schrijfvloer 03 ~ kronieken van 31 jaar vaart, in uitvoering
12-12-2019
070. M. Temmerman
te gast bij Wim Helsen ~ Marleen Temmerman met een tekst van Etienne Vermeersch
Wanneer men nog eens een wereldwijd klimaatcongres houdt, moet het over overbevolking gaan. Noch in Kyoto, noch in Kopenhagen, noch in Cancún heeft iemand het gehad over geboorteregeling. In de Millenniumdoelstellingen kwam het woord 'bevolking' zelfs niet voor! Het volgende congres moet over overbevolking gaan.
Een onderwerp naar mijn hart, een auteur naar mijn hart … en professor Temmerman is een dame naar mijn hart. De dag is mooi en goed begonnen voor mij. Nog mensen van dat kaliber!
Dat Vermeersch niet zelf in het programma geraakt is, is een gemis, dat blijft duizend jaar jammer.
Wat een enorm sterk gesprek! Ik hoop dat iedereen na de eerste koffie of thee of ricoré al voldoende wakker is, want dit vind ik een hele cursus in 10 minuten gepropt. ’k Heb het gesprek nu drie keer beluisterd en bekeken -altijd met de ondertiteling geactiveerd, zodat ik én hoor én lees wat er gezegd wordt- en ik ontdek telkens andere interessante punten. Wim Helsen kan er zich ook in vinden blijkbaar. Nu gij nog.
PS : De Coster heeft een schrijfgodje. ’k Ben blij dat dat ik niet alleen ben met mijn gekte. Ik heb namelijk twéé schrijfgoden. Nuja, goden … eigenlijk zijn het de boodschappers, de loopjongens. Ze heten Hermes en Mercurius. Ze lezen over mijn schouder mee. Elk aan een kant. Zij mogen dat want zij moeten er voor zorgen dat hetgeen er geschreven staat ook leesbaar wordt. En ze blijven staan tót de tekst niet meer verdrinkt in woorden maar zelfstandig leefbaar wordt. Hoop ik, telkens.
te gast bij Wim Helsen ~ Henk Spaan met het gedicht 'Het tuinfeest' van Martinus Nijhoff
De Juni-avond opent een hoog licht Boven den vijver, maar rond om de helle Lamp-lichte tafel in het grasveld zwellen De boomen langzaam hun groen donker dicht.
Wij, aan 't dessert, eenzelvige rebellen, Ontveinzen 't in ons mijmerend gedicht, Om niet, nu 't uur eind’lijk naar weemoed zwicht, Elkanders kort geluk teleur te stellen.
Ginds, aan den overkant, gaan reeds gitaren, En lampions, en zacht-plassende riemen, Langzaam over verdronken sterren varen -
Zij zingen, nijgen naar elkaar en kussen, Geenszins om liefde, maar om de sublieme Momenten en het sentiment daartusschen.
Voor mij is het meest interessante moment in het gesprek wanneer Spaan het heeft over Willem Wilmink. Het begint op 07min22 en eindigt met : "dat de gewone taal zich heel goed leent om gedichten te schrijven"
Op den duur weet ik niet meer waar we precies zitten. Al die Japanse namen lijken zo op mekaar en met dit schip gaat alles zo vlug, dat ik de namen van de havens niet kan onthouden. -het was een producttanker, kerosine
De vlucht heeft verschrikkelijk lang geduurd. Ik denk dat we alles bijeen 36hrs onderweg geweest zijn, maar daar ik ben niet zeker van. 'k Zat in de knoei met BT en LT -Belgische tijd en Lokale tijd- en ik kan er nog altijd niet goed aan uit. 'k Heb daar een briefje geschreven en ik hoop dat het toegekomen is. Heeft mama Chris kunnen bereiken? -dat afwasje!-
Van Kopenhagen was het ongeveer 10 hrs vliegen naar Anchorage, Alaska.-aha! dan had ik me tóch goed herinnerd Daar moesten we 40 minuten wachten omdat het vliegtuig moest bunkeren. Er moest ook nieuwe proviand aan boord komen, twee containers van Marriott. Dat is een keten klasse-hotels over Noord-Amerika. -en later wereldwijd
We vlogen met SAS, dat was te merken aan de service, Scandinavisch comfort. Warme doekjes op onze kop, willen of ni. Weer eens lang vliegen en we waren in Tokio. Het is als die tijd niet donker geweest want we vlogen door de poolzomer en daarna richting oost, De Rijzende Zon tegemoet. Volgens wat ze hier aan boord vertellen mogen we ons gelukkig prijzen dat we over de noordpool gevlogen zijn want over Azië duurt de reis vier dagen aan een stuk. Geen overnachting tussendoor. Waarschijnlijk te duur. -viér dagen? Zou dat geen fabeltje geweest zijn?
In Tokio stond een busje ons op te wachten. Na een uurke rijden waren we in Chiba. Ze rijden hier links. Veel Japanse wagens op de baan. Hoe zou dát komen? Het schip was nog niet toegekomen en we mochten een nachtje op hotel.
Van Tokio naar Chiba is een mooie weg. Een landschap dat lijkt op de Ardennen maar dan met Japanse huisjes in en een weer lijk een zomer in België, regenachtig en bewolkt. Precies thuis, op een paar elementen na. Het hotel was fantastisch. Geen overdreven luxe maar wel alle comfort. Echt wat men nodig heeft na een reis van een halfrond. Ik was helemaal opgeblazen, gezwollen enkels en voeten, etc van zo lang stil te zitten in een vliegtuig. -dat is er met de jaren absoluut niet op gebeterd We komen in het hotel toe, douchen, eten, lekker. Ik heb het duurste genomen, de rederij mag maar betalen, want we krijgen hier aan boord geen overuren. -daar stond Nedloyd om bekend, de gierigste rederij in België.
Nedloyd had toen ocharme vier schepen onder Belgische vlag in uitbating en had een kantoor op de Britselei. Volgens mijn ervaring beschouwden zij zeevarend personeel als onkost ipv als investering. Bij hen blijven varen was financieel gezien puur tijdverlies. Het verhaal ging dat die Belgische vestiging met vier schepen, een manier was om een kwiet van een schoonzoon een bezigheidje te geven bij de Belgen want ze wilden hem liever niet in het moederbedrijf. Dat is het verhaal dat toen circuleerde. Waar of niet waar …?
'k Dacht in het hotel slaap te kunnen inhalen, om 's anderendaags fris en fit aan boord te kunnen gaan. Ja, salut! Om 22h was ik weer wakker, tot 04h. Toen het tijd was om op te staan lag ik de spinnen als een kat natuurlijk. Het heeft hier nog 3 dagen geduurd eer het tijdsverschil uit mijn lijf was. Nu krijg ik tenminste vaak en honger op de gepaste tijden en niet meer op de onmogelijkste uren van de dag of de nacht.
Aan het hotel kwamen ze ons weer met dat gek busje halen. Er was iets in die wagen dat om de paar seconden 'tingting' deed. We dachten eerst dat het een signaal was van de ruitenwissers, of van de richtingaanwijzers, maar dat was het niet. En aan de chauffeur of aan de agent moesten we het niet vragen, hun Engels was onverstaanbaar. Dat hebt ge hier. Ze staan daar iets te blaffen gedurende een paar minuten en als ge hen dan duidelijk maakt dat ge het niet verstaan hebt zeggen ze met die schijnheilige grijns: Don't you speak English?
Waar het fabeltje vandaan komt dat Japanners zo’n beleefd glimlachende mensen zijn weet ik niet. Dat glimlachen is ronduit lelijk. Angstaanjagend bijna. En beleefd zijn ze waarschijnlijk onder mekaar, maar niet tegenover buitenlanders. Ik vind het hautaine mensen. Het enige goede zijn hun parels en hun keuken, de rest mogen ze houden.
