Geraardsbergen, waar ik 30 jaar onderwijzer was, heeft een interessante blog Klik op de foto voor méér.
Hieronder volgen enkele foto's van tekeningen die ik gemaakt heb. Ze zijn uitgevoerd in wasco, potlood, houtskool, oostindische inkt of kogelpen. Vraagje: wie herkent bepaalde portretten?
Gary Brooker (Procol Harum)
Robert Vaughn (Man from U.N.C.L.E. )
zelfportret uit 1966
Richard Wright (Pink Floyd)
Walt Disney
Sammy Davis Junior
Adam Cartwright (Bonanza)
Rik Van Looy
Gerry Marsden (Gerry and the Pacemakers)
Rudi Carrell & Guy Mortier
Adam Cartwright (Bonanza)
Leonard Cohen
Marleen De Smet heeft een blog die 'fotogedichten' heet. Een aanrader! Klik gewoon op de foto om een kijkje te nemen.
Frankies (eigen)zinnige poëzie aangevuld met eigen citaten
Frankies stof tot nadenken en meevoelen Denken en emotie sluiten elkaar niet uit, maar vullen elkaar aan
17-07-2011
Toch beter
Toch beter
Twee is beter dan één, dat is wat de mensen vaak zeggen, dat is wat de meesten beweren als het maar niet om problemen gaat.
Rijk zijn is beter dan arm; dat wil niemand ontkennen, een doel dat men heeft in het leven al is het ten koste van 't echte geluk.
Verliefd zijn lijkt beter dan alles want alles is saai als het blijft, de kriebels zijn minder vluchtig dan de schaterlach die wel eens volgt
Je bent het niet als je kan lopen naar je moeder die lief lacht, naar de tafel vol met lekkers of het speelgoed dat je mist
Je wordt het niet door hard te groeien groter dan je vader toentertijd groter dan de vriendjes op de school of de juf die och weer kleintje noemt
Je bent het niet als je trots durft zeggen dat je eerste keer voorbij is dat je denkt: ik zit nu aan de top dat je vreest, ach God, hier houdt het op
Je wordt het niet door rijk te worden sterk gespierd of heel beroemd fiere vader, trotse moeder, kerngezond ondanks roken, fuiven en veel drank
Je bent het niet wanneer je struikelt over wat je zelf hebt opgebouwd, en ook niet als je rouwvol afbreekt wat je hindert als je verder wilt
Je wordt het nooit met hulp van anderen noch met diep verlangen naar de dood, niet door lachen met wat moeilijk lijkt of door werken tot je laatste snik.
Je bent het niet wanneer je eigen ogen nooit die van een ander kunnen zijn, of wanneer de lijn van al je denken steeds van A naar B blijft lopen
De spin herstelt haar web en klaagt niet over regen, mijn schaduw wordt iets langer dan voorheen, zodra de zon iets banger wordt zo eenzaam hoog, en zoekt de einder waar de nacht ontwaakt.
De muggen spelen lustig terrorisme in mijn kamer , de kruimels van de maaltijd liggen op één rij omdat vermoeide handen na een dag van twijfel rust gaan zoeken na een streling overheen de tafel.
Een koppel duiven slaat de wacht op bij mijn zolder, de herinnering aan jou bevriest de wijzers van de klok, je pantoffels zijn vergeten ergens bij de vuile was, maar de mat ligt buiten onder de poes die klaagt.
Neen, eigenlijk wil ik het niet opnieuw beleven Niemand hoef ik nog te leren kennen in mijn straat, die ik roekeloos verken met elke mens die ik bewonder, elke man die hier werkt, elke vrouw die ik bemin, elk kind dat ik help, elke broer die me mint, negeert of misprijst, ik wil ze niet beter kennen, niet spreken, niet zien, niet horen komen naar mijn poort, gesloten met de grendel die langer blijft, dicht blijft dan wij allemaal, gekomen om te gaan geboren om te sterven één na één verdwijnend in een ander vorig leven uit mijn enig eigen leven, daarom uiteindelijk is het nut van kennen een illusie van de geest die van het leven een doel heeft gemaakt, en even zinloos, en gruwelijk hard te verwerken zodra de pijn van elk afscheid, meedogenloos fataal het raam van de liefde sluit in de laatste poort van de straat
Tijdverlies is lezen wat je al weet, zien wat je al bekeken hebt, horen wat je zelf al bedacht hebt, doen wat je niet kan, spreken als niemand luistert, schrijven wat niemand leest.
Tenzij wat je doet, je loutert en steunt om het volgende tijdverlies te dragen.
Jullie gooien al mijn wensen op de straat, en klagen over al mijn dromen 's avonds laat, dus verscheur ik al je teksten met je leugens en vergeet ik graag details uit mijn geheugens, zelfs de tofste herinneringen.
