervangt. Zijn zware pijlers. die levens als steunberen dienen, zijn van binnen in de boerderij nog zichtbaar. De oude raam nissen in de voorgevel zijn in de negentiende eeuw vervangen door (gelukkig) kleine, eenvoudige ramen. De raam nissen in de oostelijke zijgevel, die uit vier kleine venstertjes bestaan. hebben hun oorspronkelijke stijlen en kruis behouden. Een ervan heeft twee bogen en dat duidt op het begin van de zestiende eeuw. We wandelen verder en achteromkijkend hebben we nog een prachtig zicht op het kasteel, en we komen aan de kasteelhoeve dÖveschte. Een indrukwekkende hoeve in U-vorm met een heel grote stallingen.
We wandelen verder en nu komt Henri Chapelle in zicht en wat verder en we komen aan het Amerikaanse Kerkhof. Nu dalen we af en komen zo terug in Aubel met zijn Siroperie Meurens. Nog voorbij de plaats waar vroeger de statie stond en dan even verder zijn we terug aan ons vertrekpunt. Een fijne en aangename wandeling in Aubel.
Alden Biesen heeft een lange en rijke geschiedenis, vandaag is het precies 40 jaar geleden dat Alden Biesen bijna geheel van de kaart verdween.
Bilzen, dinsdag 8 maart 1971.
Er breekt brand uit in het kasteel van Alden Biesen. De schade is enorm. Zal het kasteel ooit nog in zijn glorie hersteld kunnen worden? Vandaag, precies 40 jaar later, kent iedereen het antwoord op die vraag.
Naar aanleiding van 40 jaar brand organiseert de landcommanderij Alden Biesen in samenwerking met de stad Bilzen de fototentoonstelling Brand Alden Biesen, 8 maart 1971. De tentoonstelling geeft de bezoeker een realistisch beeld van Alden Biesen vóór de brand, tijdens de brand en van de wederopbouw.
Een bezoek aan de tentoonstelling en een wandeling in dit prachtig landschap op een zonnige winterdag is zeker een aanrader. De Greenspot Alden Biesen is het uitstekend middel om deze twee activiteiten te combineren.
Alden Biesen is de naam van een historische landcommanderij in Rijkhoven, Bilzen. Het 56 ha metende domein vormt het grootste kasteelcomplex tussen de Loire en de Rijn. Het ontstaan van Alden Biesen is nauw verbonden met het Graafschap Loon. In een groots gebaar van voorbedachte gulheid schonken graaf Arnold III van Loon en zijn zus Mechtildis van Are, de abdis van Munsterbilzen met instemming van haar kapittel in 1220 aan de Duitse Orde een kapel te Biesen met al haar rechten en aanhorigheden nu gelegen in Rijkhoven. Zo is het voor ons als Lonenaren een beetje wandelen in een stukje geschiedenis van het Graafschap Loon.
Wij zijn gekomen om te wandelen en kiezen de wandeling blauwe ruit die ons rond het weidse landschap van het kasteel brengt. Wij kunnen ook daardoor het kasteel van alle kanten zien. Wij starten onze wandeling aan de parking waar ook de infoborden van de wandeling staan. Wij wandelen voor het kasteel door met een prachtig zicht op het hele complex. Wij draaien voor het kasteel de natuur in, hier kunnen we zien hoe prachtig het kasteel in de natuur ligt. Wij genieten van de wandeling en volgen de Blauwe ruit. Wandelen over de vijver langs het planken pad en dan langs de oude boomgaarden. Wij stekken de weg over langs de parking en dan het park van Alden Biesen in. Ook hier weer de oude boomgaarden die bewaard worden voor de toekomstige generaties.
Hier hebben we een prachtig zicht op de het apostelhuis. Wij wandelen verder langs holewegen en boomgaarden om dan aan de ingang van het Apostelhuis te komen, wij wandelen door de lange dreef naar het kasteel. Wij gaan nu het smeedijzeren hek de binnenkoer van kasteel binnen, waar een paar oude brandweerwagens staan, wij gaan nu de tentoonstelling bezoeken, deze is gratis toegankelijk en een paar prachtige vertrekken die gerestaureerd zijn ook toegankelijk.
De tentoonstelling geeft ons een beeld van de brand en hoe het kasteel er uit zag na de brand, gelukkig heeft de Vlaamse overheid het geheel gekocht en terug gerestaureerd. Wij brengen een bezoek aan het appartement van de landcommandeur en zaal Cuvelier. Het is een unieke kans om deze prachtige kamers te bezoeken, niet altijd zijn ze open voor het publiek.
Het is een hele beleving om deze prachtige vertrekken te kunnen bezoeken, om de houten vloer niet te beschadigen moeten we slofjes aan gedaan worden. Wij bekijken de tentoonstelling nog en verlaten dan het kasteel om onze wandeling te beëindigen. Wat een prachtige namiddag hebben we gehad en we hebben ook nog wat geschiedenis opgedaan.
MARCHE DES JONQUILLES / FOOTING CLUB FOSSES. / SAINT - GERARD 06/05/2011
MARCHE DES JONQUILLES.
