Op mijn 10-12 jaar hielden wij in het straatje achter ons huis met burenvriendjes loopkoers. Wij namen een traject van ongeveer 800 meter.Na de eindspurt werd soms wel als premie een appel, peer of pruim uitgedeeld, geplukt uit de tuin van de buren. In mijn jeugdige overmoed dacht ik ooit een marathonloper te worden. Maar niets van, ik heb de sportievelingen laten lopen.
De pers, de gesprekken, de discussies gaan over de eindeloopbaan en straks zullen ze het werk staken . Moet het een korte afstand zijn of een marathon en wie zal korte afstand en wie de marathon lopen? Zij hebben het niet over sport maar over werk. Hoelang van zijn levensweg moet men lopen en wat zal de prijs zijn?
Wat mij betreft, ik heb mijn arbeidsloopbaan gelopen van mijn 26 jaar tot mijn 70 jaar.Maar hoe ? Nog niet ten einde asem maar wel het rondjes draaien moe, ben ik op 60 jaar gestopt met mijn loopbaan in de bank. Het kostte mij 25% minder pensioenpremie om mijn loopbaan niet volledig uit te lopen. Ik had wel de mogelijkheid om als mandataris van een kredietverzekering (assurance du credit de Namur), een uitloopfunctie half-time uit te oefenen op zelfstandige basis en min of meer op mijn eigen keuzeritme zodat ik dit met gemak nog tien jaren kon uithouden.
Uw loopbaan uitlopen moet je immers doen met verstand.
Maar versta mij goed.t Is niet omdat je vroeg op pensioen gaat dat ge een luiaard bent zoals lange Louis uit de Leegaardsdijk in Oostende. Hij was rap moe en het gebeurde wel een keer dat hij goesting had om te lopen maar dan ging hij zitten en wachtte tot de goesting over was.
Sommige doen niets van gans de dag en staan s morgens te zessen op om nog langer niets te kunnen doen en zagen dat ze te weinig betaald zijn. Voor anderen zijn de dagen steeds te kort omdat ze nog zoveel te doen hebben voor het goede doel en pro deo.
De dagen vliegen als destijds mijn vaders duiven van uit Clermont naar hun duivinneke.
De virus van reünitis is weer in het land met startvergaderingen, planning voor ontmoetingen en activiteiten. Zo zijn weer twee drukke weken voorbij.
Men zegt dat de liefde en dus ook de vriendschap door de maag komen.
Na een geslaagde startvergadering van de medewerkers voor de Vrienden van Lourdes om hen enthousiast op wervingspad te zenden werd deze na de voordracht over Paus Johannes Paulus II en Lourdes beklonken met een glas en een smakelijk hapje.
Deze week streken de commilitones van de retorica 1954 uit het college te Menen neer opHet Eilandje te Ieper voor onze jaarlijkse klasreünie. 24 Benen strekten zich uit onder tafel voor een heerlijke menu à la nouvelle cuisine, maar niet zoals bij de kok Magermans in het restaurant De Gieregaard: enorm kleine porties op een groot bord en met een gepeperde rekening.
Al waren wij maar met twaalf, toch waren wij volledig. In het laatste jaar Grieks-Latijnse waren wij met negen, een uitzonderlijke kleine klas, waarvan er inmiddels drie collegas zijn overleden. Hierboven zie je onze klas op de laatste dag waarbij wij een bak bier hadden binnengesmokkeld. Maar, Small is beautifull!.
In gezelschap van de eegas zaten wij aan tafel zoals wij het geleerd hadden; mannen bij de mannen en vrouwen bij de vrouwen.
Wij, mannen, konden naar hartelust herinneringen uit het verleden ophalen over lief ( een woord dat we niet mochten gebruiken en zeker niet mochten hebben in die tijd) en leed ( méér zweet over de Illias, Schakespeare en de wiskundige puzzels dan tranen over ons strafregister). Vriendschap komt ook door gedeeld lief en leed.
Ook de geesten van onze profs zweefden als zorgzame engelen bewaarders boven ons hoofd; de mussche, de vlooie, krieke en Belga, zwaantje en de rosten,papa Lambert en de mama Anseeuw. Al moet gezegd dat hoe ouder wij worden wij met des te meer respect spreken over hun deskundigheid.
De vrouwen hadden het over de tegenwoordige perikelen van hun echtgenoten en luisterden naar de anekdotes van vroeger of keurden het clubje naar slijtage, vergrijzing en verkaling.
Wij wuifden mekaar uit tot volgend jaar. Eigenlijk mankeerde er nog een nieuwjaarsdrink zoals die pastoor die na de mis met Pasen voor de zegen zei: Ik wil niet nalaten u een zalig kerstfeest en gelukkig nieuwjaar te wensen, want ik weet dat ik er velen van u maar volgend jaar met Pasen terug zie..
En dan nog bij leven en welzijn. Wat ik ten zeerste hoop.
Eind van de week ging mijn 29e Seniorenkrantje op de post naar de leden van de HBK-Seniorenclub. Als secretaris van deze club stuur ik een achttal keren per jaar een krantje.
Iedere krantje bevat een uitnodiging voor een of andere activiteit en een verslag van de vorige bijeenkomst.. Deze keer was het een relaas over een bezoek aan Gent met zoals het gepensioneerden past weer een smakelijke menu( hoe kon het anders dan een Gentse waterzooi van kip) en een of meer gevulde glazen.
.In tegenstelling met de klasreunie blijft meestal op dergelijke bijeenkomst het vorige leven onbesproken. Wellicht is dit nog niet lang genoeg geleden want senioren hebben meer een geheugen op lange dan op korte termijn.Toch is het een gezellige bedoening om vroegere collegas, gelijken in het werk, hogere en lagere in rang, te leren kennen in een andere sfeer, een sfeer van niet-meer-moeten maar van nog-meer-mogen.
Om dat meer-mogen gestalte te geven nodigt het krantje de collegas uit naar Antwerpen voor bezoek aan het centraal station, een Jodenwandeling en Jodenmaal.
Als één van de tienduizend deelnemers aan devierdaagse van de IJzer genoot ik op zaterdag van de zon, de prachtige natuur in het Westvlaamse heuvelland en een fier groepsgevoel deel te nemen aan deze manifestatie.
