Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
15-11-2012
Dit is Europa..
Deze halen het natuurlijk niet bij de Alexandria. Daarvoor kun je beter in
de haven van Nice of St Tropez gaan kijken.Deze foto is bij Port Grimaud gemaakt
toen we in 2010 bij Dick en Anda op bezoek waren.
Ik kreeg vandaag een
doorstuurmail, je weet wel zon via via mail. Soms is het leuk en soms minder.
Deze is zo ongelooflijk dat ik het bijna niet kan geloven. In elk geval hoop ik
dat het niet waar is en anders dat er snel iets aan gedaan wordt daar in
Griekenland.
STUUR HET ROND. DIT IS EUROPA !!!!!!!!!!!!!!!!!! Ter
overdenking nou ja , snel vergeten is zinvoller ... De Griekse reders hebben
de grootste handelsvloot ter wereld in handen: samen ruim 4100 schepen, goed
voor 16 procent van de wereldhandelsvloot. Dat is meer dan de Japanners of de
Chinezen. De Griekse rederijen verdienen meer dan de hele toeristische
sector. In 2010 - 2011 is (nog) niet bekend - zagen de grote reders hun
inkomsten stijgen tot 15,4 miljard euro. (Het toerisme genereerde - toen nog - 9
miljard euro inkomsten) Toch vloeit van die rederij-miljarden haast geen cent
naar de staat. De reders genieten sinds jaar en dag, via een netwerk van fiscale
maatregelen, feitelijk een belastingvrijstelling. De fiscus kijkt hun rekeningen
niet in. Elke Griekse miljonairsfamilie met aandelen in een rederij of in een
maritiem consortium samen zon duizend families is op die manier
vrijgesteld. Een goed geolied fiscaal paradijs. De reders bewaren hun geld in
Zwitserland of in Cyprus, in Liechtenstein of in Londen. De allerrijkste is
Spiros Latsis, de zoon van de oude scheepsmagnaat John Latsis. De familie Latsis
is ook actief in de scheepsbouw en de bankwereld. Zoon Spiros is bovendien de
grootste aandeelhouder van Hellenic Petroleum. Op de lijst van de
multimiljardairs in de wereld staat hij op nummer 68. Hij studeerde aan de
London School of Economics, samen met ene José Manuel Barroso. In juni 2004
wordt Barroso voorzitter van de Europese Commissie. Twee maanden later, in
augustus, is hij uitgenodigd voor een weekje vakantie op een pronkerig
plezierjacht van de familie Latsis. Latsis heeft net Privat Sea opgestart, een
exclusieve jachtclub die haar leden een buitengewone ervaring aan boord van s
werelds spectaculairste jachten belooft. Inclusief de Alexandria, die met haar
lengte van 400 voet het op drie na grootste jacht ter wereld is. Daar waar
Aegaeus zich in zee stortte, trekken Barroso en Spiros Latsis samen de zwembroek
aan op het dek van misschien wel het meest luxueuze jacht op aarde. Een maand
later keurt de Europese Commissie 10,3 miljoen euro subsidie van de Griekse
staat aan de scheepswerven van de familie Latsis goed.Toeval? Of ons kent
ons, wie doet ons wat"
Niet de wachtkamer, maar de spreekkamer van de oude dokter Lulofs in
Vorden.
In Eibergen woonde ook Jan. Als een soort van in memoriam werd er
door Joop Brens een hoofdstukje aan gewijd:
In memoriam. Jan, ie hebt de
leu in Eiberge vaker meer plezier edaone dan daj zelf ooit edach hebt. Ie konnen
t gewoon neet naolaoten um de leu te laoten lachen en zo laef ie in de
herinneringe vedan. Ie hebt van dee leu dee bie t eerste woord al een
weerwoord hebt in de vorm van een möpken en zo ene was Jan. Meespats zat
iederene in de wachtkamer van de dokter aover zien eigen kwaoltjes te
prakkezeern en dr was gien mense dee der wat zee, maor as Jan in de wachtkamer
zat was t anders. Dan giern de leu t mangs uut en ze kwammen lange niet zo
schuchter de sprekkamer van de dokter in as anders en dan dach de dokter bie
zichzelf:Zo-ene mos ie können huren veur de wachtkamer!