FOOTING CLUB FOSSES.
SAINT-GERARD.
Op 20 km van Namen en Charleroi ligt de abdij die kunst, gastronomie, ontspanning en gezelligheid perfect weet te combineren. Deze duizendjarige locatie is ideaal voor de start van onze wandeling.
We vertrekken aan de abdij en stekken nde straat over langs het pad van de kerk en dan de natuur in. Dat de lente in het land si kun je wel zien, de jonge lammeren lopen in de wei een mooie schouwspel. Dan een eind langs de bosrand en dan het bos in, overal staan sneeuwklokjes bij bosjes. We verlaten het bos en voor ons duikt een enorme boerderij op en langs een dreef van bomen komen we in Maison St Gerard.
We wandelen door de landelijke gemeente en afwisselend bos en weilanden wel mooi. Langs prachtige huizen en dan langs de mooie gebouwen van Saint-Gerard. We komen terug aan in de abdij, wij nemen de tijd om de omgeving van de abdij te ontdekken, zeker even gaan kijken naar de abdijhoeve en de wijngaard. De achterzijde van de abdij is eigenlijk de voorkant met fronton. Het uitzicht op de omgeving en de wijngaard is zeker de moeite.
We wandelen terug naar de vertrekhal. Het si een mooie en aangename wandeling geworden en hebben zeker genoten van de prachtige omgeving. Na de wandeling nog even naar Mettet. We stoppen op het plein van het stadje en wandelen even rond langs de toren, het plein en het stadshuis. Een heel mooi geheel. Na ons bezoek aan Mettet keren we naar huis. Een fijne en aangename dag is zo weer voorbij.
L'APRES-MIDI ENTRE OURTHE ET MEUSE / LES ROUBALEUS SERAING / OUGREE-SERAING 05/03/2011.
LAPRES-MIDI ENTRE OURTHE ET MEUSE.
LES ROUBALEUS SERAING.
OUGREE-SERAING.
We vertrekken met de wandeling en komen aan de Militaire Begraafplaats voor soldaten van 1914-1918.
Hier liggen 210 soldaten te begraven. Wij wandelen verder en al vlug komen we in Sart Tilman. In de dichte rand rond Luik ligt het openluchtmuseum van Sart-Tilman dat als ambitie heeft natuur en architectuur dichter bij mekaar te brengen in het teken van de hedendaagse kunst. De museumcollectie is op beeldhouwwerk en monumentale schilderkunst gericht en illustreert vooral de diversiteit van de hedendaagse creaties in Franstalig België, die uit vaste waarden en beloftevolle talenten bestaan.
Het openluchtmuseum van Sart-Tilman is om meer dan één reden bijzonder. Er zijn geen muren, geen loket, geen bewakers, het ligt buiten de platgetreden paden van de spektakelcultuur en het zorgt er mee voor dat het geniale van de plek, die zo gunstig is voor de intieme ervaring van het kunstwerk, in ere wordt hersteld. Wij wandelen langs een paar van deze beelden, maar onze wandeling 15 kilometer lang gaat door het prachtige bos van Sart Tilman. Langs prachtige lanen, boswegen met geregeld een klim en altijd door het bos.
De voorjaarsbloeiers kleuren het bos blauw en het is mooi om te bezien. We wandelen door het bos en dan komen we langs het monument voor de gesneuvelden soldaten en dan komen we terug aan onze vertrekplaats. Het was een prachtige wandeling volledig in het bos van Sart Tilman.
LANDSCHAPSWANDELING: VIA HEUVELS EN BOOMGAARDEN. / REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN / GREENSPOT GROOTLOON 01/03/2011
LANDSCHAPSWANDELING: VIA HEUVELS EN BOOMGAARDEN.
REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN.
GREENSPOT GROOTLOON.
Het verborgen leven in de boomgaard. Talrijke hoogstamboomgaarden, dikwijls met hagen omzoomd: kan een decor nog idyllischer zijn? Door de aanwezigheid van diverse poelen werd de ideale leefomgeving geschapen voor allerlei amfibieën. Zelfs de zeldzame vroedmeesterpad, waarvan het manneke de eitjes meedraagt op de rug kunnen we op de wandeling tegen komen.
Natuurpunt, de provincie Limburg en de stad Borgloon verwierven dankzij de ruilverkaveling Grootloon zon 40ha hoogstamboomgaarden. Door een aangepaste beheer creeren zij in deze boomgaarden de perfecte omstandigheden voor de typische dier- en plantensoortern die er graag huizen. De omzoming van de boomgaarden met hagen maakt het landschapsbeeld er alleen maar mooier op. Grote delen van deze wandeling lopen precies op de grens tussen Vochtig- en Droog Haspengouw. Het leemplateau van Midden-België en de zandleemstreek vloeien hier naadloos in elkaar over. In de contactzone kreeg de erosie vrij spel.