Van de bus naar het schip was ook een hele onderneming. De bus kon niet tot aan de gangway rijden. We moesten met onze bagage een trap op en dan een heel eind over metalen rasters waaronder pijplijnen lopen. Ik kreeg direct hoogtevrees. Iedereen was beladen als een muilezel en ik bolde verder met mijn valies. Een geluk dat onder dat ding wielen staan. –rollertjes die met moeite over de rasters konden, het was sleuren en trekken Weer trappen op en dan een soort kiekenladder af. Dat ding doet hier dienst als gangway. De halve bemanning zag ons, de nieuwkomers, staan sukkelen en hijsen en sleuren, maar denk nu niet dat een van die pummels een poot uitsteekt om te helpen hé. -wat nochtans gebruikelijk is
's Middags had ik een van die klutsers aan tafel. Mijn armen daverden nog van de inspanning, door die lastige ondergrond en mijn hand beefde dus een beetje. Zegt dat ventje ineens dat ik niet zenuwachtig moet zijn en dat ik niet bang van hem moet zijn, want hij monsterde toch af. Arrè!
Ik was al direct in volle form : "Als gij u staat te vergapen hoe ik mijn spieren verrek moet ge niet verwachten dat ge in stijl geserveerd wordt. En dat ge afmonstert hebben ze mij al gezegd: diene die altijd te laat aan tafel komt gaat er gelukkig af." Ziezo, die had zijn saus en ik voelde mij van de klop al ingeburgerd. WSN heeft ooit gezegd dat ik als serveuse 'gene kadoo' ben, maar als stewardess nog vele minder denk ik.
Een mess is eigenlijk een klasje, met hier en daar een haantje en dat soort mensen moet DIRECT een antwoord krijgen of de situatie escaleert. Waarna ik de service weer fluwelig en professioneel voorzet, alsof er niks aan de hand is. Het haantje in kwestie krijgt zelfs een extra glimlach. Dit alles uit : “De wijze Lessen van Yvonne”, 1978, nooit uitgegeven, nooit opgeschreven, maar wel geabsorbeerd.
De collega valt mee. We werken nu al 5 dagen samen en het gaat goed. Hopelijk blijft het zo. Zij en haar man (de 2de kok/bakker) blijven nog twee maanden en dan worden ze afgelost, samen met nog een flink deel van de bemanning. De keukenploeg valt mee. Dat is belangrijk voor ons hé. De chef kok is van Genk. Hij kent de winkel in Hasselt, zegt hij. Of dat waar is weet ik niet want de meesten hier lijden al een beetje aan zeekolder en fabuleren. Wat wilt ge op een tanker, misschien ben ik 2 maanden ook zo. De terminals liggen telkens ver van de bewoonde wereld en aan de wal gaan wordt zo een expeditie.
Hoe rest van de bemanning is weet ik nog niet goed. Voorlopig heb ik nog weinig contact met hen. Maar de sfeer is goed. tamelijk democratisch. Buiten de staff wordt iedereen bij de voornaam genoemd. Het zal wel voor een deel aan het isolement liggen. Dit schip is in geen twee jaar nog in Europa geweest, de meeste schepen van Nedloyd trouwens. Het ziet er naar uit dat ik hier de volle 6 maanden zal moeten uitdoen. Financieel is dat erg , we hebben maar een half overuurke per dag.
Dat ik zo over die overtime jammerde komt omdat het beknibbelen op werkuren telkens ging ten koste van de onderhoudsuren, nooit ten koste van de service-uren, want dié tijden bleven ongewijzigd. Gebrek aan onderhoud werkt op het gemoed van de mensen en eerst en vooral op het mijne. De bewoning mag er niet groezelig uitzien, die moet shipshape zijn. Proper en in orde.
Enfin, aan de wal gaan kunnen we toch niet, dus grote uitgaven zullen er niet bij zijn. Als het schip in Europa zou komen monsterde ik direct af en ging onmiddellijk een nieuw volgnummer halen op de Pool om te mikken op een andere rederij. Maar dat plan blijft theorie, vrees ik.
Héhé, al na 1 maand en 16 dagen (zegt mijn zeemansboek) kwam het schip in Rotterdam en dat is een Europese haven, dus mocht ik afmonsteren. Gered!
Mijn cabine ligt benedendeks. Dat heeft een groot voordeel, ik zit ver van alles af, ik heb geen buren en dus kan ik op gelijk welk van de siësta of van de avond zitten typen zonder dat het geratel iemand stoort. Het nadeel is dat we hier niet direct weg kunnen wanneer er iets gebeurt. We moeten eerst de trap op. Verder is hier beneden iets meer lawaai van 't machien dan boven. Eigenlijk zijn het twee cabines met tussenin een gemeenschappelijke badkamer. Bijna een kleine suite? Ruimte genoeg. Maar vuil. Het heeft hier een tijd leeg gestaan en dat is er aan te zien. Ik heb al 1 helft uitgemest, morgen de rest. Morgen varen we weer. We gaan richting Singapore. -strategische positie- Onderwijl wachten we orders af. De collega vertelde dat dit schip evenveel op anker ligt als het vaart. In de 4 maanden dat zij en haar man hier aan boord zijn was er 2 maanden wachten op anker bij, wachten tot het schip gecharterd werd.. Dan zal het met het lawaai hier beneden wel loslopen. -als er zoveel geankerd wordt
Dit hier is onze 4de en laatste haven in Japan. Ik zal blij zijn wanneer we vertrekken. De bibliotheek hier aan boord is enorm. Ik denk niet dat ik in 6 maanden tijd alles uitgelezen krijg. De collega is een Spaanse, spreekt vloeiend Frans wegens opgegroeid in Brussel. Dat is hier de kans van mijn leven om een beetje Spaans te leren en nu heb ik mijn Spaanse boekjes niet bij. Dat moet weeral lukken hé. Hoe waren de vakanties? Laat eens iets weten.
Ik heb al een stuk of vijf zichtkaarten naar 't cafeetje gestuurd, enkel en alleen om er ene te doen watertanden. Wanneer we op zee zijn ga ik een beetje zonnebaden, dat moet lukken zonder te verbranden. Ik ben nog een beetje bruin van het sloeproeien. En er is een zwembadje aan boord.
Sloeproeien was een cursus die iedereen moest volgen. Tijdens het verlof dat vooraf ging aan dit contract heb ik die cursus van 3 weken gevolgd. Interessant, boeiend en tijdens de praktijkoefeningen soms hilarisch. Maar die episode is voor een tekst apart, die ik later tussen de andere teksten plaats, daar wordt ge van op de hoogte gehouden hoor, wanneer het zover is.
Het deck ziet er volgens mij eigenaardig uit. Tot hiertoe was ik gewoon de panelen van luiken te zien. -bulkcarriers Hier niks geen panelen. Enkel pijperijen en valven, een wirwar. Hoe ze er aan uitraken weet ik niet. Er zal wel een systeem inzitten anders was het schip niet zó ontworpen. Maar ik vind een bulkcarrier veel mooier.
Daar heb ik later totaal anders leren over denken hoor. Maar dit schip was een producttanker en de wirwar van pijperijen was groot in tegenstelling tot rust van een bulkcarrier. Alhoewel aan deck van een bulkcarrier de luikdeksels en hun onderbouw het rondomrond-zicht aan deck eigenlijk evenzeer belemmeren. Er gaat niks boven een olietanker. Wijds zicht alom. Bij goed weer op volle zee een ganse dag horizon. Zalig.
Ziezo, nu stop ik ermee. Dit moet vanavond nog in de bus, zodat de marco het nog kan meegeven aan de agent. PS : Laura en Dee, hoe is het met die grijze Opel Manta die soms ook 'auto' genoemd wordt? Rijdt het ding nog?
Dat was een autootje dat ik ooit gehad heb, ik die niet graag rij, een ouwe Manta 1000, en ik had hen die geleend omdat ze moesten wachten op hun nieuwe wagen. Het grappige was, dat autootje had de stoere zwarte zijspiegels van een Volvo. Precies een insect. Jammer dat ik geen foto van heb van dat zot ding.
te gast bij Wim Helsen ~ Sinterklaas met een fragment uit 'Sneeuwwitje' van de gebroeders Grimm
Sneeuwwitje stemde toe en ging mee, en hun bruiloft werd met grote pracht en heerlijkheid gevierd. Voor het feest was echter ook de stiefmoeder uitgenodigd. Toen ze zich voor het feest gekleed had, trad ze in prachtgewaad voor de spiegel en zei: "Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is de mooiste van 't hele land?" De spiegel antwoordde: "O koningin, heel mooi zijt gij,maar de jonge koningin is veel mooier dan gij!"