Jan was op een
mooien zunnigen veurjaorsdag in zien tuin an t werk en hee was druk met t
maken van een bedde um de boonn te pottn. Daorbie spoei e af en toe flink van
de proeme. Aj een half dozien blagen heb moj ok zörgen dat de vrouwe dr wat
veur te etten hef, dach e bie zich zelf, onderwiel e opkek um de umvang van zien
tuin nog es te aoverzien. Daorbie zag e dat zien vrouw t op 't tuinpad naor de
weg opan leep. Ze zag dr uut of ze wel naor een deftigen visite ging. Nee zon
jörk droog ze meestal deur de wekke neet. Daor stok wat achter, dach
Jan. Gerritjen, zeg-ge. Waor zal t hen? Och, zeg Gerritjen, dee
zich in-ens wat betrapt veulen. ik motte effen naor t derp 'Naor t
derp?... Wat moj daor dan? 'Nao jao, zeg Gerritjen wat terugholdend, ik
wille effen naor dn dokter, aj t persee wetten wilt. Naor de
dokter?'...vrög Jan veraltereerd,maor wat hej dan? Jan, zeg Gerritjen,
dat kan k oe neet zeggen. Ist dan zo slim?, vrög Jan bezörgd, maor hee
kwam dr neet wieter met, want Gerritjen zae: Eers wik naor de dokter en ak
trugge komme zakt oe misschien wel vertelln. Daormet was de kouse of. Jan
hadde t naokieken en toen ging e maor weer an t wark, met de gedachte van t
bunt misschien van dee vrouwleu kwaoltjes, dee hebt niks um t lief, maor zee
bunt weer een keer bie de dokter ewes en dan hebt ze weer wat te praoten op de
visite en hee begon met t potten van de bonen. t Wark vlotten toch neet zo
good meer. Af en too mos e dr toch weer an denken. Gerritjen zag dr toch af en
too wat afgetrokken uut, vond-te noe. Klagen hadde ze nooit edaone en dan noe
inens dat stiekeme gedoo. Helemaole gerust was e dr neet op Endelijk kwam
Gerritjen weer t pad op. Jan kwam eur al tegen, En wat zae de
dokter? Tja, zeg Gerritjen hee wet t nog neet, hee wil t naokieken,
want dat hadde nooit eerder metemaakt. Aover twee dage mok terugge
kommen. Jan kreeg dr rimpels van in zien veurheuf, maor wat schaelt oe
dan? Dat wette nog neet, zeg Gerritjen. Maor wat heb ie dan, wat veul
ie dan?, vrög Jan noe ongedurig. Jao wat mok oe zeggen, begon Gerritjen
dee wal anveuln dat ze dr neet langer onderuut kon. Ik hebbe onder de linker
boste zonne gelle vlekke en den wil maor neet weggaon. Zeer dut t neet, dat
kank neet zeggn, maor good is t toch ok neet. Onder de boste een gelle
vlekke, herhaeln Jan bie zich zelf en al naodenkend begon e op zien doem te
bieten. In-ens zegge:Maor Gerritjen, had mien dat toch eerder e-zeg, dan
haj oe ja neet ongerust hoven te maken. Wet ie dan wat t is?, vrög
Gerritjen met van dee grote vraogende ogen. Och deerne toch, zeg Jan
helemaols op e-lucht, ak s aovends naor bedde gao, dan slaop ie altied al en
dan leg ik daor de proeme op, dan blif e lekker sappig.
De Achterhoekse knipmuts van opoe Eggink is bij Erna in goede handen. Het
heeft een ereplaatsje in haar vitrinekast.
In een boekje over Deugden en
ondeugden oet den Achterhook van Joop Brens is nog van alles te vinden, zelfs
gewoonten van vroeger waar ik nog nooit van gehoord had, maar het gaat dan ook
over de omgeving van Eibergen. Om de betekenis te snappen van de uitdrukking:
Hej de schadden al dreuge?, kun je het volgende stukje lezen. Deze Joop Brens
had het trouwens van zijn schoonvader G.H. Iliohan die land, volk en
geschiedenis van de Achterhoek een warm hart toe droeg.
Om geen direct
blauwtje te kunnen lopen bij een meisje werd er door de jongeman een schadde
(een plagge) uit het veen gestoken en die werd bij het huis van het voorwerp van
zijn liefde neegelegd en stelde zich dan verdekt op. Kwam het meisje dan naar
buiten om de schadde mee naar binnen te nemen, dan zat het goed en kon hij
tijdens de kermis met haar uit. Dat was in vroeger tijd het enige vertier. Liet
ze de schadde echter liggen en gooide ze er een emmer water over dan wist hij
dat het niks werd. In het eerste geval had hij de schaddn dreuge. s Avonds
na de kermis werd voor de ouders van het meisje een kandijkoek meegebracht.
Maar was deze jongeman nu echt meegevallen, was het de ware Jacob en geen
dooie diender? Dat zou hij gauw merken. Voor het afscheid werden er nl
pannenkoeken met spek gebakken. Wanneer de stukjes spek een insnijding hadden
waardoor ze tijdens het bakken vaneen weken, wist hij dat hij niet meer terug
hoefde te komen. Waren de plakjes spek gaaf, dan werd hij de volgende zondag
verwacht. Een taal zonder woorden. De echte ouderwetse Achterhoeker heeft dan
ook geen psychiater nodig, want zijn stelregel is: Mien gedachten bunt mien
kammerö. ( Mijn gedachten zijn mn vrienden) Een goede vriend is als een
psychiater, je kunt er alles mee bepraten.