Getuige daarvan zijn de beekdalen, droogdalen en de holle wegen die diepe, duidelijke zichtbare sporen trekken door het landschap. Het uiteindelijke resultaat is een landschap dat voortdurend op en neer golft, met op de heuveltoppen schitterende vergezichten. Hier wandel we vandaag. We wandelen verder door het prachtige landschap en komen aan het Manshovenbos en de Manshovenhof. Het is een prachtig geheel en we wandelen naar Heksbos.
We komen langs de nieuwe aangelegde spaarbekken en dan verder door de velden en het bos, gezellig wandelen door de Haspengouwse natuur. Wij wandelen verder naar Broekom met zijn grote Haspengouwse hoeven. De laatste hand word gelegd aan de werken van de ruilverkaveling. Nog wat rustbanken en tafels wat het wandelen langs de Romeinse Heerbaan nog aangenamer maakt. Wij klimmen nu de Heerweg op en wandelen nu terug richting Borgloon de kerk komt al in zicht. Nu steken we steenweg over en wandelen door de Motvallei met zijn kasteel de Mot.
Nog langs de wijngaard Padonck van de Boomgaardenstichting, nog een eind langs de Graaf en dan draaien we het centrum in langs de kanunnikenhuizen , het Speelhof en dan langs de Markt met het Stadhuis en zo komen we terug op Klappoel waar de wandeling vertrekt. De Greenspot kun je zoveel als je wil bewandelen en toch is iedere keer weer anders, het blijft mooi.
RANDO- ROUVROY / LE FOYER DE L'AUDRY / ROUVRAY SUR AUDRY 27/02/2011
RANDO-ROUVROY.
LE FOYER DE LAUDRY.
ROUVROY SUR AUDRY.
Rouvroy sur Audry is een klein dorpje in de Franse Ardennen in de streek van Champagne-Ardenne. Een kleine 600 inwoners telt het dorpje, het riviertje Audry vloeid door het dorp.
Het is gelegen in het parc naturel régional de l'Avesnois het is omgeven door heuvels. Het is een prachtige wandeling met weidse vergezichten weilanden en akkers wisselen. Ook het bos is de moeite waard met vele speciale bomen er is zelfs een sentier Botanique waar je zeldzame orchideeën kunt vinden. Spijtig voor de orchideeën is het nog wat vroeg.
We blijven wandelen door het prachtige landschap en heel dikwijls wandelen we door de weilanden waardoor we prachtige zichten krijgen over het landschap. Het is wel een golvend landschap en we moeten geregeld over de heuvels klimmen. Van op de heuvel hebben we een prachtig zicht op versterkte kerk van Servion, Rouvray sur Audry heeft twee kerken en de versterkte kerk van Servion is nu niet meer in gebruik als kerk maar als cultureel centrum.
Het is wel prachtig gelegen. Van ver is het juist een kasteeltje met twee ronde torens, maar als we dichter bij komen zie je wel dat het een kerk is. Het oude kerkhof ligt er ook nog. Wij volgen de route terug naar het dorp met zijn mooie typische huizen en zijn wasplaats. Zo komen we terug in het centrum, op de hoek van de straat staat een oude stoommachine.
Mooi om te zien, dan komen we terug op onze vertrekplaats. Een mooie wandeling in een idyllisch dorpje. Na de wandeling zien we wegwijzers naar LEchelle met zijn kerk en kasteel. Wij gaan eens kijken naar deze gebouwen. Midden in het dorp staat het kasteel en de kerk wat verder staat de oude wasplaats. Wij wandelen even door het dorpje om wat fotos te maken. Zo hebben we een prachtige wandeldag in de Franse Ardennen achter de rug.
30E MARCHE DES PETITS PAS / LES PETITS PAS FUMALOIS / BRAIVES 26/02/2011.
30E MARCHE DES PETITS PAS.
LES PETITS PAS FUMALOIS.
BRAIVES.
Braives ligt in het prachtige natuurpark Vallei van de Burdinale en de Mehaigne deze bevat verschillende prachtige dorpjes waar je vele prachtige gebouwen en natuur kunt ontdekken. Avennes, Braives, Ciplet, Fallais, Fumal, Latinne, Tourinne en Ville-en-hesbaye maken deel uit van het natuurpark. Vandaag wandelen we door een paar van deze prachtige dorpen, Latinne is het eerste waar we door gaan.
Met zijn prachtige boerderijen, het dorp dat zich onderaan de helling bevindt, volgt de loop van de Mehaigne de kleine driehoek die gevormd wordt door "les Golettes" is een rustige hoek. Hij dankt zijn roem aan de prehistorie. Wij wandelen verder en komen in Fallais. Het dorp met verschillende oude huizen, de voormalige spoorweg en het kasteel van Fallais. We hebben eerst controle en dan wandelen we een heel eind op de Lign 127 Spoorlijn 127 was een Belgische spoorlijn die Landen verbond met Statte (bij Hoei).
