Met de trein vertrekken
die de enge herinnering achterliet
om nooit mee rdaar te komen
tussen de klaver en de biezen
de kale akkers en de zwarte kraaien
overhet stoppelveld
weg van de nare dromen
de schrale kost en de armoede
in de krottenwijk.
Met de trein aankomen
daar waar je ooit van droomde
de warme haard te voelen
het wollen tapijt te strelen
de zachte bank waar je me wacht
om thuis te komen dacht ik.
Niet op vleugels van de wind
en ook niet in een gouden koets
maar in het kleine geluk van elke dag
Zag ik de thuiskomst glimlachen.
Ingrid Lenaerts
|