Vrijdag kwam Agnes al enthousiast binnen. Mijn vriendin Marije is maandag
jarig en ik wil iets persoonlijks voor haar maken. Agnes houdt van knutselen en
schilderen, dus dat komt goed uit. We zochten naar een schoenendoos. Die wilde
ze wel versieren met allemaal dingen voor Marije. Die houdt van waterpolo èn van
heel veel dieren. De schoenendoos werd hierop van mooie kleurtjes voorzien. Ik
had nog een stapel Landlevens. Daaruit konden we putten. En natuurlijk werd de
bovenkant van de deksel van de naam Marije en een waterpolo actie voorzien. Heel
tevreden zette ze zich vanmiddag voor een film. Het is vandaag 11 november,
Sint Maarten dus. Terwijl we in de Rietlanden de snoep en mandarijnen niet
konden aanslepen, komt er hier weinig. Ook collectes missen we, zo ver van de
bewoonde wereld schijnt het hier te zijn. Vanmorgen legde Janneke de Valk
nog uit dat Maarten eigenlijk een 15 jarige Romeinse soldaat was die na een
lange tocht zijn mantel met zijn zwaard doormidden sneed om zo een arme naakte
bedelaar van enige kleding te voorzien. Hij zou daarna een droom of een visioen
gehad hebben dat die naakte bedelaar en Jezus dezelfde geweest zijn. Dit zou te
maken hebben met de bekende zin uit de bijbel: Wie voor één van de minsten iets
gedaan heeft, heeft het voor mij gedaan. Hij werd christen en bracht het later
tot bisschop. De meeste kinderen die langs de deuren gaan met hun suikerbiet
of lampionnetje komen niet verder dan: Sint Maarten, sint Maarten De
koeien hebben staarten, De meisjes hebben rokjes an Daar komt Sint
Martinus an. De kinderen die de Vrije School bezochten hadden meer
fantasie en hadden altijd een originele lampion en een nieuw liedje. Maar dan
de liedjes uit Hattem indertijd zoals: Sunte Marten keugeltien Met zien
rood rood reugeltien Met zien rood rood rokkien an, Daor kump sunte Marten
an Sunte Marten hef t zo kold Geef em toch wat vuur of holt Dan kan
hij zich warmen Met zien blote armen (ze zongen vaak: blanke darmen) Hier
woont toch zon rieke man Die zoveule geven kan Veule zal hij
geven Lange zal hij leven Honderd jaor en iene dag Dan wodt hij naor t
kerkhof ebrach En dan was het uit of ik weet het niet
meer Lampionnen zag je vroeger nog niet maar het was een uitgeholde suiker-
of voederbiet, waar een gezicht in uitgesneden was, waarin een kaarsje
brandde. Piet schijnt vroeger met de foekepot gelopen te hebben. Een
varkensblaas, strak gespannen met een stok erin waarmee je dan de
foekefoekegeluiden kon maken.
En het is ook nog geen Adonis, merkt Niesje op. We staan even bij een
tankstation voor we de reis beginnen naar huis en zien een man met een afgezakte
broek naar zijn auto lopen waar hij zich net achter het stuur wil zetten. Eén
zucht en de broek zakt hem tussen de knieën, had ik net opgemerkt. De broek
houdt het net en de bilspleet blijft bedekt. Een uurtje later maken we
opnieuw een stop. Ditmaal bij AbdijKirche und Benedictiner Kloster bij Maria
Laach. Hier heb ik wat memories liggen. Het was mijn eerste kennismaking met het
buitenland tijdens een excursieweek van het Baudartius. En dat maakt indruk.
Hierna zouden we Trier bezoeken en Luxemburg en ook daarvan blijven de Porta
Nigra en Burg Hollenfels vast in mijn geheugen geprent. Het werd nu een
ontspannen stop zonder de meute die er zomers te vinden is. Het is een mooie en
goed onderhouden kerk, waar we een kaarsje branden ter gedachtenis aan onze
ouders. Natuurlijk is dit een R.K Kerk en Niesje krijgt de herinneringen aan
haar deels r.k familie waar ze ook met de knieën op de kokosmatten meedeed aan
het avondgebed bij haar tante Marie waarvan ze zich nog herinnert: Heilige
Blazius, genees ons van keel- en andere kwalen.' Dan gaan we natuurlijk de
shop in waar nu eens echt mooie kunst verkocht wordt, maar de prijzen zijn er
ook naar en we herinneren elkaar regelmatig aan de opmerking van Ben uut
Luttenberg:Hej dr gebrek an? Er staat wel een prachtige bijbel met
illustraties van Chagall.
Er is van alles te zien in de goed onderhouden tuin bij de abdijkerk in
Maria Laach. Deze gebeeldhouwde plaquette tussen de klimop sprak me
aan...
Bij de ingang van de weg naar de kerk en het klooster stond een
beschermengel. Hier wilden we allemaal wel even bij op een foto.
Toen Gerhard ons per mail veel plezier wenste
in het ook voor hem zo vertrouwde Rijndal stuurde hij de link mee van de
Loreley. Door een klik op http://www.loreley-info.com/nie/loreley-lorelei/loreley-heine-mp3.php krijg je de pagina en als je op 'download'
klikt komt ook het originele lied van Heinrich Heine uit je luidspreker. Tot
m'n eigen verbazing kende ik het zelfs nog helemaal uit m'n hoofd- goed werk van
onze Duitse lerares waarvan ik alleen haar bijnaam nog ken: Kunkeltje- op z'n
Duits uitspreken...