De vierdaagse van de IJzer is niet alleen een sportief gebeuren en voor sommigen waartoe ik behoor een test voor mijn conditie. Het is vooral een collectieve beleving van een memoriaal aan diegenen die voor de vrede gesneuveld zijn. Zo was dit tijdens het moment van bezinning op de kerkhof te Kemmel waar meer dan elfhonderd Engelse en Ierse soldaten ver van hun vaderland begraven liggen en tijdens de "Last Post" aan de Menenpoort te Ieper.
Het was een waardige voorbereiding voor de IJzerbedevaart van s anderendaags met bovenop de IJzertoren de slogan Nooit meer oorlog.
De ijzerbedevaart,dit jaarwas, sinds vele jaren één van de mooiste en intiemste plechtigheden. Nu iedereen een zitplaatsje had was het rustig en stil zodat de plechtige Eucharistieviering stemmingsvol kon bijgewoond worden.
Het ludiek karakter van het optreden van de spraakimitator Dirk Denoyelle viel in de smaak en lachend werd het toch maar eens gezegd.
In de namiddag moest ik full-speed naar een bijeenkomstje met vrienden uit onze Lourdes- ziekendienst. Nade koffie en de kippenbelletjes op de BBQ voelde ik mij nog steeds op ijzerbedevaart zodat wij bij menig glaasje Franse Merlot met enkele gelijkgestemde vrienden een Vlaamse Cantus hielden waarbij heel het repertorium uit volle borst de lucht in ging.
Ik waande mij weer als dertig jaar geleden in een van de cafés op de markt te Diksmuide.
Wij zijn in het digitaal communicatietijdperk. De tijd van de tamtam en de postkoets is reeds lang voorbij. Ik herinner mij nog de grote telex op ons bureel van het expopaviljoen Civitas Dei te Brussel in 58. Het wasde voorloper van de fax die nu bijna automatisch bij elke telefoon thuis hoort. De gsm maakt je nu niet alleen overal bereikbaar maar ook kan je telefoneren even goed op straat, van uit een ver zuiders of oosters land als van uit je luie zetel. Een bijna dagelijks berichtje van uit uw vakantiebestemming vervangt het sturen van een zichtkaart. Jongeren zijn meesters in het chatten en sms-en en het bloggen is een nieuwe vorm van moderne communicatie.
In mijn moderne brievenbus of maibox kreeg ik van een vriend, pater karmeliet, volgende communicatiewenk:
Onze Lieve God ziet uit naar een gesprek met u.
Zeven tips om Hem op te roepen:
1. Vooraleer te spreken, vorm het nummer
om u in Gods aanwezigheid te stellen.
2. God bezit lijnen genoeg om u te onthalen.
Als de lijn bezet is, hebt u het verkeerde nummer gevormd.
Let op, als God opneemt, zegt Hij niets, maar Hij luistert.
3. In geval van onderbreking, ga na
of gij het niet zijt die het contact verbroken hebt.
4. Een gesprek met God is geen monoloog:
spreek niet voortdurend, maar luister naar wat
gezegd wordt aan de andere kant van de lijn.
5. Maak er geen gewoonte van
alleen in geval van nood God op te roepen.
6. Bel God niet alleen op tijdens de goedkope periodes
Straks is het Roeselare-kermis en dan raakt het verlof haast voorbij. Na rust en stilzwijgen ben ik hier weer terug op de weblog.
Mijn vader zei altijd de maandag na een zware uitgaansdag Een kermesse is een geeselinge weerd! en na de leute komt het werk.
Op 8 september begint het werkjaar van de Vrienden van Lourdes met een startbijeenkomst voor onze 75 ijveraars.
Die moet voorbereid worden en dat betekent ; de propaganda voorbereiden met affiches, folders en lidkaarten, zesduizend etiketten afdrukken en op de lidkaarten kleven, nieuwe medewerkers aanspreken.
De startbijeenkomst voorziet te 18 u. een korte werkvergadering, te 18u30 een mis aan de grot achteraan in de O.L.Vrouwekerk en te 19u30 voor een ruimer publiek is er een conferentie over Paus Johannes Paulus II en Lourdesdoor E.H. Philippe Hallein, Lic. Kerkelijk Recht, leraar,rechter bij de kerkelijke rechtbanken ziekenaalmoezenier te Lourdes.
Nadien houden wij nog een drink met een hapje zodat onze medewerkers fit staan om straks aan het werk te gaan en de meer dan 3200 lidkaarten verkocht te krijgen
Van werken gesproken. Manten Spille was op reis in Italië en bezocht de Sixtijnse kapel onder begeleiding van een gids. Die gaf uitleg en zei: Kijk daar hebben de schilders aan dit plafond 10 jaar aan gewerkt. Dedjie, zei Manten, ik ken dat. Ik heb ook schilders in mijn huis gehad.
Tegenwoordig hebben de meeste studenten een of andere vakantiejob waarbij ze een goeie stuiver verdienen om in het beste geval hun studies te betalen maar ook nog om zich een extra luxe cadeau te veroorloven. Van jongs af worden ze gestimuleerd naar gewin en welvaart. Wij, jongeren van binst de oorlog of kort nadien hebben leren bijklussen om beter te overleven eerder dan voor eigen luxe.
Op onze landelijke gemeenten diende onze vrije tijd om na het rooien van de aardappelen de door de machine niet verzamelde aardappelen handmatig te rapen, om erwten te plukken, om in de streek van Ieper op de vers geploegde velden ijzer te zoeken van bommen en granaten uit de eerste wereldoorlog dat als oud-ijzer verkocht werd.Mijn jeugdjaren situeerden zich te Geluwe in de tabaksstreek van Wervik. Een ander bezigheid tijdens de oorlog in september-october was het plukken van de onderste bruin geworden bietenblaadjes die dan per kilo verkocht werden aan de tabakkervers om ze voor de smokkelaars te mengen tussen de tabak. Om enkele kilos bijeen te scharrelen moest je er heel wat voor doen maar het bracht geld op. Je moest ook oppassen voor de komiezen want die lagen op de loer om de geheime tabakkervers te weten te komen.