Toen stiet de boze vrouw een gruwelijke verwensing uit, en ze werd bang, zo bang, dat ze geen raad wist. Eerst wilde ze in 't geheel niet op de bruiloft komen. Toch liet het haar geen rust: ze moest weg, ze moest de jonge koningin zien. En toen ze de feestzaal intrad, zag ze de jonge koningin - en ze herkende Sneeuwwitje, en van angst en schrik stond ze stil en kon zich niet bewegen. Maar er waren al ijzeren pantoffels op een kolenvuur gezet en die werden met tangen binnengedragen. De koningin moest in de roodgloeiende schoenen gaan staan en zolang dansen, tot ze dood ter aarde viel.
Een heel knappe interpretatie van de tekst vind ik: de spiegel is de grote schuldige in het verhaal. En een interessante vraag : is er de verdienste aan steeds 100% eerlijk zijn? De Sint noemt het ‘dwangmatig’ eerlijk zijn.
Vanmorgen om 08h heb ik op Zaventem naar Zellik gebeld maar ge waart al weg, denk ik. En daarna hadden we geen tijd meer want we moesten om 08h45 aan boord gaan. Te vroeg om al naar Brussel te bellen. Ja, en nu zit ik hier te zitten in Kopenhagen, tot 15h30 en dan gaan we 21hrs vliegen naar Tokio.
Gelukkig was ik toen 31j. 'k Zou het nu niet meer overleven, zo'n lange vlucht. De Sovjet-Unie bestond toen nog en die wilden westerse vliegtuigen niet in hun luchtruim, daarom denk ik dat déze aanmonstering de keer was dat ik een paar uren doorgebracht heb in Anchorage-Alaska, omdat de vliegtuigen op die lijn daar bunkerden voor hun 'grote oversteek'. Misschien was het een andere aanmonstering & travel, maar mij staat voor dat het voor dit schip was. 'k Zou nog meer vertellen over die tussenlanding, maar dat is voor later. Binnenkort, denk ik.
Zeg Ma, zoudt gij aan Chris, de poetshulp van Tina willen vragen of ze bij mij dat afwaske wilt gaan doen. Ik weet niet waar zij de bereiken is, maar misschien weet gij dat wel. Haar man werkt in de sporthal van Ganshoren, als die niet gesloten is voor verlof.
Het is hier bewolkt en killig weer. Echt weer voor iemand die weg moét. –waarschijnlijk een noodvervanging ’k Heb al wat zitten babbelen met den andere bemanningsleden. Over schepen. Wat dacht ge! En gemeenschappelijke kennissen opsnorren. Over hen kunnen we dan wat roddelen. Ze horen ons toch niet.
Ziezo, da's da. Vergeet aub niet Chris te vragen, want anders woon ik binnen zes maanden door schimmel en insecten op een vuilnisbelt wonen en dan moet ik insecticide spuiten. - alsof dat dan nog zou helpen!
te gast bij Wim Helsen ~ Annelies Moons met een fragment uit 'Americanah' van Chimamanda Ngozi Adichie
If you don't understand, ask questions. If you're uncomfortable about asking questions, say you are uncomfortable about asking questions and then ask anyway.
It's easy to tell when a question is coming from a good place. Then listen some more. Sometimes people just want to feel heard. Here's to possibilities of friendship and connection and understanding.
Maar Helsen toch! Als opening van het programma zeggen dat ge gehaast zijt? Dat is heel onbeleefd tegenover de studiogast en tegenover het publiek. "Eerst nog efkes snel een Winteruurke er door draaien." Werkelijk?
Als de gastheer zoiets zegt dan denk ik: Ga dan maar, we zullen het zelf wel doen… Moons kan dat alleen ook, een fragment bespreken. Ga nu maar.
Door die intro zou een mens haast uit het oog verliezen dat Moons iets interessants te vertellen heeft.
Gisteren was het Thanksgiving day hier. Op TV te zien wordt dat nogal gevierd, amai, bijna zoals Kerstmis. En dan eten ze allemaal kalkoen. Vanmorgen vertelden ze op de radio dat er een elektriciteitspanne was gisteren om 13h. Plezant hé, overal die kalkoenen in de oven en dan panne.
De mensen die naar de elektriciteitscentrale belden kregen als antwoord : "Had ge nu maar gas hé, madam." -larie natuurlijk Die maatschappij heeft zich gisteren biezonder sympathiek gemaakt. Vermits het feest is beginnen de soldekes. En wij zitten hier geblokkeerd. Op anker. Erg hé.
Het graan dat we hier laten moet in Algerije gelost worden. Daarna zouden we naar Glasgow gaan, zeggen ze. British Steel gaan laden voor waarschijnlijk het Verre Oosten, want de staalleveringen zijn afgelopen in de States. Reagan is boos op de Britten.
The Far East is voor het ogenblik too far voor mij en ik teken niet meer bij. Ik heb op 6 juli mijn tweede contract hier getekend. Dat zou op 6 januari afgelopen zijn. Volgens mijn schatting zouden we rond die tijd in Engeland moeten zijn, als, áls we niet te lang moeten ankeren in Algerije.
Tel efkes mee: hier 30 nov tegen de kaai, 1 dag laden ±. 5 dagen de meren af tot aan de Atlantic 14 dagen tot Algerije -Oran Dus rond 21 december in Oran. Dat is twee weken voor einde contract. In die twee weken zouden we moeten gelost zijn én naar boven gevaren –naar boven = richting noord, naar Antwerpen, in dit geval Als we moeten ankeren in Oran kan alles uitlopen en wordt het einde januari of zo.-’t werd 27 januari
1982-11-27
’k Heb daarstraks gebeld met Dee en Luk vdW was er juist. Hij is al sinds drie maanden bij zijn werkgever weg? De verbinding was prima. We hebben een prima marco ook. Die medam van Radio Duluth wou me nog 20 minuten doen wachten maar het was thuis al 17h45.
Ik had al aan de marco uitgelegd dat het per se vóór 18h Belgische tijd moest zijn. Daarop heeft hij een beetje gepalaverd met die medam en toen mocht mijn verbinding vóór alle andere wachtenden passeren. Al goe, anders had ik tot maandag moeten wachten. Brave medam hé. Goeie marco ook.
De communicatie was zo duidelijk dat ik nu zin heb om maandag heel de familie + jan & alleman op te bellen. Dat is nogal een dure goesting hé, ’k zal maar wat gaan werken dan.
te gast bij Wim Helsen ~ Margot Vanderstraeten met een fragment uit 'De grote spoorwegcarrousel' , 1973 , van Paul Theroux
Er wordt van een treinreiziger niets verwacht. In een vliegtuig is een reiziger gedoemd urenlang in een benauwd stoeltje te zitten, op een schip zijn een goed humeur en aanpassingsvermogen een eerste vereiste, auto's en bussen zijn een verschrikking. De Schotse reisschrijver Robert Louis Stevenson schreef ooit: 'De trein stoort het natuurschoon zo weinig en de vaart is zo vloeiend, dat ons hart vervuld wordt door de rust en vrede van het land; en terwijl het lichaam voorwaarts wordt gedragen in de vliegende ketting van rijtuigen, stappen onze gedachten uit...'
Een trein is een voertuig waar je in kunt wonen. 'Hoe laat komen we aan?' 'Volgens het spoorboekje om kwart over zeven 's avonds,' zei Rashid. 'Maar we hebben vijfeneenhalf uur vertraging.' 'Waarom?' vroeg ik. 'We hebben vijfeneenhalf uur vertraging. Dat is nou eenmaal zo.'
Wat Theroux schreef in 1973 was zeer verhelderend. Met de trein rijdt men langs de façades en óók door de coulissen van de wereld. Wat Vanderstraeten vandaag zegt is allemaal zo wáár. Het landschap en hoe de mens het gevormd heeft en daarin leeft, wordt niet meer bekeken.