Het is onze laatste dag hier en die gaan we aan deze kant van de Rijn
doorbrengen. We hadden het niet gedacht, maar ook deze kant is bar mooi. Er is
ons regen en triestig weer voorpeld en inderdaad zien we geen zon vandaag maar
het is droog en vrij helder. We gaan via prachtige landweggetjes naar de plek
waar de echte Loreley moet hebben gezeten om haar goldenes Haar mit eine goldene
Kamme te kammen en zijn opnieuw verrast door het prachtige uitzicht vanaf deze
rots, Natuurlijk moeten de broers de manoeuvres van de boten nog eens bewonderen
die in deze bocht goed te zien zijn. De borden met seinen die automatisch
verschijnen geven de komst van de tegemoetkomende boten aan. We gaan het hotel
hier maar eens in voor een soepje en daarna nog het infocentrum van de Loreley
die veel informatie geeft over deze streek wat we in een film in 3D zelfs kunnen
zien. We rijden nog verder naar Nahstätten maar dat voegt niet veel toe en we
zitten nu na een mooie dag aan een aperatiefje. Niesje weet al wat ze straks
gaat bestellen: een Scnitzel mit gebackenen Zwiebeln. De mannen nemen de
Küferschnitzel en ik moet nog even denken het zal de Jägerschnitzel wel worden.
Loopt het water jullie al in de mond? Morgen zijn we er weer! Tot dan ..
Ons arrangement hier was niet duur maar we spenderen nogal wat aan de
overtochten met de veerboot. Toen we hier naartoe reden dacht ik nog dat Kestert
aan de linkerkant van de Rijn lag maar toen ik de kaart eens goed bekeek bleek
het juist aan de andere kant. Wanneer we dus naar onze favoriete plekjes willen
moeten we de pont nemen of omrijden via Koblenz of zoals gisteren via Mainz.
Vandaag werd het dus gewoon de pont en we laten Ben en Niesje alle mooie plekjes
zien die we kennen. Via Utzenhain naar Emmelshausen en daar vieren we vast het
42 jarig standhouden van Ben en Niesje met cappuccino en gebak. Dan is Badenhard
aan de beurt en terwijl we ons rondje langs het huisje maken zien we een oudere
dame aankomen. Wim zet de auto netjes aan de kant en ziet dan dat het Frau Steeg
is. Ze is stomverbaasd. Ich habgerade an euch gedacht, zegt ze. Er zijn een
paar huizen hier aan de Ferienstrecke verkocht aan Nederlanders en ze bedacht
ineens dat ze ons dit jaar nog niet gezien had. En ziet ineens Wim uitstappen.
Ze stapt bij ons in en even later legt Gerhard Steeg zijn gereedschap neer in de
varkensstal om mee naar binnen te gaan om ons weerzien te feiern. We brengen een
aangenaam uurtje door met koffie èn wijn en zijn weer helemaal op de hoogte van
het wel en wee van de familie waar we nu precies 40 jaar regelmatig contact mee
hebben. We hebben het natuurlijk nog over de tijd dat de jongens bij hen over de
vloer kwamen in de stal en dat Mark zelfs bij ze had Kaffee getrunken. Ooit
hadden we uit de grap nog geopperd dat we er wel eentje konden omruilen. Zij
hadden vier dochters en wij drie zonen. Ach nu zijn ze 81 en 78 jaar en zien er
nog fit uit. Arbeiten macht jung, zegt Gerhard. Maar hij had ook liever gehad
dat hij een flinke schoonzoon in zn bedrijf had gekregen.
Aan de koffie... en een glaasje wijn bij de fam. Steeg in Badenhard
En dan volgt het slotstuk waarmee je altijd eer in legt bij gasten. De weg
bovenlangs vanaf Oberwesel naar Urbar. Vandaar slaan we af richting de
Lorelyblick bij Mariaruh. De zon blijft ons verrassen en we hebben een geweldig
uitzicht op de Rijn. De kleuren zijn nog steeds zoals je in de herfst mag
verwachten, Ben en Wim verdiepen zich in de vaarroutes van de rijnaken die
voorbij varen door dit nauwe stuk van de Rijn. Het is niet voor niets dat hier
lange tijd een loods aan boord kwam om de schepen langs dit gevaarlijke stuk te
loodsen. Die twee zijn het weer helemaal eens met elkaar. Nies en ik bekijken
het stel vanaf een afstandje. Het lijkt net een toneeltje voor twee oudere
heren: Ze hebben beide een verrekijker in de hand. En wij zien het alsof ze
zeggen: Hier heb ie de mienten en geef mie dn oewnten. Blijkt achteraf
anders. We vermaken ons in elk geval. Natuurlijk dalen we vanaf deze hoge
Hunsrück bij Biebernheim af naar St Goar, 17% helling. Hoef je met een caravan
niet te doen. We horen steeds de avonturen die Ariën uithaalt bij alle smalle
weggetjes in deze wijngebieden. Wim waagt zich niet aan de weggetjes van de
wijnboeren.Is trouwens verboden.
Gezicht op Oberwesel
Wim en Ben, de oudste en de jongste van de 4 broers van der Kolk, kunnen het goed samen vinden.