In deze tabakstreek trokken wij tijdens de vakantie in juli - augustus met onze picknick voor een ganse dag naar boerderij De Roobaert van mijn grootvader of bij boer Vanhaverbeke om tabak te naaien. Als de boer of zijn knechten de tabak geplukt hadden zaten wij in het stoppelveld op een strozak om de stengels op een lange naald te rijgen en deze door te schuiven op een koord; een ranke. Het was een werken in weer en wind en soms onder een stekende zomerzon .We werden betaald per ranke. Ik denk dat wij ongeveer 1BF kregen per ranke en dat je geen luiaard mocht zijn om meer dan 100 ranken per dag te naaien. Het naaien moest zo vlug mogelijk na de pluk gebeuren. Soms waren wij met 10 tot 20 naaiers en ieder avond werd per persoon het aantal opgetekend voor de eindafrekening maar ook om rekenschap te geven thuis dat we gewerkt hadden. Het gebeurde echter wel meer dat de jongens en meisjes onder mekaar de stoppels van het veld uitrukten om als projectielen naar mekaar te gooien of dat er meer getaterd dan gewerkt werd. Bij het eind van de werkperiode trakteerde de boerin dan gewoonlijk met Koekenbrood en Cacao.
De opbrengst van al dit bijklussen in onze vrije tijd of vakantie was niet voor ons persoonlijk. Het geld werd afgegeven aan moeder voor het huishouden. Misschien bezorgde zij ons wel eens een extraatje. Het gezin was één gemeenschap, een commune waarbij iedereen naar zijn vermogen bijdroeg en deelde met mekaar. Wellicht zo leerden wij werken voor de gemeenschap, voor het algemeen welzijn, voor een ander en niet onmiddellijk voor onszelf. Het was een school voor vrijwilligheidswerk.
Hier en daar gebeurt het in gezinnen dat wil zoonlief of dochter iets presteren voor vader of moeder zij dienen betaald te worden: om het gras af te rijden, om de auto te wassen, om de tuin te verzorgen, de schoonmaak te doen enz. Niet alle werk is betaalbaar en niet alle betaald werk brengt voldoening wijl onbetaald werken soms toch vreugde schept. Er zijn nog veel vakante jobs voor onbetaald vrijwillig vakantiewerk.
Mijn valies staat klaar. Morgen vertrek ik voor mijn jaarlijkse onbetaalde werkperiode van twee weken in dienst van de Hospitaliteit te Lourdes. Honderden vrijwilligers zullen er zijn.
Vandaag waren wij op de begrafenis van Anne-Marie Degryse. Juist twee maanden geleden was zij nog bij ons te Lourdes met Vlaanderens Bedevaarten. Het was haar wens nog eens naar Lourdes te reizen, haar laatste reis. Wij zijn verrast dat haar ultieme thuisreis zo vlug zou komen.
Wij kenden Anne-Marie reeds lang. Zij was tweemaal mee met de Poliobedevaart en een paar keren met Vlaanderens Bedevaarten, nog toen zij op hotel kon logeren.
Als jonge vrouw had zij veel talenten, hield van kunst, muziek en de natuur.In haar vroeg ziektestadium zagen wij haar in stad met haar gehandicaptenscooter op uitstap of boodschap.
Zij kwam geregeld naar de St.-Jozefskerk als het Koninklijk St.-Jozefskoor de hoogmis opluisterde. De ziekte heeft haar mooie toekomstdromen gedwarsboomd en toch bleef zij als MS-patiënteeen lieve en moedige dame.
Per E-mail en telefoon werden zoveel mogelijk de leden van de ziekendienst in de Meibedevaart verwittigd.Bij haar uitvaart waren aanwezig van Vlaanderens Bedevaarten: haar vaste verpleegster Claudine Kesteloot, de verpleegsters Christine Pattijn, Denise Pecceu, Simonne Deveeuw, Hilde Bellegeer met Joost Vanderheeren en zijn moeder, ik zelf en mijn vrouw. Het is fijn als leden van een hospitaliteit ook bij hun uiteindelijke afscheid als gezondene de afgestorven zieke nabij te zijn.
Het evangelie en het thema van de uitvaart ging rond de tekst: Kom tot mij, gij die belast en beladen zijn ( Matt. 11,28) dat het Lourdesthema was van dit jaar. Prachtig klonk het Ave Maria van Gounod als tussenzang. Zou Anne-Marie nu meeluisteren ???
In zijn homilie wees de priester erop dat Christus door zijn kruisdood alle kwaad en lasten op zich heeft genomen en wij na de dood één worden met de Goddelijke eeuwigheid, zonder tijd en ruimte, zonder pijn en verdriet in een volmaakt gelukkige liefde en vriendschap.
Tijdens de mis dacht ik aan andere overleden zieken die Anne-Marie zijn voorgegaan en soms in andere uitvaartomstandigheden; aan die zieke die mij destijds 50.000 BF. toevertrouwde voor haar begrafenis omdat zij anders dat van haar familie niet zou krijgen, aan die zieke die haar lichaam afgestaan had aan de universtiteit en wij alléén als kennis aanwezig waren op de nadienst in de unief, aan die zieke wiens begrafenisstoet geen 10 mensen telde en aan nog andere
Zoals Anne-Marie hield van schoonheid had zij een waardige en sobere begrafenis, omringd door haar familie en vrienden van de MS-liga, Ziekenzorg, Banneux, Vlaanderens Bedevaarten.
Op haar bidprentje kon men volgende tekst lezen.
Zwaar werden de dagen
En lang duurde elke nacht
Hoe moeilijk is het vechten
Bij ontbreken van kracht
Ik heb de berg beklommen
Die jullie nog moeten gaan
Huil maar niet, God kent mij
En roept mij bij mijn naam
Ik wou zo graag naar huis
Nu ben ik voor eeuwig thuis.
Bidden wij:
Laat deze laatste groet
Dit moment van ongelijk
En onvergelijkbaar samenzijn
Ons sterken in de aarzelende hoop
In het wankele geloof
Maar vooral in de onbreekbare liefde die
Vertellen van Leven- eeuwig en voorgoed
( uit funerariumgebed in De doden leven.. van priesteren vriend Jan Coghe.
Op de foto: Annemie en haar begeleidster Claudine tijdens de Ziekenzalving te Lourdes op 22 mei ll.
Nu de Tour de France bezig is en de overwinnaar die zondag te Parijs zal triomferen bijna bekend is denk ik aan mijn journalistieke carrière.
Op HBK-spaarbank was ik free-lance reporter voor het personeelsblad HBK-Kijker. De firma nam het ernstig op en had een beroepsreporter in dienst voor allerlei communicatieve taken waaronder de hoofdredactie van het personeelsblad. Bij zijn uitdiensttreding kon ik zijn verlopen journalistenkaartafschooien.