PS: "op een schip zijn een goed humeur en aanpassingsvermogen een eerste vereiste" Awel, nu hoort ge het eens van een ander : aanpassingsvermogen en goed humeur. Zegt dat Paul Theroux het gezegd heeft.
Deze brief had al lang moeten gepost zijn, maar ik had hem te goed weg gelegd.
Ondertussen hebben we al Engeland gehad, den Atlantic (vree gerold) en nu weer Canada. Hier graan laden, lossen in Algerije en dan misschien (1 kans op 2) Antwerpen. Who knows. We zijn ondertussen al bekomen van de miserie in Alexandrië. Het is hier veel koeler, zelfs koud, en hier lopen aan boord geen vieze walmensen die ongedierte meebrengen. Ik heb ginder een soort eczema opgedaan en ik denk dat het iets besmettelijk is want andere mensen hebben het ook. Ik ben in Chicago mee naar de dokter geweest en hij heeft een goede zalf gegeven want de plek is bijna weg. Die plek vind ik vies. Even vies als Egypte. -de coulissen van Egypte in 1982
We zitten hier op het hoogste en laatste van de Grote Meren. Lake Superior is zo groot als België. Awel dat zoet waterke heeft gisteren stormke gespeeld. Iets na middernacht moeten we over een soort vloedgolf gevaren zijn. Iedereen was op slag klaarwakker. Eerst dacht ik dat we een jacht of een visser overvaren hadden. Maar de Brug gaf geen alarm en het Machien ookni dus ben ik zelfs niet uit mijn bed gekomen. De ouwe moest er vanmorgen weer geweldig over doen natuurlijk. Onnozel paniekerig ventje. Hij maakt de stuurmannen zenuwachtig ipv ze rustig te houden.
Hij heeft ons zélf zijn bijnaam aan de hand gedaan. Op een dag vertelt hij in de keuken dat hij in reïncarnatie gelooft omdat hem een keer het volgende overkomen is: 'Comme vous savez je dessine'. Meneer tekent. Dat was groot nieuws voor ons maar hij neemt aan dat heel de Belgische Koopvaardij daarvan op de hoogte is. Hij was eens een tekening aan het maken, zomaar, uit het hoofd, en een van zijn vrienden-architecten vraagt hem (die kwam daar juist langs waarschijnlijk) "Waarom kopieert ge dat plan?" Plan? Welk plan? … Awel ja zie, die tekening was de plattegrond van een paleis dat ontworpen zou geweest zijn door (houdu vast) Sjeik Süleyman I, genaamd 'Le Magnifique'. Dus genaamd 'De Prachtiglievende'. Sindsdien noemen we hem Le Magnifique. Hij neemt zichzelf zo vreselijk au sérieux dat hij een enorm dankbaar sujet is om het zotteke mee te houden natuurlijk.
Ons ma zou me het adres van R of I bezorgen, maar de rederij is weer te gierig geweest om de post van de bemanning naar hier door te sturen natuurlijk. We liggen erg ver van de stad af, dus ik weet niet of het zou gelukt zijn om een afspraak met hen te maken.
Deze namiddag komen we aan in Duluth, morgen een beetje gaan boodschappen. Stom genoeg heb ik in juli mijn laarzen thuis gelaten. Môja, wie had nu gedacht dat ik een tweede contract zou tekenen … Enfin, klompjes zijn ook warm en warme sokken heb ik in Chicago al bij gekocht.
Ziezo, nu ga ik die brief afgeven of hij geraakt weer niet weg.
PS : Tina, ik denk dat ik u nog een telefoon moet betalen van uit Engeland (collect call).
te gast bij Wim Helsen ~ Marc Didden met een tekst uit 'Beemdgras' van Judith Herzberg.
Vraag
Hoe is dat zo geworden Van altijd komen slapen Tot nooit meer willen zien?
Didden in gesprek met Helsen. Ondertiteling activeren want de studiogast praat lichtelijk binnensmonds. De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje. https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a19/ 11min09
Den Didden is op dreef hé. Helsen tracht efkes hem naar het stramien van het programma te brengen, maar dat is niet aan Mr. Didden besteed. Helsen legt zich daar dan maar bij neer. ’k Vind het soms zo grappig hoe Helsen een studiogast zijn gang moet laten gaan, en die dan maar volgt, omdat er niks anders op zit.
In de uitzending met Fred Bervoets (kunstschilder) had ik bijna medelijden met Helsen. In het derde seizoen was dat.
Vandaag is de inleiding langer dan de bespreking zelf, maar dat kan hier wel, omdat het gedicht zo kort is. En omdat Didden vertelt en vertelt, de beelden aaneen rijgt.
Een roman schrijven in drie lijnen. Dat is hét, volgens Didden. Zelf kan ik daar ook van onder de indruk raken. Ik ken iemand die het kan, zo sober dichten. Maar zijn naam zet ik hier niet, want misschien heeft hij dat niet graag. Toch mijn groetjes, JdB.
Hier zitten we nu. We zijn 04 sept uit Portland (Oregon, wetkust) vertrokken en zijn hier op anker gegaan. Alles bijeen 34 dagen onafgebroken vaart. Het enige wat er tussendoor te zien was: Madeira en Gibraltar. Op de duur staat een mens daar speciaal voor op.
Hier snap ik iets niet. Er moet toch ook Panama geweest zijn! Het Panama-passage is toch iets speciaals, spectaculair, een belevenis tegenover het streepke land dat Madeira is of de Gibraltar-doorvaart. En daar schrijf ik niks over? En het kan niet zijn dat we via Suez naar Alexandrië gevaren zijn, want dan zou ik Madeira en Gibraltar niet vermeld hebben. Mysterie …
Die 34 dagen zijn nochtans omgevlogen. Het blijft hier een goeie ploeg, gelijk wie er vervangen wordt. De nieuwkomers worden in een minimum van tijd aangepast en bijgeknipt tot ze fitten in de ploeg. De chef mecanicien zei een paar dagen geleden: "Dit schip is een tamelijk gemoedelijk bootje, altijd geweest, en dat hebben ze op de compagnie niet graag. Maar we houden het zo." En daar helpen wij dus danig aan mee, newaar.
In Vancouver (Canada, westkust) stonden plots Nooke en Michel aan boord. –Noo is de collega van schip 04 Ik had hen in de maand mei in Montréal gezien, en ze spraken toen al van verhuizen naar de andere kant van het land maar dat het zo rap zou gaan, dat had ik niet gedacht. Een maand of twee geleden schrijf ik hen een kaart van uit San Francisco, naar Montréal, om te zeggen dat het mij zeer spijt maar dat we deze reis aan de westkust zitten, enfin, zaten. En dat ik nog wel eens zou schrijven. Nooke en Michel hadden hun post laten nasturen en toen ze mijn kaartje ontvingen nam hij de gazet van Vancouver en keek in de lijst van zeeschepen of dit schip toevallig in de stad was en om 18h30 stonden ze ineens aan boord. In volle service. Ik dacht dat ik spoken zag.
’k Herinner me dat moment héél goed. Ik stond in de mess met een slakom in mijn hand. ’k Zag door de open deur Noo voorbijgaan in de alleyway. Ze wuifde efkes. De slakom schoof bijna van mijn serviette en mijn knieën werden helemaal rubber: dit kán niet! Montréal ligt op de Saint Laurent, dan is 5000km van hier. Dit is een hallucinatie.
Toen ik in de pantry kwam had ze jas en tas al aan een haakje gehangen en stond ze mee af te wassen. Wat een collega. Wat een weerzien! Terwijl ik dit zit te typen krijg ik weer tranen in de ogen. In de mess vroeg de capt wat er gaande was. Ik zeg dat een ex-collega hier is, getrouwd met Michel xyz en dat ze mij een bezoekje brengen.
- Michel xyz? De chef mecanicien? Geëmigreerd? Is hij hier aan boord? Waar? - Hij is in de keuken en in de mess matrozen gaan goeiedag zeggen, kaptein.