Nou pa, dat was onze stamkroeg, sms-te Catharina al naar Ben. Blijkt dat ze met Ariën al eens in Prath geweest is en vandaar de Wanderweg naar Kerstert namen naar Hotel Krone. Wij zitten hier gebeiteld, mooie kamers en lekker eten. Telkens als er een vogelgefluit te horen is heeft Ben weer een sms-je binnen. Ja dat heeft Paul Sietse zo ingesteld. Op dit moment werkt het internet hier niet. Ein Gast hatte gesorgt für eine Wurm und Telecom hat uns dann heraus geschmissen. Maakt niks uit, gewoon even afkicken. Vandaag hebben we de omgeving hier maar eens bekeken. Deze kant van de Rijn boeide ons nooit zo en we nemen de weg naar Rüdesheim. Daar moet je toch eens geweest zijn als je de Rijn bezoekt. Het is er niet bijzonder en het regent eerst nog wat, maar zo gauw we bij Mainz naar de andere kant van de Rijn vertrokken zijn begint het zonnetje haar best te doen. Natuurlijk gaan we hier de B9 op langs de Rijn en stoppen in het originele Bacharach. In deze niet op toeristen ingestelde tijd van het jaar is er geen toiletgebouw open en we zoeken een gezellige Bäckerei op voor Cappuccino met wat lekkers.
Vlak voor Hotel Krone in Kestert
Bacharach
Niesje en ik vergapen ons aan de etalage met Schildpadpoppen die we zelf vroeger ook gehad hebben. Maar waar ze gebleven zijn weten we ook geen van beide meer. Ze kosten nu 125 euro, niet te geloven...
Driekwart van ons huis heeft een soort voorjaarsschoonmaak achter de rug. Ik doe daar eigenlijk niet aan, maar wanneer je de helft van je huis uit moet pakken omdat de vloer geschuurd en in de olie moet, dan staat de andere helft vol, snap je? Dus alle planken met boeken zijn uitgedund en schoon. Onze Turkse parketteur heeft goed werk verricht en was bovendien een bijzonder vriendelijke man. We kregen een kijkje in zijn leven en het was niet gemakkelijk om op je 24e naar Nederland te komen, te trouwen en in een totaal andere cultuur terecht te komen. Hij was dan ook van plan om samen met zijn gezin terug te gaan, maar zijn vrouw die op haar 2e al naar Nederland was gekomen wilde dat niet. Toen hijzelf na jaren weer eens in Turkije kwam bleek dat zijn verwachtingen van zijn geboorteland behoorlijk bijgesteld moesten worden. Hoewel zijn ouders niet streng moslim waren had hij geleerd om zijn ogen neer te slaan wanneer er een ouder echtpaar naderde. Dat was, zo vertelde hij, om de man niet in verlegenheid te brengen doordat je zijn vrouw zou aankijken. Maar toen hij eens terug was in Turkije en in de rij bij de supermarkt stond, bleek een oude man bij de kassa moeite te hebben om met zijn pasje te betalen. Het lukte niet en met het tweede pasje ook niet. Toen was een jongere man, die ook in die rij stond te wachten, vreselijk beginnen te schelden op de arme oudere man. Hij was ontzet en bonjourde de jonge man op een hardhandige manier naar buiten. Toen hij terug kwam bij de kassa, bedankte de kassière hem, maar zei ook dat dit veel vaker gebeurde. Er was geen beginnen aan. Hierdoor veranderde zijn visie op het Turkije dat hij nog voor ogen had. Nee hij wil niet meer terug. Twee van zijn dochters studeren hier voor arts. De derde wil studeren voor hersenchirurg en zijn zoon kon niet zo geweldig leren en wordt bakker. Hijzelf heeft in het begin alles aangepakt en toen hij weer eens werkloos was is hij voor niks gaan werken bij een klein bedrijf. Die nam hem toen na drie maanden in dienst. Uiteindelijk leerde hij het vak van parket leggen en het onderhoud ervan en begon zijn eigen bedrijf. Wij waren allebei onder de indruk van deze eenvoudige man die zijn leven zo vorm gegeven heeft.
Mocht je ooit de gelegenheid hebben om Marijke Kots te gaan zien in de hoedanigheid als AlettaJacobs, laat die kans je niet ontglippen. De middag met de dames van Passage Drenthe werd helemaal gevuld met een anderhalf durend optreden van Alette Jacobs want vanaf het begin had je niet het gevoel dat daar Marijke Kots optrad maar dat het Aletta Jacobs was die binnenkwam in haar zwarte mantel met hoedje en die haar leven weergaf. Het was doodstil in die zaal waar het even ervoor nog een lawaai was van kwetterende dames. Wat was het leven van Alette Jacobs, die in 1854 geboren werd in Sappemeer, bijzonder. Ze was de eerste vrouw die studeerde en arts werd net als haar vader en daardoor het voorbeeld was voor andere vrouwen. Bovendien was ze een voorvechtster van het vrouwenkiesrecht wat door haar ook vorm kreeg. Anderhalf uur lang kon je een speld horen vallen. Het was Alette Jacobs die zon indruk maakte, je zou vergeten dat het Marijke Kots was die dit uitbeeldde.