Op een mooie dag met Gent-Wevelgem was ik als HBK-directieafgevaardigde op kantorenbezoek in de streek van Ieper. Die dag moesteen nieuw aangeworven medewerker die op stage was mij begeleiden om de knepen van het vak aan te leren. Daags voordien hadden wijmet collegas een werkvergadering gehad tot laat in de avond en diep in het nat zodat mijn kop bijna barste. Ik had pech;
Ik zat niet alleen met op mijn schoot een rekruut voor wie ik een voorbeeldfunctie had maar bovendien met een grote kater.
Het was zo een mooie dag, een mooie streek met de Kemmelberg in zicht en met langs de baan werkeloze kijkers voor Gent-Wevelgem, bijna een feestdag.
Ik had het gevonden. Mijn geest was nog nuchter genoeg en ik zei tegen mijn maat:
Zeg vriend, vandaag zal ik u leren niet hoe je het moet doen maar hoe je het niet moet doen. Wij rijden naar de Kemmelberg om boven op de top Gent-Wevelgem te bekijken. Hoe zal je dat doen, er mag niemand meer per wagen op de berg ? - We zullen de koers voorop rijden zei ik. Ik haalde mijn journalistenkaart uit mijn portefeuille en plakte die op mijn voorruit en schreef in het groot op een blad PERS. We reden tot waar de koers voorbij kwam en sloten ons aan bij de publiciteitskaravaan tot boven op de Kemmelberg. Het was een huzarenstukje maar het lukte.
Van werken die dag kwam er niets meer in huis. Bij het naar huis rijden gaf ik mijn collega als les mee: Soms moet je lef hebben in het leven.
Wij zijn drie dagen in ons vakantiehuisje geweest in de Ardennen om het in orde te brengen voor de vakantiehuurders.
Het is nu volop verlof aan het worden. Ik geloof dat Roeselare leeg gelopen is en wie in België gebleven is viert misschien 175 jaar verdriet van België.
Het weder is alleszins van de partij en de zon staat gloeiend heet. Clementine van aan de statie is al terug van Spanje. Ik vroeg haar of het daar ook zo heet was. Zwijg, zeg ze, de boeren moesten daar ijs bij hun kippenvoer doen, anders zouden de kippen gekookte eieren leggen.. Twee van mijn kinderen zijn op reis naar Italië, één zit in Bulgarije en een ander in Friesland. t Is te hopen dat ze niet bij den aap gelogeerd zijn.
Een groep van de Boerinnenbond was op cruise aan de Middelandse zee. Een officier van het schip in gala-uniform verwelkomde de gasten en de voorzitster dankte hem met Dank u wel voor uw gastvrijheid, kapitein. Ik ben de kapitein niet lachte de man Ik ben de dekofficier.Ze draaide zich om naar haar gevolg en zei Amai, ze hebben hier aan alles gedacht !
En als ge dit nog niet gelooft, vertel ik de volgende keer wat anders uit Het Manneken uit de Mane
Beste Heer Dierynck,proficiat met je 'net-werk'. Mijn kort en onvolledig antwoord vind je aldaar.Ach, in het buitenland loopt het participatief ondernemen perfect. We wonen echter in het verkeerde land. Progressief heet hier in ons dorpje België niet het ijveren en promoveren voor een vredevolle samenleving - ook in ondernemingen - maar wel de individuele 'slaapkamerproblemen'. De ergerlijke commentaren van de zogenaamde progressieven over Johannes-Paulus II spreken boekdelen over de bekrompenheid van degenen, die we met tegenzin en schaamte voor onze medeburgers moeten houden. Daarom doet je 'net-werk-brief' zo'n deugd: een eerlijk 'belijden' van de waarden waarvoor je staat. Concreet en rechtuit. Proficiat!
Gust Van Put
Hallo,
Prachtige foto's van u en Mia en de ganse familie. Nu weten we dat we de verjaardag van Mia vergeten zijn. Het is dus ook in februari. Dat staat alvast genoteerd. Wil u het doorseinen aan haar. Late avondgroetjes.
Hilde en mama Hilda
dag Germain,
Hoe is het mogelijk, elkaar op zo een korte tijd elkaar gevonden op 2 verschillende fronten via het internet?!
en dan nog in een korte tijd na elkaar op seniorennet!
Alvast proficiat met uw communicanten! en succes met de blog, voor mij ook heel nieuw!
martin vanhee
Germain, ik ben er vanavond in geslaagd uw weblog helemaal te lezen. Zeer interessant en proficiat voor uw beider prestaties op de Lourdesbedevaarten. Zeer ontroerend.
Ook het verslag over onze uitstap met de seniorenclub gelezen. Het was niet alléén een mooie dag maar ook een leerrijke dag. Voor herhaling vatbaar !
U mag wel schrijven over lekkere gerechten maar daarmee kan ik ze niet proeven. Graag het recept van de karnemelkpap aub zodat ik ze kan vergelijken met wat ik van vroeger jaren nog weet hoe ze smaakte bij ons thuis (meer dan 40 jaar geleden). Miaa geef aub uw geheimen prijs. Dank bij voorbaat.
leuk !
Hoi,
ik lees je weblog heel regelmatig en heb die ook toegevoegd aan mijn links op mijn weblog (weblog van een vriend)
Zondag bezochten we de St-Godelieve processie te Gistel. Het was een mooie processie en er was veel volk. In de processie werd de Godelieve sage uitgebeeld in keurige groepen met begeleiders die de legende voorlazen. Er was de voorstelling van het tijdskader te Gistel en het Moerenland het leven van Godelieve: haar jeugd, haar gedwongen huwelijk, de verstoting met gevangenneming en vlucht de persoon van Bertolf van Gistelmet zijn moorddadig plan zijn oproeping voor de Graaf van Vlaanderen- zijn boetetocht naar Rome de heiligverklaring van Godelieve de mirakelen en de Abdij Ten Putte met de verheerlijking van de H.Godelieve in de iconografie van de vier kronen: de maagdelijkheid als de Lente, het huwelijk als de Zomer, de verstoting als de Herfst en de marteldood als de Winter.
OP 3 km van het centrum ligt de Abdij ten Putte dat jaarlijks nog meer dan 10.000 bezoekers telt. Er is een kapel, een ontvangstruimte en een mooi museum. Klik op de foto voor méér info over H.Godelieve.