Er werd een fles wijn besteld en of Michel naar de kapteinstafel wou komen. En zijn echtgenote ook natuurlijk. Maar die schat van een Nooke vertikte dat en bleef bij ons in de pantry meewerken tot alles was afgeruimd, afgewassen en weggeborgen. Een collega uit duizend. Hoe de rest van de avond verlopen is weet ik niet meer.
Deze maand is Noo waarschijnlijk in Wilrijk om haar ouders te helpen inpakken. Zij nemen hun meubels mee naar ginder. –zij zijn op hun ouwe dag dan ook maar geëmigreerd, omdat de kleinzoon en zijn echtgenote daar al woonden en werkten en toen ook Noo en haar man. En zij, zij sloten de rij.
Nu over iets anders. Er is gisteren een Egyptenaar aan boord geweest, de agent. Die zou vanmorgen de post brengen. Niks gezien natuurlijk. 'Vanmorgen' zal wel maandag betekenen. En we zouden hier maar 4 dagen op anker liggen. Doe daar maar een 10 dagen bij, want die Arabieren liegen dat het klettert. –dat mag van hun godsdienst En ze hebben zogezegd moderne installaties om de lading te lossen. Het zou máár drie weken duren. -jaja ..., zoals enkele schepen tevoren in Safaga, Rode zeekust
Wat ze hier modern noemen valt nog te bezien. In Rotterdam was het hypermodern en daar kregen ze het schip maar op 7 dagen leeg. Enfin, hoe langer we op anker liggen, hoe liever, want tegen de kaai krijgen we al dat volk over de vloer en dat is ook niet geestig. En vliegen dat die meebrengen! Drie dagen later kruipen de maaikes over de vloer van de alleyway en dat is ook niet geestig. Gelukkig hebben we nogal straffe ontsmettingsmiddelen aan boord. De bootsman heeft de sleutels van een aantal lockers -bergplaatsen- en dat komt vree goed van pas. -ja, dat was dus Alexandrië, ooit de stad van wetenschap, cultuur en beschaving Via de wereldontvanger kunnen we hier Radio Cyprus ontvangen. Daar zit een BBC zender met goeie muziek. Hier ook trouwens. Er zijn plenty American Forces Network Radio in de buurt. Of toch hun antennes. Nog een Franstalige zender, dat zou Radio Alexandrie kunnen zijn, die een paar uren per dag in het Frans uitzendt. De TV is hier niet veel zaaks. Sinds eergisteren kijken we een feuilleton in het Arabisch en we geraken het er niet over eens wat er nu eigenlijk aan de gang is. We kijken met z’n 3. Nika, mijn nieuwe collega sinds een maand en een paar dagen, de boots en ik.
Mona moest in Vancouver om persoonlijke redenen naar huis en Nika is haar daar komen vervangen.
Elk van ons heeft haar / zijn versie van de aflevering. De bespreking en het fantaseren achteraf zijn plezanter dan het TV-kijken. We hebben ook al een western gezien met Arabische ondertitels. Volgens de boots stonden die vol schrijffouten.
Ik verslijt hier collega's of het niks is. Dat is nu al de derde in 6 maanden tijd. Eergisteren was ik 6 maanden aan boord. Dat ben ik vergeten te vieren begot. Dat moet dus nog gebeuren.
Het is hier zo gemoedelijk aan boord dat ik er over denk om bij te tekenen. Dan zou ik tenminste verlof in lente en zomer hebben en niet in de winter zoals vorig jaar. Hopelijk komt onze eerste captain terug, dan teken ik zeer zeker bij. En die komt terug, daar wordt nu al over gesproken. –hij is niét terug gekomen maar ik heb wel bijgetekend
Nu ik terug denk aan die eerste ploeg hier : in het Panama Kanaal zien we Marcel (een matroos) rennen naar de vlag achteraan, in volle galop. Rennen is streng verboden aan boord dus vragen we wat er gebeurt. "De Montaigle is op komst, we moeten groeten." -de Montaigle was een ander Belgisch schip Groeten houdt in : vlag naar beneden en weer omhoog. + toe-oet, op volle zee. Maar in het kanaal mag de scheepshoorn niet, dus enkel de vlag. Marcel standby bij de vlag.
Ikke naar binnen, twee witte servietten gaan halen om te wuiven, daar moest zo eens iemand aan boord zijn die we kennen. Daarop krijgt het Grieks schip dat we aan het kruisen waren panne aan de stuurinrichting. Ze zaten bijna in den decor. Iedereen vertraagt, wij zeker, om niet te moeten uitwijken of we zaten ook in den decor. Het is daar nogal smallekes. De Montaigle vertraagt dus ook. Zij konden niet zien wat er gebeurde want ze zaten juist in de bocht, maar wij zagen die Griek schuiven en de Montaigle volle kracht achteruit slaan om te remmen (dan komt er heel veel roet uit de schouw) en het duurde nog een tijdje eer we hen kruisten. Alles oké, anders zaten we nu nog in droge dock of op een shipsyard ginderachter.
Dus de twee Belgen schuiven mekaar voorbij, een gejuich en een geroep, precies of het was nationale feestdag. Iedereen herkende wel iemand met wie hij/zij al eerder gevaren had. Ineens zie ik daar de man van Rie staan. Ikke wuiven, maar in grote paniek : waar is Rie dan, is zij wel aan boord? Want dat kiekske wou absoluut een kind en ik was al bang dat ze daardoor thuisgebleven was. –géén zwangere vrouwen aan boord Ineens hoor ik brullen Yoe-hoe, hie-ier ! Ik hoor mijn naam roepen maar ik zie haar niet. Mamzel stond een deck hoger. Allez, goed, ze zag er gezond uit zo van ver. En ze kon weer in haar blauw kleed, dus is ze vermagerd. En niet zwanger.
Gisteren heb ik russische diamanten gekocht en ik ben nog een beetje in die sfeer. Als ik die medam haar uitleg begrepen heb dan bedoelen ze hier met russische diamanten een wit steentje dat heel hard blinkt en bijna zo hard is als diamant, maar niet echt en dus brol, maar wel brol met stijl. Voilà, zie mij hier zitten blinken nu. -de steentjes heb ik niet meer, maar het was zirkon, of zirkonia-
Gisteren heb ik uw brief gekregen van 02/08, over Prosperina & Co. Ik zie onze pa al fruitafval gaan bedelen bij de marktkramers.
Prosperina was een everzwijn in Callas, Zuid-Frankrijk. Door de droogte kwam ze met haar biggen lager op de heuvel drinkwater zoeken op de camping, met de jonkies erbij natuurlijk. Het waren opmerkelijk veel jonkies. Vandaar de naam Prosperina. Ze was helemaal niet agressief, ze wou enkel drinkwater. En toen begonnen de kampeerders fruit en fruitafval te voeren aan die lieve kleinen. 'k Was er niet bij maar ik herinner me het verhaal wel, omdat er mooie dia's van bestaan. Die liggen ergens bij Laura of Tina.
Na Panama heb ik een brief meegegeven met de chef-steward, die ging naar huis, met pensioen. Is die brief al toegekomen? We hebben nu een nieuwe chef, 27 jaar, die moet nog lang varen eer hij met pensioen kan, daar varen we dus nog een tijdje mee door. Hij is van Vilvoorde. Het wordt hier een schip van Brusselaars.
We hebben al veel mooie dingen gezien, toffe reis.
De 1ste stuur is onverwachts naar huis gegaan -afgemonsterd heet dat m!- en de nieuwe komt pas vanavond toe. Rare historie. Te lang om uit te leggen, dus vertel ik dat later wel eens. Misschien heeft de nieuwe post bij.
Op TV is er iets over Cousteau. Allemaal ijsbergen en een interview met een eenzame, baardzame en zwijgzame koudezeevaarder.
Het is zondag, we liggen tegen de kaai en niemand moet werken. De collega en ik moeten enkel het hoogstnoodzakelijke doen. Deze namiddag ben ik vrij en dan ga ik naar de plaatselijke rommelmarkt. ** Het schijnt de moeite te zijn, folklore en zo. Seattle wordt uitgesproken als Siejeddel. Dan denken ze hier dat ge ook een Amerikaanse zijt. In de States krijg ik regelmatig een complimentje over mijn 'goed' Engels. En op school vonden de juffen van Engels dat ik een 'awful American accent' had.