De lijn was van 1875 tot 1963 in gebruik en 33,6 km lang. Op 22 november 1875 werd de lijn geopend door de spoorwegmaatschappij "Hesbaye-Condroz", geëxploiteerd door de Belgische Staatsspoorwegen, die de spoorlijn in 1900 overnamen. Op 29 september 1963 werd het reizigersverkeer op deze lijn opgeheven. Enkele maanden later werd het baanvak Landen - Hannuit buiten dienst gesteld. Op 15 oktober 1981 werd ook het baanvak Hannuit - Moha buiten dienst gesteld. Tussen Moha en Statte is er nog een beperkte goederendienst naar de steengroeve en kalkoven van Carmeuse in Moha. De spoorlijn werd enkelsporig aangelegd en werd nooit geëlektrificeerd. De snelheid was beperkt tot 60 km/u. Omwille van het strategische belang van de spoorlijn zijn de rails tussen Landen en Moha blijven liggen, tot ze in 1992 werden opgebroken. De aanwezige bedding werd gebruikt voor een ondergrondse hoogspanningsleiding tussen Tihange en Avernas voor de voeding van HSL 2 tussen Leuven en Ans. Daarna werd bovenop deze bedding een RAVeL fiets- en wandelpad aangelegd.
Wij wandelen verder en komen aan het Kasteel van Pitet.Geheel gevormd door gebouwen van de XVIIe en XVIIIe eeuw en een vierkante renaissanceboerderij uit de Maasstreek die in de XIXe eeuw omgebouwd werd tot het prachtige park waar vooral de laan met haagbeuken opvalt. De oude smederij. Het is een geklasseerd gebouw dat dateert van de XVIIIe eeuw zoals blijkt uit het jaartal 1749 dat gebeiteld is op de latei van de ingang. Dit kleine gebouw uit plaatselijke steen met zijn leien dak is een bevoorrechte getuige en is bijna intact gebleven met de loop der tijd. De Plantentuin van Pitet wil een overzicht geven van de planten in onze streken. U vindt meer dan 250 plantensoorten in deze oude groentetuin omgeven door muren die deel uitmaken van de kasteel-boerderij van Pitet. Deze gebouwen maken deel uit van een historische geheel.
Wij wandelen nu verder en komen terug op Ligne 127 en komen langs het Kasteel van Fallais. De geschiedenis van het kasteel is meeslepend en de verhalen laten niemand onverschillig. De kroniek van het kasteel noemt de namen van de hertogen van Beaufort, van Karel de Stoute, Lodewijk XI, Lodewijk XIV, die daar allemaal verbleven hebben. In 1465 namen de Luikenaars die zich achter de Franse koning Lodewijk XI hadden geschaard tegen de hertog van Bourgondië het kasteel in. Maar vanaf december moesten ze het teruggeven: Karel de Stoute schaft de Luikse privileges af en gaat over tot een repressie. Fallais wordt het decor voor de plundering van Luik (Sac de Liège). Tijdens zijn verblijf van 3 tot 9 juni 1675 laat Lodewijk XIV de zogezegde Toren van Bourgondië en de Toren Grignard afbreken. Het kasteel dat een grote vierhoek is met aan elke hoek een uitspringende ronde toren levert inspiratie voor een middeleeuws fort temidden van een vlakte. Het kasteel werd hoofdzakelijk gebouwd in de loop van de XIVe, XVIe en XVIIIe eeuw. In 1937 vernielde een brand de noordelijke vleugel, die sindsdien heropgebouwd is.
Tegenover het kasteel ligt de molen, prachtig. We gaan verder langs de spoorweg en komen zo terug in Braives, langs huis Moes XVII en XVIIIe eeuw het was een landsheerlijke taverne. De Banale molen uit 1759 ligt verder dan het kasteel van Braives. Dit kasteeltje, dat zich in het midden van een park vol bomen bevindt dat doorkruist wordt door de Mehaigne, werd gebouwd rond 1720-1725 op de plaats van een oud fort uit de XIVe eeuw. Een poort sluit het voorplein dat omgeven is door bijgebouwen die vier paviljoenen vormen die gebouwd zijn in de tweede helft van de XVIIIe eeuw. Jean-Philippe-Joseph, baron van Woot de Tinlot, huwde na het overlijden van zijn eerste vrouw, in 1763 met Anna-Marie de Naussau-Corry en renoveerde het kasteel.
Wij wandelen verder en wat verder zijn we aan het einde van deze prachtige wandeling in een bijzonder mooi natuurpark.
Nietelbroeken ligt in de mooie en ecologisch waardevolle Mombeekvallei op het raakpunt van Diepenbeek, Kortessem en Hasselt. De hier bijna onbebouwde gebleven vallei is landschappelijk bijzonder gaaf gebleven. Ook de plantengroei op de zeldzame onbemeste graslanden is er zeer bijzonder, samen met het bos met zijn kwelzones en talloze voorjaarsplanten.