Het verhaal, eeuwen oud is nog van deze tijd en meer dan ooit zijn er de huwelijksproblemen.
Godelieve was The Queen of hearts schrijft de begeleidende brochure, zij had de harten van het volk vervoerd en had oog voor de verschoppelingen der aarde en slachtoffer van een gedwongen of mislukt huwelijk.Waar hebben we dit nog meer gehoord ?
Bovendien is het een Vlaamse heilige en een mooie naam, Gode lief naar wie één van onze dochters werd genoemd.
Er is reden om te vieren nu veel van onze eisen zijn verwezenlijkt: Leuven Vlaams, Brussel Vlaams,werk in eigen streek, amnestie, zelfbestuur, gelijkwaardigheid in een confederale staat.
Misschien zijn ze nog niet alle in optima forma bekomen en hangen nog het dossier BHV , de geluidslast in Zaverntem, de financiële sleutelverdeling, de nog zelf te beheren personele materies enz
Wij hebben er voor betoogd, geroepen en gescandeerd, ons verdedigd en gestreden.
Als jong-KSA-er zongen wij Vlaamse liederen uit volle borst en werden we gekweekt te vechten voor Outer en Heerd.
Als student trokken wij op voor Leuven Vlaams en Brusel Vlaams. Wij nalmen deel aan de anti-Fosty betoging in 1953 en werden nat gespoten. Franstalige correspondentie werd met een kleefzegel aan de afzender teruggestuurd.
Overdag werkte ik te Brussel als public relations man voor Civitas Dei, het paviljoen van de H.Stoel op de WT en s avonds voor de vervlaamsing van de WT. Ik kwam in contact met Wilfried Martens en Mik Babylon, resp. de nationale en provinciale voorzitters. In mijn dorp richtte ik het Jeugdcomité voor de Wereldtentoonstelling 58 op en hield een goed bijgewoonde protestavond.
Als bestuurslid van het Davidsfonds richtten wij een jaarlijkse fietstocht in naar de IJzerbedevaart waarbij een 50tal jongeren uit het dorp zich aansloten.Wij ronselden geld in voor een camion stenen voor de heropbouw van de vernielde IJzertoren. Tot nog toe zijn de keren dat ik wegens omstandigheden niet naar de IJzerbedevaart trok op mijn een hand te tellen.
Wij deden ons best om in het openbaar het ABN te spreken en zodoende eerbied te bekomen voor onze taal en.onze kinderen kregen Vlaams klinkende namen.
Nu zijn wij fier dat wij als jongere de lont hebben aangestoken voor een daadwerkelijk Vlaamse politiek en Vlaamse leiders. Wij blijven fier dat " Omdat we Vlaming zijn".
Nog vóór dat het Zeeuwse mosselseizoen officieel is ingezet hebben wij gisteren mosselen met friet klaar gemaakt. Het waren onze laatste oude patatjes, gerimpeld als een oud wijveke en zo zacht als de mosselen zelf, nog juist goed genoeg om frieten te bakken.
Het smaakte o zo lekker na een weekje Duitse kost op restaurant. Ik geloof dat de schnitzels op de duur langs mijn oren zouden terugkomen. Je vindt ze op elke menukaart, een bladzijde vol: wienerschnitzel of jägerschnitzel, met champignons of met met zwiebeln. Ook de worsten met kool of choucroute zijn niet van de kaart weg te krijgen. Met wat geluk kan je nog een putensteak op je bord krijgen (zie foto) maar zoek maar eens naar een paling in het groen, Poperings potjesvlees, een assiette anglaise, een tomate crevette, een Oostendse visschotel of Gentse waterzooi of gewoonweg een beafstaeck-friet.
Als vergelding voor het gemis van een heerlijke bord soep krijg je wel een salade-teller voorgeschoteld. Voor mij was dat wel een zuur zoethoudertje. Alleen vroeg ik mij af als ik dit moest eten in afwachting dat de bestelde forel gevangen en gebakken was ofdat de bollen knödels gekookt waren dan wel samen de hoofdschotel.
Leve moeders keuken! Wat je zelf kweekt en bakt, kweekt en bak je het best. Vandaag zal ik voor het eerst mijn nieuwe patatjes rooien. Ze zullen lekker smaken bij een entrecôte met zelfgekweekte salade en tomaten in moeders mayonnaise.
Tijdens ons bezoek aan het Odenwald brachten wij op woensdag een bezoek aan Mosbach en de zoutmijn in Kochendorf /Bad Friedrichhall.
Mosbach bezoeken betekent slenteren in de winkelstraatjes op zoek naar billig einkaufen en genieten van de mooie vakwerkhuizen waarvan het oudste en wellicht een van de mooiste het Salzhaus (1500) isdat ons herinnert aan de toenmalige belangrijke zouthandel in die streek.
Op enkele kilometers vandaan ligt nog de bedrijvige en één van de grootste zoutmijnen van Europa. Deze is op woensdag te bezoeken. Dus daar naartoe.
Wij verlaten de snikhete bovengrond naar een oord van 18°. Met een liftkooi dalen wij in een halve minuut af, 180m. diep onder de grond naar de zoutmijn waar wij kennis maken met 200 miljoen jaren aardgeschiedenis, het werken onder de grond, de winning van het zout en de verwerking voor allerlei doeleinden.
De rondgang is 1,8 km lang en duurt twee uren. De gangen leiden ons naar de koepelzaal en de kristalzaal. In de zoutrotsen zijn taferelen gebeeldhouwd waaronder dinosaurussen die ons duiden op de oertijden de bevolking ervan, taferelen bij het winnen en verhandelen van zout en de H. Barbara, levensgroot. Zij is immers de patroon van de mijnwerkers.
Door de verlichting en de flikkering van de zoutdeeltjes in de rotsen biedt het een feeëriek schouwspel.
Als souvenir voor onze kleinkinderen kunnen wij nog enkele glinsterende zoutstenen meenemen. Er even aan likken en je smaakt het zout.
Maar op deze subtropische bovengrond smaakt een ijsje toch wel beter.
Heinde en ver is het bedevaartsoord Walldürn bekend voor de verering van het H.Bloed.
Oorsprong van deze pelgrimage is een legende waarbij de priester tijdens de consecratie zijn kelk omstootte en er bloed in plaats van wijn uitvloeide.