Dat accent kwam door de zaterdagse serie-uitzendingen: Mannix, The Untouchables (Elliot Ness), The Men from Uncle (Napoleon Solo & Illya Kuryakin) Op zaterdag moesten we niet zo vroeg naar bed, en terloops leerde ik Engels zonder dat ik het wist. Mijn pa was de eerste die dat merkte, op een keer schoot ik in een lach met iets dat niet in de ondertitels stond. 'k Had de actie, de gesproken taal en de ondertitels geassimileerd. Helaas is het TV-accent gebleven, dat heeft me ooit punten gekost.
Maar het is niet altijd een voordeel dat ge het plaatselijk accent goed kunt nabrouwen. In Portland (Oregon, Westkust) raakten Mona en ik bijna niet meer de poort binnen. We waren gaan boodschapjes doen, de kleine rommel, tandpasta en zo, badkamerspul. Wij komen in short en met een boodschappentasje aangestesseld en geven de naam van het schip op aan de security man.
- Sorry, no women on board. - But sir, we are CREWMENBERS!
Die had nog nooit gehoord van ladycrewmembers, nooit, never. Stewards, yes, but stewardesses … dat bestaat niet. Dat moet nog uitgevonden worden. -de Scandinaven vaarden al járen met vrouwelijke bemanningsleden- Ikke kwaad. Ik vroeg hem of hij ons dan niet zien buiten gaan had, at one o'clock. Nee, hij had niks gezien. Well, well, zei ik dan zo, where were you at one o'clock? Toen werd hij ook kwaad. Hij wou niet geloven dat Mona een Spaanse was en ik een Belgische. Wij waren een Mexicaanse en een Amerikaanse die probeerden aan boord te geraken om daar het oudste beroep van de wereld te gaan uitoefenen. Nu mag hij dat wel denken, maar als ik zeg dat het niet zo is, moet hij dat geloven.
Helaas, ik kon het te goed uitleggen, dus was er niks waar van wat ik vertelde. Mona stond ondertussen aan mijn T-shirt te trekken en in het Frans te fezelen over shorepass. Zij had haar pasje gevonden onder alle boodschappen.
Ik had het mijne niet bij, dat wist ik al lang, maar ik had geen zin om daar te blijven staan wachten tot zij terug kwam van het schip met mijn pas. Enfin, haar pas was voldoende en ik mocht gelijk mee binnen. Oef. Hij was mij even beu als ik hem, denk ik. En dat zal me leren om zonder pass aan de wal te gaan.
1982-08-23 vervolgje
Die rommelmarkt was gesloten wegens zondag. Enkel ’s voormiddags open. Weeral pech. ** De nieuwe 1ste stuur is toegekomen en had geen post voor ons bij. Misschien volgende haven.
Laatste nieuws : Na Vancouver-Canada gaan we terug naar Portland (Oregon-USA) graan laden voor Alexandrië (Egypte). Maar 't zijn nog maar vage berichten. We zien wel. Wait & Sea. Hopelijk mogen we daar eens op excursie. Deze ouwe is nogal soepel met vrijaf en zo. De nieuwe chef steward ook. 'k Heb hier een grote bus wasverzachter gekocht. Geconcentreerd spul. Daar kan ik maanden mee voort. Toen ik het kocht heb ik er niet aan geroken. Onverdund ruikt het naar scheerzeep. Verdund ruikt het naar patchouli. Daar ben ik nog maanden gelukkig mee!
'k Ben verzot op patchouli, ik gebruik het nog af en toe. Nu zelfs iets vaker dan de voorbije jaren, omdat LM het niet meer ruikt. Ja, de 70’s zijn voorbij, dat weet ik, maar in mijn herinneringen … Maar waarom ik wasverzachter nodig had aan boord weet ik niet meer. Wasverzachter gaat toch in tegen het absorptievermogen van een stof! En bovendien, het water aan boord bevat geen kalk, het is gedistilleerd zeewater. Maar goed, ik was dus blij met die patchouligeur.
Mona is ne kilo hoor. Tijdens het afwassen stoot ze haar hoofd tegen het rek en een kwartierke later loopt ze met een sparadrap rond haar vinger. "Dat komt omdat bij mij alles aaneen hangt", zegt ze. 'k Zit hier zonnebloemzaadjes te knabbelen. Erg lekker. Ze verkopen dat hier per gewicht.
Plastic zakje onder de teut van de automaat houden, trekken, héél rap terug duwen of de zaadjes vliegen in het rond en aan de kassa wegen ze dan hoeveel teveel ge genomen hebt. 'k Heb hier nu genoeg noten van allerlei soort om vier volwassen mensen gedurende drie weken in leven te houden. Iemand van deck had gevraagd om 'een knabbeltje voor 's avonds' mee te brengen. Nu kan hij knabbelen tot Alexandrië, if we go there.
Na ongeveer 3 weken Amerikaanse TV, Amerikaanse radio en Amerikanen all over the ship, begin ik er weer danig in te komen. -’k werd het daar veel te goed gewoon- 't Wordt tijd dat we hier weg zijn. Love it or leave it en het wordt tijd om te leaven. Tot schrijfs.
Wanneer deze brief toekomt zijt gellie al weer thuis, denk ik. Hoe is de vakantie geweest? Goed maar kort, zegt. Heeft Tina mijn brief doorgestuurd? En is de telegram voor Toppié haar verjaardag toegekomen in Callas? Hier alles oké. Sinds de nieuwe ouwe hier is hier veel veranderd, maar het is toch nog een tof schip. Hout vasthouden.
Van uit Panama stuur ik een berichtje naar HDD en JP -toen Kredietbank Los Angeles- bezoek is bezoek zeg ik, en landgenoten zijn landgenoten, vooral in het buitenland.
’k Ben al een beetje tomaatrood, dat kleurt mooi bij mijn blauw badpak en de witte slippers. Precies de Panamese vlag.
De matrozen zien er niet zo bruin uit als anders. De mannen van deck zitten heelder dagen ónder het deck, in de ballasttanks (naast de luiken). Die moeten een grote beurt hebben. Er zijn 12 tanks. Daar blijven ze een hele reis zoet mee. Het is zeer ongezond werk. Het betaalt goed maar dat is ook alles.
Er is een zwembadje aan boord. Plezant hoor. ’t Is maar een kuipke, een groot plonsbad, maar goed, beter dat dan niks.
Het is hier grote mode aan boord om te praten zoals Urbanus. De marconist is de kaaa-ampioen, maar die is van Jette en heeft dus een voorsprong op de Antwerpenaars, Bruggelingen en andere provincialen.
De frigo doet het goed en wordt regelmatig bijgevuld en geleegd ook. Een welwillende heeft er een slotje op gezet zodat het deurtje niet kan openwaaien wanneer het schip rolt. We hebben vorige week nog een fikse storm gehad. In de maand juli aub! De oceaan zou zo kalm moeten zijn als een glas plat water. Allemaal thermische vervuiling, zeg ik. Ons klimaat is danig verstoord.
Welwelwel, in 1982. Dat is 37 jaar geleden. Vermits ik als leek het toen al merkte, dan moeten de wetenschappers en de gewetenschoppers het zéker al geweten hebben.
1982-07-09, geschreven bij Tina thuis, een kattebelletje
Hier was een zéér kort verlofje, mogelijk slechts voor 36 of 48 hrs. Wanneer een schip in Antwerpen kwam (toen nog de thuishaven) werd de bemanning voor die paar dagen vervangen door een ploeg van de wal, de shoregang.
Dag Ma, dag Pa, Vanavond moet ik weer aan boord zijn, mijn verlofke zit er op.
Tina rijdt me naar het schip. We varen vanavond nog, dus schrijf ik dit raprap efkes, want vóór we in Panama zijn kan ik niks posten.
Neig bedankt voor de was en de strijk, maar dat was niet zo nodig hoor.