De Mombeek schuurde na de laatste ijstijden de vallei in de Nietelbroeken uit. Nog steeds is deze beek van grote waarde voor haar vallei. Ze zorgt er ondermeer voor dat de omliggende weilanden bezaaid zijn met waterminnende voorjaarsbloeiers, zoals knolsteenbreek en heelblaadjes. Centraal in het gebied ligt het vroegere jachtbos van Kasteel Mombeek. Dit bos heeft een grote natuurwaarde. Reeën dartelen graag door het bos en ook de havik is een trouwe bezoeker. Maar ook op de grond is er veel mooiste bezichtigen. Door het opwellend grondwater vind je hier opvallende planten, zoals éénbes en reuzenpaardenstaart. Wij wandelen van aan het vertrek door de Nietelbroeken en komen dan de achterzijde van het kasteel Mombeek. Mombeek, ten zuiden van Hasselt gelegen, langs de beek van die naam, was ongetwijfeld in vroegere eeuwen een belangrijk en uitgebreid leengoed, te oordelen naar de hoge waardigheid van de baanderheren van Hasselt, door de bezitters van Mombeek van vader op zoon bekleed.
Als baanderheer voerden zij het bevel over de strijdkrachten van de stad en droegen de Banier. Die waardigheid verdween evenwel tamelijk vroeg toen de stad meer zelfstandigheid kreeg en tot volledig ontwikkeling kwam. Mombeek was een Loons leen met een uitgestrekt domein waarop Willem van Mombeek het klooster van Henegauw stichtte. Het kasteel zelf, een leen van Kortessem en een achterleen van Loon, was omgeven met vijvers en weiden. In 1565 had het domein Mombeek een oppervlakte van 113 bunder. De eerste heer van Mombeek was Geraard die vermeld wordt in 1147 en wiens zoon in het huwelijk trad met de dochter van de graaf van Loon. In de 16de en 17de eeuw waren het beroerde tijden voor Mombeek. Wegens een erfeniskwestie moest Godfried van Mombeek het beleg slaan voor zijn eigen kasteel en met de hulp van de Hasseltse Rederijkers kon hij het gewapenderhand innemen. In 1676 werd het kasteel opnieuw het toneel van gewelddaden, waarbij enkele doden vielen, toen Jan Renerus de Geloes het met de heren van Mombeek aan de stok had betreffende een vereffening van schulden. Hierbij kwam Mombeek in handen van de familie de Geloes, die er in het bezit van bleef tot in 1728 Jan de Geloes kinderloos stierf en de bezittingen overmaakte aan zijn neven Vrerix. Enkele jaren later werd de familie Vannes eigenaar.
In 1859 was Gustaaf Vannes-Justine Van der Straeten in staat het kasteel te restaureren en liet het omringen door sierlijke tuinen, die volgens het plan van Genera aangelegd werden. Het huidige gebouw dateert uit de 19de eeuw, is een symmetrisch opgebouwd wit bepleisterd kasteel, waarvan het balkon op de eerste verdieping door vier hoge zuilen wordt gesteund; er is een driehoekige fronton met halfrond venster. De dakgevel is versierd met kapellen, schouwen en bekroond met een smeedijzeren versiering. De kasteelhoeve ligt links voor het kasteel. Wij wandelen verder door het natuurgebied en komen aan de Nietelbroek hoeve uit 1931. Nu zijn we vlug terug op onze vetrekplaats.
De wandeling door het natuurgebied is 5 kilometer lang en kan het hel jaar door bewandelt worden, maar het is belangrijk dat je goed waterdicht schoeisel aan het in de winter periode.
Kamp Vught was tijdens de Tweede Wereldoorlog het enige SS-concentratiekamp buiten Duitsland en het door Duitsland geannexeerde gebied. De SS had behoefte aan ruimte omdat de doorgangskampen in Amersfoort en Westerbork de toenemende stroom gevangenen niet meer konden verwerken.
In tegenstelling tot andere buitenlandse kampen werd kamp Vught opgezet naar het model van andere kampen in nazi-Duitsland. Het kamp viel ook rechtstreeks onder commando van het SS-hoofdkantoor in Berlijn. In 1942 werd begonnen met de bouw van Konzentrationslager Herzogenbusch, zoals Kamp Vught officieel heette. Toen de eerste uitgehongerde en afgebeulde gevangenen in januari 1943 uit Amersfoort aankwamen, was het kamp nog niet af. Dat mochten de gevangenen zelf afbouwen. De miserabele omstandigheden kostten in de eerste maanden al enige honderden mensen het leven. In totaal werden ruim 31.000 mensen tussen januari 1943 en september 1944 korte of langere tijd opgesloten in het kamp. Naast 12.000 joden zaten in Vught onder meer politieke gevangenen, verzetsstrijders, Sinti en Roma ('zigeuners'), Jehovah's Getuigen, zwervers, zwarthandelaren, criminelen en gijzelaars. Van hen vonden zeker 749 kinderen, vrouwen en mannen in het kamp de dood door honger, ziekte en mishandeling.