Iedere zondag, vijf weken na Sinksen, zijn het hoogdagen en stromen uit alle streken van Duitsland pelgrims toe; per wagen, in groep te voet of per bus. De voorbije jaren zijn we er meermaals heen gereden maar dit jaar was het bedevaartseizoen voorbij.
Zo maakten wij van onze zondag een alternatieve bedevaarttrip in het Odenwald.
Wij begonnen met een misviering in het kloster Engelberg aan de Main, een klooster der franciscanen hoog op de berg. Je kan er te voet van in het dorpje Grosz-Heulbach langsheen 612 trappen met onderweg kruiswegkapellen.. Zoveel moed hadden wij toch niet maar Mia is er na de mis wel te voet van afgedaald.
Er zijn de zondag drie missen waarbij het mooie barokkerkje steeds stampvol zit met fel zingende mannen zowel als vrouwen. Stemmig is het en wat kunnen die Duitsers zingen! Er wordt ook nog veelvuldig biecht gehoord.
Naast de kerk is er een kapel met het Gnadebild van Maria en heel veel brandende kaarsjes met ex-votos voor dankbetuiging. In het restaurant kan je een pater drinken, wat patersbrood verorberen of een likeurtje kopen voor de thuisblijvers.
s Namiddags reden wij naar Hessenthal met een drievoudige bedevaartskerk:de gotische Gnadenkapelle uit 1454, de nieuwe bedevaartkerk met een moderne kruisweg en de 7 m. hoge grafkapel van de grafelijke familie Dietrich Echter met 10 levensgrote afbeeldingen van de familieleden, geknield rond het kruis.
Er zijn vier grote bedevaartdagen op Paasmaandag, Sinksenmaandag, 15 augustus en de zondag na Maria-geboorte.
Vandaar reden wij naar Mariabuchen over Lhor am Main, een druk bezocht bedevaartsoord in een groen dal waar om tot inkeer te komen de stilte heerst. Dit bedevaartsoord bestaat reeds van 1395 en staat momenteel onder de hoede van de kapucijnen
Oorsprong van deze bedevaartplaats is een schaapherder die eenhouten Madonna van smarten beeldhouwde en dit plaatste in een beuk in het bos.Er kwamen heel wat bezoekersdie verhoord werden in hun gebeden zodat het een bedevaartplaats werd. Het barokke kerkje bevat zeer waardevolle kunstwerken waaronder het hoogaltaar met twee zijaltaren en het orgel. Er is een gasthuis voor bezinningsdagen.
Later in de week ontdekten wij nog een merkwaardige bedevaartkapel te Amorsbrunn in de omgeving van Amorsbach. Deze plaatsnamen zijn genoemd naar de H.Amor die in de 8e eeuw die streek kerstende en begraven is in Münsterbilzen bij Maastricht. Zijn beeld staat in de kapel.
Naast de kapel ontstond een bron die een heilzame werking had zodat in 1565 er een Heilbad aangelegd werd. Van dit water werd bediend tegen oogziekten en onvruchtbaarheid.
Maar echt merkwaardig is het altaarstuk binnenin de kapel met de voorstelling van de stamboom van Jessaia.
Uit de buik van een slapende Jessaia (vader van Koning David) rijst een boom die de stamboom van Jezus voorstelt met rechts en links de 12 oudtestamentische koningen en bovenaan Moeder Maria met het kind Jezus. Aan weerszijden staan de ouders van Maria, Joachim en Anna.
Buiten het kerkje staat nog op een helling een stenen preekstoel die moest dienen om de vloed van bedevaarders die in het kerkje niet binnen konden toe te spreken. Er is ook nog een zuil met het beeld van Maria en op een muur van het kerkje is de H. Christoffel geschilderd die met Jezus op zijn arm de stroom oversteekt.
In ieder geval bracht onze zondagtrip heel wat wetenschap bij over het christelijk volksgeloof in een ver verleden en het bedevaarten als een alom verspreid fenomeen ook in deze contreien.
We maakten voor de dertigste keer onze jaarlijkse uitstap van een week naar het mooie Odenwald (Dtsl.) bij Frau Sigrid Ihrig.
Het dorpje Gammelsbach, tussen Neckar en Rijn, blijft ons bekoren. Het is telkens weer een ontmoeting en kennismaking met zijn wandelpaden langs bossen en heuvels, zijn burchten in de streek en mooie steegjes met vakwerkhuizen en vooral de gastvrijheid van Sigrid Ihrich. Wij proeven van haar zelfgebakken " torten mit sahne" en drinken een weiszwein op haar terras. Wij ontmoeten er de vriendelijke "Nachbar" in zijn tuintje om even een praatje te slaan, worden weer herkend bij de bakker en enige winkel in het dorp en bestellen onze voorraad wijn in de plaatselijke "Bauerladen".
Het is ook een ont-moeting, even niet moeten en vrij zijn en als we moe zijn van het laufen ons even neerleggen in de schaduw van een boom .
Met negen vrienden van de Meibedevaart waren wij gisteren in Koksijde te gast bij de zussen van LucskeVandamme: E.H.Ivo Vandenbulcke, Raymond en Trees François, Omer en Christiane Buyse ,de Zrs. Harlindis en Françoise en Germain en Mia.
Het was een uitnodiging van Thérèse, Mariette en BernadetteVandamme als blijk van dankbaarheid en genegenheid jegens ons om het gezelschap dat Lucske te Lourdes mocht ondervinden. Wij hadden als attentie een mooi ingekaderde pasteltekening van Lucske mee die Omer gemaakt had met een passend gedicht erbij ( zie verder).
Lucske was een zwaar autistisch mongooltje.Steeds tevreden, licht monkelend en soms schalks, een schat om van te houden, een voorbeeld dat psychisch zwaar gehandicapten nog heel wat liefde en genegenheid kunnen tonen. Voor de familie en de zorgenverstrekkers zijn zij een bron van verbondenheid, aanhankelijkheid en liefde.
Gans zijn leven hebben zijn drie zussen na het overlijden van ma voor hem gezorgd, hem nooit alleen gelaten, hem vertroeteld als onze lieve jongen, onze lieve schat, ons manneke. Nu nog steeds ruim twee jaar na zijn overlijden spreken zij zo over en met hem, betrekken zij hem in het huiselijk gebeuren, hangen en staan er tientallen fotos in de woonkamer en is zijn slaapkamer waar hij is gestorven, getooid met allerlei herinneringen en souvenirs,intact gebleven alsof hij nog bij hen is.