Ik schrap mijn naam in alle oude boeken en wis mijn sporen uit in alle hoeken; vriendschap en engagementen vallen stuk. Ik los alles omdat ik niet, zoals de anderen, buk voor dertig droeve zilverlingen
Zo nu en dan wel eens overkomt het mij, dan klamp ik me vast aan dat ene moment zo intens als een stortbui in Recife na een zalig zwoel bezwete stranddag.
Dan wil ik dat moment graveren in mijn harde schijf, brandmerken in mijn hart met de steun van elk impuls van dat ogenblik: wat ik zie, hoor en ruik , maar vooral wat ik voel met mijn lippen en mijn hart, mijn adem en mijn haar, mijn vingertoppen en mijn ganse huid.
Maar terwijl dat ene ogenblik gegrift wordt in mijn ziel vol heimwee stijgen de kommer en de hunker naar meer van dat en iets nog rijker dan dat hopeloos verdwenen moment
Je ogen zien alleen de schaduw van de zon je hoort de donder beter dan het ruisen van de wind Je voelt de pijnen van de monding aan de bron en je ruikt de uitlaatgassen als je bloemen vindt.
De wereld draait naar links, die kan niet anders, ook de maan verandert nooit eens van planeet en toch verspil je nutteloos je waterlanders voor al het mooie dat je schaamteloos vergeet.
Kom uit je put want echt, die is er niet, en overschouw de lente van je jonge leven. Snuif de kleuren van je dromen en geniet van wat je kreeg en nog zal mogen geven
Zwaar als hitte op de grens van Zweden vallen woorden zonder liefde op het hart dan vervaagt de roes vanuit de tuin van Eden in de kater na 't verdrinken van de smart.
Diep als kraters in het dal der zeeën is de pijn van ondank na het afscheid, als men jarenlang de offers en de weeën heeft gedragen in geluk en schoonheid.
Koel, als regen op de bloesems in de zomer, was je blik toen het nieuws viel als een bom en zelfs ik, je weet, de onverbeterlijke dromer viel bijna van 't schrikken domweg achterom
Vrijdag is de dag dat de mensen minder klagen, zeuren dat ze de dag erop langer in hun bed gaan kunnen blijven dat ze deze avond meedoen met het sluiten van de deuren en na het restaurant wel over 't buikje zullen wrijven.
Anderen verwensen 't lang gevreesde weekendwerk, sommigen gaan fietsen met een bende oude knarren, hier en daar gaat er eentje uit gewoonte naar de kerk, maar de meesten vullen systematisch winkelkarren.
Je bedwelmt me in een flits van lijnen en van geuren, tikkend met je hakken op de drukke wervelstoep in een ongeziene menigte van modekleuren, jachtig mikkend in de schijnbaar wild gerichte troep
Je verdwijnt en weer een nieuwe charme trekt mijn aandacht; zwevend uit het grijs van mensen die de stad misbruiken om te gokken, streven naar illusie die ons toelacht best in staat om al 't gedoofde vuur te doen ontluiken
Je doet me denken aan de wilde rozen die verwelken in de kruidrand van het monotoon vergroeide bos waar de nevel aarzelt, eer ze neerdaalt in de aronskelken er de lont aansteekt en kreunt met moeite: laat de duivels los !
Vandaag, zei vader toen hij thuiskwam van zijn werk, is 't zomer Je ziet het niet, je voelt het niet, je wordt het zeker niet gewaar, zei moeder tegen vader, Man, wie dat zegt is gewoon een dromer. We zeggen dat de lente stopt op eenentwintig juni van elk jaar
Maar zomer, liefde, trouw, geduld, geloof en twijfel zijn begrippen met de eigenschappen die traditie deze termen heeft geschonken, en telkens deze klankengroepen weer gevormd zijn door twee lippen valt de inhoud tegen in contrast met hoe die woorden eertijds klonken
Wanneer men zegt dat poëzie de saus moet zijn van 't mensenleven is dat even dom als eisen dat de zomer elke dag moet branden op het land en dat gedichten lezen rijkdom is, alsof de zon ons geen geluk kan geven en dat kijken naar de wandkalender een gebrek is aan gezond verstand
Indien kalenders klokken waren met wijzers vol van heimwee smachtend naar de tijd van toen kerend naar de vroege ochtend suf ontwakend uit de roes van een bruisend nieuwjaarsfeest,
Indien het gist'ren altijd Kerstmis was en vandaag altijd de dag erna, dan waren jaren overbodig, dan telden wij met nul en één: Na tik komt tak en dan weer tik en zo bleef jij altijd bij mij
Ik ben Roland Bourgoignie, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Frankie ( eurocent op forum).
Ik ben een man en woon in Everbeek (Oost-Vlaanderen) (nog steeds België) en mijn beroep is toeterniemeertoe.
Ik ben geboren op 06/01/1948 en ben nu dus 76 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Schrijven en alles wat ik daarbij nodig vind...
Bob Dylan als inspiratie, (niet)publiceren mijn frustratie, mijn gezin is mijn gratie, eerste dorpsdichter Galmaarden (2007) worden was een prestatie, dat u komt lezen is een sensatie!