Van hen werden 329 gevangenen geëxecuteerd op de fusilladeplaats even buiten het kamp. Elke gevangene kreeg een gekleurde driehoek op zijn of haar gevangenenpak. Joodse gevangenen kregen een gele driehoek, politieke gevangenen en verzetsstrijders een rode, misdadigers een groene, en de 'criminelen' (illegale slachters en zwarthandelaren) een zwarte driehoek. In andere landen: homoseksuelen een roze, Sinti en Roma een bruine driehoek.De belangrijkste functie van de concentratiekampen was de systematische onderdrukking van alle bevolkingsgroepen die als tegenstander van het regime werden aangewezen. Daarnaast werd in de latere oorlogsjaren het ondersteunen van de Duitse (oorlogs-)industrie steeds belangrijker. Kamp Vught beschikte daarom onder meer over een vliegtuigsloperij en werkplaatsen van Philips, waar producten als knijpkatten en radios werden gemaakt. De vliegtuigwrakken werden per trein aangevoerd, over een spoorlijn die doorliep tot in het kamp. De fundering van deze spoorlijn is nog zichtbaar in de gracht, rechts van de gereconstrueerde barak. De directie van Philips besloot pas tot instelling van de werkplaats na lange aarzeling. Het lukte de Philips-leiding de situatie van de gevangenen die er werkten aanzienlijk te verbeteren, maar uiteindelijk kon het transport van de joden onder hen niet worden voorkomen. Veel gevangenen werden vanuit Vught naar vernietigingskampen op transport gezet. Dat gold met name voor de joodse gevangenen.
Berucht zijn bijvoorbeeld de twee 'kindertransporten. Op zaterdag 5 juni 1943 wordt bekend gemaakt dat alle joodse kinderen weg moeten uit het kamp. Op 6 juni vertrekken de kinderen van 0 tot 3 met hun moeder. De volgende dag de oudere kinderen van 4 tot 16 met hun vader of moeder. Er wordt gezegd dat de kinderen naar een speciaal kinderkamp in de buurt zullen gaan. Maar de treinen gaan naar het doorgangskamp Westerbork. Ten minste 1269 joodse kinderen uit kamp Vught werden via Westerbork gedeporteerd naar Sobibor in Polen. Daar zijn ze vrijwel direct na aankomst om het leven gebracht. Op het terrein van Nationaal Monument Kamp Vught herinnert het Kindergedenkteken aan deze transporten.
De transporten worden jaarlijks in juni herdacht. In 1986 is de stichting Nationaal Monument Kamp Vught opgericht. Dankzij de inspanningen van de stichting kon op een klein gedeelte van het voormalige kampterrein een Nationaal Monument worden gerealiseerd. Nationaal Monument Kamp Vught is op 18 april 1990 opengesteld voor het publiek door H.M. Koningin Beatrix. NM Kamp Vught is in 2002 grondig vernieuwd en gerenoveerd. Er is een nieuw herinneringscentrum gebouwd en het kampterrein is zoveel mogelijk in de oorspronkelijke staat teruggebracht. Het vernieuwde kamp Vught is op 25 oktober 2002 officieel geopend door prins Bernhard, samen met de twaalfjarige Jade Kagie uit Vught. Zo werd gesymboliseerd dat het nationaal monument ook steeds vaker wordt bezocht door jongeren.
Op deze historisch beladen plek houdt het NM Kamp Vught de herinnering levend aan de geschiedenis van het kamp en de slachtoffers. In woord en beeld worden ook actuele vormen van vooroordelen, discriminatie en racisme getoond. Zo wordt tastbaar hoe persoonlijke keuzes van individuele mensen ook nu nog kunnen leiden tot onderdrukking of uitsluiting van anderen in de samenleving.
HERDENKINGSTOCHT TOINE VANDERSPICKEN. / DE SCHOVERIK / DIEPENBEEK 20/02/2011
HERDENKINGSTOCHT TOINE VANDERSPICKEN.
DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
De nieuw opgerichte gemeentelijke sportraad, beslist tijdens een vergadering in 1980 in Diepenbeek een sport tweedaagse in te richten. Toine Vanderspickken, toen sportconsulent, opteert voor een wandel- en fietstocht doorheen de gemeente, onder het motto "Sport voor allen" . Tussen de ca. 40 wandelaars vindt Toine enkele personen bereid hem maandelijks te helpen een wandeltocht in te richten. Een reuze start.
In 1981 vindt clublid Maria Houbrights een geschikte clubnaam : "DE SCHOVERIK". DE SCHOVERIK of vuurman deed zich voor als een grote vlam, die 's nachts over de velden ronddwaalde als een dolende man. Wie bij die verschijning zou gefloten hebben , werd door een Schoverik achtervolgd, en in huis gevlucht zijnde achter de gesloten deur, kwam er een zware slag... 's Morgens zag men dan de omtrek van een hand in het hout der deur gebrand. Dit jaar bestaat de wandelclub 30 jaar een feestjaar dus. De wandeling vertrekt op Rooierheide. Wat ons veel natuur zal geven. Vooral De maten zal ons bevallen. Het 300 ha. grote natuurgebied De Maten is gelegen in de vallei van de Stiemerbeek, op de rand van het Kempisch plateau, en strekt zich uit over het sterk verstedelijkt gebied tussen Genk, Hasselt en Diepenbeek.