Boven zijn bed hangt nog zijn diploma van allerliefste vriend die ik had gemaakt n.a.v. zijn 60e verjaardag. Op 62 jaar is hij overleden na een maandenlange aftakeling. Met zes brancardiers uit de Meibedevaart hebben wij Lucske voor een laatste keer de kerk binnengedragen en naar zijn laatste rustplaats vergezeld. De familie Vandamme heeft dit een mooi gebaar gevonden voor Lucske die tientallen jaren zo graag naar Lourdes meeging. Het was zijn uitverkoren reisbestemming. Hij was er met zijn strandstoel bij de hand om aan de Grot of in de vieringen vooraan te zitten bij zijn zorgende zussen.
Die genegenheid, die sterke verbondenheid, die liefdevolle zorg van die zussen is onvoorstelbaar en diep ontroerend. Voor Lucskes vrienden kunnen zij nooit gul genoeg zijn. De gastvrijheid bij het bezoek was dan ook bijzonder overvloedig met ijs en appeltaart, koffie en toebehoorten, apéritief met hapjes, koude visschotel en wijnen en om de putjes te vullen nog een fruitcocktail.
Er werd gekeken naar de videoreportages van Lucskes beste dagen: zijn 50e verjaardagsfeestals ware het een bruiloft waar hij zich de koning te rijk voelde bij het openen van de pakjes, met volle teugen genoot van zijn lievelingsmuziek en de vele klinkende zoentjes die hij mocht ontvangen. Er was de passage van zijn geliefde Lourdesreizen met de winkel waar hij steeds zijn eau-de-cologne kocht en nu nog steeds bewaard is in zijn kast. Wij zagen hem met zijn strandstoel aan het strand en..te Lourdes.
Het was een mooie namiddag met flink wat gebabbel en het voornemen om volgend jaar samen naar Lourdes te gaan en aan te zitten in hetzelfde hotel aan dezelfde tafel, om te Lourdes Lucske bij ons te voelen.
Wat kan Lourdes wonderen verrichten en hoe maakt Maria het kleine dingen en mensen groots !
Op 20 februari 2005 was er te Banneux de viering 75 jaar Belgische Hospitaliteit O.L.V.van Lourdes. Sedert 1960 staat deze vereniging onder de hoge bescherming van prinses Paola, nu Koningin van België.In die hoedanigheid was zij uitgenodigd op de jubileumviering maar kon er niet aanwezig zijn. Evenwel zou het Bestuur van de Hospitaliteit eens op audiëntie worden ontvangen.
De vijf leden van het Dagelijks Bestuur: Mgr.Roger Vangheluwe, Voorzitter Jacques Bosteels, de ondervoorzitters Mw. Monique Macquet voor de franstaligen en Germain Dierynck voor de Nederlandstaligen met de secretaris Vincent de Hemptine werden op 20 juni op het Paleis te Laken ontvangen.
Te 15u20 stonden wij met de wagen voor de poort van het kasteel. Eén van de vier rijkswachters noteerde onze identiteit voor de poort openging en wij met onze wagen de brede kasseiweg naar het kasteel mochten oprijden. In de hall wachtten drie huisbewaarders en de persoonlijke secretaresse van de koningin ons op om ons binnen te laten. In het ruime en mooie ontvangstsalon wachtten wij nog even tot de koningin binnenkwam en wij door de hofdame werden voorgesteld.
De koningin nodigde ons uit in een halfrond plaats te nemen. Er werd ons water, frisdrank of koffie aangeboden met een belegd broodje of koekje.
Mgr. De bisschop gaf een korte inleiding.Na een voorstelling van de vereniging met zijn werking en doel door de voorzitter werd met de koningin verder nagepraat. De structuur werd uitgelegd van de Belgische Hospitaliteit als onderdeel van de Hospitaliteit van Lourdes en als dusdanig ook rechtstreeks geaffilieerd met de bisschop van Lourdes. De Belgische Hospitaliteit overkoepelt de 16 aangesloten ziekenbedevaarten in Belgïë zijnde de diocesane bedevaarten, specifieke internationale bedevaarten zoals de polios en kankerpatienten, bedevaarten van de sociale organisaties zoals ziekenzorg en Boerenbond.
De Belgische Hospitaliteit heeft als doel de cohesie en samenwerking te bevorderen en de oplossing van gemeenschappelijke problemen te bevorderen.
De koningin was ook geïnteresseerd in de aantallen bedevaarders en zieken die jaarlijks naar Lourdes trekken.
Over de specifieke problemen om met zieken naar Lourdes te reizen werd met de Koningin uitvoering gesproken want zij had daar aandacht voor. Vooral het probleem van het treinvervoer naar Lourdes per TGV werd naar voren geschoven met de moeilijkheden bij de Franse spoorwegen om voldoende chartertreinen te bekomen, aangepaste uurregeling en betaalbare prijzen.
Wij vertelden haar ook over het probleem voor het vinden van voldoende vrijwilligers om de zieken te begeleiden en bij te dragen in de reis- en verblijfskosten. De koningin zelf bracht het financieel aspect ter sprake. Al deze afzonderlijke bedevaart-organisaties dienen zich zelf te bedruipen om de meerkost van een ziekendienst te betalen en dit door een berekening in de prijs van de gezonden, doorbijdragen en giften. Zelfs spoorde de koningin ons aan tot een grote benefietactie. Niet in het minst konden wij interpreteren dat zij waar zij kon ons moreel en relationeel zou steunen.
De audiëntie nam een klein uur in beslag. Er werd nog een groepsfoto genomen voor de grote rustieke schouw met een dank- en afscheidswoord van Mgr.
Voor de Belgische Hospitaliteit was dit bezoek een hoopvolle namiddag. Wij hadden kennis gemaakt met een eenvoudige, luisterende koningin bij wie wij haar sympathie voor onze werking hadden ondervonden.
Van uit dit deugddoend fris kasteel reden wij weg door de zengende hitte, buiten 33 graden en in de wagen 45 graden. Wij kwamen opgewarmd thuis om straks na het bedevaartseizoen verder te werken.