Allemachtig, wat kunnen 420 vrouwen een lawaai produceren. We zitten al een half uur te vroeg in Hoogeveen op de Ontmoetingsdag van Passage Drenthe. Het thema van de ochtend zou zijn: Rentmeesterschap. Martine Vonk die milieukunde heeft gestudeerd zette ons heel wat dilemmas voor waar je moest kiezen of je het er mee eens was of oneens door een groen of een rood papiertje op te steken. Natuurlijk zat het antwoord er ergens tussen in en dat gaf heel wat discussie. Wat te denken van: alle Nederlanders zouden 2 dagen in de week geen vlees meer moeten eten. Er volgde nogal commotie en één dame die dat niks vond meldde: Ik lust wel een half varken. Maar als je gewoon iedere dag iets minder vlees zou gebruiken klinkt het al anders. Of: Zou duurzaam geproduceerd voedsel politiek wel of niet gereguleerd moeten worden Of: Ben je bereid meer te betalen voor een product als ik weet dat de boer daardoor meer verdient. Of: Zou je wel of geen boontjes uit Kenia kopen. Martine zelf stimuleerde het om bij lokale ondernemers te kopen. Die zijn flexibeler en kunnen producten dichtbij huis krijgen. Uiteindelijk waren we het eens. Koop zo veel mogelijk onbewerkte producten. Let op de E nummers en de suikers die in het bewerkte voedsel zitten. Maar intussen viel me iets op. Terwijl op school bijna alle meisjes lang haar dragen, was er bij al die oudere dames niet een bij die lang haar had. Ik zag er welgeteld één en die had haar haar opgestoken. Het was een verrassing om oud-schoolvriendin Erna tegen te komen. De pauze met soep en broodjes was te kort om helemaal bij te praten. Zoals je dat soms hebt met oude vrienden, wanneer je elkaar lang niet gezien hebt, valt die tijd ertussen gewoon weg.
Ik was precies op tijd thuis na het ophangen van de schilderijen voor de nieuwe expo in de Schepershof samen met onze groep. Mijn favoriete tv programma Droomhuis op het platteland gezocht was net begonnen. Het gaat meestal over nogal prijzige huizen die worden bekeken in de Engelse countrysite. Soms is de Yorkshire Dales, soms is het Schotland, Wales of Cornwall, maar vandaag was het Dorset. En als het een beetje meezit is het droomhuis van het zoekende stel erbij. Dit keer werd er dus een huis gezocht in Dorset. Het uitzicht overal op het platteland in Groot Brittanië is meestal fenominaal. Dat heeft natuurlijk ook te maken met het vaak heuvelachtige landschap. De vrouwelijke helft van dit al wat oudere echtpaar was van plan om te gaan leren mennen en tussen twee bezichtigingen in kreeg ze een les in mennen van een dame die een complete stal met menpaarden had. Het leken mij Friezen. Toen ze de man vroegen naar zìjn interesse in paarden gaf hij als antwoord: Ik weet alleen dat de voorkant bijt en de achterkant slaat. Hij vond het belangrijker dat ze dichtbij een dorp gingen wonen waar een pub was. Het derde huis dat bekeken wordt noemen ze het verrassingshuis. Soms is het een deel van een landhuis, soms een verbouwde kerk , een te verbouwen watertoren of een omgebouwde schuur. Meestal wordt die laatste niet de favoriet. De gewijde sfeer in de verbouwde kerk was dit keer ook niet helemaal wat ze zochten. Wie het ook leuk vindt om dit programma te volgen kijke op sbs 6 om 16.30 uur.
Het eerste wat ik dacht toen ik deze schattige foto van Nola en Vander zag
was: tulips! Het ziet er toch uit als een nieuwe Nederlandse klederdracht! Het
is Halloween en daar wordt in Amerika een heel feest van gemaakt. Kinderen gaan
langs de deuren om vooral mensen te laten schrikken. Toen ik die tulpen op
het jurkje zag was ik er eigenlijk zeker van dat oma Luella in de weer was
geweest. En dat was ook zo, maar niet voor het jurkje van Nola. Dat had Nancy al
eerder ergens opgeduikeld. Maar de muts heeft Luella wel gemaakt, zo schreef ze.
De klompjes die ze draagt zijn van Nancy geweest die ze ooit van opa Herman en
oma Netty kreeg. Vander ziet er natuurlijk als een stoere knul uit. Ooit
naaide tante Hanna een Hollandse outfit voor Berdena. Naaien was haar
specialiteit, heb ik me laten vertellen. Een buurmeisje was net zo oud als
Berdena en diende als voorbeeld.
In het fotoboekje van tante Hanna dat ik ooit van Dinie Voortman kreeg zat
ook deze foto die was opgestuurd om te laten zien hoe ons nichtje Berdena als een Amerikaans
meisje ook Nederlandse roots heeft.
Maar eerst werd er in Nederland een voorbeeld gezocht... dat ongeveer even oud was als Berdena... Geen idee wiens buurmeisje dit is!