Naar Buongiorno zal ik een kaartje sturen om hem te bedanken voor de fles. fles? In die cataloog van Time-Life heb ik twee boeken aangeduid, maar daar is niks dringends aan. Ik ben ook nog niet gaan kijken naar die boeken (geen tijd).
Tina & Co zijn opgelucht dat deze feesteling weer vertrekt.
Nog efkes dit : De madam van onze chef had naar de winkel in Brussel gebeld om te verwittigen dat het schip later in Antwerpen zou toekomen. Maar ze had onze pa niet aan de lijn gehad, zei ze. Ik vroeg haar of ze de boodschap doorgegeven had, of later had terug gebeld. "Ah … non." Die tut kan goed de chichi-madam uithangen aan boord maar aan de wal iets tegoei doen is er niet bij? Ik was razend kwaad op het mens, in stilte natuurlijk. Enfin, soit. Tot binnen drie maanden of misschien later.
Waarover bovenstaande alinea zou kunnen gaan, geen flauw benul. Maar ze staat er, dus zet ik ze mee op het blog hé.
1982-05-11, op weg naar Thunderbay, Canada (Grote Meren)
Dag allemaal,
Het is hier verschrikkelijk warm. Nu weet ik niet of ik het voor vertrek nog gezegd heb of nadien al geschreven. Ik had bij WB een frigo voor de cabine besteld. Heeft hij al iets laten horen? Liefst zo’n ultra smal model. Het moet tussen de kleerkast en de seat komen en voldoende plaats overlaten om naar de badkamer te kunnen. Hem zal ik ook nog een briefje schrijven. Hopelijk bereikt hem dat vroeg genoeg om iets klaar te hebben staan tegen dat het schip er is. Ziezo, genoeg over die frigo.
Er is weer een mooie film op TV, iets met square dansen en gevechten. ’k Schrijf deze brief tijdens de reclamebeelden.
Zaterdagavond zijn we naar de plaatselijke Seamen’s Mission geweest. We kregen daar cake en koffie van de dominee en zijn vrouw. Precies of wij waren uitgehongerde landlopers. Maar eerst zouden we bidden. Die dominee begon daar zo heel modern een gebedje te improviseren over gods beschermende hand boven ons hoofd tijdens hevige stormen wanneer wij bang zijn en zo. Die pee zou ons nog efkes nerveus maken ! Liever een paar bekwame officieren boven op de brug en beneden in ’t machien dan een beschermende hand die ergens boven ons hoofd zou moeten zweven. Die dominee had ons nog nooit horen vloeken tijdens stormweer.
Terwijl ik dit zit te typen herinner ik het mij. ’k Zit hier te lachen gelijk een zotteke. In mijn zeevarende jaren had ik een tamelijk uitgebreid gamma vloeken. Tot zelfs in het Spaans, en dat waren nu juist niet de mooiste of de properste. Maar als dame vervloekt men het stormweer men binnensmonds natuurlijk. Die Spaanse vloeken had ik van de Spaanse matrozen. Er waren termen bij die zelfs de Chileense matrozen niet kenden. En ikke wel. Nànanàà ♫ !
Môja, we kregen cake en dat bidden hoorde erbij. Onze revanche kwam direct daarna. De dochter van de dominee was ook present. Het gesprek ging over Argentinië. Miemamzel veronderstelde dat dat land in Afrika lag. Algemeen gegrinnik en gekijk. Zeelieden zijn niet zo tactvol op den vreemde. Zij weet misschien alles over god, maar over zijn schepping weten wíj meer. Als er één land in het nieuws geweest is de laatste weken, dan zal het toch wel Argentinië zijn met de Falklands. En dan durft zij zoiets zeggen, luidop. Zodoende dierven wij lachen, ook luidop.
Ondertussen zijn we twee dagen verder en zijn we aan de grote kuis begonnen want het schip – de bewoning - is weer verschrikkelijk onderkomen. Ziezo, dat is het voor vandaag.
Met dit schip heb ik voor de eerste keer de Grote Meren gedaan, de meren die aan Atlantische zijde de grens vormen tussen Canada en de USA. On-ver-ge-te-lijk. De Saint Laurent op en dan helemaal tot Duluth, Minnesota op Lake Superior en terug.
Dag allemaal,
We zijn tegen de kaai aan het gaan. Ze zijn de trossen aan het vastleggen. Heel spectaculair allemaal. Hoe lang we hier blijven weten we niet. Daarna gaan we naar Chicago, Illinois. En nadien zouden we terugkeren naar Europa? Dat zou zo ongeveer een maand duren, zeggen ze. Maar waar in Europa weet geen kat natuurlijk, dat gaat van Bremen tot Pireaus. Misschien Antwerpen, 1 kans op zoveel, dan worden we efkes afgelost -shoregang, tijdelijke aflossing in de thuishaven- en krijgen we een paar dagen verlof. Ik zou graag hebben dat het schip deze lijn bleef doen, dan zijn we regelmatig eens thuis. -dat was wensdenken, het was wilde vaart, geen lijnvaart
Voor de mannen van deck is het hier verschrikkelijk vermoeiend. Ze moeten hier werken op de meest onmogelijke uren en slapen overdag dat gaat nogal moeilijk want de wakkeren zijn dan aan het lawaai maken en dan worden de slapenden wakker en 's nachts omgekeerd.
Deze 3de stuur kent DVE, een 2de kok/bakker bij Ahlers. De 3de stuur heeft onlangs met DVE gevaren, op de Pomona of op de Pontos, ik weet het niet meer. -dat waren fruitschepen, zeer snel, tot 21 knopen Het schijnt dat hij een hele goeie bakker is en nog nen toffen typ op de koop toe. Dat geloofde ik direct natuurlijk, gezien de bloedverwantschap en zo, en toen vroeg ik aan de 3de of DVE ook zo'n mooie jongen was. De 3de dacht dat ik met dat 'ook' hém bedoelde en hij werd een beetje rozig rood. Ik heb hem dan gezegd dat het een familietrek was, mooi zijn, en toén pas verdacht hij mij van pretentie. De 3de stuur is een heel brave jongen, maar ook heel traag.
Rie had een rok met blauwe bloemen op en nu heb ik hem. Hij was wat te smal geworden voor haar. Op het einde van het contract vliegt hij overboord, zei ze. Ikke roepen van Owee en Onee, en ik wil die wel. Goed, ik krijg die, sito presto. Ik heb hem een half uur aan en ik heb er al vijf gaten in gebrand met mijn sigaret. Rie draagt hem vijf jaar, nooit niks gebeurd. Bibi draagt hem 30 minuten en 't spel is naar de bom. En lachen dat we gedaan hebben. Haar man -matroos- vroeg of we een pint teveel ophadden, want eigenlijk viel er niks te lachen, maar wij lachen tóch en daar kunnen andere mensen soms niet mee om. Ze zijn te moe, denk ik.
1982-05-07, Chicago, Illinois
De 1ste stuur monster af en wordt vervangen. Als ik mij haast kan ik hem deze brief nog meegeven. Morgen is het moederkesdag. Een gelukkige moederkesdag aan alle moeders die kinderen en zo hebben. 'k Heb al een kaart verstuurd, een paar dagen geleden, maar ik weet niet of die ondertussen toegekomen is. Mogelijk nog niet, want het is nogal een groot stuk karton.
We blijven hier maar een paar dagen. De reis gaat helemaal tot Duluth, helemaal tot het uiterste punt van Lake Superior. Dan hebben we alle meren gehad. Van daaruit moeten we in één trek terug naar den Atlantic. Dat zal een vermoeiende periode worden voor de mensen. Voor ons niet zo erg, want wij hebben nog zeer regelmatige uren in vergelijking met de anderen.
We zijn de Federal Schelde -andere rederij, Ubem-voorbij gevaren. Ze lagen tegen de kaai. We kwamen er zo dicht langs dat we naar mekaar konden roepen. Tof hoor. Ze gaan naar Thunderbay en Montréal, de gelukzakken, en daarna weten ze het niet.
We liggen hier nogal ver dan de stad. We zijn er langs gevaren. Allemaal heel spectaculair, geïndustrialiseerd en vúíl! Van op het water kunt ge een strook vuile lucht boven de stad zien hangen. Hier zal hier wel een plaatselijk centrummeke zijn. Morgen ga ik een voetje aan de wal zetten, voor postkaartjes en T-shirts en zo.