In het bos nabij mijn vakantiehuisje ontspringen uit de waterrijke ondergrond er heel wat bronnetjes die naar het riviertje lopen of kleine kanaaltjes vormen in het bos. Dit water is een frisse kracht dat voortstuwt naar een wijder en sterker geheel, naar een stroom die draagt, die zelfs mensen draagt.
Naar jaarlijkse gewoonte waren de medewerkers van de ziekendienst bij de Meibedevaart van Vlaanderens Bedevaarten weer bijeen in het pastoraal centrum "De Bron". Dit is een plaats van ontmoeting voor zoekende mensen in het geloof en voor medewerkersin parochies en instellingen . Er is een bibliotheek, drie vergaderzalen als vormingshuis, een religiowinkel, cafetaria en een zeer mooie kapel in het daarnaast gelegen klooster van de Zusters van Liefde.
Het is een ideale plek voor onze ontmoeting en ook zinvol. Bij onze leden van de ziekendienst zijn wij overspoeld en doordrongen van kameraadschap, sociale ingesteldheid, zorg voor mekaar en de zieken die gegroeid is tot een hechte vriendengroep.
Onze ontmoeting na de bedevaart is dan ook een blij weerzien, een napraten over de kleine en grote zorgen die we weer goed hebben aangepakt, over de deugddoende gebedsmomenten en de verkwikkende ontspanning.
Vanaf drie uur kwamen wij toe. Er was een verrassingskoffie met nadien het bekijken van de powerpointpresentatie met 150 fotos die ik had samengesteld en een videofilm over het Pausbezoek aan Lourdes. Nadien was er een Eucharistieviering gevolgd door een broodmaaltijd met een verfrissende ijs en nog menig drankje tot omstreeks 22u. Wij kijken al uit naar ons volgend weerzien in de Julibedevaart of op de octoberbijeenkomst van de Hospitaliteit of .... bij een of ander bezoekje.
Voor het krantje van de HBK-seniorenclub ontving ik onderstaande tekst van een onbekende auteur.
DIE GOEIE OUDE TIJD.
Hoe is het in Gods naam mogelijk dat wij , geboren in de jaren 30-40-50, nog leven ?
Volgens de theorieën anno 2004 zouden we toch al lang moeten dood zijn.
Wij zaten in autos zonder veiligheidsstoeltjes, gordel of airbag. Onze bedden en speelgoed waren geschilderd met verf en lood en cadmium. Flessen met gevaarlijke stoffen en apotheekflessen konden we gewoon met onze handjes en beperkte motoriek openen. Poorten en deuren gingen gewoon dicht en als je met je vingers er tussen zat waren ze weg.Op de fiets zat je achterop met je gat op de bagagedrager en probeerde je vast te houden aan de schroefveren van het zadel voor je. Een helm hadden ze nog niet eens op een bromfiets, laat staan op een fiets. Water dronken we uit een kraan, niet uit een fles.
Brood stond stijf van conserveringsmiddelen, na twee weken was de korst nog net zo vers als in de winkel. Kleur- en smaakstoffen moeten ook al bestaan hebben,want zo rood, groen of geel als de limonade toén was, zie ik nu echt niet meer. Een kauwgom legde je s avonds op je nachtkastje en strak je s morgens weer in je mond. Op school hadden ze maar één maat bank en met zo´n heerlijk gevaarlijke klep er aan. Schoenen waren meestal al ingedragen door zus, broer of neef en ook je fiets was te groot of te klein. Een fiets had geen versnellingen en als een band kapot was leerde je vader je zo snel mogelijk om die zelf te plakken. We gingen s morgens weg van huis en we kwamen terug als de straatverlichting aanging. Niemand wist waar we waren in tussentijd en we hadden geen GSM mee. Het bos of het park was een plek om te spelen en geen vieze mannetjesverzamelplek. Als we naar een vriendje gingen, liep je er gewoon naartoe, je hoefde niet aan te bellen en ook geen afspraak te maken. Er ging ook geen volwassene met jou mee. We aten ook al koekjes en kregen brood met veel boter en werden niet dik. We dronken uit dezelfde fles als onze vrienden en niemand werd er ziek van. Wij hadden geen play-tation, Nintendo, X-box, 64 televisiezenders, videofilms, surround sound, eigen televisies, computer of internet. We hadden vrienden!
De televisie begon pas om 18 uur. Dan kwam een uurtje wat leuks voor kinderen en oh wee als je daarna durfde op te staan om op een knopje van een andere zender te duwen ( die zaten al aan het toestel vast). Pa bepaalde wat en hoe lang je daarna keek. We hebben ons gesneden, botten gebroken, tanden uitgevallen en er werd niemand voor de rechter gesleept. Dat waren gewoon ongelukken en soms kreeg je er nog zelf een pak slaag bij. Wij vochten en sloegen elkaar soms groen en blauw en er was geen volwassene die zich er druk om maakte.
Pedagogisch verantwoord speelgoed maakten we zelf; met stokken sloegen we naar ballen, we bouwden zeepkisten en merkten onderaan de berg dat we de rem vergeten waren. We voetbalden op straat, en alleen wie goed was mocht meedoen; wie niet goed genoeg was moest maar blijven kijken en leren omgaan met teleurstellingen. Op school zaten ook domme kinderen. Zij gingen en kwamen op dezelfde tijd als wij en kregen dezelfde lessen. Zij deden soms een klas nóg een jaar en daarover waren geen discussies op ouderavonden. De meester had altijd gelijk. We smeerden onze boterhammen zelf, met een grote mensen mes en als je ze vergeten was kon je op school niets kopen! Als je de korst niet at had je een beetjes meer honger de rest van de dag. We gingen met de fiets naar school, helemaal alleen, ook in de winter. Als je moeder aan de huisdeur naar je zwaaide was je al een beetje een watje ! Wij hadden vrijheid, mislukkingen, succes en verantwoordelijkheid. We hebben moeten leren er mee om te gaan. Onze generatie heeft véél mensen voortgebracht die problemen kunnen oplossen, innovatief bezig zijn en daarbij risico durven nemen en voor de gevolgen instaan.Hoor jij ook daarbij ? Gefeliciteerd ! Wij waren helden.
Met gehandicapten en zieken naar Lourdes. Voor een diareeks met muziek en 49 sfeerbeelden over "Lourdes, zijn symboliek en rituelen" klik op de foto 51 Mb en 21 min. downloadtijd.