Heb je zin in een potje Master Mind, vroeg ik Frank die een nachtje bij ons
komt logeren. Hij had al geschilderd over de herfst en zat nu vastgeroest achter
de computer. Master Mind, hoe gaat dat? Ik legde het hem uit en ineens wist
hij het. Dat hebben we ook op school! Dat scheelt al weer extra uitleg. Ja
hoor, dat wilde hij wel en even later zitten we onze hersens te kraken om zo
gauw mogelijk de goede kleuren te raden. Het is een spel dat blijft
boeien. Toen we 25 jaar geleden met Ben en Diny en hun jongens in de bergen
op vakantie waren was het Jaap die ik hiervoor steeds enthousiast kreeg en 10
jaar later was Joanne er voor in wanneer we met de caravan achter het kippenhok
op de Boomgaard bivakkeerden. Misschien heeft deze eerste campingervaring Johan
en Joke wel op het idee gebracht om hun Vekabo camping te starten. Zo jammer
dat ik Wim niet meer voor een spelletje te pakken krijg. Hij heeft te veel
spelletjes gespeeld, mòèten spelen, als je hem mag geloven. Ik heb nooit gemerkt
dat hij er een hekel aan had, maar ja in de vakanties was het vaste prik dat we
òf canasta speelden òf klaverjasten, ezeltje of andere kaartspelletjes deden. En
Wim had er een gruwelijke hekel aan wanneer de spelregels ietwat aangepast
werden of dat er lichtelijk vals gespeeld werd. Voor de anderen was het vooral
dat het leuk moest blijven en daarover verschilden de meningen. Toen de jongens
eenmaal hun eigen gang gingen was het dan ook afgelopen met de spellen. Ik kreeg
hem er niet meer voor in beweging. Zóó jammer. Het scheelt dat Robin en Eva en
nu dus Frank er altijd voor te porren zijn.
A-j weer es wat metbrengt... gooi dan eers wat weg...
Wim met onze liefste pony tot nu toe, Betsie. Dit 10 jaar oude shirt is nu
uit de gratie...
Jao jao wi-j heb de oorlog nog met emaak, werd er dan
gezegd. Mama keek de kring om de keukentafel eens rond, pa en opoe en opa
knikten mee en zuchtten. Toen was alles zo betuun, ie-j gooien neet zo gauw wat
vot. En dan was het even stil en lieten ze hun gedachten teruggaan naar die
tijd toen alles op de bon was. Meestal ging het om iets dat wel of niet
ingeruild of weggegooid zou worden. Zou dit misschien toch onbewust bij mij zijn
blijven hangen? Ik ben weer op oorlogspad geweest. Er moest weer opgeruimd.
De kamer boven die ik me toegeëigend heb voor mijn kleding, naaimachine en
strijkplank was aan een opruim- en schoonmaakbeurt toe. Maar wat kostte me dat
een moeite. Uiteindelijk leverde het weer een zak of vier op die afgevoerd gaan
worden naar de Kringloop. Ik heb er wel, zij het in etappes, vier dagen over
gedaan, maar dan heb je ook wat. En Wim zei het nog maar eens: Aj weer es wat
metbrengt, gooi dan eers wat weg. Maar ik heb hem wel aangestoken: Mien
kaste zak ok es uutdunnen, ik hebbe zovölle wak toch niet meer an doe. En hij
toog vanmiddag ook aan de slag. Na mijn vier dagen ploeteren kostte het hem op
de kop af 20 minuten om de stapel T-shirts, broeken en overhemden uit te zoeken.
Toen stond er ook een gevulde plastic zak klaar. Maor Wim, den he-j zowat niet
an ehad, zunde um dat noe weg te doen. Toen volgden de redenen waarom iets niet
werd gedragen: te laege an de hals, te krap in de scholders, te strak um de
boek. Tja ook hij wordt ouder. Er ging bijna een splinternieuw paars T-shirt
achteraan waar het kaartje van 18,95 nog aanzat. Ik had het hem blijkbaar
opgedrongen bij Schomaker. Man... den is veur onder oew nieje aoverhemd. Ik
stond versteld met hoeveel gemak hij praktisch nieuwe kleren in de zak stopte,
maar gek als het was.. de afgedragen overhemdjes bekeek hij met liefde en vroeg
me dan:Ku-j daor nog iets an doen, effen iets an-ikkeren öf zo? Ik heb wel
eens kragen gekeerd en gaatjes gedicht in zijn lievelingshemden. Toen ik
zonet de stapel onder de kapschuur bekeek moest ik ook even zuchten en bedacht
dat neef Wim nog niet zon slechte manier van kleden heeft. Hij heeft één stel
nette kleren en een stel om in te klussen, zegt hij. Thats it. Zijn de
kluskleren versleten dan wordt het stel nette kleren gebombardeerd tot klussen
en koopt hij weer een nieuw setje. Goed voorbeeld, maar . zucht Misschien
kan een van de jongens nog iets uit die zak gebruiken want... zie
boven....!