De Maten is sinds 1975 een erkend natuurgebied en beschermd landschap. De beschermingsprocedure van het gebied startte reeds in 1956 en hiermee is het één van de oudste erkende natuurgebieden in Vlaanderen. De Maten is bovendien een vogelrichtlijngebied waar ook de Europese Habitatrichtlijn van toepassing is. Het woord maten is verwant met het Engelse woord meadows, wat weilanden betekent. Nergens anders bevinden zich zoveel typisch Kempische natuurelementen zo dicht bij elkaar. Vijvers met rietkragen, broekbossen, ruigten, natte en droge heide, moerassige veengebieden, hei schrale graslanden en duinen maken het één van de merkwaardigste natuurgebieden van Vlaanderen. Het gebied is belangrijk voor de vogels die hier broeden; zo is het bv. een van de weinige plaatsen in Vlaanderen waar de roerdomp en de woudaapje nog tot broeden komen. Voor de trekvogels is het reservaat een belangrijke pleisterplaats om op krachten te komen op hun tocht naar het zuiden of het noorden. Ook vinden we er de rugstreeppad, welke de geadopteerde soort is voor Genk. Veel van de aanwezige plant- en diersoorten staan echter onder zware druk; sommige staan zelfs op de rode lijst omdat ze met uitsterven bedreigd zijn in Vlaanderen. We komen ook langs de vogelkijkwand: Het Diepenbeeks deel van het natuurgebied De Maten is het hele jaar open voor bezoekers. Natuurpunt doet er alles aan om deze bezoekers een fantastische natuurervaring te bezorgen, maar dan liefst zonder het gebied te zeer te belasten.
Om vogels tijdens de broedperiode en in de wintermaanden voldoende rust te bieden, werd er in de periode november - december 2008 een vogelkijkwand gebouwd aan de zuidoosthoek van de Augustijnenweyer. Door de beschutting van deze wand kan je de vogels van dichtbij beloeren, zonder dat deze hierdoor extra verstoord worden - een duidelijke meerwaarde dus voor zowel de wandelaars als natuur! Onze wandeling met de Schoverik was weer een top; met heel veel dank aan de vele vrijwilligers die zich belangloos inzetten om de duizenden wandelaars te bedienen.
33E MARCHE INTERNATIONAL / LI DJOYEUSE ETINTE TRASENSTER / BANNEUX-LOUVEIGNE. 19/02/2011.
33E MARCHE INTERNATIONAL.
LI DJOYEUSE ETINTE TRASENSTER.
BANNEUX-LOUVEIGNE.
Banneux word ook wel Banneux Notre-Dame genoemd is een dorp bij Louveigné in de gemeente Sprimont.Het ligt tussen Luik en Spa. Banneux is een bekend Mariabedevaartsoord. Het bedevaartsoord ontstond nadat de twaalfjarige Mariette Beco (25 maart 1921) verklaarde dat Maria haar tussen 15 januari en 2 maart 1933 acht keer was verschenen en dat Maria zich toen de Vierge des Pauvres ("Maagd van de Armen") had genoemd.
Ook zou zij om de bouw van een kapel gevraagd hebben; deze werd nog in hetzelfde jaar op de plaats van de Mariaverschijningen, de voortuin van het huis van de familie Beco, gebouwd en ingezegend. Haar verklaringen werden tussen 1935 en 1937 door een bisschoppelijke commissie onderzocht. Vanaf 1948 bouwde men aan een basiliek. Op 19 maart 1942 gaf bisschop Kerkhofs van Luik toestemming tot de verering van Onze-Lieve-Vrouw van Banneux en op 22 augustus 1949 bevestigde hij het bovennatuurlijk karakter van de verschijningen, waarna in 1952 de erkenning door het Vaticaan volgde. Beco trad later in het huwelijk en leidde een eenvoudig familiaal leven. Banneux groeide uit tot een drukbezocht bedevaartsoord. Het wordt jaarlijks door zo'n 700.000 pelgrims bezocht[1]. Er bevindt zich een bron, die door Maria aan Mariette getoond zou zijn, waaraan een geneeskrachtige werking wordt toegeschreven. In 1985 werd Banneux bezocht door Paus Johannes Paulus II.
De wandeling brengt ons door een prachtig stukje natuur dat ons naar Trooz, een dorpje aan de Vesder. Wij wandelen aan de buitenzijde van het dorp waar prachtige zichten zijn over de omgeving. Wij wandelen eigenlijk boven Trooz en hebben een prachtig zicht op het dorp. Er staan prachtige huizen gebouwd met lokale steen, eigenlijk is het bijzonder te zien hoe deze gebouwen samensmelten met de omgeving. Wij wandelen weer verder en komen aan de spoorweg met de tunnel van Fraipont die in 1841 in de berg uitgegraven werd. Het is een monument op zijn eigen. Hier passeert ook de Thalys Parijs-Keulen.
Wij verlaten het dorp en klimmen de prachtige natuur in, hier wandelen tussen de rotsen het is alsof ze van beton gegoten zijn. Nu word het klimmen door de bossen wat ons prachtige zichten oplevert aan het kruisbeeld. We komen aan Bois de Colonheid we wandelen door de prachtige omgeving en komen zo terug in Banneux. We hebben controle in Chateau de Chaityfontaine met zijn boerderij met vakantie verblijven.
