Om mezelf opnieuw een kans te geven
na de kale tocht door de woestijn
heb ik mijn herinneringen oren aangenaaid
ze opgediept uit de koffer vol beeldspraak
die de geconfijte beunhaas verstopt had
in zijn experimenteel gedachtengoed
bang zijn lading kwijt te raken
te moeten rennen voor zijn leven vol onbegrip
Ik heb al mijn herinneringen dooreen geschud
op een rij gezet en ze laten marcheren
ik heb mijn tanden laten zien
Ik wik als herboren een nieuwe zon zien
de beunhaas is geschoten
de herinneringen fladderen
beelspraak vecht voor haar gedroomde vrijheid.
Ingrid Lenaerts
|