Ik hou van de kleur oranje, niet omdat ons koningshuis die naam draagt of het
Nederlands elftal daarin gekleed is, maar het is gewoon een kleur om vrolijk van
te worden. Dat dacht ik ook toen we in 1968 in de Jan Voermanstraat kwamen
wonen. Ons toilet had geen raam en zon donker hol moest wat opgepimpt en de
enige kleur die er volgens mij voor in aanmerking kwam was oranje. En het was
nog niet eens een modekleur toen. Dat was geen goed idee. Je werd gek van die
kleur om je heen, want we hadden het plafond ook maar meegedaan. Toen we na 6
jaar verhuisden kwamen er Surinaamse mensen in. Ik heb nooit gehoord wat die
ervan vonden. Wie weet had ik de kleur hiermee geïntroduceerd want het werd in
de 70er jaren een van de modekleuren naast donkerbruin en mosgroen. Dat werden
dus de kleuren in onze nieuwe woonkamer aan de Marnixstraat: groen met gebroken
wit èn één donkerbruine wand en ja ik kon het toch niet laten de gordijnen
aan de voorkant op het noorden werden van wollen oranje Ploegstof. Dit keer was
het een schot in de roos en ze zijn nog een paar huizen verder meeverhuisd toen
het allang geen modekleur meer was. Intussen hebben we al veel naturel gezien,
vreselijke wilde behangetjes en alles er tussen in. Het is intussen meest
naturel en wit gebleven. Ik zag pas dat we deze winter ons in maisgeel horen te
hullen, hou ik ook wel van, maar toen ik vanmorgen een paar Libelles inkeek wist
ik niet wat ik zag: het wordt nu weer overal oranje. Nee die oude gordijnen heb
ik niet meer, maar nu hou ik het bij een paar stroken doorzichtig gordijn,heel
bescheiden aan weerskanten van het grote raam, die we een paar jaar geleden
meebrachten vanuit Normandië. Was ik de mode alweer voor .
Wat kan er in éen generatie veel veranderen. Wat was
het gezellig om samen met je zusje in één bed te slapen. Het was natuurlijk ook
wel eens donderjagen en vaak stond mama onder aan de trap en riep: Deerns noe
is et uut slaopen! Ook bij de van der Kolkfamilie was dat heel gewoon.
Daar sliepen de jongens met zn vieren op een kamer, twee aan twee. Wim met
Henry en Piet met Ben. En wanneer Niesje of ik eens bleven slapen gingen we
gewoon bij moeder Siet in bed. Was altijd gezellig. Ja zo ging dat
toen. Toen onze eigen jongens er eenmaal waren sliepen er meestal twee bij
elkaar op de kamer, nu in een stapelbed dat Wim met een ingenieus systeem
verdeeld had met multiplex platen zodat ieder een eigen stuk van de kamer had.
Gerhard had het geluk of pech dat hij het kleinste kamertje voor zich alleen
had. De posters met Kiss sierden de muur en het was altijd een gezellige boel
wanneer er vriendjes kwamen. Er kwam verandering toen we naar Emmen
verhuisden, alle drie jongens kregen een eigen kamer. Ik mag graag naar
huizenprogrammas kijken op de tv en sta vaak met mn oren te klapperen. Die
keuken gaat er uit, de badkamer is niet mijn smaak, geen kamers genoeg.
Tegenwoordig heb je met drie kinderen minstens vijf, het liefst zes slaapkamers
nodig want behalve een slaapkamer per kind moet er toch ook een werk- en een
hobbykamer zijn. Ik denk wel eens hoe het vroeger geweest is in de grote
gezinnen. Op de Boskamp met de tien kinderen Eggink zal er echt niet heel veel
ruimte geweest zijn. Alleen gingen de meisjes al vroeg het huis uit, ik denk
zelfs met 14 of 15 jaar naar een dienstje voor dag en nacht, en dat scheelde
natuurlijk behalve een mond om te voeden ook een slaapplaats. Een douche kwam er
pas veel later zo midden jaren 50 en dat was nog alleen in de zomer, want ome
Jan had een plastic gordijn in de, zomers lege, koeienstal opgehangen en
daarboven hing de douchekop. Vorig jaar mochten we er nog rondkijken toen de
familie uit Minneapolis over was. Het achterhuis was wel woonvertrek geworden
maar alles was heel origineel gebleven, heel herkenbaar wel met badkamer
nu!
Toen we in 1984 verhuisden naar Emmen werd dat door velen om ons heen heel
apart gevonden. Wie deed dat nou. Werk je bij Stork, hebt je eigen huis,
kinderen hier op school, vrouw invalwerk op verschillende scholen en dan wil je
weg omdat er veranderingen in je werkkring zijn die je niet aanstaan. Nee.. dat
doet een Tukker niet zo gauw en ze snapten er niets van. Wij woonden hier in
Hengelo inmiddels al 15 jaar en waren helemaal ingeburgerd. Achteraf is het
een goede beslissing geweest. Ons huis aan de Marnixstraat was binnen een
weekend verkocht, het huis aan de Kuifmees in Emmen werd gekocht en de
verhuizing kon precies na onze vakantie en het begin van het nieuwe schooljaar
plaatsvinden. Wim voelde zich meteen als een vis in het water bij Holvrieka Ido
in Emmen. Het duurde even voor ik hier gewend was, maar na een jaar woonden we
hier al met veel plezier. Maar ook hier in deze buurt zijn de Drenten
honkvast. Ze gaan niet zo gauw bij hun volk weg. Vooral de mensen in de
buitendorpen blijven in de buurt wonen, net als onze buurman Jans die nog steeds
op de boerderij woont waar hij geboren is. Waarom ik hierover begin? Ik las
nog even een nieuw gezegde op de Achterhoekse Spreukenkalender: De hoonder
blieft geerne woor ze uut bunt ebreud. Onze jongens zijn er wel niet uut
ebreud, maar alle drie zijn ze hier zo ingeburgerd dat ze graag blijven. Alleen
Rick begint er af en toe over dat hij wel weg wil, maar ja... 'waar je werk is
is je vaderland' is ook weer zo'n gezegde.