1982-05-08, 13h30
We komen zojuist terug van de Seamen’s Mission. Die is dicht. En verder is er niks, niks, niks. Da's weinig hé. Wéér geen zichtkaartjes. Gisteren hebben we uw vier kaartjes ontvangen. De nieuwe 1ste stuur had post bij.
Laatste nieuws: wij gaan ook naar Thunderbay en misschien Montréal. -allebei aan de Canadese zijde van de meren Daarna Amsterdam of Rotterdam, dat staat vast, daar gaan we lossen.
De marconist is van Jette en hij kent de winkel in Brussel. Hij heeft daar eens een plaat van Pink Floyd gekocht, zegt hij. Ik schrok nogal hoor. Sinds wanneer verkoopt gellie Engelse djoem-djoem? En op paasmaandag is hij voorbij mijn buurtcafeetje gereden maar die hutseklutser is niet binnengegaan. 'k Ben hem dat aan het afleren, zomaar 'ons' cafeetje voorbij rijden zonder goeiedag te komen zeggen.
Die kilo Sugus bollekes is bijna op. Ik schud juist de zak uit en er vielen er nog zes op tafel. Eerlijk verdelen zei Rie en ze grabbelde er vier mee. 'k Heb gezegd dat ik dat eens rap thuis zou gaan vertellen!
De planten doen het goed. De Oostindische kers heeft geschoten sinds 24/04 (geplant de 14de) maar de reukerwten doen nog niks. 'k Heb ze zoals Toppié al een paar keer uit de grond gehaald om te zien of er nog niks kiemde. Niks. -of dit echt waar was, weet ik niet, mogelijk larie De Oostindische kers staat nu al 15 cm hoog of meer. In Detroit heb ik nog andere zaadjes gekocht en potaarde en de hele mikmak in een bak gedaan. Nu zit ik hier te wachten op teken van leven.
Het is hier mooi weer, zonnig en warm. Ziezo, dat is het. Sebiet gaat de stuurman van boord dus moet ik nu stoppen want hij neemt de brief mee.
Met dit schip heb ik voor de eerste keer de Grote Meren gedaan, de meren die aan Atlantische zijde de grens vormen tussen Canada en de USA. On-ver-ge-te-lijk. De Saint Laurent op en dan helemaal tot Duluth, Minnesota op Lake Superior en terug.
Dag Pa & Moe en alle andere familiegenoten,
'k Schrijf nog eens per pen ipv per machien. Het eten is hier goéd. Dat werd hoogtijd dat we nog eens een schip kregen waar de friko menselijk is. Ik eet me hier te pletter, maar ik werk het er direct weer af. Er is verschrikkelijk veel werk en tegen etenstijd heb ik meestal honger gelijk een paard. (of een ander groot beest, een muppet of zo)
Alles valt hier mee, de cabine, de collega, het eten, de rest van de bemanning. Het valt hier soms zo goed mee dat ik er bang van word. Dat kan niet blijven duren. Rie en ik lachen hier per dag ± 2x 15 minuten. Eerst krijgt zij de slappe lach, dan wordt ze knalrood. Dan springen de tranen uit haar ogen en tenslotte loopt ze weg omdat ze pipi moet gaan doen. Terwijl ze dan efkes weg is heb ik de tijd om op adem te komen en om mijn schmink weer in orde te brengen met een schoteldoek of zo. Want meestal krijgt miemammezel dat midden de service en dan heb ik niet veel anders bij de hand dan een schoteldoek, een servet of een keukenhanddoek. Gelukkig is er een spiegel vlak bij de deur van de pantry.
’k Krijg weeral kramp in mijn pollen. Per machien schrijf toch gemakkelijker hoor. En leesbaarder.
Vannacht zijn we door een storm gevaren. Rond 02h was heel het schip wakker. Er was nogal was schade in de cabines. Behalve bij een paar ervaren zeemannen, die hadden alles al zeevast staan sinds Antwerpen. -die kennen dat natuurlijk, het noorden in de lente Iedereen (of toch bijna) heeft hier planten in de cabine. De potaarde lag met emmerkes tegen de vloer. Daarin waren dan flesjes drank gevallen en gebroken, het geheel bestrooid met de inhoud van één of meerdere asbakken. Kortom, we hadden vandaag onze portie lichaamsbeweging, qua poetswerk.
In de pantry was er gelukkig geen schade, maar in de pantry van de matrozen was het een echte ravage. Daar lag op de vloer een mengsel van koffie, losse thee, suiker, boter en gecondenseerde melk. Een heel appetijtelijk papje. De deckboy had zogezegd alles 'vast' gezet. ’t Was er aan te zien.
Beneden in de voorraad was een emmer vuil zeepsop blijven staan (sinds Amsterdam!) Die is omgekiept over de bloem => bloem + vies zeepsop = vies papje. Bibi eet hier geen brood meer hoor. Nu ga ik slapen.
Dag duurbre ouders, Het is hier 32°C sinds 23 nov, airconditioning kapot. De oversteek is erg geweest en hier is het ook erg. Ik heb al een week een warmteslag (of –steek) -hitteslag, heat-exposure Niet van de zon hoor, ik zie geen zon. het komt uitsluitend door de warmte. In de eerstvolgende haven ga ik naar de dokter, complete check-up. -dat bleek dan niet meer nodig
We hebben 2 kaartjes ontvangen en 1 brief. De enveloppen 1,6 en 7. En ook een brief van Toppie over haar 92/100. -schoolrapport
We zijn bij Pitcairn efkes gestopt. We konden daar niet aan land, maar de mensen kwamen met sloepen naar het schip en klommen via de loodsladder aan boord. Ze hadden mooie dingen te koop. Veel houtsnijwerk. Van alles. En onbespoten fruit en boekjes over hunne nationale geschiedenis. -héél interessant, ik heb ze nog altijd-
We zijn einde december of begin januari terug thuis. Ik heb de verzekeraar al verwittigd dat hij dan de paperassen van de auto in orde brengt.
Binnen een paar uren zijn we in Panama en daarna zou het theoretisch koeler moeten worden. Een paar dagen later New Orleans, vriesweer. Ik begin te snappen waarom zeelieden zulke verweerde gezichten hebben en er ouder uitzien dan ze zijn. plotse klimaatwissels en ook de wind aan deck
Ik heb een nat doekje op mijn hoofd en in mijn nek gelegd. Dat begint te stomen en ruikt zo’n beetje naar verbrandde strijk, vind ik.
Zo, nu ga ik nog maar eens douchen. Groetjes aan iedereen.
Het is vandaag voor de 2de keer vrijdag de 13de. Ze hadden geen betere datum kunnen kiezen om over de dateline te gaan. Ik had voorgesteld om die twee dagen in mijn bed te blijven liggen, zodat ik zeker geen malheuren of stommiteiten zou doen, maar mijn voorstel werd niet geapprecieerd. Elke keer als ik met iets verstandigs voor de pinnen kom, nemen ze het niet au sérieux. Erg hé.
We stoppen aan Pitcairn en daar post ik dan deze brief. Hij zal pas binnen een maand of vier toekomen hoor. Maar ’t is de postzegel die telt hé. Het is uiteindelijk toch Panama geworden.
We hebben van ons ma 2 brieven gekregen: 24 sept en 30 sept en een postkaart van 15 okt. Op die laatste enveloppe stond nr5. Dus moeten er nog brieven onderweg zijn. Die reizen ons achterna tot in Antwerpen.
Wat schrijfde gij moeder? Dat ik 'geheimzinnig' schrijf? Kweevanniks ikke. Ik heb hier een brief gevonden van begin oktober – en ik dacht dat dat allemaal allang gepost was. Amai-amai-amai! 'Orde leidt tot God' stond er in een kader die ik op mijn hoofd gekregen heb, ooit in Dilbeek op school. Sindsdien gaat het vele beter, soms.
Allez saluukes, ik ga de enveloppe schrijven, anders geraakt dit evenmin gepost.