Nog even wandelen we een stukje langs de grote weg om dan naar het heiligdom van Banneux te wandelen, wij door het domein en steken de parking over waarna we terug op ons vertrek komen. Een mooie en aangename wandeling die we eindje samen met Jak en Mia gewandeld hebben.
37e MARCHE DU FORT DE BATTICE / MARCHEURS DU FORT DE BATTICE / BATTICE 13/02/2011
37e MARCHE DU FORT DE BATTICE.
MARCHEURS DU FORT DE BATTICE.
BATTICE.
Vertrek in het centrum van Battice en het eerste gebouw dat we tegen komen is het stadhuis. Gebouwd in 1716 en tussen 1790 en 1794 het zogenaamde Hof van Justitie van Herve. Na 1880 vervangen door een ruimer gebouw maar afbrand door de Duitsers in augustus 1914. In 1923 werd heropgebouwd in het huidige vorm.
Wij wandelen Battice uit om dan te gaan wandelen in het Land van Herve. Het Land van Herve is gekenmerkt door groene weiden afgezoomd met hagen. De hagen zijn stilaan uit het landschap aan het verdwijnen maar hadden de bedoeling dat het vee zich hierachter kon verschuilen tegen het gure weer. Je ziet ook dat er heel wat boomgaarden zijn. Meteen weet je al waarom Hervekaas, mousserende cider, peren- en appelstroop de streekspecialiteiten zijn.
Ook de zo typische huizen uit het Land van Herve komen we nog veel tegen. Rode bakstenen met hard stenen omlijsting rond de deuren en ramen. Prachtige gebouwen komen we tegen voormalige boerderijen en herenwoningen. Kapellen en waterputten sieren de wegen langs de wandelroute. Het is altijd fijn als je mooie dingen ziet op de wandeling.
Wij wandelen verder en komen zo in Chaineux lopen door het dorp en langs het kasteel van Chaineux. De hele straat is een bouwkundig erfgoed. We komen zo aan de 18de eeuwse Chapelle Sainte Agathe. Wij wandelen verder en gaan zo naar Manaihant. Ook hier weer door het prachtige landschap van het Land van Herve. Wij wandelen door het landschap en de prachtige typische gebouwen. Zo komen we terug aan in Battice waar onze mooie wandeling eindigt.
MARCHE DES CRAYAS / LES CRAYAS DU THIRY / NISMES 12/02/2011.
MARCHE DES CRAYAS.
LES CRAYAS DU THIRY.
NISMES.
De Viroin-Fagnestreek is een bosrijk en heuvelachtige streek, met enkele rivieren die aan de stadjes en dorpen een onweerstaanbare charme verlenen.
De moderne tijd lijkt aan deze streek voorbijgegaan te zijn. De boerendorpen, gelegen temidden van bossen en weilanden, leven op het ritme van de seizoenen en van het werk op het veld. Virion-Fagnes is dus in de eerste plaats synoniem voor overdadige, alomtegenwoordige natuur met merkwaardige plaatsen zoals de Fondry des Chiens te Nismes. Na de wandeling gaan we deze merkwaardige plek bezoeken. De wandeling vertrekt in Nismes, dit duizend jaar oude dorp werd gebouw rondom een feodaal versterkt kasreel, waarvan nog maar enkele sporen overblijven. Het Maison des Baillis (baljuwhuis) dat de oude wijk van Avignon domineert, herbergt het Musée Régional.
Wij wandelen door het dorpje Nismes; het dorpje van de drie valleien. Leau Noire, leau Blanche en de Virion zijn de drie rivieren die hier door vloeien. Wij komen aan het kasteel met prachtige park, Le chateau Licot-Matricolo doet nu dienst als gemeentehuis en is gelegen in een prachtig park met verschillende vijvers. Gewoon prachtig. Wij wandelen verder en komen op de site het middeleeuws kasteel (het kasteel MOUSTY), de "Oude Kerk St. Lambert"(1606) die gebouwd werd op de site van het kasteel. Op de site van het oude kasteel dat verwoest werd in 1554 tijdens de oorlogen van Karel V, de ruïnes van de parochiekerk (1606), zijn versterkte begraafplaats en een kleine ronde toren. Wat verder komen we aan het Baljuwhuis en dan wandelen we het komen in het Forêt Communale de Virionval.
Hier de natuur op zijn best. Wij wandelen door de prachtige natuur en na een tijdje komen we terug in Nismes. Hier eindigt een prachtige wandeling; wij willen toch even naar de Fondry des chiens in de 15de eeuw werd de vallei tot verboden gebied verklaart door een verordening van de prins-bisschop van Luik. Op grond van de gevaren die mens en dier bedreigden: honderden diepe holen die Fondrys werden genoemd.
Deze grotten die van boven open zijn, werden uitgehold door de werking van het regenwater en van de enorme ijsmassas uit de ijstijd. Als geologisch curiosum zijn ze uniek. Het is wel indrukwekkend om deze hollen te zien en erin te kunnen rond wandelen. Zo eindigt een prachtige dag in deze prachtige streek.